Carlo Nardozza

Het zat echt wel goed met de winnaars van de vorige twee edities van het Jong Jazz Talent in Gent concours. In 2004 won Robin Verheyen, wat hem een tournee met de JazzLab Series –en de opening van het Blue Note Records Festival— opleverde, en onder andere resulteerde in twee uitstekende concerten in Gent. Eerst was er het duo met Harmen Fraanje bij Opatuur, en wat later het concert met het Narcissus Quartet in de Vooruit. In 2005 was het de beurt aan het Carlo Nardozza Quintet, dat we vorige week in wisselende bezetting in Gent mochten ontvangen, alweer bij Opatuur én in de Vooruit in het kader van de JazzLab Series.

Carlo Nardozza Quintet (ii)“Voor we verder gaan, wil ik even de groepsleden aan u voorstellen”, glimlachte Nardozza in de Vooruit, nadat hij ons uitlegde dat de set begonnen was met Table for Five en De Zahir (naar het gelijknamige boek van Paulo Coelho). “Ik ben een grote fan van dat boek –al is het waarschijnlijk ook omdat dit het enige boek is dat ik in drie jaar heb gelezen.” Humor zou een constante blijven tijdens dit concert, zowel verbaal als muzikaal.

“Even vermelden dus,” ging hij verder, “dat ondanks sterke gelijkenissen, ik niet Admiral Freebee ben, die zit in een andere zaal. Want voor je ’t weet schrijven al die recensenten morgen dat de admiraal een toch sterk jazzy geïnspireerde set heeft neergezet.” Het CNQ zelf laat bij momenten dan weer rock invloeden horen, zoals even later bij Rubber Duck, waarin Melle Weijters (gitaar) met verve de hoofdrol vertolkt. Nu is een gitaar op zich niet zo uitzonderlijk in een jazzformatie, maar wel de manier waarop Weijters ze gebruikt. Geen tokkelende solo’s, maar een vaak rauwe klank die meer aan Jimi Hendrix appelleert dan aan Django of Scofield. Maar wat een aanwinst: Weijters komt er op subtiele manier in bijna elke compositie aan te pas, al leeft hij zich natuurlijk pas echt uit in Rubber Duck (een eigen compositie) of in Comba.

Dat laatste nummer, Comba dus, is dan weer –samen met Down To Bernina uit de tweede set– het nummer bij uitstek om te genieten van het samenspel tussen Nardozza en Daniël Daemen (sax). Niettegenstaande Daemen in de groep een beetje op de achtergrond blijft, vult hij nochtans zijn rol als tegengewicht voor Nardozza zeer goed in. Een zeer mooi wisselspel, goed gebalanceerd, maar dat soms wat krachtiger zou mogen zijn.

Het CNQ beperkte zich niet tot het repertoire van de CD Making Choices, maar bracht ook nieuw (?) werk (Tango Kangoo), en een stuk uit de Dozzy Suite (Winterslag). Het was overigens met die Dozzy Suite dat het CNQ in 2005 het Jong Jazztalent concours won. Wie al stukjes uit de Suite heeft gehoord, wacht waarschijnlijk met mij vol ongeduld tot Nardozza ze op plaat uitbrengt.

Het publiek werd in elk geval wild van het concert, en het CNQ was on ter wille met maar liefst twee bisnummers (waaronder een uptempo versie van Down To Bernina). Waarna de techniek resoluut de lichten aanstak en een CD door de luidsprekers duwde of we zaten daar ongetwijfeld nog. Met veel plezier overigens.

Nardozza, Gruarin en Van Acker (vi) Nardozza, Gruarin en Van Acker (v)

Maar goed, het CNQ moest verder op tournee, en het waren dan ook een zwaar vermoeide Carlo Nardozza en Tom Van Acker die we in het gezelschap van Alano Gruarin troffen bij Opatuur. De JazzLab Series tournee had hen ondertussen ook nog naar Genk (waar eerst het CNQ speelde en Nardozza nadien met Texier op de planken stond tijdens het Motives Festival) en Borgerhout gebracht, en zoiets gaat duidelijk in de kleren zitten.

Het concert dat bij Tuur werd gebracht was zoals voorspeld van een ander alooi dan met het CNQ. De composities die werden gebracht waren stuk voor stuk standards, zoals Footprints (Wayne Shorter) en The Thrill is Gone (Chet Baker). “Het doet deugd om ook eens die stukken te kunnen spelen waar ik normaal gezien slechts op CD naar luister,” vertrouwde Nardozza ons toe. De ritmische achtergrond van Van Acker (hij begon destijds als drummer) kwam hier extra tot uiting. En pianist Alano Gruarin –“mijn stadsgenoot”, dixit Nardozza– was een aangename ontdekking.

Hopelijk hebt u minstens één van beide concerten kunnen meepikken, want (beginnende!) groepen van dergelijk formaat komen we maar zelden tegen. Het CNQ gaat nog naar Koksijde en Grimbergen, en als u dat niet haalt, kan ik u alleen maar ten sterkste aanraden de Cd Making Choices met gezonde spoed in huis te halen. Te koop via hun website, uw locale platenboer, of, als het echt niet anders kan, ongetwijfeld ook in de fnac.

Het Carlo Nardozza Quintet, gezien in de Vooruit op 14 november; Nardozza-Van Acker-Gruarin, gezien bij Opatuur op 19 november. Het Carlo Nardozza Quintet toert nog verder in het kader van de JazzLab Series

(Deze bespreking verscheen eerder vandaag op Gentblogt.)

dag 21/11

Do you think people visiting your blog are actually interested in seeing what you ate yesterday“, schertst collega Martini.

Tuurlijk niet, maar ondertussen heb ik weer een excuus om foto’s te maken. Rij per rij levert dat op: het ontbijt (koffie + twee sneden waldkorn); de clementijnen achteraf (ze hadden er maar vier meer in de Express GB, gisteren); de lunch (Royco Minute Soup: asperges + drie sneden waldkorn); het avondmaal (stoofpot van rundsvlees, met sjalotten en tomaten + saffraanrijst); één van twee clementijnen uit het bio-groentenpakket dat we elke week van bij de slager meebrengen.

week van de smaak week van de smaak week van de smaak
week van de smaak week van de smaak
week van de smaak week van de smaak

Johan

Na afwisselend gezelschap, deel ik mijn kantoorruimte opnieuw met collega Martini. Eerst zou het duren tot zijn bureau –mijn oud bureau– heringericht werd, maar de laatste tijd vernemen we dat hij tot januari hier zou blijven. Wat niet noodzakelijk betekent dat hij in januari terug naar boven verhuist.

Ondertussen krijg ik ook nog steeds allerlei stagiaires in mijn bureau geduwd, al is de meest recente tot mijn –en Martini’s– teleurstelling een man: Johan. Een van de eerste taken die hij van het management moet ontvangen hebben, was ongetwijfeld Martini en mijzelf naar huis sturen. Johan is ziek.

Niet geestelijk ziek natuurlijk, hoewel sommigen het zouden aandurven dat in twijfel te trekken. Johan houdt immers van Metal, niet alleen als luisteraar, maar hij speelt in minstens één zelf opgerichte Metal band. Een beetje zoals Martini –ik heb toch al verteld dat Martini gitaar speelt in een of andere underground Britpop rockband? Zelf heb ik noch met het een noch met het ander genre een probleem, maar ik heb hier al mensen zuinigjes één wenkbrauw zien optrekken (meestal de linker) toen ze van de extracurriculaire activiteiten vernamen.

Maar goed, Johan is ziek. Een amechtige verkoudheid, die verder gepaard gaat met gesnotter, gekuch en een keelpijn die hij ondertussen reeds aan collega Martini heeft doorgegeven. Ik zweer ondertussen nog steeds bij mijn clementijnen om mij van de nodige vitaminen te voorzien. Voorlopig helpt het, want in een door Calvinisme ingegeven hardnekkigheid weigert Johan ziekenverlof op te nemen.

Johan is tevens een verstokt roker. Niet dat hij zich op het werk bezondigt aan zijn kankerkwekende gewoonte, dat is immers niet toegestaan, noch door de werkgever, noch door de Belgische wet. Maar elke ochtend als hij hier buiten adem toekomt, en elke middag, na zijn lunch die hij steevast buitenshuis neemt, brengt hij een walm met zich mee, waarvoor een astmapatiënt ettelijke dagen recuperatie zou nodig hebben. Toen wij er hem over aanspraken, beloofde hij zonder meer beterschap, maar dat bleken tot nog toe holle woorden.

Gelukkig is ook collega Martini fan van frisse lucht, en werken wij met het raam op een ruime kier geopend. Dat helpt niet alleen om de sigarettenwalm zo snel mogelijk te verluchten, maar tevens hopen wij daarmee de ziektekiemen zo weinig mogelijk kans te geven. En terwijl wij beiden vrolijk kwinkslagen uitwisselen, zit Johan onder twee pulls koppig te bibberen. Het lijkt me niet makkelijk, dat calvinisme op je schouders te torsen.

gouden tips (bis)

Als “mens-die-regelmatig-persberichten-mag-lezen” (ervaringsdeskundige!) geef ik u vandaag een paar gouden tips mee.

  • Een goed persbericht begint voor ik de mail open: maak gebruik van uw subject line. Duid uw onderwerp!
  • Kom terzake. Journalisten, of mensen die persberichten behandelen, krijgen dagelijks hopen van die dingen te verwerken. Als ze eerst een halve mail moeten lezen voor ze weten waarover het gaat, kan u net zo goed geen persbericht rondzenden.
  • Stuur geen (half-)lege mail met enkel een PDF. Uw subject line zal al verdomd interessant moeten zijn alvorens een journalist uw PDF/Word Document opent om uw persbericht te lezen. Stuur op zijn minst een samenvatting mee in de mail zelf.
  • Beperk uw attachments tot een absoluut minimum. Stuur geen bestanden mee van ettelijke megabytes groot. Dat wekt alleen maar wrevel op. In het slechtste geval crasht de mailbox van de journalist in kwestie, en dan hoeft u niet meer op veel goodwill te rekenen. Wel goed is om een (directe) link mee te sturen, vanwaar meer informatie kan worden gedownload.
  • Zet uw contactgegevens duidelijk in de e-mail.
  • Antwoord op de vragen die de journalist u per kerende stelt. Niet morgen, niet straks, maar binnen een redelijke termijn.

Ik weet het: dit zijn echt wel basisregels, waarvan men verwacht dat ze gekend zijn en toegepast worden. Helaas.

dag 20/11

Vaneigens dat het lukt, foto’s pakken van alles wat ik eet. Laten we beginnen met gisteren, en dan krijgt u morgen vandaag.

Het ontbijt. Niks zo goed als een flinke kop koffie. Met melk én een flinke scheut warm water. Euh, OK: een halve tas koffie, een derde warm water, en de rest melk. Want de koffie bij ons op ’t werk is gewoon niet te drinken. Veel te straf, en van slechte bonen.

Dat bolleke is een deel van zo’n groot bollekesbrood, dat wij de zondag nog wel eens durven meebrengen van bij onze bakker (Groeneweghe). Dat zondagavond niet is opgeraakt wegens dat we ’s middags uitgebreid gaan eten waren (zie verder).

week van de smaak week van de smaak week van de smaak

Na het ontbijt verorber ik al de laatste vijf werkdagen elke ochtend zo’n kilo clementijnen/mandarijnen, die ik ’s ochtends koop in de Express GB aan de uitgang van de verste tunnel van het Noordstation. Kwestie van genoeg vitaminen binnen te hebben en op die manier te trachten mijn zieke collega’s een stap voor te blijven. Ik ben een hypochonder, ik.

Lunch. Ik was de traditionele toestanden beu, dus breng ik weer mijn eigen boterhammekens mee. Helaas heb ik ’s ochtens geen tijd om die te beleggen, dus waren het gisteren gewoon drie zo’n bollekes als voor het ontbijt. Met een tas Royco Minute Soup (kippesoep).

week van de smaak

Avondmaal. De overschot van het feestmaal zondag. Zondag was de verjaardag van mijn moeder, en van daar hebben we een boel witloof, boontjes, en varkenshaasje meegekregen. De boontjes heb ik dezelfde zondagavond nog naar binnen gedraaid, de rest hebben we gisterenavond als avondmaal gegeten. Opgewarmd met een sjalot of twee en een tomaat erbij.

week van de smaak

Gezien (1) we nog overschot hadden van zondag en (2) ik nog wel honger had, heb ik daarna nog, achtereenvolgens een halve boterkoek (met rozijnen), een halve chocoladekoek, een halve mastel (met sambal), en twee stukken chocolade gegeten.

week van de smaak week van de smaak week van de smaak

Goedgekeurd?

barok

Tsja, ik ben niet meteen de man voor die cirkeljerking. Maar kijk, ik ken diene mens, en er staan nog maar amper drie postjes op, en ik ben al helemaal in de ban van zijn schrijfstijl.

Het Radiofonisch Instituut, dames en heren. Met veelbelovende paragrafen zoals:

Ooit ben ik door mijn radiobazen (vriendelijk) terechtgewezen: ik klonk nogal eens barok en wat verouderd in mijn commentaren achter de microfoon. Ik heb er dan maar op gelet en het weggewerkt. Denk ik. Maar hier zal ik me wel wat laten gaan.

Ahhh. Nog even en hij heeft het over Greenaway.

hoe ver?

Hoe ver mag men gaan, bij concertfotografie? Zowel Carlo Nardozza (trompet) als Tom Van Acker (bas) zagen er oververmoeid uit, zondag bij Tuur. Dat is niet echt verwonderlijk, als je weet dat ze momenteel ‘zwaar’ toeren in het kader van de JazzLab Series, en dat vorige week daarin zowat de zwaarste week moet geweest zijn.

Nardozza, Gruarin en Van Acker (v) Nardozza, Gruarin en Van Acker (iii)

Bovenstaande foto’s behoren tot de bravere van de avond. Jawel, Tom zag er echt zo lijkbleek uit. Ik heb er eentje van Nardozza, waarop hij er echt uitziet alsof hij de uitputting nabij is (wat hij waarschijnlijk ook was). Ik vond de foto tekenend als beeld voor die avond, maar heb hem toch maar niet online geplaatst, omdat ik niet meteen weet of ik wel zo’n beeld van mezelf publiek zou willen. Het is een moeilijke grens, vind ik, ook al omdat ik niet op zoek ben naar sensatie. Maar toch knaagt het, omdat het beeld wél relevant is.

Al blijft het natuurlijk concertfotografie, en geen fotojournalistiek. (En maak ik waarschijnlijk van een mug een olifant.)

per dag

Michel heeft dat eigenlijk goed gezien, om zijn etenstoestanden per dag te posten. Misschien waag ik er mij vanavond ook al eens aan. Hilariteit alom, in elk geval: telkens ik hier mijn fototoestel bovenhaal roept collega Martini: “Attention all colleagues! Bruno is about to eat something.”

De Klara Muziekprijzen: het concert

U hebt het zaterdag reeds op Gentblogt en gisteren in de andere media mogen vernemen: zaterdag werden de Klara Muziekprijzen 2006 uitgereikt in De Bijloke. De ceremonie werd gevolgd door een concert met muziek van Rachmaninov én van de winnaar van de Klara Carrièreprijs 2006, Frédéric Devreese.

Devreese kreeg eerst al een laudatio, gebracht door zijn vriend, de componist en dirigent Dirk Brossé. Brossé lauwerde de componist o.a. voor zijn bezielling en verscheidenheid, waarbij hij benadrukte dat Devreese “meesterlijk heeft geflirt met de meest diverse stijlen en genres”.

Nadien leidde Brossé het Vlaams Radio orkest door een aantal van Devreeses werken. Heel bijzonder was de uitvoering van de niet-geselecteerde Eurovisiesong-opdracht Vannacht uit 1980, door Marina Smolders en Catherine Mertens.

Een beetje achtergrondinformatie: Devreese had reeds de muziek geschreven voor de Belgische inzending voor het Eurovisiesongfestival in 1985. De (toenmalige) BRT was nog op zoek naar een tekst, toen mezzosopraan Mireille Capelle met het gedicht van Hugo Claus op de proppen kwam. Zowel Devreese als Capelle waren zeer gewonnen voor de tekst, maar de BRT was meer geïnteresseerd in een tekst van Bert Vivier, de producent van Woord en Spel. Toen de BRT halsstarrig voet bij stuk hield, trokken zowel Devreese als Capelle zich uit het project terug. Uiteindelijk stuurde de BRT Linda Lepomme naar Göteborg, met het lied Laat me nu gaan, op tekst van Bert Vivier en muziek van Pieter Verlinden. Linda Lepomme eindigde met slechts 7 punten op de laatste plaats.

Voor een Eurovisiesonglied waren zowel het niet geselecteerde Vannacht als het uiteindelijke Laat me nu gaan tamelijk conventioneel. Vergeet niet, dit is twee jaar na de inzending van het heerlijke Rendez-vous, door Pas de deux, op muziek van Walter Verdin (dat evenwel ook al bijna op de laatste plaats eindigde). Vannacht blijft evenwel een belangrijk tijdsdocument, en werd voortreffelijk gebracht door sopraan Marina Smolders, op piano begeleid door pianiste Catherine Mertens.

Devreese gebruikte het thema van het lied later voor de soundtrack van Het Sacrament van Hugo Claus, en het VRO pikte naadloos de draad op van het lied naar de orchestrale uitvoering. Het eerbetoon aan Devreese werd afgesloten met de wals uit Benvenuta.

Brossé is een van die dirigenten waarbij het een waar genoegen is om hen in actie te zien. Zwierig walsend en met enige overdrijving (zonder evenwel over de schreef te gaan) begeleidt hij het orkest. De teneur is modern romantisch, waarmee ik bedoel dat het VRO op geen enkel moment te zwaar of melancholisch werd, maar steeds wel vol gevoel.

Dat stond dan weer in schril contrast met de solist in het tweede deel van het concert. Rachmaninovs derde pianoconcerto is een zeer bekend en graag gehoord stuk. Omdat het technisch veeleisend werk is, duikt het ook vaak op bij de Koningin Elisabethwedstrijd. Het spel van Luc Devos, die soleerde aan de piano, was technisch zeer in orde. De partituur werd mij evenwel iets te doorgedreven staccato gespeeld, en dat kwam zeer steriel en afstandelijk over. Net daarvoor hadden we te horen gekregen dat Rachmaninov bij het derde pianoconcerto had aangegeven dat de pianopartij moest overkomen als was ze een zangstem, en dat effect ging daardoor totaal de mist in. Een te groot contrast dus tussen orkest en solist, en dat was jammer. (En dan moest ik met veel weemoed terugdenken aan het tweede pianoconcert van Rachmaninov, anderhalf jaar geleden in De Bijloke, ook met datzelfde VRO, maar met Aldo Ciccolini als solist. En toen ging er ook al een stuk van Devreese aan vooraf.)

Niettemin een zeer geslaagd eerste gedeelte en een puike prestatie van het VRO. Wat betreft Devos heb ik liever wat meer gevoel dan techniek, maar daar hoeft u het natuurlijk niet met mij eens te zijn.

Devreese & Rachmaninov, door het VRO o.l.v. Dirk Brossé, met Marina Smolders (sopraan) en Catherine Mertens (piano), en Luc Devos (piano). Gehoord op zaterdag 18 november in De Bijloke in het kader van de Klara Muziekprijzen 2006.

(Dit artikel verscheen eerder al op Gentblogt.)