upgrade

Twee weken geleden heb ik eindelijk een nieuwe harddisk aangeschaft. Ik heb er nu al een beetje spijt van. Niet van die harddisk, want die was broodnodig (en dat kan ik zonder overdrijven stellen), maar wel dat ik er niet twéé in plaats van één heb gekocht.

De opstelling is momenteel als volgt: aan de verouderde mac (uit 1999) hangen momenteel drie schijven (cfr: naamgeving (bis)):

  1. zed (was: musica): 40GB ‘speelruimte’
  2. musica (was: fotofoto): 80GB voor muziek
  3. max: 200GB backup

Aan de verouderde PC hangt dus nu fotobase bij, met ruimte voor 250GB fotomateriaal. Daartoe heb ik speciaal een USB 2.0 kaart bijgekocht (voor een luttele 17 EUR), want de USB in mijn PC is (net zoals bij die mac) nog van de 1.0 generatie. Nu kan ik bovendien ook voor het downloaden van foto’s (rechtstreeks) uit de camera van die 2.0 snelheid gebruik maken. Het verschil is indrukwekkend.

Maar nu heb ik geen backup meer, tenzij ik alles via het netwerk overpomp (wat ik ook doe; ik heb geen zin mijn fotomateriaal te verliezen), waar de oude mac de boel een beetje ophoudt. En dus komt er binnenkort nog een tweede bij.

Maakt u eigenlijk wel (regelmatig) backups?

fel overdreven

25 jaar heeft Jamal Derrar gekregen, omdat hij vier jaar geleden ocharme een vlammetje bij 17-jarige Sohane Benziane had gehouden, nadat hij eerst het meisje met benzine had overgoten. Ze had het ook gezocht natuurlijk, met zo’n naam. En het was absoluut niet de bedoeling geweest haar in brand te steken. Nee, de trut had hem belachelijk gemaakt tegenover Tony en zijn andere vrienden, en hij wou haar gewoon een beetje de stuipen op het lijf jagen. Kon hij eraan doen dat ze wild rond zich heen sloeg toen ze haar overgoten, en daarna nog eens met haar armen begon te slaan toen hij zijn zippo bovenhaalde. Ze had het zelf gezocht, quoi.

25 jaar heeft hij daar nu voor gekregen. En dan hadden ze hem nog liever moord in zijn schoenen gewreven. Alsof die bitches dat waard zijn. Net zoals die Samira. Die dacht dat ze hem en zijn vrienden genadeloos kon ophitsen door hier als een loopse teef in een rok rond te lopen. En dan verwonderd zijn dat we op haar avances ingaan. Die meuf mocht blij zijn dat ze haar allemaal eens goed gepakt hadden. Kon ze er tenminste over meespreken. Wist ze tenminste wat echte seks was. Dan gaat ze nog beweren dat ze verkracht is ook. (Niet luidop natuurlijk, want dat durft ze niet.)

25 jaar. Als het tegenzit is hij dus 47 als hij terug vrijkomt. En wat moet hij dan beginnen. Gewoon omdat hij er één in brand heeft gestoken. Barbaars. Niet dat hij haar in brand heeft gestoken, maar die straf. Alsof een vrouw meer waard is dan een man. Alsof een vrouw niet gewoon moet doen wat een man haar opdraagt en voor de rest haar bakkes houden. Hij had haar beter gewoon eens goed gepakt, gelijk Samira. Dat was hij eigenlijk ook van plan geweest, maar ze had godverdomme haar maandstonden, en hij zou wel zot zijn als hij zijn lul, de lul van een echte man met echte kloten, door zo’n seut had laten bevuilen. De fik erin godverdomme. De fik erin, in plaats van de pik erin. Jamal glimlachte om zijn vondst. En hij was er zeker van dat hij die glimlach nog wel 25 jaar zou kunnen meedragen.

gesloten

Het was een geslaagd Bal. Zeer aangename conversaties gehad, mensen terug gezien die ik in lange tijd niet meer had gezien, zoals Karla, Kris, Nancy, en Geert natuurlijk. Ergens tegen vier uur werd de muziek gestopt en even later gingen ook alle lichten aan, in de Balzaal, kwestie van de volhouders toch maar duidelijk te maken dat het nu echt wel afgelopen was. Samen met Kris (Demey) hebben we net niet de deuren van de Vooruit gesloten, en gemurmeld dat het voor herhaling vatbaar is.

Een uitgebreid verslag volgt nog.

De Toverfluit

De ToverfluitEr was veel volk, op de matinee van de ‘kinderversie’ van De Toverfluit (Die Zauberflöte). Veel volk, maar lang niet alle plaatsen waren bezet. Ik schrijf met opzet ‘bezet’, en niet ‘verkocht’, want hoewel wij bijvoorbeeld onze kaarten reeds lang op voorhand hadden besteld (op 19 januari om precies te zijn), waren de beste plaatsen toen reeds gemarkeerd als bezet. Niets bleek minder waar. Het eerste balkon kende minder dan 50% effectieve bezettingsgraad, terwijl wij met gezinnen hebben gepraat die zich uit noodzaak hebben moeten opsplitsen tussen pakweg het tweede en het dierde verdiep wegens… gebrek aan plaatsen. En dat is een zeer spijtige zaak.

Over de voorstelling zelf (bijna) niets dan lof. Goed, de zang was misschien niet van topniveau (hoewel zéker niet slecht), maar het entertainmentgehalte en de inbelevingsgraad was hoog. Even was er zelfs directe interactie met het jonge publiek, en de opera leent zich bovendien überhaupt tot een ‘kinderversie’, gezien zowel de inhoud als de vorm. De Toverfluit is een Singspiel: een mengvorm waarin de dialogen die de verschillende aria’s verbinden, worden gesproken. Voeg daaraan toe dat de opera voor deze opvoering werd vertaald naar het Nederlands, en het jonge volkje kon perfect volgen (mits enige uitleg van mama of papa).

De Toverfluit bevat bovendien genoeg humor (Papageno) en leuke deuntjes: het liefdesduet tussen Papageno en Papagena, en de aartsmoeilijke aria Der Hölle Rache kocht in meinem Herzen (Aria van woede en haat). Die laatste aria is wereldberoemd in de versie van Florence Foster Jenkins, die op haar beurt euhm befaamd was voor haar totaal gebrek aan zangkunst. (U kan het fragment beluisteren vanop die Wikipedia pagina.)

Het verhaaltje in een (hele kleine) notendop (deze versie was tot ongeveer de helft van de normale voorstelling ingekort). Sarastro houdt Pamina, de dochter van de Koningin van de Nacht, gevangen, om haar aan de invloed van haar moeder te onttrekken. De Koningin stuurt de jonge prins Tamino uit om haar dochter te bevrijden, vergezeld van Papageno, die op zoek is naar een vrouw. Zowel Tamino als Papageno slagen vanzelfsprekend in hun doel, en worden bovendien bongenoten van Sarastro, die eigenlijk met iedereen het beste voorheeft.

Deze opera biedt een heleboel scenografische mogelijkheden, die zich voor deze versie op een (voor de kinderen) overzichtelijke manier rond een reusachtig bed werden geconcentreerd. Papageno was sober behouden, wat enerzijds een beetje jammer was (iedereen houdt wel van vreemde vogels), maar anderzijds veel ‘acrobatie’ van het personnage toeliet.

Veel geroezemoes, veel uitleggende ouders, en vooral veel enthousiaste kinderen. Het hoorde er allemaal bij, en maakte deze voorstelling heel geslaagd.

De Toverfluit, gezien in de Vlaamse Opera, op 8 april 2006. Foto: OperaExplorer

(Deze entry is ook terug te vinden op Gentblogt)

uw job

Pietel pleit voor meer betrokkenheid bij het werk. Hij gaat in zijn pleidooi een beetje te keer tegen een generatie […], die mikt op een “goede werkgever” met werkzekerheid, goede voorwaarden en toffe collega’s. En dan vraag ik mij toch af wat daarmee het probleem is. Hij gaat door:

Zelf neig ik naar het zelfstandige type. Iedere opdracht moet je binnenhalen. Een goede stimulans om nog beter te presteren. Je werkt op basis van portfolio, prestaties en referenties, in plaats van certificaten.

Je gaat niet naar huis omdat de klok vijf uur slaat, maar als het werk af is. Naarmate je meer en beter werkt, gaat ook je inkomen de hoogte in. Geen werk is geen geld. Stress.

Hah! Pietel lijkt mij inderdaad geknipt voor een job als zelfstandige (been there, done that). Op een bepaald moment maak je een (andere) keuze, en dan moet je ook achter die keuze kunnen staan. Uw verantwoordelijkheid hoeft immers niet in de eerste plaats bij uw werk te liggen. Uw verantwoordelijkheid kan ook uw gezin zijn, en de financiële zekerheid die nodig is om dat gezin te (helpen) onderhouden. En in de huidige maatschappij is werkzekerheid lang geen feit meer.

Veel mensen, ongeacht hun scholing, hebben slechts een beperkte keuze in het jobaanbod. Bijscholing kan helpen, maar het heeft weinig zin mensen om te scholen naar iets waar hun hart niet ligt. Want als het hart er niet ligt, zal er ook geen betrokkenheid volgen, laat staan verantwoordelijkheidszin.

(En dan hebben we het nog niet gehad over office politics, die zelfs de betrokkenheid van de meest optimistische en gemotiveerde werknemer kan fnuiken.)

Wat is er mis met het geval van Shellac? Gerrit zou dolgraag met tekenen zijn brood verdienen, maar heeft daar momenteel een (andere) day job voor nodig om dat financieel aan te kunnen. Ik ben er (bijna) zeker van dat Gerrit het veel liever zonder die day job zou stellen, om zich volledig op zijn tekenen te kunnen toeleggen. En hij is lang niet de enige die in een dergelijke situatie verkeert.

Wat te doen? Moet de staat mensen zoals Shellac subsidiëren, om op die manier Shellac’s day job open te stellen voor iemand anders? Of moet Shellac maar een werkloosheidsuitkering aanvragen? Of rijk trouwen?

Een comfortabel en veilig leven, dat na de werkuren geleefd wordt. De inhoud van de job en de betrokkenheid komen vaak achterop hinken. vervolgt Pietel. Mag ik toch maar even benadrukken dat er meer is dan werk alleen?

strips 2006 Q1

Laat ik het mijzelf wat moeilijk maken, moet ik gedacht hebben. Er is geen beginnen aan, en al zeker niet als ik naar mijn collectie durf te kijken, dus neem ik maar –net zoals eerder voor de cds– de recente aankopen/publicaties.

Strips. Een oud en lang liefdesverhaal, dat er bij mij op een of andere onverklaarbare reden met de paplepel is ingegeven. Jommeke, Suske en Wiske (destijd nog zeer instructief en doordacht), Piet Pienter en Bert Bibber, en nadien ben ik daar verder in doorgegleden. Een korte manga-periode, maar ik vond dat er genoeg Europese strips waren (zeker met Manara tijdens de adolescentie), om daar mijn aandacht aan te wijden.

Ganse reeksen heb ik in mijn bezit gehad, en even zozeer heb ik ganse reeksen verkocht. Zeer tot mijn spijt. Als ik iets heb geleerd, dan is het wel (bijna) nooit iets te verkopen. Gelukkig heb ik nog steeds een paar van de uiterst gelimiteerde oplagen van De Negende Kunst (Nederkouter) in mijn bezit: 1 album per bladzijde werd daarvan verkocht, en je kreeg er meteen een originele plaat bij. Nuja, krijgen: die albums waren allesbehalve goedkoop. Bijna had ik een origineel van Sambre in mijn bezit, maar dat is op de valreep afgeblazen.

Edoch. Laat ons beginnen.

0 te vermijden / * slecht, maar leesbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch

  1. Lincoln / Olivier Jouvray (scenario) en Jérôme Jouvray (tekeningen) / 2002- / ****
    De anti-held. Lincoln heeft iets tegen de hele wereld. Op een dag ontmoet hij iemand die zich uitgeeft voor God, en vastbesloten is hem door zichzelf op het rechte pad te laten brengen. Kwinkslagen naar de bijbel liggen voor de hand, maar deze strip is allesbehalve religieus. Lincoln wordt een held tegen wil en dank, al laat hij in het meest recente album van de reeks ook een meer duistere kant van zichzelf zien. Het vierde deel is onlangs verschenen.
  2. Paul Moves Out / Michel Rabagliati / 2005 / ****
    Michel Rabagliati is een Canadees; zijn verhalen over Paul heten sterk autobiografisch beïnvloed te zijn. Paul Moves Out, het vervolg op Paul Has a Summer Job (dat ik me zeker ook ga aanschaffen), is een archetypisch coming-of-age verhaal (Bildungsroman), op meesterlijke wijze gebracht. Verwacht geen belerende of Footloose toestanden, maar een rechttoe-rechtaan verhaal waarin velen zich zullen herkennen.
  3. Ingmar / Hervé Bourhis (scenario) en Rudy Spiessert (tekeningen) / 2006 / ****
    Nog zo’n anti-held. Ingmar is de zwakste der Vikingen, maar niettemin tracht hij zijn troonsopvolging veilig te stellen tegenover zijn broer, een Viking ‘pur sang’. Wanneer hij zijn volk weet mee te sleuren op een plundertocht tegen-wil-en-dank (tot razernij van zijn broer, die het zaakje –terecht– niet helemaal betrouwt), valt hij overboord ergens in of vlakbij de poolcirkel. Deze reeks belooft van hetzelfde kaliber als Lincoln te worden, en ik kijk reikhalzend uit naar het vervolg.

Hm. Ik heb nog twee plaatsen, maar nog veel meer albums die ik wil bespreken. Ik denk dat ik al weet wat ik naar Q2 zal overdragen, maar dan heb ik er nog steeds 3-4-5 op overschot. Soit. Snoeien dus.

  1. Kabbale / Grégory Charlet / 2003- / ***
    Kabbale is een tamelijk brute reeks. Gaël heeft het moeilijk met de ontwikkelingen in de huidige maatschappij, die hem verschrikkelijk gewelddadig overkomt. Desondanks slaagt hij er niet in het geweld uit de weg te gaan, en op de koop toe is er de liefde die hij voelt voor Carole, maar die hij maar niet kan verwoorden. In het pas verschenen derde deel neemt het verhaal een nogal apocalyptische wending. Kabale is misschien geen vanzelfsprekende reeks, maar is enorm meeslepend.
  2. Le désespoir du singe / Jean-Philippe Peyraud (scenario) en Alfred (tekeningen) / 2006 / ***
    Le désespoir du singe is in het Nederlands Apenverdriet of Slangenden. Tu vois cet arbre, Josef? On le surnomme ‘le désespoir du singe’ car il ne laisse aucune prise à l’escalade. Notre liaison est comme cet arbre. Elle ne peut se laisser envahir par les sentiments. De stijl van het verhaal en de tekeningen houden het midden tussen Yann (Les Innommables) en Yslaire (Sambre). Donker romantisch, met antagonisten die niet zouden misstaan in een tekenfilm van Raoul Servais.

Gekanteld (ik kan het deze keer niet laten):

  • Trop de bonheur / Jean-David Morvan (scenario) en Steven Lejeune (tekeningen) / 2006 / 0
    Puh-lease. Ik ben een groot fan van Morvan, maar dit is echt beneden alle peil. Aliens, dwaze suggesties van sex, en ander ongeïnspireerd materiaal. Laten liggen. Of verbranden. U kiest maar.

En, wat denkt u? Nuttig? Smaakt naar meer? Of steek ik mijn energie beter elders in?

afwachten

Een tijdje gelden heb ik besloten te wachten met zulke boude uitspraken tot ik (meer) zicht krijg op wat de belastingen mij dit jaar gaan teruggeven. Staan ondertussen op het verlangenlijstje (in prioritaire volgorde):

  1. Een nieuwe helm; en wel de Schubert S1 Premium Sport. Ik rijd nog steeds rond met de helm die ik twee jaar geleden op het asfalt heb neergevlijd in Affligem.
  2. De Nikon D200, inclusief Batterijpak MB-D200 (voor verticale opnamen). Wat mij zeer aantrekt is de nieuw ontwikkelde, geavanceerde 11-velds AF (dezelfde als de professionele D2-serie), die de fotograaf de keuze toelaat tussen een 11-velds AF of 7 breedveld AF. Een grote stap vooruit op de 5-velds D70 AF. En ja kijk, dat is nu eens iets wat ik écht nodig heb.
  3. Een nieuwe monopod. Over mijn huidige poot (een cullmann) ben ik niet tevreden: aartsmoeilijk om vast genoeg te zetten opdat je geen tien-twintig centimeter naar beneden zou zakken terwijl je een klein beetje op je toestel leunt. Ik heb mijn zinnen min of meer gezet op de Manfrotto Neotec Monopod w/Safety Lock. ‘Goedkoop’ is duurkoop, is weer maar eens bewezen.
  4. Een nieuwe computer. Bij voorkeur een Apple-met-Intel; een Mac mini of een iMac; want hoewel de eerste performanter is, heb ik ook een nieuw scherm nodig (tenzij ik mijn ogen helemaal kapot wil maken met die 8 jaar oude CRT). Een Apple, ja, en zeker nu er bootcamp is.
  5. Een (betaalbare) groothoeklens. Max. 20mm, eventueel de AFS DX 12-24 f/4G, maar ik zou toch wel een iets grotere diafragma-opening willen dan f/4.
  6. Een flitsding. Maar nu dwalen we een beetje af, denk ik.

Waar blijven ze nu met hun belastingsbrief?

cultuurhoofd

Het is niet mijn gewoonte vacatures te posten, maar dit ziet er verdomd interessant uit: Departementshoofd Cultuur – stad Gent (het staan niet bij de vacatures op de stadssite, maar u vindt het terug bij VTi of via Cultuur Lokaal).

Als departementshoofd (m/v) coördineert en leidt u de diensten behorend tot het departement Cultuur tot een samenwerkend geheel. Het betreft de stadsdiensten Monumentenzorg, Architectuur, Kunsten, Receptieve Ruimten en Stadsarcheologie, de Gentse musea (Design Museum, het Museum voor Schone Kunsten, het M.I.A.T.), de bibliotheek en het stadsarchief.

(Reageren vóór 19 april.)

CDs 2006 Q1

Aldus is het eerste kwartaal van 2006 voorbij. Een tijdje geleden had ik min of meer beloofd een –weliswaar beknopt– overzicht te geven van mijn cd-aanwinsten, waarbij ik vooral de écht goede cds zou tippen, en de écht slechte laten kantelen. Voor de middelmaat zoekt u zelf maar uit hoe het zit.

0 te vermijden / * slecht, maar bekijkbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch

klassiek

  1. Chopin: Nocturnes / Maurizio Pollini (piano) / 2005 / ****
    Och kijk, de uitvoering van Pollini kent zijn gelijke niet. Dit is mogelijks dé definitieve versie van de Nocturnes. Quatsch natuurlijk, maar met deze cd haalt u een pareltje van een uitvoering in huis. Blind te kopen.
  2. Orlandus Lassus: Psalmi Davidis Poenitentiales / Collegium Vocale Gent / 2006 / ****
    Oh-oh-oh. Ik beken het, ik heb een zwak voor ‘vroege’ muziek, en in het bijzonder de polyfonie. Philippe Herreweghe brengt met zijn Collegium Vocale een uitvoering waar uw oren u dankbaar voor zullen zijn. Er bestaat geen muziek die rustgevender is, harmonieus, speels, en daarenboven, met psalmen zit u nooit verkeerd. Orlandus Lassus, in zijn veelheid van namen is een halve Vlaming, en een van de meest productieve componisten van zijn tijd (16eE). Een schitterende (dubbel)cd.
  3. Mozart: Sonatas K 331 K 570 – Fantasia K 397 – Adagio K 540 / Tom Beghin (pianoforte) / 2006 / ****
    Pianobouwer Chris Maene heeft speciaal voor Tom Beghin een pianoforte (naar Anton Walter, 1782) nagebouwd. Het resultaat is een Mozart zoals u die maar zelden hebt gehoord. Verschrikkelijk interessant om lezen is daarbij: Mozarts pianoforte onderzocht, gebouwd en bespeeld (Achtergrond bij een wereldprimeur).
  4. Mozart: Complete Sonatas for Keyboard and Violin – Volume 2 / Rachel Podger (viool) – Gary Cooper (piano) / 2005 / ***
    In mijn overzicht van 2005 had ik u er reeds voor gewaarschuwd. De combinatie Podger/Cooper is op zijn minst geslaagd te noemen. Heel geslaagd.
  5. Philippe Boesmans: Julie / Kamerorkest van de Munt / 2005 / ***
    Eigenlijk was ik van plan een lang en uitgebreid artikel aan dit werk te wijden. Tijdsgebrek en alles. Boesmans is een hedendaags componist, en dit is een verschrikkelijk goede hedendaagse… opera. Geen Verdi of Haendel, maar hedendaagse, best toegankelijke muziek. Probeer het eens; ik ben er enorm tevreden over. (Meer, en bovendien interessante info vindt u bij De Munt –waar Boesmans huiscomponist is– en bij La Médiathèque.)

jazz

  1. The Fred Hersch Trio + 2 / 2004 / ****
    Een al wat oudere cd, maar deze mag in uw collectie niet ontbreken. Ik heb The Fred Hersch Trio + 2 live gezien op Middelheim, maar de aankoop lang blijven uitstellen omwillen van de prijs. De prijs zal helaas niet snel zakken, want deze cd is elke cent waard.
  2. Miss Soul / Eric Legnini Trio / 2006 / ****
    Eric Legnini is de pianist die u reeds vorige zomer aan het werk kon zien met Stefano di Battista. Hier gaat hij zijn eigen weg, en leidt ons mee op een tocht doorheen zijn invloeden. Funky, pop (een prachtig nummer van Björk): dit is jazz waarmee u niet kan verkeerd zitten. (Serieus, dit is de ideale plaat voor iedereen die u over de schreef wil halen richting jazz-land.)
  3. Live At Bradley’s II: the perfect set / Kenny Barron Trio / 2005 / ***
    De opvolger van, hoe kan het ook anders: Live At Bradley’s, die in 2001 amper mijn CD-speler heeft verlaten. Invloeden vooral van Monk, maar het is vooral de kunde van Barron zelf die hier garant staat voor een goede plaat (en de belofte ook waarmaakt).
  4. African Flashback / Romano-Sclavis-Texier / 2005 / ***
    African Flashback is de opvolger van het reeds ruimschoots bejubelde Suite Africaine. En wat moet een mens daaraan toevoegen?
  5. Narcissus / Narcissus Quartet / 2006 / ***
    Dat ik een fan ben van Robin Verheyen, had u waarschijnlijk al begrepen. Edoch wil ik u nog evenzeer deze cd met lichte aandrang aanraden.

En terwijl we toch bezig zijn, wil ik graag nog even een lans breken voor werk van eigen bodem.

Jan Muës: Cool Cargo: ik heb het al gezegd, maar ik Opa Pettson uiterst dankbaar voor deze tip. Muës brengt met Cool Cargo een aantal prachtige standards. Zijn stem is een beetje wennen (zoals Wim Mertens), maar dit is een goede plaat.

War, van de Rawfishboys (Joachim Badenhorst en Brice Soniano) is evenzeer de moeite (de cd is waarschijnlijk enkel verkrijgbaar via de website).

Ook nog ’til now van de Hendrik Braeckman Group (feat. Bert Joris en Kurt Van Herck) en Personal Legend van het Pascal Schumacher Quartet.

(En nu hou ik op, voor u mij ervan verdenkt reclame te maken voor W.E.R.F. –mag ik gewoon even benadrukken dat we in België over een aantal schitterende jazz-muzikanten beschikken. Ja? Dank u.)

(Ik merk net dat ik geen cds heb laten kantelen. Dat wil daarom niet zeggen dat ik er geen ben tegengekomen. Maar positief is toch altijd beter, nietwaar?)

(Nu nog ergens de cds van Briskey, Moker en het Carlo Nardozza Quintet zien te vinden, dan kan ik die tegen de volgende keer ook opnemen in de ‘bespreking’.)

moules parqués

Buurman is terug van weggeweest. En het eerste wat hij deed was zijn wagen voor onze poort plaatsen (de plaats voor zijn eigen deur was vanzelfsprekend ook vrij). Of liever: buurvrouw deed dat. Buurman is een sympathieke underdog, die er eigenlijk niet aan kan doen dat zijn vrouw een probleem heeft met de hele wereld, en met ons in het bijzonder.

Toen ze uitstapte zag ik haar met een vies gezicht naar boven kijken, om te zien of ze ons niet spiedend in de gordijnen kon aantreffen. Dat had haar immers nog veel beter doen voelen. En wij, die de ganse dag eigenlijk toch niks beters van doen hebben, doen verschrikkelijk ons best om haar zo veel mogelijk ter wille te zijn. Want dat schept een band. En niets is zo belangrijk als goede banden hebben met uw buren.

Vorig jaar hebben we het evenwel verkorven. In plaats van ontsteld ons beklag bij haar te doen, hebben we toen hun tuinafval, waarvan ze zo vriendelijk waren het in onze tuin te werpen, netjes opgeruimd en met de GFT meegegeven. Dat heeft toen anderhalve maand veel stiletto-getak met zich meegbracht, telkens iets na middernacht.

Ze zijn niet allemaal zo attent, onze buren. Zo kwam een van de buren langs de andere kant (we hebben er daar drie) dit weekend vragen of hij de klimop langs zijn muur mocht snoeien. Dan hoefde ik niet opnieuw halsbrekende toeren boven mijn serre uit te halen: hij kon er van zijn kant immers heel gemakkelijk bij. Nu vraag ik u. Straks mag ik zijn snoeischaar nog lenen ook.