koolhydraten

Laat ons gauw nog wat koolhydraten opslaan, dacht ik gisterenavond toen we van de opening van de nieuwe LOD studio’s terugkwamen. Helaas bleken de goede etablissementen in de buurt gesloten of volzet, zodat wij toch nog eens in de Yanko eindigden. Het was tien jaar geleden dat wij daar nog eens waren langs geweest. De laatste paar keer was de kwaliteit van de gerechten zo ondermaats, dat we het gewoon niet konden opbrengen daar nog geld uit te geven. Tijd voor een nieuwe kans.

Er stond zelfs volkorenpasta op de kaart, en die was volgens onze kelner zonder room, maar enkel met wat olijfolie erover gesprenkeld. Gebakken spaghetti met wat tomaat en gepaneerde scampi’s en pijnboompitten, het leek juist wat ik nodig had. Helaas. De tomaat bleek uit redelijk zuur opgelegde ‘zongedroogde’ tomaatpartjes te bestaan, en het gerecht bevatte verder –naast de beloofde pijnboompitten– ook olijven en… erm… warmgemaakte zure ansjovis. Wacht, ik herhaal het even: warme, in azijn opgelegde, ansjovis. Die verder volledig onder de pasta was vermengd, eruit halen was niet meteen een mogelijkheid. De pasta zelf, was overgoten met op zijn minst een colaglas olijfolie (die ik vanzelfsprekend niet heb opgegeten/-gedronken). Mijn maag was niet tevreden. (Mijn portemonnee al evenmin.)

De rest was niet veel beter. Tessa had zwaardvis, die droger uitgebakken (gegrilled!) was dan een kurken vloer. Henri had gloeiend hete lasagne, ongeveer 8 centimeter hoog, waarvan 4 of 5 centimeter gebakken bechamelsaus. Nee, het zal waarschijnlijk opnieuw een tiental jaar duren eer we er nog eens durven binnenstappen.

Mom’s Apple Cake

Cake ligt mij niet. Dat is niet alleen te wijten aan het eerder droevige feit dat ik er nog nooit in ben geslaagd een goede cake te bakken, maar ook aan de (on)redelijke saaiheid van een klassieke quatre quarts (*). Edoch! Al sedert de dag dat ik het in mijn nieuwslezer vond, wou ik dit recept (**) maken. Eigenlijk had ik het gepland voor het Grote Verjaardagsfeest van mijn twee gezinsgenoten, maar ik had pas té laat een blik op de details van het recept geworpen, waarin nochtans duidelijk stond vermeld dat de baktijd anderhalf uur besloeg.

Maar goed, het is herfstvakantie, én ik had alle ingrediënten in huis, dus toog ik eergisteren aan de slag met pan en pannenlikker en cups, table- en teaspoons –als u ze nog niet hebt, haal ze gezwind in huis (tip voor een eindejaarscadeau?). Belangrijkste ingrediënt: zeven stuks van een ietwat zurige herfstappel.

it's food, baby

Benodigdheden

  • 7 (wat kleinere) appels
  • 1 tablespoon kaneel
  • 5 tablespoons (fijne) rietsuiker
  • 2 3/4 cups bloem
  • een koffielepel bakpoeder
  • een beetje zout
  • 1 cup (250 ml) plantaardige olie (zonnebloemolie in mijn geval)
  • 1 1/2 cups fijne rietsuiker
  • het sap van een appelsien (of twee)
  • een beetje vanille-extract
  • 4 eieren
  • 1/2 cup fijngemalen amandelen

it's food, baby

Zo gemaakt

Schil de appelen, haal er het klokhuis uit, verdeel ze in acht, en snijd die stukken nog eens in drie. Doe de appel in een kom, en besprenkel ze met de kaneel en de 5 tablespoons suiker. Zet het mengsel langs de kant.

Verwarm de oven voor op 175°C.

Meng bloem, bakpoeder, zout in één kom; en de olie, het vanille-extract, de suiker en het appelsiensap in een tweede. Voeg de inhoud van de tweede kom bij de eerste, en meng goed. Scheid het eiwit van het eigeel; voeg de eigelen meteen aan de kom toe, en meng ondereen. Klop de eiwitten op, en vouw dat (redelijk) voorzichtig onder het beslag.

it's food, baby

Giet een laagje van het deeg in een cakevorm. Dat kan een springvorm zijn, of een tulband, maar bij voorkeur een hoge vorm. Zorg ervoor dat, als het deeg en de appels allemaal in de vorm zijn, dit mengsel nog een centimeter of twee van de rand blijft. Mijn vorm was niet hoog genoeg, waardoor een deel van het beslag tijdens het bakken is overgelopen.

Leg ongeveer de helft tot twee derde van de appels op die eerste laag. Giet er vervolgens de rest van het beslag over, en schep daarop de rest van de appels.

it's food, baby it's food, baby

Plaats gedurende ongeveer anderhalf uur in de oven, tot de caketester (***) droog uit het gebak komt. (Bij mij duurde het iets langer.)

Een fantastisch recept, en de eerste cake waar ik zelf tevreden over was. Ik heb me iets ingehouden wat betreft de hoeveelheid suiker (ik ben niet zo’n zoetekauw), maar voor de rest het recept braaf gevolgd.

Smakelijk! (Het wordt overigens nog lekkerder als u er een beetje zure room bij serveert.)

(*) Een quatre quarts ofte vier vierden gebak heet aldus omdat die wordt opgebouwd uit vier gelijke delen van de ingrediënten: 250 gr bloem, 250 gr boter, 250 ml melk, en 4 eieren (250 gr). Steek ongeveer een uur in de oven op 170°C.

(**) Smitten Kitchen: Mom’s Apple Cake

(***) Een caketester is een breinaald of een brochettestick (hout of metaal), die u tegen het einde van de baktijd in de cake steekt. Als de ’tester’ min of meer droog uit de cake kan worden gehaald, is de cake klaar. Indien niet, moet de cake er nog wat langer in.

de tirannie van het brood

“Uw brood bakt zichzelf niet”, zo wist het deeg mij vannacht op geheel telepatische wijze mede te delen, luttele seconden nadat ik de televisie had uitgezapt en mij knus in bed had geïnstalleerd. Een deeg, dat nochtans om 18u een eerste sponzen voorrijs mocht ontvangen en een half uurtje nadien een kneedbeurt. Om tot slot opnieuw liefdevol de kom in te gaan voor een eerste rijstijd.

Iets voor twaalven wreef ik aldus de slaap opnieuw mijn ogen uit en toog ik naar benenden, alwaar het bewuste deeg mij nog net niet uit de kom tegemoet trad. Ik heb het neergeslagen en in twee gesneden, in twee bakblikken gelegd en die vervolgens –zoals steeds– in een doorzichtige plastic zak geplaatst. Ik heb mijn timer op een dik half uur ingesteld, de televisie opnieuw opgewarmd, en een stukje naar de dubbelaflevering van Lost gekeken –dat ik eerder die avond had opgenomen. Normaal gezien krijgt het deeg tijd tot het in omvang is verdubbeld, maar dat zag ik niet echt zitten. Na de toegestane tijd heb ik dan ook snel de oven voorverwarmd, het brood in het volgende half uur gebakken, uit de oven genomen ter afkoeling, en eindelijk mijn bed opnieuw opgezocht.

it's food, baby

Ziehier de snoodaard, wiens wederhelft deze ochtend reeds genadeloos door de snijmachine aan stukken werd gerijt. Het vraagt soms wat werk (al valt dat mee: meer tijd dan werk eigenlijk) –en vooral geheugen– maar zo lekker, zo’n vers- en zelfgebakken brood!

Coings, oranges et cardamome

“Och, zijn dat kweeperen?”, vroeg ik vorige week half-extatisch bij de groenten- en fruitboer. Ik nam er meteen drie mee naar huis, goed voor één kilo. In Christine Ferbers Mes confitures zou ik zeker een recept voor kweepeerconfituur of -gelei terugvinden. Meer dan één zelfs, zo bleek. Maar alle vroegen ze om Jus de coing, en de recepten zelf om 1,3 kg (of 800 netto) vruchten. Dus ging ik de volgende dag terug om meer. Een kilo meer, en dan waren ze meteen ook uitverkocht.

it's food, baby

Zo’n kweepeer, dat ziet er –als ge geluk hebt tenminste– soms een beetje uit gelijk een gewone peer. Meestal zijn het echter van die knoestige dingen, die van ver nog wel eens aan een peer of appel laten denken. Ze zijn flink uit de kluiten gewassen, en dus ook nogal zwaar. Rauw smaken ze redelijk bitter, maar ze zijn heerlijk in confituur, of als compote. Ik had nog een beetje overschot, van zowel de jus als de vrucht zelf, en ik heb dat gisterenavond met wat honing tot compote verwerkt. Ik heb het Henri opgediend met braadworst en couscous, en hij was danig onder de indruk. (Ik heb hem nog niet verteld dat het kweeperen waren i.p.v. appels, ik zou graag hebben dat hij eerst van de confituur proeft. “Oh, appelconfituur”, riep hij vanochtend verblijd uit toen hij de potjes ontdekte.)

Uit een heleboel recepten heb ik uiteindelijk gekozen voor coings, oranges et cardamome. Al klopt dat niet echt, gezien ik geen kardemom in huis had, en dus maar kaneel heb gebruikt. Eén van de redenen waarom ik voor dat recept heb gekozen, is omdat er appelsien in zit. Een kweepeer, ziet u, dat heet in het Portugees marmelo, en daaruit is de benaming marmelade afgeleid. Een marmelade was oorspronkelijk een soort confituur, waarin kweeperen en een citrusvrucht werden verwerkt (meestal appelsienen).

it's food, baby it's food, baby

We zetten ons aan het werk. Als u kweeperen koopt, kiest u best de meest welriekende vruchten uit de voorraad.

Benodigdheden

  • 1,3 kg kweeperen, goed voor 800 g gekuiste vruchten
  • 20 cl jus de coing
  • 100 g kristalsuiker
  • 275 g suiker Maxi-Fruit 3+1
  • twee appelsienen
  • het sap van twee appelsienen
  • het sap van één citroen
  • een beetje kaneel (of een mespunt fijngeplette kardemom volgens het oorspronkelijke recept)

Voor de jus de coing

  • 2 kweeperen
  • water

Zo gemaakt

Dag 1, des avonds

Wrijf de kweeperen stevig af; vaak ligt er een donzig laagje op de schil. Spoel ze af in fris water, snij er de uiteinden af (zorg ervoor dat de zwarte uiteinden van de bloem weg zijn), en snij ze in vier. Leg ze in een kookpot, en voeg water bij tot de vruchten goed onder staan.

Breng dit aan de kook, en laat het gedurende een goed uur flink doorpruttelen –af en toe eens roeren. Doorpruttelen is een wetenschappelijke term waarmee men bedoelt dat in het water bubbels worden gevormd, maar dat er geen risico op overkoken is. Geen al te stevig vuur dus.

Giet het nadien door een chinois (zo’n puntvormig vergiet), en druk met een houten lepel stevig de vruchten uit tegen de rand. Verwijder de pulp uit het stramien, en giet de jus er nog eens door. Laat afkoelen, en plaats in de koelkast tot de volgende avond.

Dag 2, des avonds

Wrijf de kweeperen af, spoel ze af in fris water, snij de uiteinden eraf, en verdeel ze in vier. Haal de kern en de pitten eruit, en snij ze vervolgens in fijne schijfjes (u bent er even mee bezig). De vrucht verkleurt snel, dat is niets om u zorgen over te maken.

Spoel de twee appelsienen goed af, en wrijf ze droog met een handdoek. Snij ze in fijne schijfjes.

In een (confituur)kookpot verwarmt u deze schijfjes, samen met de 100 g kristalsuiker en het sap van de andere twee appelsienen tot de appelsienringen wat doorzichtig worden.

Voeg er dan de kweepeer aan toe, het citroensap, de (3+1) suiker en de kaneel (of kardemom als u er toch in huis had of hebt gehaald). Breng dit tot het bibberpunt, en giet het in een glazen pot. Het bibberpunt, dat is alweer zo’n wetenschappelijke term, waarin het zaakje begint te sudderen, en er wat bellen worden gevormd, maar nog net niet gaat koken.

Laat afkoelen, en plaats in de koelkast tot u de volgende dag opnieuw wat tijd hebt.

it's food, baby

Dag 3, des avonds

Breng het brouwsel van de vorige dag voorzichtig aan de kook (dit kan al gedeeltelijk opgesteven zijn, niet mee inzitten, dat wordt opnieuw vloeibaar), en laat een tiental minuten goed doorkoken. Schuim af waar nodig, roer voorzichtig, en let op de indikking.

Verdeel de confituur in potten en sluit die meteen af. Laat –zoals steeds– minstens een dagje afkoelen voor u de eerste pot aanbreekt.

it's food, baby

Deze confituur is heerlijk op een sneetje toast, maar ook op een pannenkoek, of zelfs bij –op diervriendelijke manier verkregen– foie gras. Smakelijk.

Bert, er zit een banaan in je oor!

Bananen zijn niet mijn favoriete voedsel. Niet vanwege de smaak of consistentie, maar omdat de dingen net rijp genoeg (niet té veel en zeker niet té weinig) moeten zijn, of ik krijg er aften van. Henri daarentegen, eet minstens één banaan per dag. Bij voorkeur bij het ontbijt, want ’s avonds wil de consumptie van die dingen bij hem nogal eens hetzelfde effect hebben als een kop koffie bij zijn grootouders: here’s hyperactive-man!

Uit de –ongegronde– vrees om zonder te vallen, durven zowel Tessa als ikzelf wel een te vaak bananen in te slaan. Dat resulteert dan in een berg(je) overschot, waarmee we al vanalles hebben aangevangen –tot invriezen toe. Gisteren was het weer zover, maar als bij wonder dook dit recept mijn nieuwslezer binnen: Banana Bread with Cinnamon Crumble Topping. Ik heb de bereiding gemaakt sans de topping, omdat ik eenmaal niet zo’n fan van toppings ben. Vaak zijn die bovenlagen te suikerig, en cake is al zo’n caloriebom, zeker met banaan.

Het recept werd alweer genoteerd in cupmaten, en als u er nog niet over beschikt, kan ik u alleen maar aanraden om toch maar zo’n maatbekers in huis te halen. Het ziet er niet naar uit dat ze zich metrisch zullen haasten, daar in de states.

kokeneten

Benodigdheden

  • 1 1/2 cup huishoudbloem
  • 1/2 cup kristalsuiker
  • 1/2 cup ruwe rietsuiker
  • 1 tsp. kaneel
  • 1 tsp. bakpoeder
  • een snuifje zout
  • 3 geplette, rijpe bananen
  • 2 grote eieren
  • 1/2 cup zonnebloemolie
  • 1/4 cup (vloeibare) honing
  • 1/4 cup water

kokeneten kokeneten

Zo gemaakt

Verwarm de oven voor op 175°C, en zet een cakevorm klaar.

Meng de droge ingrediënten (suiker, bloem, bakpoeder, kaneel en zout) in een kom.

Meng de vloeibare ingrediënten in een grotere kom goed dooreen. Zoals steeds heb ik mijn eiwitten eerst afzonderlijk opgeklopt.

Voeg er de droge ingrediënten aan toe, meng goed door. Let er vooral op dat de geprakte banaan niet allemaal samenklit.

kokeneten

Giet het mengsel in de cakevorm, en bak de cake gedurende een uur in de oven (probeer de truc met de breinaald om te zien of de cake ook vanbinnen droog is). Laat een halfuurtje in de vorm afkoelen, en verwijder de cake dan voorzichtig uit de vorm. (De gebruikte vorm was iets te breed eigenlijk.)

Smakelijk!

aardbeien, zwarte peper en munt

Ah. Als ik eenmaal begin, dan weet ik niet van ophouden. We waren nog geen halve week verder, of ik was al aan mijn tweede lading confituur begonnen. Niet eens bewust eigenlijk. Op dinsdag had ik van bij mijn fruitmeneer aardbeien meegebracht. 1,80 euro per doos voor van die kleine, versus 2,65 euro per doos voor iets grotere. “Geef er mij meteen maar vier van die kleine”, had ik vol overmoed en goesting uitgeroepen, niet goed wetend wat ik ermee ging aanvangen. Misschien maak ik wel een taart, dacht ik vingerlikkend. Geen enkel taartrecept kon mijn goedkeuring wegdragen, en ik had geen zin om mij aan van die heerlijke banketbakkersroom te wagen.

Confituur!

Fraises au poivre noir et à la menthe fraîche, spiegelde Christine Ferber mij voor. Wie kan daar nu aan weerstaan?

kokeneten kokeneten

Benodigdheden

  • 1,1 kg aardbeien, goed voor 1 kg gekuiste vruchten
  • 800g suiker; alweer: ik heb mij beperkt tot 3-400g van die Maxi-Fruit 3+1
  • het sap van één limoen
  • 5 blaadjes verse munt
  • 5 zwarte versgemalen peperkorrels

Zo gemaakt

Dag 1, des avonds.

Spoel de aardbeien snel even onder fris water. Droog ze op een keukenhanddoek en snij er de kroontjes uit.

Meng er de suiker en het sap van de limoen bij, en laat het afgedekt in een glazen kom tot de volgende avond op een koele plaats intrekken. In de koelkast mag (dat heb ik ook gedaan), bij voorkeur bovenaan.

Dag 2, des avonds.

Breng dit mengsel over in een kookpot, en laat even sidderen (niet koken dus, maar sidderen). Giet het terug in de glazen kom, en laat opnieuw een nachtje afgedekt intrekken op een koele plaats. Ja, de koelkast mag.

kokeneten

Dag 3, des ochtends.

Giet het mengsel via een tamis over in een kookpot, om de siroop op te vangen. Wees voorzichtig met de aarbeien, die normaal gezien nog mooi heel moeten zijn (anders hebt u de avond ervoor gekookt i.p.v. gesidderd). Een deel van de siroop kan gestold zijn, maar ook dat laat zich wonderwel –voorzichtig– door die tamis duwen.

Breng de siroop aan de kook, en laat ze wat indikken (105°C volgens het recept). Voeg er dan het fruit terug aan toe alsook de gescheurde verse muntblaadjes en de versgemalen peperkorrels. Laat nog héél even koken (tot de aardbeien warm zijn, maar laat ze niet stukgaan), en haal dan de pot van het vuur.

kokeneten

Verdeel de confituur in potten en sluit die meteen af. Laat een dagje afkoelen voor u de eerste pot aanbreekt. Dit is verschrikkelijk lekkere confituur. De munt en de peper geven er een subtiel extra aan, en de eerste pot heeft het hier geen dag uitgehouden.

Smakelijk!

reines claudes en rabarber

Confituur! Confituur! Confituur! Zo scandeert het al een veel te lange tijd door lijf en leden. De beste confituur is zelfgemaakte confituur, maar dan door een ander. Enfin, u begrijpt wel wat ik bedoel? Het is maar liefst twee (twee!) jaar geleden dat ik nog eens confituur heb gemaakt. Van rabarber dan nog wel. En ik lust dat niet eens zo graag, rabarber.

Hoog tijd om nog eens confituur te maken –Christine Ferber heeft een gans boekje vol recepten– en we gingen deze keer voor… rabarber. Maar wel met mirabellen. Ik bedoel Reines Claudes. Enfin, het recept vroeg om mirabellen, maar mijn groenten- en fruitmeneer had alleen Reines Claudes, maar dat zal ook wel lukken zeker?

Benodigdheden

Een pot confituur van rabarber en Reines Claudes. Voila. Klaar. Muhahaha. Erm. Juist. Nevermind. Te veel koffie.

  • 600g Reines Claudes; dat komt neer op zo’n 500g ontpit
  • 600g rabarber; dat komt neer op zo’n 500g gekuist
  • 800g suiker; ik ben niet zo zot van zoete confituur, dus ik tracht minder suiker te gebruiken. Ik heb zo’n 3+1 suiker, die meer pectine bevat en in een verhouding van 3 porties vruchten voor 1 portie suiker kan worden aangewend (Candico Maxi-Fruit). Daarvan heb ik er een 3-400g gebruikt.
  • het sap van één limoen

kokeneten

Zo gemaakt

Nu ja, ‘zo’ is relatief. We maken tenslotte geen koude compote à la Quick & Fruity.

Dag 1, des avonds.

Spoel de rabarber, en haal er de al te harde buitenkant af (dat is niet altijd noodzakelijk). Snij de rabarber overlangs en daarna verder in kleine stukken van zo’n centimeter.

Spoel ook de Reines Claudes, en snij ze in twee om de pitten eruit te halen.

Doe de ingrediënten in een glazen kom, meng ze goed maar voorzichtig, en laat dan een uurtje staan. Giet het vervolgens in een kookpot en laat dit even sidderen –nee, niet koken, maar sidderen en zuchten en beven. Haal van het vuur, bedek, en laat een nachtje trekken op een koele plaats (dat mag in de koelkast –bij voorkeur bovenaan). Opgelet, geen metalen recipiënten in de koelkast!

Dag 2, des ochtends.

Giet dit door een tamis over in een kookpot, om de siroop op te vangen. Als u dezelfde suiker gebruikt als ik, kan die al gedeeltelijk gestold zijn. Breng de siroop aan de kook, en laat ze wat indikken (105°C volgens het recept). Voeg er dan het fruit terug aan toe, laat nog even koken, en als de confituur dikker wordt en wat aan een houten (!) lepel blijft plakken, dan haalt u de pot van het vuur.

Verdeel de confituur in potten en sluit die meteen af. Laat een dagje afkoelen voor u de eerste pot aanbreekt.

Smakelijk!

crumble van rabarber en aardbeien

Terwijl wij een paar maanden van de Vlaemsche aardbodem verdwenen, werd niet alleen gans onze tuin opgekuist, er werden ook andere ‘voorzieningen’ aan toegevoegd. Zo kunnen wij ondertussen genieten van tomaten, bloemkool, diverse kruiden, sla, en… rabarber. Maar wat doet ge in godsnaam met rabarber. Ik ben geen fan van rabarberconfituur –al ga ik er binnenkort wel maken– maar ik kan ten zeerste een rabarbartaart op prijs stellen.

Edoch, niets zo makkelijk als een crumble –zowat het enige dessert dat ik Tessa de laatste tien jaar heb weten klaarmaken. Minimale moeite voor een gegarandeerd succes. De basis voor ons recept komt –zoals vaak– van Smitten Kitchen: Strawberry-Rhubarb Crumble.

kokeneten kokeneten

Benodigdheden

Gebruik gerust de cupmaten, teaspoons en tablespoons. Enkel voor patisserie moeten uw hoeveelheden exact zijn, maar de gewone lekkernijen maakt u gerust uit de losse pols klaar. Lepels en kopjes voor de keuken vindt u gemakkelijk in de Hema of bij Dille en Kamille bijvoorbeeld –en waarschijnlijk zelfs in het grootwarenhuis. Iets moeilijker is het voor de stick boter: in Amerika ligt dat overal in de rekken, maar hier moeten we omrekenen. 1 zo’n stick is gelijk aan 4 ounces ofte 115 gram.

Deel 1: de crumble

De crumble is niet meer dan een toplaag die over een hoop verse ingrediënten gaat. Veel bloem, een beetje suiker en een kwak boter: klassiek.

  • 150g (1 1/3 cup) bloem
  • 1 tsp bakpoeder
  • 3 tblsp kristalsuiker
  • 3 tblsp rietsuiker
  • de zest van 1 limoen
  • 115g (1 stick) boter, op kamertemperatuur

Deel 2: de vulling

  • 1 1/2 cup rabarber (ongeveer drie stengels)
  • 4 cups aardbeien (ongeveer twee bakjes)
  • het sap van 1 limoen
  • 1/2 cup suiker
  • 1/2 cup bloem
  • een snuifje zout

kokeneten kokeneten

Zo gemaakt

Voor de crumble smijt u alle ingrediënten in één kom, en kneed u alles flink door elkaar met de vingers (niet de handpalmen). Het resultaat is een kruimelige (dus losse) hoeveelheid deeg. Zet in de koelkast tot u het nodig hebt.

De zest(e) is de buitenkant van een citrusvrucht. Er bestaat een speciaal zest-mes, zo met vier oogjes naast elkaar, waarmee u net de goede dikte van de schil kan verwijderen. Snij het resultaat nog verder fijn voor het aan de andere ingrediënten toe te voegen.

Verwarm de oven voor op 190°C.

Voor de vulling: het gemakkelijkst voor de cupmaten van de vruchten, is om zo’n Pyrex maatbeker te gebruiken (zie foto bovenaan). Daarop staan niet alleen de metrische hoeveelheden, maar ook de Amerikaanse maateenheden vermeld. Voor wie enkel over een maatbeker in metrisch eenheden beschikt, is het handig om weten dat 4 cups ongeveer met 1 liter overeen stemmen.

Pel de rabarber, en snijd de stengel in stukjes van zo’n 1-2 cm. Verwijder de kroontjes van de aardbeien, en snij ze in vieren. Ik had net niet genoeg aardbeien, dus ik heb er nog een appel bij gesneden. Gooi dat allemaal –liefdevol– in een diepe taartvorm, en strooi er de suiker en de bloem over. Doe er het sap van de limoen en het snuifje zout bij en meng dit voorzichtig met de hand.

Strooi er vervolgens het kruimeldeeg over uit, en bak dit in 40 tot 50 minuten –tot de korst mooi goudbruin ziet, en het fruit netjes ligt te borrelen.

Zowel warm als koud overheerlijk –en laat zich graag vergezellen door wat zure room of slagroom.

Smakelijk!

meatloaf: like a bat out of hell

The sirens are screaming and the fires are howling…

Niet minder dan vier politiewagens stonden met blauw flikkerende lichten op de hoek van onze straat, bij het huis van de buurman. We dachten even dat het een episode van Cops was, maar even tevoren hadden we bij buurman hevig geroep en getier gehoord, en toen ik voorzichtig mijn hoofd even uit het raam stak, zag ik voor de politiewagens een man op de grond liggen. Een weinig later werd hij geboeid in één van de vier wagens geduwd, en zo snel als het was begonnen, was het ook weer gedaan. De politie is precies efficiënt in Seattle. (Ze ook amper vier blocks hier vandaan gehoofdkwartierd, natuurlijk.)

We kunnen America toch maar moeilijk verlaten zonder een meatloaf te hebben klaargemaakt. Een week of twee geleden zat er een recept bij de Seattle Times (dezelfde waarin ze op de voorpagina Colder than Siberia! blokletterden), onder de hoofding How to feed a teen appetite.

Meatloaf dus, en dat is verschrikkelijk eenvoudig om te maken.

Benodigdheden

  • 1 kg mager gehakt (ik gebruik meestal een combinatie van de helft gemengd gehakt, en de helft filet americain)
  • 1 groot ei (gebruik er gerust twee)
  • een kleine ajuin (een jonge lente-ui bvb)
  • een teentje knoflook
  • 1 soeplepel mosterd
  • 3 soeplepels ketchup
  • een goede handvol (vers) broodkruim
  • was verse, fijngesneden kruiden
  • een snuif zout
  • een snuif peper

meatloaf meatloaf meatloaf

Zo gemaakt

Verwarm de oven voor op 190°C.

Meng alle ingrediënten goed samen, en schep ze vervolgens in een cakevorm (of iets gelijkaardigs).

Bak gedurende 1 uur, of tot uw meatloaf mooi gebruind is en de temperatuur binnenin 70°C heeft bereikt. Als uw cakevorm breed is, en uw meatloaf dus redelijk dun (zoals hierboven), dan komt u met 45 minuten zeker toe.

Ze de oven uit, laat even afkoelen, en serveer.

Smakelijk!

bosbessentaart

Terwijl Tessa en Henri gigantische hoeveelheden cadeaus gaan kopen voor vaderdag, buig ik mij over de oogst van hun raid op de Safeway, eerder deze ochtend. Blijkbaar gelden ook tijdens het weekend de Buy one, get one for free tarieven, want de ijskast bevatte opnieuw twee dozen frambozen, en twee dozen bosbessen. Een recept met frambozen hebben we gehad, vandaag vangen we iets aan met die bosbessen. Ik heb een kilo van de blauwe vruchten ter beschikking, en het internet stuurt mij probleemloos richting Chocolate & Zucchini voor een Tarte aux Myrtilles.

Bij Bloch hadden ze destijds ook een bosbessentaart –waar wij slechts met veel moeite aan konden weerstaan en waarvan we dus stiekem blij waren als ze uitverkocht was maar een beetje droevig toch ook, u kent dat wel– maar het recept daarvoor staat nog niet bij de inventarisfoto. (Ze zouden er toch wel eens werk van mogen maken om die recepten online te krijgen. Het lijkt wel dat ze tijdens de sluitingshype rap-rap die site online wouden krijgen, en dat er nu Bloch effectief gesloten is, geen kat meer naar omkijkt. Of misschien wil Bloch gewoon niet langer dat zijn recepten online komen. Of… Of… Of… Misschien weet u het wel, hoe dat komt?)

we're in seattle, baby

Benodigdheden

Voor de taartbodem

  • 170 g boem
  • 85 g suiker
  • 85 g boter
  • een weinig melk

Voor de vulling

  • 400 g bosbessen
  • 1 eetlepel zure room of slagroom
  • 1 eetlepel suiker
  • 1 ei

we're in seattle, baby we're in seattle, baby

Zo gemaakt

Mijn werkwijze verschilt van de instructes van Clotilde, waarschuw ik even.

Verwarm de oven voor op 200°C.

Voeg de suiker, de in klontjes gesneden boter en de bloem in een kom. De boter kan gerust rechtstreeks uit de koelkast komen, of als ze te koud is om te bewerken, laat ze dan even op kamertemperatuur liggen. Meng de drie ingrediënten (met de hand) tot een korrelige substantie (zie foto linksboven).

Voeg een weinig melk toe, en schep alles in lichtjes ingevette een taartvorm (Clotilde had het over een vorm van 22cm diameter, ik had er enkel één van 24 cm). Wat betreft die melk: begin beter met te weinig; toevoegen kan altijd.

Druk alles stevig tegen de bodem en de zijkant van de vorm (zie foto rechtsboven), en bak gedurende 20 minuten in de oven.

we're in seattle, baby we're in seattle, baby

Haal de taart uit de oven, en verlaag de temperatuur naar 180°C.

Verdeel de bosbessen over de taartbodem, en bak gedurende 15 minuten.

Meng in een kom het ei, de suiker en de zure room/slagroom, en klop dat goed dooreen. Als de 15 minuten om zijn, giet u dat mengsel over de taart, en bakt u de taart nog eens gedurende 15 minuten.

Als die 15 minuten om zijn (in totaal zitten we dus aan 50 minuten), zet u de oven uit, en laat u de taart nog eens 15 minuten in de oven staan.

we're in seattle, baby

Laat volledig afkoelen, besprenkel desgewenst met suiker, of plaats er een toefje zure room (of slagroom) op, en serveer.

Smakelijk!