Top 15 Pacific Northwest highlights

Sinds ik Flipboard op mijn iPad heb, ben ik voorwaar weer mee met Twitter en Facebook. Een fantastische interface, en een aangename manier om door die social media kanalen te bladeren. Als added bonus kan ik extra kanalen toevoegen, zoals Lonely Planet. (Het enige wat ik mis is een “add to instapaper” knop.) Een paar dagen geleden vond ik er de top 15 Pacific Northwest highlights. De Pacific Northwest, daar zit o.a. Seattle bij. Tijd voor nog een lijstje dus.

Road Trip, USA 2010

  • San Juan Islands, Washington
    Zowel Tessa als Henri hadden heel graag de eilanden bezocht… bij voorkeur met watervliegtuig, maar ik zag dat budgetgewijs niet meteen zitten. Ik zal straks extra onder mijn voeten krijgen, vermoed ik.
  • Mt Rainier, Washington
    Daar zijn we twee jaar geleden heen getrokken, en we zijn er dit jaar bijna teruggekeerd. Helaas lag er tijdens de periode dat we er waren nog te veel sneeuw, dus hebben we de tocht afgeblazen. Twee jaar geleden lag er ook sneeuw; het was toen de eerste warme dag van ons verblijf, en we konden er in short of korte broek een sneeuwtocht maken. Ik heb toen een mooie foto gemaakt, één van de weinige die ik heb laten vergroten.
  • Seattle, Washington
    Du-uh. Twee keer voor langere tijd verbleven; de tweede keer zaten we in een iets minder aangename buurt (de “hipster ik heb veel geld en een woning van een paar miljoen en gij niet” buurt). Seattle is evenwel een absolute aanrader voor wat betreft vriendelijkheid en (Amerikaanse) koffie. De auto’s stoppen er spontaan voor de voetgangers –zelfs als er geen oversteekplaats is.
  • Vancouver, British Columbia
    Hebben we een blitzbezoek gebracht, dit jaar (we hebben er koffie gedronken, en zijn naar het aquarium gaan kijken). Vancouver is groot, maar ziet eruit als een dorp. Het lijkt een heel fascinerende stad, en ik zou er graag nog eens terug gaan.
  • Portland, Oregon
    We zijn langs Portland gereden, maar zijn toen naar Silverton afgeweken, om er een Frank Lloyd Wright huis te gaan bekijken.
  • Crater Lake, Oregon
    Crater Lake lag nog ondergesneeuwd. We konden/mochten met de wagen net nog tot boven rijden om het meer te bekijken, maar een tochtje errond, zat er –zonder sneeuwschoenen– niet in. Jammer, het zag er heel erg mooi uit –iets om eventueel in de zomer eens terug naar toe te gaan.
  • Victoria & Vancouver Island, British Columbia
    Stond (alweer) hoog op het lijstje van Tessa’s places to go (als we dan toch in de buurt zijn), maar we hadden geen tijd.
  • Oregon Coast, Oregon
    We hebben een stukje kust gezien, toen we de prachtige Redwoods bezochten. We hebben er eigenlijk veel te weinig van gezien, en het was eerst de bedoeling geweest om langs de kust te blijven rijden naar Olympic National Park, maar toen beslisten we om naar Crater Lake te gaan. Hey, that’s the fun of road tripping.
  • Mt St Helens, Washington
    Ja, en nee. Het lag net iets te ver uit de weg en zag er net iets te weinigbelovend uit om er de omweg voor te maken. De volgende keer.
  • Olympic National Park, Washington
    Het was er nog te koud, te veel wegen waren nog gesloten, zowel dit jaar als toen we er twee jaar geleden waren. Dat, of de inwoners van Seattle hielden het liever voor zich.
  • Mt Hood, Oregon
    Zelfs niet overwogen.
  • John Day Fossil Beds, Oregon
    Dat hadden we heel even overwogen, maar het was een te grote omweg.
  • Columbia River Gorge, Oregon
    Daar zijn we waarschijnlijk over gereden toen we van Oregon naar Washington reden.
  • Yakima Valley, Washington
    Twee jaar geleden ben ik met Henri en de schoonouders naar Snoqualmie Falls getrokken. Heel erg mooi gebied.
  • Ashland, Oregon
    Nog nooit van gehoord.

We zijn er nu al twee keer heen gereisd, en hebben nog niet de helft van het schone weer gezien, volgens deze lijst. De focus ligt ook erg op Oregon, dat er ons –na een tocht door Californië– maar saai en doods uit zag. Maar damn, ik zou zó terug op road trip kunnen vertrekken.

Zonnig

Seattle, USA 2010

Als de zon schijnt, dan is het wel heel leutig, in Seattle. ’s Ochtends zit de zon op onze front porch (dat woord doet mij altijd aan Bryan Adams denken –Summer of ’69), ’s middags en ’s avonds verwarmt ze het terras. Niet dat een parasol nodig gehad hebben. Edoch, ziet hoe content ons Tessa is met dat beetje zon!

Heerlijke (verse) confituur

We hebben hier een heel lekkere confituur ontdekt, die helaas even duur is als ze lekker is (bijna 7 dollar voor een pot van 250g). Zelf traditionele confituur maken zou een pak goedkoper zijn, maar dat leek me niet echt nuttig. Edoch, niets zo makkelijk als verse confituur maken.

Seattle, USA 2010

Het fruit is hier namelijk wel zeer betaalbaar, en over het algemeen ook heel erg lekker. Blueberries, aardbeien, frambozen; het seizoen komt goed op gang, en wij verbruiken toch gemakkelijk een bak aardbeien (van 500g) per dag.

Seattle, USA 2010

Zelf confituur maken in drie stappen: (1) men neme wat verse vruchten; (2) men plette die met een vork; (3) men scheppe die op de boterham. Smullen maar! Houdbaarheid: nihil, versheid: megazillion. Gegarandeerd zonder toegevoegde suikers.

Seattle, USA 2010

Hij is er verzot op.

Sushi

Seattle, USA 2010

Wij gingen Tessa eens opzoeken om samen te lunchen. ’s Avonds is ze al te vaak tot al te laat bezig (naar onze goesting toch), en dus besloten we in de buurt van de SCCA en de Hutch even snel een hapje te eten.

Tessa en Henri zijn zot van sushi, en Henri was helemaal tuk op de lopende band, waarop de bordjes met lekkers langs onze neus passeerden. We zagen de koks het eten klaarmaken, en de bordjes, voorzien van een kleurcode voor de prijs, werden gretig van de band geplukt.

Seattle, USA 2010

We hebben ons enigszins laten gaan. De groene bordjes kosten één dollar, de zalmroze anderhalve dollar, de blauwe twee dollar, en de zwarte drie dollar. Er lagen telkens twee porties op, of bijvoorbeeld een potje met gefrituurde inktvis of tempura van scampi. Heerlijk.

(Toen Tessa opnieuw naar het werk vertrok, gingen Henri en ik achteraf nog een koffie nuttigen in de Caffé Vita naast de deur.)

Bainbridge Island

Net voorbij Seattle, aan de overkant van Elliott Bay, ligt Bainbridge Island, 71 vierkante kilometer land waarop zo’n 25.000 mensen wonen. Wij gingen er op bezoek bij P. en S. (net zoals twee jaar geleden). Het weer zat niet echt mee, maar we werden er des te warmer ontvangen.

Na een lunch (ik ben redelijk verslingerd geraakt aan Eggs Florentine, een soort Eggs Benedict maar met spinazie i.p.v. ham), verkenden we het eiland door op schattenjacht te gaan. Henri is meteen fan geworden van het principe van de geocaching. We hebben twee caches gezocht (de tweede was veel moeilijker te vinden dan de eerste), en er zelf ook één weggestopt in de buurt van het huis van P. en S.

Seattle, USA 2010

Henri met zijn eerste vangst. Hij heeft zich ondertussen lid gemaakt van geocaching.com, en samen met Tessa is hij al ijverig op zoek naar meer.

Seattle, USA 2010

Waar is Henri alweer?

Seattle, USA 2010

Er is heel wat aangespoeld (?) hout te vinden langs de kustlijn.

Seattle, USA 2010

Hij is bijna even groot als zijn moeder.

Seattle, USA 2010

Downtown Seattle, vanop de ferry.

Jef Neve in Amerika!

Seattle, USA 2010

Jef Neve speelde vanavond voor de allereerste keer in de USA –en wij waren erbij (en vergastten hem na het concert op wat onverwacht Vlaams). José James en Neve startten de toernee voor hun nieuwe cd, For All We Know (uitgebracht op het Impulse label), in Dimitriou’s Jazz Alley, hier in Seattle. De ontvangst was, op zijn zachtst gezegd, nogal enthousiast te noemen. Neve kreeg ruim de tijd om te soleren –tot genoegen van het publiek, dat de pianist na elke solo met ruim applaus beloonde.

James en Neve toeren nog uitgebreid doorheen de Verenigde Staten en Canada, staan (o.a.) op de jazz festivals van North Sea, Umbria en Nice, en strijken neer op Jazz Middelheim met hun Coltrane project. In afwachting kan u alvast de cd in huis halen (ook te verkrijgen via iTunes).

(Oh, en het is Jeff Neff geworden tijdens de aankondiging.)

Op een eiland

Seattle, USA 2010

Vandaag zaten we op een eiland bij P. en S. en hond S. Morgen meer daarover. (Ja, het is hier bijna altijd zo overtrokken. Ik ben blij dat het geen winter is, want dan gaan er weken voorbij zonder ook maar een straaltje zon.)

Wallace Falls

Op de nummerplaat van de wagens in die Washington geregistreerd zijn, staat “The Green State“. Gezien de weinig aflatende regenval zou Sunshine State inderdaad weinig pertinent zijn, en het is een feit: er is veel groen te ontdekken. Wallace Falls, waar we gisteren heen trokken, ligt vlakbij Gold Bar, een goudmijnersstadje uit het einde van de 19e eeuw, waar tegenwoordig zo’n 2000 mensen wonen.

Seattle, USA 2010

Wallace Falls telt drie watervalgroepen, waarvan de hoogste groep een kleine vier kilometer van de parkeerplaats verwijderd is. De weg erheen loopt via een Railroad Grade wandelpad, dat de bezoekers van de rivier weg leidt, of via de Woody Trail een dun en veel steiler pad dat voor het grootste deel met de rivier mee loopt. Wij kozen (Henri koos) uiteraard voor de mooiste weg. Om tot de middle falls te geraken, diende de bezoeker toch op één tot (eerder) anderhalf uur stappen te rekenen —one way. Wij deden over de ganse weg, tot aan de upper falls én terug –u voelt hem al aankomen: twee uur en een kwartier. Inclusief ruime pauzes onderweg om van al dat schoons te kunnen genieten.

Tot de middle falls was de tocht als medium omschreven, nadien als difficult to hard. Edoch niet voor deze woudlopers. Zelfs een beetje regen kon de pret niet drukken –de druppels kwamen toch nauwelijks door het rijke bladerdak. Wij doen dat graag zo van die trektochten, mijn zoon en ik.

Seattle, USA 2010

Seattle, USA 2010

Seattle, USA 2010

Seattle, USA 2010