Ermahgerd Fencing

20140119_schermen01

Wij trokken zondag naar Kapellen (ergens in de Antwerpse gouw) voor een robbertje schermen. Hierboven ziet u de drie degenschermers opwarmen –geen nood, voor de competitie hadden ze wel degelijk een degen in de hand. Het was zijn tweede tornooi sinds hij van floret op degen is overgeschakeld, en hij zat bij de jongsten van de samengestelde categorie (cadet + junior, ofte van 14 t.e.m. 20 jaar). Om maar te zeggen dat hij niet bovenaan geëindigd is, hoewel hij goed vooruit ging. In de eerste poule was hij 20e, in de tweede was hij 5e –dat levert in het eindklassement een 16e plaats op, in een berekening waar ik nog niet helemaal uit ben.

Het volgende tornooi is ergens in februari.

Met de V.E.M. naar het E.M.J.

Zondag trokken we naar Neerpelt, waar het 61e Europees Muziekfestival voor de Jeugd plaatsvond (van 3 tot 6 mei). 25.000 bezoekers zagen er gedurende het weekend flink 3.400 jongeren verschrikkelijk veel plezier maken. De V.E.M., de muziekschool waar Tessa, Henri en ikzelf les volgen, deed mee aan de wedstrijd/festiviteiten.

Veel wedstrijd is er niet echt, het is meer een flink uit de kluiten gewassen muzikale happening, waar jongeren uit (voornamelijk) Europa voor elkaar optreden. De V.E.M. deed mee in twee reeksen: met het Mini Musica Kinderorkest in Reeks F: Vrije instrumentatie en volksmuziek (in het Michielshof in Achel), en met het Strijkorkest in Reeks E: Strijkorkesten & symfonische orkesten (in de Sint-Niklaaskerk in Neerpelt).

Op het einde was er een optocht (inclusief fanfare) van het centrum (Wico Campus St-Hubertus) naar het Dommelhof, waar op een slotshow de ‘resultaten’ bekend gemaakt werden (tussen aanhalingstekens, want die resultaten waren er ook maar voor de show, heb ik zo een vermoeden). Een wervelend gedoe, helemaal op maat van de jeugd. Het stak allemaal heel mooi in elkaar.

Het weer was uitstekend, en de horeca op het –niet al te grote– dorpsplein, waar de stoet passeerde, zat helemaal vol mensen die van de zon en de gezelligheid kwamen genieten. Hopelijk doen ze volgend jaar opnieuw mee.

V.E.M. - E.M.J.

V.E.M. - E.M.J.

V.E.M. - E.M.J.

V.E.M. - E.M.J.

V.E.M. - E.M.J.

Het containerpark en andere klusjes

We hadden boven nog een ruimte vrij. Nu ja, vrij, het doet al jaren dienst als rommelkot, dat af en toe eens wordt opgekuist, en waarin tot voor een jaar (of twee) het meeste van Henri zijn speelgoed stond opgestapeld. De plannen waren om het ooit tot deftige speelkamer om te bouwen, maar recent werd het gewijzigd naar ‘een studeerkamer’, waarin Henri zonder al te veel afleiding zou kunnen werken –in zijn kamer staan o.a. een spelletjescomputer en gewone computer, en hij wil een ruimte voor studie alleen.

Zodoende heb ik eindelijk eens gebruik gemaakt van mijn containerparkkaart, die ik een jaar (of langer) geleden reeds had aangevraagd. Ik denk dat we er ondertussen al vier keer heen getrokken zijn, de hoeveelheid brol die een mens blijft bewaren, ge houdt het niet voor mogelijk.

Containerpark De Studeerkamer

De laatste keer hadden we twee kartonnen dozen vol ‘buizen’ mee, het genre weerstand dat vroeger in uw tv en radio stak, en dat achteraf vervangen werd door transistoren. Tegenwoordig vinden we die dingen enkel nog in de (veelal) upscale analoge versterkers, en die dingen kosten dan weer redelijk wat geld (die, waarvan wij er hier twee dozen hadden, waren niks meer waard, helaas). Elke ‘buis’ zat afzonderlijk in een doosje, en die moesten er allemaal uit, om uiteindelijk bij het ‘vuil glas’ te belanden (en de doosjes bij het papier). We hebben daar een tijdje gestaan, bij die glascontainer, de zoon en ik.

Mijn schoonvader was ondertussen druk in de weer om het plafond uit de kamer te verwijderen (de plijster was er na 80 jaar gedeeltelijk afgevallen), een werkje dat niet geschikt was voor Henri (astma) en evenmin voor mij (schouder). Henri heeft dan weer wel het papier van de muren gehaald –ik heb mij beperkt tot de containerparkduty en selectie van de te dumpen brol.

Het plafond

Nog wat latjes, nog wat nagels, en dan kunnen we heropbouwen. En dan kan die jongen eindelijk opnieuw deftig studeren.

Een schermtornooi in Bochum

We gingen het ver zoeken, deze keer. Gisteren was er een schermtornooi in Bochum, volgens Google Maps dik 2.30 u. ver. Wij kwamen met een veiligheidsmarge tot 3 u. rijden, wat betekende dat we ten laatste om 6 u. moesten vertrekken om daar ten allerlaatste om 9 u. te zijn. Om 5 u. opstaan dus.

Gezien we met de orkestrepetities op vrijdag pas tegen 22 u. thuis zijn, hadden we besloten dat Henri de repetities beter deze keer zou overslaan. Kwestie van toch ietwat levendig op de wedstrijdstrook te verschijnen. Toen ik vrijdagavond aanzette naar de V.E.M., bleek de rechter voorband van de auto echter lek. Gelukkig is er het openbaar vervoer (ik zag mij met mijn schouder niet meteen mijn tenorsax op de rug nemen en tot de V.E.M. fietsen), waardoor ik 45 minuten later toch ter plaatse was (wachten tot 19.08 op de bus, afstappen aan het Rectoraat/Vooruit, te voet tot de V.E.M. –nog net iets verder dan Kinepolis). Nog goed dat iemand mij naar huis heeft kunnen brengen achteraf.

Tessa regelde ondertussen de lekke band met de wegenwacht, en de schoonouders waren al op standby om hun tweede wagen af te leveren ingeval we het met zo’n dun vervangingsbandje zouden moeten doen. De wegenwachter vond echter geen lek, heeft de band opnieuw opgepompt, en ziet: we zijn heen en weer geraakt zonder verdere problemen. En op tijd.

Schermtornooi in Bochum

Een dikke tien km voor Bochum (ergens rond Essen) werd de weg plots glad. Er viel en lag overal poedersneeuw, en het zag er spekglad uit. Ik had totaal geen rekening gehouden met het weer aldaar; voor hetzelfde geld was de boel er totaal ondergesneeuwd. Gelukkig viel het nogal mee: gewoon een beetje vaart minderen volstond.

De sportzaal was mooi en goed verwarmd, en vanop de tribunes hadden we overzicht over de ganse zaal. Van de Duitse Pünktlichkeit viel evenwel niet veel te merken. Hoewel het tornooi om 9.30 u. diende te beginnen, was het eerder 10 u. eer de eerste degens –pardon: floretten– werden gekruist.

Schermtornooi in Bochum

Henri legde een schitterend parcours af, na de rangschikking in de poule kwam hij reeds op de tweede plaats, en mocht hij automatisch door naar de halve finale. Ook ploegmaat Pieter speelde voortreffelijk –ze kwamen tegen elkaar uit in de halve finale. Pieter werd uiteindelijk derde, en Henri tweede. (Ik ben gelijk een beetje trots op de zoon.)

Schermtornooi in Bochum

Eigenlijk had het allemaal tegen de middag gedaan kunnen zijn, maar er was een tekort aan scheidsrechters, waardoor het allemaal wat langer duurde. Ondertussen konden we ook nog supporteren voor de Gentse pupillen, maar uiteindelijk verschenen onze twee Belgen op het (overwinnings)schavot. Pas rond 15 u konden we naar huis vertrekken (voor de pupillen zal het nog een pak later geweest zijn).

Volgende week: Ukkel, de week erna: Gembloux.

Schermtoernooi

Albums door Bruno Bollaert

Zondag zaten we in Dinant, niet alleen de stad met het jazzfestival, maar tevens met een een schermclub. Zaterdag en zondag vond er de 25èmes Internationaux de la Vallée Mosane plaats, waar Henri voor de eerste keer deelnam aan een schermtoernooi.

Het begon daar om 9u, we zouden er best een uur of toch minstens een half uur op voorhand zijn en Dinant ligt op een tweetal uren rijden van Gent. Dat betekende inderdaad zondag opstaan om 5 uur (Henri laten liggen tot 5.45 u).

Albums door Bruno Bollaert

Hij heeft 1 victoire op 5 gehaald in zijn poule (met 5-0), en schermde vervolgens 9-15 in het duel, en daarmee zat zijn eerste toernooi erop. We zijn nog een paar uur blijven rondhangen om zijn vrienden bij de pupillen aan het werk te zien (op de foto hierboven speelt hij scheidsrechter in een opwarmingsmatch), maar rond een uur of drie zijn we toch maar huiswaarts getrokken.

Hij heeft goed gespeeld, veel bijgeleerd (bevestigde hij) en zich vooral goed geamuseerd. Binnen twee weken is er een volgend toernooi, het Belgisch Kampioenschap voor miniemen en pupillen in Hasselt.

Daar begint het zondag al om 8.30 u dus jawel, dat wordt opnieuw vroeg opstaan. Ik heb de indruk dat er zich een patroon begint af te tekenen.

A’pen in het MAS

Wij zaten gisteren in het MAS, met Zeer Goed Gezelschap™. Nog goed, van dat gezelschap, en van de reis in eerste klas (bijna goedkoper dan tweede, met het speciale weekendticket), want het museum zelf was niet veel soeps eigenlijk.

MAS door Bruno Bollaert

Ze zijn redelijk strikt, daar in het MAS. En dan heb ik het niet over het feit dat ge niet met rugzakken in het museum moogt, want dat lijkt mij een goede zaak. Dat een suppoost het gezelschap echter vroeg om de zeven maand oude baby vooraan te dragen ipv op de rug, vond ik er toch wel net iets over.

MAS door Bruno Bollaert

Toen een andere suppoost twee dertienjarige middelbare scholieren bijna de toegang tot de tentoonstelling (het gedeelte ‘Machtsvertoon’) ontzegde omdat hun ouders nog even een verdiepje lager stapten, zakte mijn bereidwilligheid tot conformiteit naar diepe dalen. (En het zijn zulk een brave en welopgevoede kinderen.) Toen nog een andere suppoost in datzelfde gedeelte van de tentoonstelling mij vermanend kwam zeggen dat ik de objecten niet mocht aanraken (terwijl mijn handen in mijn zakken zaten), was het goed geweest. Ik ben even gaan uitwaaien op het dak, en heb dan geduldig gewacht tot het gezelschap de ruimtes op het gemak had bezocht.

MAS door Bruno Bollaert

Veel valt er niet te zien, behalve een eclectisch amalgaam van objecten, waardoor met de beste wil van de wereld geen rode draad valt te trekken. Elke verdieping is zo groot als een ruime loft, die ingenieus werd verkleind en gecompartimenteerd en op dergelijke manier gestouwd werd met curiosa dat het lijkt alsof er veel te zien is. Nog goed dat er een steile wind woei op het dak en de rokjes vrijelijk het noorden zochten, waardoor er nog iets was dat de rigiditeit van het strakke museum kon verluchten.

Muziek x3

Een mens zou bijna denken dat ik geen concerten meer bijwoon, gezien ik er zo weinig over bericht. Ik heb er ook een pak minder bijgewoond, de voorbije maanden, wegens ziekte en andere dingen waar ik u niet mee ga vervelen. Het meeste van wat ik gezien heb, was dan weer absoluut de moeite waard.

Muziek door Bruno Bollaert

Toen ik, lang geleden ondertussen op de voorstelling van het nieuwe Bijlokeseizoen (2012-2013) zat, waren er een paar zaken die onmiddellijk mijn interesse hadden gewekt. Eén daarvan was de integrale uitvoering van de pianosonates van Frank Nuyts (die mens woont hier dan nog eens in de buurt ook). De Bijloke presenteert elk seizoen twee momenten waarop drie sonates van Nuyts door telkens een andere pianist worden gebracht. De drie sonates worden elke keer vergezeld door vierde stuk naar keuze van één van de uitvoerende pianisten, die daarmee het werk van Nuyts wil confronteren. Twee van de pianosonates zijn bestaand werk, de derde is een creatie (Nuyts moest bij aanvatting van project nog een aantal van de 18 sonates componeren).

Na zijn examens had Henri twee dagen waartijdens hij moest wachten op zijn rapport, en het leek mij de geschikte gelegenheid om hem nog eens met wat hedendaagse muziek in aanraking te brengen. Ik geef toe dat ik tegenwoordig enige toenadering zoek tot pianowerk, dus het kwam mij goed uit. We hadden perfecte plaatsen: helemaal vooraan, schuin achter de piano/pianist, waardoor we zicht hadden op zowel de partituur als de handen van de pianist.

Benjamin Van Esser speelde Sonate Nr. 3; Keiko Shichijo speelde Sonate Nr. 13; Daan Vandewalle speelde Sonate Nr. 2 en de Choral Sonata van Michael Blake. Er was een gigantisch verschil tussen de speeltstijlen van de drie pianisten. Shichijo speelde zeer afgemeten en technisch, Van Esser speelde het meest dynamisch, en Vandewalle het meest expressief (al ben ik het bij die laatste niet geheel eens met mijn eigen beschrijving). We hadden beiden ook een verschillende favoriet: Henri was helemaal weg van het stuk van Michael Blake, inclusief tone clusters waarbij Vandewalle met beide voorarmen op de toetsen ging leunen. Zelf was ik nogal te vinden voor de intertekstualiteit en de variatie in Sonate Nr. 3 in de prachtige uitvoering door Van Esser.

In mei is het volgende concert van de reeks, en Henri heeft al gezegd dat hij best mee wil.

Muziek door Bruno Bollaert Muziek door Bruno Bollaert Muziek door Bruno Bollaert

Zondag zat ik bij Opatuur in De Centrale –de eerste keer dat ik er dit seizoen geraakt ben, en het was meteen een schot in de roos. Tuur had tijdens Jazz in ’t Park Marc De Maeseneer (de bariton saxofonist die o.a. bij BackBack speelt) bereid gevonden met een aantal kompanen naar de geïmproviseerde club in de cafetaria van De Centrale af te zakken. Geen drummers en geen zangeressen, zijn voor Tuur steevast de enige voorwaarden. En dus bleven Lien De Greef (Lady Linn) en Eva De Roovere braafjes tussen de rest van het publiek zitten. Dju toch, Tuur.

Het geïmproviseerde Marc De Maeseneer Trio speelde eigen werk, dat ze speciaal voor deze gelegenheid bij elkaar hadden gecomponeerd, en nog slechts zelden hadden kunnen oefenen (niet dat daar veel van te merken was). De composities waren heel lyrisch en harmonisch, en lieten, mede door de voortstuwende baritonsax, soms wel eens aan de Purcell bewerkingen van Michael Nyman denken.

Muziek door Bruno Bollaert

Gisteren dan, zat ik in De Munt –dat was eeuwen geleden– voor La Traviata. Het libretto is gebaseerd op het werk La dame aux Camélias van Alexandre Dumas (de zoon, niet de vader, die u nochtans zeker kent van De Drie Musketiers en andere avonturenromans). Het hoofdpersonage van dat boek is dan weer geïnspireerd op Marie Duplessis, de minnares van o.a. Dumas, die op 23-jarige leeftijd stierf aan tuberculosis. Het verhaal, hoewel bijzonder tragisch, is weinig geloofwaardig in onze tijd; het eerste deel van de opera is het mooiste –zeker wat het verhaal betreft. De echte tragiek begint pas in het tweede bedrijf, en eindigt met de dood van Violetta –tevens het slot van de opera.

Het orkest speelde bijzonder goed, gisteren. De timing zat goed, de klankkleur zat goed, de dynamiek klonk tragisch en zeker niet zoet-romantisch, hoewel dat een val was waar makkelijk in te trappen viel. Simona Šaturová, die Violetta zong, was zelf wat ziek, zo had men aangekondigd voor de opera begon, maar haar stem had daar niet echt onder te lijden. Ze zag er totaal uitgeput uit, op het einde, maar het is stemtechnisch en emotioneel dan ook een erg belastende (hoofd)rol.

We zaten helemaal achteraan op het parterre, onder het eerste balkon, waardoor de ondertitels (die in de opera eigenlijk boventitels zijn) niet leesbaar waren –als u geen rug- en/of halsletsel wil oplopen van een paar uur voorovergebogen te zitten tenminste. Voor de rest waren het uitstekende plaatsen, maar ik was toch blij dat ik mij eerder die dag ruimschoots in het verhaal had verdiept.

De enscenering was zeer geslaagd. Verdi had zelf steeds gevraagd om een hedendaagse invulling, iets wat hem bij de eerste opvoeringen van de opera werd ontzegd omdat de inhoud anders te confronterend zou zijn geweest. De manier waarop het in de munt werd gebracht, houdt een beetje het midden tussen Eyes Wide Shut en de decadentie van de jaren 80. Wie het zelf wil zien, kan terecht op de site van Arte, waar u de voorstelling van 15 december volledig kan bekijken.

1-2-3-piano!

Mijn schouder heeft gewonnen. Ik heb mooi zeggen dat hij naar mij moet luisteren, als de mechaniek niet meewil, dan lukt het niet. Na de tweede les dit (academie)jaar, heb ik mijn (gehuurde) cello opnieuw ingeleverd. Het was een moeilijke beslissing, maar het had geen zin om na elke twee maten te moeten stoppen van de pijn. Het schouderprobleem wordt aangepakt, volgende week mag ik weer een dag of twee (drie?) aan het infuus.

Ondertussen kriebelde het te veel, en ben ik van cello naar piano overgestapt. Ik heb zo een digitaal ding staan, met daarin een hoofdtelefoon geplugd, waardoor ik om het even wanneer achter de toetsen kan plaatsnemen, zonder dat iemand er last van heeft.

Piano door Bruno Bollaert

Van Lieven, mijn leraar bij de VEM, kreeg ik deel twee van John Thompson’s (sic) Meest Eenvoudige Pianoleergang in de handen geduwd, dat ik ondertussen al een eerste keer volledig heb uitgespeeld. Dat ging hand per hand, noot per noot, telkens met het opheffen van de hand vóór een volgende noot mocht worden aangeslagen.

Piano door Bruno Bollaert

Een les of drie geleden mocht ik overschakelen op Beyer, Vorschule im Klavierspiel, Op. 101, waarin een tweede techniek wordt toegepast (de hand blijft op het klavier, behalve wanneer opeenvolgend dezelfde noot moet worden gespeeld). Parallel aan Beyer, speel ik nu ook Thompson met de nieuwe techniek.

Volgende les mag ik voor de eerste keer met beide handen samen spelen. Voorlopig maken de noten in beide handen nog dezelfde beweging, en van akkoorden is nog geen sprake. De eerste echte moeilijkheden moeten nog beginnen, besef ik.