Als het op (weekend)ontbijten aankomt, zijn wij een beetje verwend. We hebben een veelvoud van bakkers in de buurt, waar we al gauw een selectie van twee hebben uit gemaakt en die zeer regelmatig op onze afname mogen rekenen. (Die selectie betekent allesbehalve dat de andere (buurt)bakkers niet de moeite waard zouden zijn. Vandenbouhede op de Astridlaan heeft bijvoorbeeld verschrikkelijk lekkere koeken, maar ze zijn iets te rijk aan boter naar onze smaak.) Onze voorkeur gaat uit naar Groeneweghe (in de Distelstraat, op de hoek met de Koning Boudewijnstraat), en Damme (in de Nederkouter, naast De Poort) –en ja, Damme ligt een eind verder weg, maar een beetje lichaamsbeweging ’s ochtends wekt alleen maar de appetijt op.
Dergelijke ontbijten bewaren wij meestal voor de zondag, want op zaterdag treft u ons ’s ochtends meestal in de binnenstad aan, en dan durven we daar wel eens te ontbijten. Onze voorkeur gaat dan uit naar Bloch, voor een lait russe, een spiegelei (twee eitjes eigenlijk), en een pistolet met kaas van kaashandel Peeters aan de overkant van de straat. Maar bon, dat bespreek ik later misschien nog wel eens.
Toegegeven, het is misschien een beetje raar om uw recensie met de opsomming van een hoop andere bakkers te beginnen, maar nu hebt u alvast een idee van mijn referentiepunten. Zaterdagochtend schoven wij de benen immers niet bij Bloch onder tafel, maar bij de Biobakkers in de Zuidstationstraat. De vakantie nadert met rasse schreden, de geldigheid van ons paspoort was reeds lang verstreken, en wij dachten om bij het openingsuur van de Dienst Bevolking (9u) de grote massa –bij wie ongetwijfeld ook allemaal de reispas was verstreken– een stap voor te zijn. Dat bleek aardig te lukken, en rond 9u30 stapten wij gezwind bij de Biobakkers binnen.