oudercontact

Hij was ongebruikelijk geagiteerd tijdens de trompetles. “Maar nee, maar nee, er scheelt echt niks.” Zijn trompet vloog alle richtingen uit, zijn ritmes gingen spoorslags de mist in en de hoge re werd een lage mi. “Als ik binnenkort wat dikker wordt, dan zal dat niet zijn van te veel koekjes te eten”, waarschuwde zijn juffrouw bij ons vertrek. “En binnen twee weken ga ik trouwen.”

Vanmiddag had ik gedurende een goede twee uur koekjes gebakken: chocolate chip cookies, met kokos. Twee uur, want ik heb een kleine oven dus ik moet de koekjes in batches bakken; en met kokos, want dat geeft zo’n extra crunch, vergelijkbaar met eerst de korst op een kokoskoek en nadien diezelfde elasticiteit aan de binnenkant. En nog voor ik hem dat had uitgelegd, was hij tot diezelfde conclusie gekomen –sans de kokos, want dat had hij niet geraden.

Van school naar de kokos naar de trompetles en weer terug naar school voor de oudercontactavond. Binnen en buiten, zoals de vorige keer, maar met praktische afspraken voor zijn takenpakket tijdens ons verblijf in Seattle. In een soort interscolair vergelijkende testen voor het basisonderwijs behaalde hij 100% voor wiskunde en taal, en de leesgroep waarin hij zich bevindt is AV9 AVI 9 (dank u, Hans) –maar dan alleen omdat het niet hoger kan. “Ze hebben geen boeken meer voor mij tijdens de bibliotheekklas”, vertelde hij met grote droefenis reeds bij het begin van het schooljaar.

Half slapend verorberde hij daarnet nog zijn Gobi Gosht, nu droomt hij –zijn Lammie stevig in de armen– van dingen die wij reeds lang zijn vergeten.

de perspas

Marc vraagt zich af wat de invloed van een perspas is op de berichtgeving. Een logische vraag, maar het antwoord kan bondig zijn: op mijn kritiek heeft zo’n zo’n perspasje geen enkele invloed. Veel hapjes en drankjes komen overigens er niet aan te pas, aan die persconferenties, al krijg ik wel elke week een kopje koffie tijdens de persconferentie van het Gentse stadsbestuur. Net zoals alle andere perslui.

Wat zo’n perspas wel vermag, is dat het zaken onder mijn aandacht brengt die ik anders mogelijks zou missen. Maar daar begint en stopt de invloed dan ook. Het is zoals met een recensie-exemplaar van een cd. Als ik een jazz-cd thuis gestuurd krijg, komt die op zijn minst terecht in mijn maandelijkse bespreking, maar vaak bespreek ik die ook wel in een afzonderlijke post –positief of negatief. Vaak is het immers belangrijker dat een cd besproken wordt dan dat hij positief besproken wordt.

Dat is geen vriendendienst, dat is gemakzucht. De cd die mij toegestuurd wordt, maakt grotere kans dat hij besproken wordt, dan de cd die ik zelf moet gaan zoeken. Het staat iedereen vrij om mij (of de redactie van Gentblogt) een cd toe te sturen –al biedt dat geen enkele garantie op bespreking.

Geen invloed op de inhoud dus. Maar wat Hans zegt klopt ook wel: met Gentblogt schrijven we liever over de positieve dan over de negatieve zaken, dus het kan al eens gebeuren dat ik bijvoorbeeld over een slecht concert helemaal niet schrijf. Zoek daar echter geen systeem achter.

Mijn recensies tracht ik te schrijven met de mensen voor ogen. Dat kan zowel de lezer zijn als de artiest, die men vaak nadien nog onder ogen moet komen. Afbreken is gemakkelijk, maar constructieve kritiek geven, vraagt een pak meer moeite. Vandaar zal ik vermijden echt negatieve kritiek te schrijven zonder op zijn minst één opbouwend element daarin verwerkt. Maar als het slecht is, dan is het slecht. En geen perspas die daar iets tegen in kan brengen.

objectief bekeken

Het is goed om u kritisch op te stellen tegen berichtgeving. Twee, bij voorkeur zelfs drie, onafhankelijke bronnen brengen u dichter bij de waarheid. Ga er evenwel nooit van uit dat u op een conventionele manier –via de traditionele media bijvoorbeeld– tot de waarheid zult komen.

Bloggers zijn geen journalisten. Ga er niet van uit dat een blogger objectiviteit nastreeft. Indachte bovenstaande paragraaf: ga er niet zomaar van uit dat een ‘echte’ journalist objectief is.

Ook Het Project is in eerste instantie een weblog, en niemand van de medewerkers hoeft ermee in te zitten, laat staan zich te schamen, voor zijn of haar subjectiviteit. Gentblogt is drie jaar geleden begonnen als weblog door een aantal mensen die gepassioneerd zijn door Gent. Passie veegt per definitie de vloer aan met objectiviteit, en ik zie niet in wat daar problematisch of verkeerd aan zou zijn. Noch Gentblogt als geheel, noch elk lid van redactie als individu, claimt objectiviteit.

Meer zelfs, Gentblogt haalt zijn kracht uit de passie van de medewerkers en de manier waarop ze hun onderwerp op een persoonlijke manier benaderen. Net daar bevindt zich een groot verschil met de traditionele media die, gebonden door allerlei criteria –zoals die vermeende objectiviteit en de noodzaak aan reclame-inkomsten– zich op allerlei manieren kunnen beknot voelen.

Gentblogt is totaal onafhankelijk. Dat betekent dat de medewerkers aan niemand, die aan de redactie vreemd is (en dan nog), rekenschap hoeven af te leggen over de stukken die zij willen gepubliceerd zien. De medewerkers zijn onbezoldigd, waardoor we meteen ook kunnen voorbij gaan aan de nood tot inkomsten (geen reclame of subsidies) en de afhankelijkheid daarvan. De redactie streeft een zekere vorm van feitelijkheid na, maar kleurt de interpretatie van die feiten geheel in naar eigen goeddunken.

En daar is nog nooit een geheim van gemaakt.

biscuits chocolat canelle

In Parijs kreeg ik van Tessa een klein boekje cadeau. Ik was al een tijdje aan het klagen over hoe moeilijk het precies was om een receptenboekje voor koekjes te vinden, en in één of andere Parijse librairie kwam ze met Petits Gâteaux aanzetten. Er staat o.a. een recept voor soezen en eclairs in, dat ik binnenkort eens wil proberen, maar deze biscuits chocolat canelle schreeuwden me onmiddellijk tegemoet.

biscuits chocolat canelle

Benodigdheden

  • 125 g boter op kamertemperatuur (zacht dus, maar niet gesmolten)
  • 115 g poedersuiker (heb ik niet, dus ik heb kristalsuiker gebruikt
  • 1 groot, licht losgeklopt, ei
  • een snuifje zout
  • een weinig vanille-extract
  • 220 g bloem (een deel van de bloem kan door maïszetmeel worden vervangen)
  • 30 g ongesuikerde cacaopoeder
  • een weinig bakpoeder
  • kaneel naar smaak

I.p.v. kaneel heb ik speculaaskruiden gebruikt (gekocht bij Vits-Staelens, Bij Sint-Jacobs).

Zo gemaakt

biscuits chocolat canelle biscuits chocolat canelle

Meng de suiker en de boter, en klop ze stevig door elkaar, zodat het mengsel wit wordt. Voeg er vervolgens het reeds lichtjes losgeklopt ei bij en wat vanille-extract, terwijl u alles goed ondereen blijft mengen. In een tweede kom mengt u de gezeefde bloem, de cacao, het bakpoeder en de kaneel (of speculaaskruiden).

biscuits chocolat canelle biscuits chocolat canelle

Voeg het bloemmengsel bij het botermengsel, en meng dat tot een soepel deeg. Plaats het deeg gedurende minstens een half uur in de koelkast. Ik heb de gewoonte om het deeg eerst op wat vershoudfolie te plaatsen, dat te sluiten, en dan met de hand plat te drukken.

Verwarm de over voor op 190°C.

Na een halfuurtje haalt u het deeg uit de koelkast, en plat het verder af tot zo’n halve centimeter dikte (nee, ik gebruik geen liniaal). Gezien het deeg wat nu opgesteven is, gaat dat platdrukken gemakkelijker met een deegrol (laat het deeg in de vershoudfolie).

biscuits chocolat canelle biscuits chocolat canelle

Nu het plezante werk: de vormpjes. De eerste keer dat ik de koekjes maakte, had ik er Henri’s naam in gesneden. Ik had het deeg evenwel te dik gelaten (bijna een volle centimeter, i.p.v. een halve), waardoor de letters een beetje dicht waren gebakken.

Deze keer heb ik gewoon ronde vormpjes met uitgeduwd.

Leg de gevormde koekjes op bakpapier, en zet ze maximaal 10 minuten in de oven. Let op, de baktijd is sterk afhankelijk van de dikte van de koekjes. Dunne koekjes moeten minder lang bakken.

biscuits chocolat canelle

De overschot heb ik platgeduwd tot een grote ronde en dikkere koek, die we daarna hebben verdeeld. De koekjes blijven een week goed in een luchtdichte container. Smakelijk.