zinloos kussen

Hoogst waarschijnlijk, erm wacht, nee: hopelijk ben ik niet de enige die zich vragen stelt bij het ‘kussengevecht tegen zinloos geweld’ in Aalst, dit weekend? Ik ben zeer te vinden voor een goed kussengevecht, ik herinner mij wel degelijk de pluimen die rond de oren vlogen van mijn neef, mijn nichtje, en mijzelf, op een verder ongedefinieerde avond aan zee tijdens een schoolvakantie. Verschrikkelijk veel plezier was dat.

Maar hoe het hypocriete beeld van ‘zinloos geweld’ verbonden kan worden aan een gevecht? Hello! Anybody home up there?

zondagje

’t Is Lente (dat woord verdient een hoofdletter), dus heb ik eigenlijk zo goed als niks gedaan van wat ik oorspronkelijk van plan was (u mag het causaal verband echter zelf zoeken).

Eerst gingen we apertieven aan de Kouter, waar relatief weinig volk naar de plantjes stond te kijken, maar des te meer volk rond de Blauwe Kiosk stond aan te schuiven. Heel lang zijn we er dan ook niet blijven plakken, net genoeg om een bord mixed toastjes op het gemak naar binnen te spelen en een beetje naar de mensen te kijken.

Lunch was een beetje een moeilijke keuze, er werd getwijfeld aan Leontine of de Sarabande, maar uiteindelijk zijn we toch maar weer bij de laatste shift van den Progrès aanbeland. 14 € voor soep, voorgerecht en een verschrikkelijk malse steak bearnaise. Ge moet u niet afvragen waarom het daar altijd vol zit.

Nog snel een koffie op de Vrijdagmarkt, en dan ben ik wezen helpen een vloer vrij te maken in de Sint-Katelijnestraat, waarna we alweer terrasje hebben opgezocht (alweer de Vrijdagmarkt, die toen nog baadde in de zon).

En nu zit ik rustig thuis niks te doen. Want het is geen Tuur vanavond, bij hoge uitzondering. En ik ben te moe om naar Rabih Abou-Khalil te gaan luisteren in de Vooruit. (Ge gaat mij toch niet van Debby en Nancy houden, fluistert de madam –net teruggegkomen– al bevreesd in mijn oor. Misschien muis ik er alsnog onderuit dus.)

zaterdagje

Dit stuurde ik vanochtend naar de mailing lijst van Het Project (het was een beetje inderhaast geschreven, dus ik heb er nu wel de spelfouten uitgehaald):

Er staat voorlopig al een kroniekje op, de rest zal moeten wachten tot later. ’t Is weekend, en bovendien terrasjesweer. Ik heb een kleurenfilm in mijn fototoestel gestoken, ga langs bij de tattoo-madam voor een check-up, ga daarna in de Marimain aperitieven, om nog eens daarna soep te eten in de Vooruit, en dáárna misschien al eens op de kermis rond te gaan kijken.

Misschien zie ik nog wel ergens GBers op mijn pad?

En zo geschiedde. Een SMS-je en wat verdere afspraken op de lijst later, zaten we met een halve Projectgroep op de kermis te lanterfanten.

Al is onderwijl de zoon naar een verjaardagsfeest getrokken, en heb ik een muskaatnootrasp en een plat à tatin bijgekocht. Ik ben zot van muskaatnoot.

rustig

Het ziet er allemaal heel kalm uit, in Brussel. Volgens een collega heeft het te maken met een of andere Internationale Top die vandaag in onze hoofdstad plaatsvindt, maar ik vind het maar moeilijk te geloven dat daardoor alle activiteit op de werkplaats tot een minimum is herleid.

Het beruchte vrijdagontbijt op het negende gaat ook al niet door, gezien collega C. voor twee weken naar een vriendin in China is getrokken (oh it so much easier when you have somebody to guide you around), en het haar beurt was om deze week te ontbijtkoeken te halen. Collega Martini is ook nog niet present. “I’m sure he will be here any second”, hield zijn directe chef mij voor. Maar ik heb zo een vermoeden dat ze mij allemaal in slaap willen wiegen.

hekkensluiters

Hekkensluiters, dat zijn wij. Kameraad O. en ikzelve hebben het nog enkele luttele minuten langer uitgehouden dan i. en Henk en Michel. We hadden eerst al de Irish Pub aan de Recolettenlei gesloten, en dan hebben wij nog wat zitten mijmeren over fotografie en een boot die ons het zicht op het justitiepaleis versperde.

En ik heb mijn boutade minstens twee keer verteld, dus ze kan hier ook nog best eens verschijnen. Dat ik –de iPoddopjes in de oren gekneld– me plots bewust werd van mensen die me nastaarden, omdat mijn lipsyncing plots meer zingen werd dan doen alsof. En dat de mensen het waarschijnlijk verschrikkelijk eigenaardig vonden dat iemand plots fuck you! en hate me! begon te zingen in het Noordstation.

Fuck you, fuck you fuck you
and all we’ve been through.
I said leave it, leave it, leave it,
it’s nothing to you.
And if you hate me, hate me, hate me, hate me so good
that you just let me out
let me out, let me out?

U weet wel, Damien Rice en zo. Ze blijft steengoed, gans die plaat. Maar ik ben mijn oren om zeep aan ’t helpen, vrees ik.

homarus 2: varkensgebraad

Eerder had ik u gewaarschuwd dat ik ‘iets’ ging doen met het Homarus triumviraat waarvan o.a. de basis en het product deel uitmaken. Het verslag van mijn eerste experiment verschijnt binnenkort op Het Project, over het tweede leest u alvast hier.

Varkensgebraad (het product, p. 228): geloof het of niet, maar ik had nog nooit varkensgebraad klaargemaakt. En het is nochtans verschrikkelijk eenvoudig.

Benodigdheden: boter (en olijfolie), peper en zout, en (verrassing!) varkensgebraad (ik had een stuk van 500gr).

Dep het vlees droog, en bestrooi het met peper en zout. Omdat ik het bij de hand had, heb ik er ook nog wat harissa bijgevoegd, maar met peper en zout hebt u meer dan voldoende.

varkensgebraad varkensgebraad

Verwarm een klont boter en een scheut olijfolie in een pan (de creuset in mijn geval). Als de vetsoffen beginnen te sissen (maar niet bruin zien), voeg er dan het varkensgebraad aan toe. Schroei het vlees aan alle kanten dicht, zodat het bloed mooi in het vlees blijft en het daar vochtig houdt.

Verwarm ondertussen de oven voor op 200°C.

Eenmaal dichtgeschroeid, zet u het vlees in een (ook voorverwarmde) braadslee of –in mijn geval– met de braadpan (zonder deksel!) in de oven. In het boek stond 35 minuten voor 600gr, maar afhankelijk van de dikte van het stuk vlees kan dat gerust minder zijn. In ons geval volstonden 20 minuten ruimschoots. Schep regelmatig (elke tien minuten) wat braadvocht over het vlees zodat de bovenkant niet uitdroogt.

En dat is alles. Terwijl dat in de over staat te garen, hebt u nog ruim de tijd om groenten (bij ons waren het sluimererwten) en (bijvoorbeeld) quinoa klaar te maken. Smakelijk!

varkensgebraad

energie

Energie te over vandaag –al kan ik niet meteen de oorzaak ervan achterhalen. ’t Is al de tweede keer overigens deze week, dat ik zo hyper ben. De zon, de aanval van aften die wegtrekt, of gewoon mijn roekeloze overmoed die weer maar eens de overhand krijgt. Of ’t moet zijn dat ik eindelijk wat uitgerust ben (nog geen enkele keer weggeweest deze week –en dat is wel serieus afkikken).

Anton is terug uit Dublin, en is begonnen met zijn verslag van de reis. Zeer plezant om lezen, vooral de rode draad met juffrouwen allerhande, of ze nu Hollands, Iers of Westvlaams mogen zijn.

Mochten we trouwens neerstorten, vind ik dat we met een bende mooie mensen de diepte ingaan. Ik hoop enkel dat het kleine Ierse meisje dat wat verder zit als eerste eraan gaat. Haar stemmetje is zwaar irriterend en ik heb geen zin dat nog de volle 2u te moeten aanhoren. Even aan Wannes een “red zone, danger!” melding te geven. Dat is een melding die laat weten dat we minstens 10 rijen moeten zitten van het “Red Zone object”.

Dode glasmeervalMisschien hebt u –om van de hak top de tak te springen– deze foto op mijn flickr account zien passeren, twee weken geleden. Technisch niet meteen een goede foto, maar ik was vooral gefascineerd door erm de natuurlijke gang van zaken.

Nog geen week later, bleef er overigens niks over van die glasmeerval. Zelfs geen graat. En eigenaardig genoeg, zijn de slakken ook nergens te bespeuren tegenwoordig. Indigestie?

Next up: food (of wat had u gedacht).

schuldgevoel

Gezien ik mij altijd een beetje schuldig ga blijven voelen als ik zo’n password protected post publiceer, heb ik mij voorgenomen onmiddellijk daarna iets anders te posten. En misschien ook wel iets dat een beetje cryptisch is, of geheimzinnig, zodat u meteen kan meecomplotteren.

Aldus geef ik u volgende stelling/vraag, die wel eens iets –maar evengoed niets– met het publiek geheim kan te maken hebben. Driedubbele bodems en al.

Kent u dat ook, dat gevoel (dat je ondervindt) bij iets te willen dat er alles van weg heeft dat het niet kan? (En ik heb het niet over the thrill van het onmogelijke na te streven. En ook niet over de lotto winnen.) En, zo ja, geeft u dan gewoon op?

publiek geheim (ii)

Het is een grote stap, met veel gevolgen en repercussies, maar dit was geen ondoordachte beslissing. De katalysator was het probleem rond het jaarlijks verlof. Elke drie jaar wordt er een grootschalig internationaal congres door Het Werk georganiseerd, waar tot nog toe niemand werd verplicht aan deel te nemen. De congresperiode werd constitutioneel vastgelegd in bijna exact dezelfde periode als de Gentse Feesten en Blue Note Records Festival. Een periode die voor mij non negotiable is. (Net zoals het filmfestival overigens.)

Het verlof werd geweigerd. Toen ik argumenteerde dat ik in die periode thuis moest zijn door familiale omstandigheden (vakantieregelingen van de madam en de (schoon)ouders –niet eens half gelogen), werd daar nogal laagdunkend over gedaan. En eigenlijk was dat de druppel die de emmer deed overlopen.

Want familiale omstandigheden, zo hield men mij voor, zijn taken voor de vrouw, die zich maar beter schikte naar de werkomstandigheden van de man. Dat mijn madam arts is, doctor zelfs, met een carrière die vele keren prioriteit had over de mijne, kon men niet geloven. En dat ik het daarmee eens was, nog minder.

Niet alleen was dat standpunt voor mij vanzelfsprekend geheel onaanvaardbaar, het stond nog eens diametraal tegenover de –al even constitutioneel vastgelegde– principes van Het Werk. Een omzetting van een tijdelijk naar een vast contract –wat verdoken werd aangeboden in ruil voor deelname aan het congres– interesseert mij dan ook geheel niet meer.

Zegt de madam de laatste tijd meer en meer: “ge zult nog zien, ze willen u helemaal niet weg.” En ik moet haar meer en meer gelijk geven. Het onderwerp wordt angstvallig vermeden, naar de verlofperiode wordt niet meer gevraagd. Het gerucht gonst dat er wordt verwacht dat ik gewoon mijn verlof opneem, daarna verder kom werken, en dat mijn contract op 1 september automatisch wordt verlengd.

Tegen het einde van maart dien ik de aanvraag voor mijn verlofperiode in. Ik geloof dat ik –als ik alle verlofdagen opneem– in juli en augustus gecombineerd nog een week of twee-drie moet werken. Hopelijk wordt het een schone zomer.