homarus 3: schorseneren

Tagline: it’s a dirty job, but somebody’s got to do it.

Het loopt eigenlijk al tegen het hoogseizoen van de schorseneren aan. De schorseneer is een typische wintergroente, die populair was tot voor de tweede wereldoorlog. Om eerlijk te zijn, ik was de smaak volledig vergeten. Ik had het iets aspergeachtiger verwacht (de schorseneer wordt ook winterasperge genoemd), maar eigenlijk leunt de smaak dichter aan bij de pastinaak (nog zo’n vergeten groente). De meeste mensen kennen tegenwoordig enkel de ingemaakte schorsenerensmaak, die in mijn herinnering eigenlijk in niks gelijkt op de zelfbereide groente.

Zo zien ze eruit.

schorseneren

De schorseneer is een lange dunne wortel, met een bruine schil. Je koopt ze in zakken, en aan de wortel hangt meestal nog een flinke portie aarde. Spoel de schorseneren onder koud water, om zoveel mogelijk aarde te verwijderen. Schil ze met een dunschiller, en snij ze in stukken van een vijftal centimeter, en leg ze in koud water om verkleuren tegen te gaan.

En dit is meteen de lastigste taak bij de bereiding: het schillen. Tijdens het schillen komt er een melkachtige substantie vrij, die verschrikkelijk kleverig is. Alle restanten van zand blijven dan ook genadeloos aan de handen kleven. Keukenhandschoenen zijn geen slechte optie –daar moet ik aan denken, de volgende keer.

schorseneren schorseneren

In Homarus stond het klassieke recept voor schorseneren (het product, p. 100): met béchamelsaus. Kook de stukken schorseneren in licht gezouten water, met een laurierblad. Dwarsligger als ik ben, kook ik niet, maar stoom ik de schorseneren boven water met daarin een laurierblad. Net zo goed.

schorsenerenVoor de béchamelsaus brengt u een 5dl melk aan de kook, waaraan u een (koude) roux toevoegt. Roux is heel eenvoudig een mengeling van bloem (2/3) en boter (1/3): warm de boter op, voeg er de bloem aan toe, roeren, van het vuur nemen, laten afkoelen, en klaar. Voeg die roux dus bij de kokende melk, verlaag de intensiteit van het vuur, en laat op een zacht vuur, onder voorturend roeren, inkoken. Breng op smaak met muskaatnoot, peper en zout.

Voeg er de (gare) stukken schorseneer aan toe. Opdienen, en smakelijk.

Men kan schorseneren ook bakken, of in de soep draaien, maar ik denk dat ik ze de volgende keer –gezien de smaak toch op pastinaak gelijkt– ga frituren. En volgens mij moet dat, net zoals aardpeer en pastinaak, verschrikkelijk lekker smaken in een puree (2/3 aardappelen, 1/3 aardpeer of pastinaak).

Ik hou u vanzelfsprekend op de hoogte.

homarus 2: varkensgebraad

Eerder had ik u gewaarschuwd dat ik ‘iets’ ging doen met het Homarus triumviraat waarvan o.a. de basis en het product deel uitmaken. Het verslag van mijn eerste experiment verschijnt binnenkort op Het Project, over het tweede leest u alvast hier.

Varkensgebraad (het product, p. 228): geloof het of niet, maar ik had nog nooit varkensgebraad klaargemaakt. En het is nochtans verschrikkelijk eenvoudig.

Benodigdheden: boter (en olijfolie), peper en zout, en (verrassing!) varkensgebraad (ik had een stuk van 500gr).

Dep het vlees droog, en bestrooi het met peper en zout. Omdat ik het bij de hand had, heb ik er ook nog wat harissa bijgevoegd, maar met peper en zout hebt u meer dan voldoende.

varkensgebraad varkensgebraad

Verwarm een klont boter en een scheut olijfolie in een pan (de creuset in mijn geval). Als de vetsoffen beginnen te sissen (maar niet bruin zien), voeg er dan het varkensgebraad aan toe. Schroei het vlees aan alle kanten dicht, zodat het bloed mooi in het vlees blijft en het daar vochtig houdt.

Verwarm ondertussen de oven voor op 200°C.

Eenmaal dichtgeschroeid, zet u het vlees in een (ook voorverwarmde) braadslee of –in mijn geval– met de braadpan (zonder deksel!) in de oven. In het boek stond 35 minuten voor 600gr, maar afhankelijk van de dikte van het stuk vlees kan dat gerust minder zijn. In ons geval volstonden 20 minuten ruimschoots. Schep regelmatig (elke tien minuten) wat braadvocht over het vlees zodat de bovenkant niet uitdroogt.

En dat is alles. Terwijl dat in de over staat te garen, hebt u nog ruim de tijd om groenten (bij ons waren het sluimererwten) en (bijvoorbeeld) quinoa klaar te maken. Smakelijk!

varkensgebraad