Bruno verreiset

Het zal, denk ik, zeven jaar geleden zijn dat wij nog eens op reis zijn geweest. Al zat ik in mei 2003 voor het werk in Berlijn, en in oktober 2003 in Chicago, en heb ik in 2004 ook nog wel eens in ’t buitenland gezeten voor datzelfde werk.

Maar een echte reis?

De zaken voor de zomer beginnen een beetje door te sijpelen. Eerst zijn er de Gentse Feesten, waartijdens, zo dacht ik, van 14 tot 23 juli ook het Blue Note Records Festival plaatsvindt. Edoch, het BNRF heeft beslist een week vroeger te starten, en gaat door van 6 tot 16 juli. Al krijgen we ondertussen net een persbericht binnen: Blue Note Records Festival krijgt extra dag met Elvis Costello. Wat de stand voor het BNRF brengt op 6 tot 17 juli. (De ticketverkoop start overigens morgen).

Grote paniek, want hoewel dat eigenlijk wel plezant is, om nu eindelijk én naar de GF én naar het BNRF te kunnen gaan, was het verlof eigenlijk al geregeld. Sort of.

Dus wordt het verlof gewijzigd, van 6 tot 23 juli. 12 verlofdagen, al moet ik nog wel ergens die 21/7 kunnen recupereren die in een weekend valt.

Maar daarmee zijn we nog altijd niet op reis. De schoonouders wel, want die zitten tijdens de GF in het verre Amerika (de Verenigde Staten van –) op congres. Of we soms geen zin hadden om mee te gaan?

En dan zit ge thuis met twee mensen die eindelijk nog eens op reis willen, en een derde, die dat ook wel wilt, maar die ook (eindelijk) nog eens naar de GF wilt.

Waardoor het verlof opnieuw wordt aangepast: van 6 juli tot 1 augustus. Te weten, van 6 tot 17 juli BNRF; van 14 tot 20 juli GF; en van 21 juli tot 1 augustus in de US of A.

19 verlofdagen. Dat kan tellen, met de vele jazzdagen (Middelheim, Jazz in ’t Park) in augustus en het filmfestival in oktober in ’t verschiet.

(Zijn er bij u al vakantieplannen?)

vervloekt

“Mais putain de bordel de merde.”

Zelden een vrouw zo krachtig en gemeend weten vloeken als mijn Collega E. daarjuist. Ze mag dan nog van hispanische origine zijn –en dus bij tijden heet getemperd– meestal blijft ze kalm en rustig. Niet zolang geleden (nu ja: zeven maanden) is ze bevallen van een tweeling, en sinds begin dit jaar is ze uit zwangerschap teruggekomen. Veel slapen doet ze niet, tegenwoordig, gezien altijd wel een van beide kinderen aandacht nodig heeft. Ook ’s nachts.

“Don’t they know anything?” kwam er nog even wanhopig als verbouwereerd uit. “I spend half a day explaining them how it works, and still they get it wrong.”

Ze gaat verder in een Spaans dat ik niet begrijp en dus ook niet kan optekenen, maar ik vrees dat het alleen maar van kwaad naar erger gaat. Aan het einde van een lange tirade tegen een e-mail op haar computerscherm veert ze recht, plukt haar jas van de kapstok, en loopt de kamer uit.

Een kwartiertje later is ze terug. Natgeregend, maar een en al glimlach, haar armen beladen met fruit en thee en chocolade. Ik lach begrijpend terug, en we keuvelen een beetje over de kinderen, fruit en thee en chocolade –die ze me aanbiedt, maar die ik beleefd afsla. “Anders is er geen stoppen aan”, vertrouw ik haar toe.

Ze glimlacht nog meer, wist haar e-mail, en herbegint.

hypodinges

Het kwam onlangs nog te pas, die hypochondrie. Zondag ga ik wat van die kruiden opzoeken die ik bij Vits-Staelens heb gekocht, en dan lees ik:

Deze plant is door de Belgische overheid op de lijst met gevaarlijke planten geplaatst. Net als Peru-peper, bevatten sommige leden van de Rhusgenus allergenen van het urushiol-type (cumarine), wat bij sommige mensen heftige allergische reacties veroorzaakt bij contact met de huid of slijmvliezen.

En ziet, ik heb net twee dagen achtereen van die sumak gegeten (over tomaten, in couscous), en ik heb last van aften en mijn keel voelt vernauwd aan. Dat kan geen toeval zijn.

Of toch? Want ik lees nog een beetje verder:

Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat de comissie hier voor de makkelijkste oplossing gekozen heeft: omdat er verwarring is tussen de Toxicodendron familie en de Rhus familie verbiedt men gewoon de hele zwik! Toxicodendron staat ook bekend als gifboom en is echt wel gevaarlijk, maar Rhus coraria is al duizenden jaren veilig in de handel.

Psychisch, zeg ik u. Het zit allemaal in dat kopke. (Of er is een andere reden waarom ik aften heb natuurlijk.)

deze week

Hm. Ik denk dat ik deze week eens thuisblijf, dacht ik vanmiddag nog. Gisteren had iemand nog gezegd dat ik minstens één avond op twee weg ben, en dat bleek nog te kloppen ook. Dus deze week blijf ik thuis.

Behalve woensdag, want dan ga ik (met Tessa en San en Michel) naar de KVS om Henk en Wim Helsen aan het werk te zien.

En donderdagavond moet ik ook al ergens zijn –voor een vergadering die ik wreed zie zitten (en waarschijnlijk wel zal uitlopen zeker).

En eigenlijk hé, heb ik veel zin om morgen naar Loriers en Baggili te gaan luisteren in de Vooruit. (Maar dat zal mogelijks niet lukken door Henri zijn trompetles –eens horen straks.)

En ik zou nog steeds dringend ne keer naar een film gaan kijken in de cinema (ipv op de digicorder).

En zondag is ’t Jef Neve bij Tuur.

Hm. ik zal maar eerst brood bakken zeker?

In mijn ooghoeken

Ondanks de omschrijving die ik bedacht bij de FVDD gisteren op Het Project, is het op zijn zachtst gezegd eerder grijs gebleven –net zoals vandaag. Wij trokken zaterdag naar binnenstad omdat we de opnames van de videoclip van Sioen wel eens wilden meemaken –en daarbij Het Radiofonisch Instituut in kostuum wilden zien– en om foto’s af te halen. Het grijze weer resulteerde in de forse tred waarmee wij de Veldstraat afmacheerden –de enige manier om die straat gezond door te komen, volgens sommigen— onderwijl elkaar aansporend tot grotere spoed.

(Mijn perifeer zicht wordt tijdens dergelijke tochten herleid tot sub zero standards, wat er mijn niet van verhindert één en ander toch te registreren. Dat was ook de reden waarom mijn hersenen mijn hoofd alsnog een tweede keer naar rechts dwongen om mij alsnog duidelijk te maken dat er aan de overkant zich twee herkenbare vormen bevonden.)

Een korte wachttijd in de Progrès (soep + hoofdschotel voor 8 €) liet ons toe nog gauw even een paraplu te kopen in de Hema (drie stuks weliswaar), zodat wij na de lunch beschermd onze tocht konden verderzetten.

Er waren nog twee significante stops op onze tocht (buiten de fotowinkel en De Draak voor 500 gr koffiebonen): Vits-Staelens, en Maurice Rogge. In laatstgenoemde winkel liepen we eigenlijk meer binnen om te kijken dan om te kopen, al was ik half op zoek naar een soeplepel. Nu ja, half: we hebben gewoon geen soeplepel meer. Of hadden, want nadat we ons hadden verwonderd over de grootte van de soepketels, stonden we pas opnieuw buiten nadat we dus een soeplepel hadden gekocht. En een serveertang. En een siliconen garde. En een spatel (niet zo’n pannenlekker, maar een om bijvoorbeeld omeletten en pannekoeken te keren en dat er wat uitziet als een plastieken mes). Nu nog een rasp.

Bij Vits-Staelens kwamen we buiten met –naast een kilo gedroogde pruimen, een halve kilo gedroogde abrikozen, en een zakske amaretto thee– deze kruiden sumak, harissapoeder, muskaatbollen, seizoenpeper, (gedroogde) dille, en speculaaskruiden. We kunnen weer voort voor een tijdje.

routineus

Oh kijk, er begint een zekere routine in te komen. (Gisteren was het opnieuw feest (!) tot in de vroege uurtjes –nogmaals een gelukkige verjaardag mevrouw het gemeenteraadslid.) Terwijl de madam hier nog de nodige nachtrust bijeen ligt te zoeken, heb ik ondertussen de afwas gedaan, geregeld wanneer Henri moet thuisgebracht worden, en ga ik straks een FVDD online plaatsen voor Het Project (alvorens aan het echte werk te beginnen). Nothing out of the ordinary, en dat is nu net wat ik bedoel.

Goedemorgen, overigens, en een opperbeste zondag gewenst.