Wat doet een vrouw die net terug komt uit de USA? Juist: shoppen. Gisteren heb ik mijn verjaardagscadeau (iets te vroeg) gekregen (samen shoppen heeft soms ook voordelen), en vandaag is de madam naar het verre Antwerpen. Daar wordt onder andere het modemuseum bezocht –ongetwijfeld om eerst inspiratie op te doen– waarna ze, vergezeld van haar en mijn moeder én mijn meter (alledrie notoire fashionista’s), de winkels van de zelfverklaarde metropool rijker zal (laten) maken.
De bedoeling is dat ze achteraf allemaal nog naar The Devil Wears Parda gaan kijken (in Decascoop), maar ik heb zo’n vermoeden dat ze daar te moe voor zullen zijn. Zolang ik vanavond maar een privé-modeshow krijg en dat onze financiën zo min mogelijk werden aangesproken, ben ik al lang tevreden. Wishful thinking, zeker?
Ze heeft mij overigens zo’n gigantische pepermolen uit de USA meegebracht (made in Italy, dat wel). Sans peper, maar gevuld met (gedroogde) peperoncino, “want mijn ventje, dat is nen heten” verklaarde ze desgevraagd. Heerlijk voor bij pakweg penne diavolo (die peperoncino, niet dat ventje).