(Canon EOS 5D, EF 70-200mm@150mm f/2.8L IS USM, f/2.8, 1/100s, 1000 ASA)
Tag: concertfotografie
them drummer boys
Lionel Beuvens, van het Peter Hertmans Quartet.
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm@200mm f/2.8L IS USM, f/2.8, 1/80s, 1250 ASA)
Spektakel of een levenslijn? Show of leidraad? De drummers speelden een grote rol in het dubbelconcert vorige woensdag in de Balzaal van Vooruit. Stefan Hertmans stopte er met zijn Quartet tijdens de tournee met de Jazzlab Series (om zijn nieuwe cd Cadences voor te stellen), en na de pauze maakte het Nederlandse enfant terrible Han Bennink het podium onveilig. Lees meer over de drums bij Het Project: Jazz is (ook) een drumsolo
smijt u
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm f/2.8L IS USM, f/2.8, 1/80s, 1250 ASA)
Heel weinig volk, gisteren bij Opatuur voor het concert van Joe Higham, François Decamps en Chris Mentens. Lees er alles over bij Het Project (en laat u verleiden door het nakende concert van het Peter Hertmans Quartet): Jazz: toe, smijt u nog eens
Steve Houben
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm f/2.8L IS USM@173mm, f/2.8, 1/80s, 1250 ASA)
Steve Houben speelde zondag bij Opatuur met Charles Loos.
Marine
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm f/2.8L IS USM@140mm, f/2.8, 1/60s, 1250 ASA)
Ach kijk, Marine Horbaczewski. Deze keer van het Wang Wei Quartet, maar u zonder twijfel ook al bekend van het trio met Tuur Florizoone en Michel Massot.
Daar kunt ge foto’s van blíjven maken…
WoFo
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm f/2.8L IS USM@90mm, f/2.8, 1/60s, 1250 ASA)
WoFo ofte Michel Mast (sax), Mattias Laga (klarinet), Xavier Verhelst (bas), Walter Verschaeren (gitaar), en Tom De Wulf (drums), speelden dinsdag in Mineral Jazz. Hun cd The Complete Hamsessions is te koop voor 12 euro via de website (en gedeeltelijk voorbeluisterbaar). Doen!
Lees meer over het concert bij Het Project: Mineral Jazz (#4)
fotocollega
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm f/2.8L IS USM @200mm, f/2.8, 1/60s, 1250 ASA)
Collega Madelien aan het werk in de Mineral Jazz club, dinsdagavond tijdens het concert van WoFo en het Wang Wei Quartet. (Bespreking weldra op Het Project.)
BNRF Indoor: Stefano di Battista
(Canon EOS 5D, EF 70-200mm f/2.8L IS USM @148mm, f/2.8, 1/80s, 1250 ASA)
Stefano di Battista zette er zijn beste beentje voor zondag. Wat in dit geval letterlijk mag worden genomen, toen hij zijn linkerkuit gebruikte om de hoorn van zijn sax te dempen. Al kon ook de vloer daarvoor dienen…
Baptiste Trotignon had ik nog niet aan het werk gezien, en dat was duidelijk een gat in mijn cultuur dat dringend moest worden gedicht (zoals ik op Het Project reeds schreef). De cd is besteld.
Voor het eerst heb ik ook foto’s op 1250 ASA gemaakt, tijdens het BNRF. Het resultaat valt behoorlijk mee, en ik ben nog steeds verschrikkelijk content van de Canon 5D voor concertfotografie.
BNRF Indoor: minifestival als proeftuin
(Canon EOS 5D, EF 16-35mm f/2.8 L II USM @16mm, f/2.8, 1/125s, 1000 ASA)
Relatief weinig publiek, op dit Indoor festival. De concertzaal was vaak amper voor de helft gevuld, terwijl de tent tijdens de zomerse onweders meestal barstensvol wordt gekregen. Misschien was de timing niet volledig juist, was de programmatie net iets te verscheiden, of was er gewoon niet genoeg ruchtbaarheid aan de wintereditie gegeven. Jammer, want hoewel dit misschien geen echte hoogvlieger was, werden er inhoudelijk belangrijke stappen genomen en richtingen afgetast. Wij hopen dat deze Indoor editie een vaste waarde wordt, mogelijks als proeftuin voor de uitgebreidere versie in de zomer.
Lees er meer over bij Het Project: ’s Winters spelen de kinderen binnen
gij wil mij gewoon in u bedde parkeren (*)
Helemaal gepakt en gezakt stond ik, niet alleen de Canon (+ twee lenzen) en de Hasselblad (+ twee lenzen) en mijn statief, ik had bovendien zelfs aan filmpjes gedacht deze keer. Op de tijd dat ik mijn fototassen had gevuld en ze naar beneden had gedragen, een kwartier voor ik naar mijn afspraak zou vertrekken, was iemand erin geslaagd zijn wagen voor onze poort te plaatsen.
Mijn afspraak was in Antwerpen, een heuse fotoshoot met een niet meteen onbekende jazzmuzikant, waarvoor we zo’n twee uur hadden uit getrokken. Een uur voor een shoot, en dan een uurtje tijdens de soundcheck voor actiefoto’s.
De warmte straalde me van de motorkap van de wagen tegemoet, nog voor ik mijn hand erop legde, en mijn eerste impuls was dan ook op het hotel wat verder in de straat af te stappen. Ze zijn daar overigens veel klantvriendelijker –of moet ik zeggen: buurtvriendelijker– geworden. Meer dan eens wandelt de receptionist mee tot aan de poort om de wagen persoonlijk te monsteren, en ze hebben er ook een compositiefoto van een aantal garagepoorten in de straat om de mensen –voornamelijk Nederlanders, maar dat zijn ook mensen, heb ik mij laten vertellen– voor de neus te houden wanneer die vol overtuiging ontkennen dat ze hun wagen voor een poort hebben geparkeerd –wat ze dan vanzelfsprekend tóch hebben gedaan.
Kevin C. –hij had zo’n opspeldkaartje met een logo van Bekaert in zijn wagen laten liggen– bevond zich evenwel niet in het hotel.
“101, dringende politiehulp, hoe kan ik u helpen?” Een takelwagen zou helaas nog wel even op zich laten wachten (los van de minimale tijd dat zoiets vraagt, heeft de politie ook nog wel echt belangrijke dingen te doen), dus ben ik even het homokot in gelopen.
Het homokot is een sauna rechtover het hotel. Ik bedoel die omschrijving helemaal niet negatief overigens. De sauna staat in alle relevante gaypublicaties als hoogwaardig omschreven, zo blijkt aan een bericht aan de balie, en gezien ik mij niet geroepen voel om dat empirisch na te gaan, wil ik ze best op hun woord geloven. Ik heb nog nooit een voet in een sauna gezet, dus ik beschik niet meteen over vergelijkingsmateriaal.
Om de sauna binnen te gaan, stapt men een entree binnen, alwaar men kan kiezen tussen drie deuren. Ze zijn alle gesloten, maar één van die deuren heeft een bel. De wachttijd is uiterst beperkt, want ik had amper aangebeld of een elektronische zoemer klikte mij binnen. Een nieuwe wachtplaats, met een volgende gesloten deur en een loket met een geperforeerde triplex plaat waarachter zich een goed voorziene jongeman in ondergoed bevond. Heel proper allemaal, met stapels witte handdoeken en wel vier verschillende soorten condooms in de aanbieding. Van achter een met een zwaar gordijn afgesloten doorgang, die ik door de triplex plaat kon zien, klonk opzwepende muziek.
Moeizaam legde ik de jongeman mijn probleem voor. Na vier keer uitleggen, waarbij hij zijn oor olijk door de gaten in het plexiglas trachtte te wurmen, volgde een vriendelijk antwoord op mijn verzoek. “Ah ja. Maar zelfs als die gast hier zou zijn, dan kan ik u dat nog niet vertellen hé.”
Daar had ik alle begrip voor. Maar hij hoefde mij ook niet te zeggen of hij hier was. Maar stel –in het hypothetische geval– dat die persoon hier zou zijn, dan zou hij hem wel kunnen waarschuwen dat zijn wagen zal weggesleept worden. Hij keek mij koket aan, en even leek het erop of hij mij ging vragen wat te komen relaxen bij de sauna. Hij herpakte zich en knipoogde: “ik zal ne keer gaan horen.”
Helaas. Ook daar was Kevin niet te bespeuren. Niemand die zegt dat Kevin de bestuurder van de wagen was natuurlijk, vandaar dat ik ook de nummerplaat en het merk en kleur van de wagen op een papiertje had genoteerd.
Om half zeven zat ik eindelijk in de wagen naar Antwerpen. Om kwart na zeven was ik ter bestemming. Van een deftige fotoshoot was geen sprake meer, ik kon enkel nog foto’s nemen tijdens de soundcheck. En hoewel ik toegang had tot de backstage ben ik niet meteen de persoon die daar de muzikanten gaat lastig vallen tijdens de tien minuten die ze nog hebben voor hun optreden begint. Ik weet het, ik moet wat assertiever zijn op dat vlak.
Nog wat gebabbeld met Jos, en rond negen uur was ik al terug in Gent waar ik nog het grootste deel van het concert bij Tuur kon meepikken.
En nu maar hopen dat ik toch een minimum aan bruikbaar materiaal heb.
—
(*) Een citaat uit een soundtrack van een film die ik nog niet heb gezien.