Mignon croustillant, carottes

Ergens, in een knipsel, was ik onlangs een recept tegengekomen voor varkenshaasje in een zoutdeegkorst. Maar toen ik dinsdag zo’n varkenshaasje van Bernard (de buurtslager) meebracht, zocht ik tevergeefs naar het blaadje met instructies. Vermoedelijk heb ik het tijdens een recente papiersorteerbui weggegooid. Geen nood, woensdag opende ik mijn befaamde vertaling Cochon & fils (Van het varken), alwaar ik op pagina 304 het recept Mignon croustillant, carottes (Knapperige mignon met worteltjes) vond. Mijn eindresultaat geleek in de verste verte niet op de foto die op pagina 305 staat afgebeeld. Lekker was het wel.

Benodigdheden

  • een varkenshaasje (één exemplaar, een kleine halve meter lang, was genoeg voor ons gedrieën)
  • een zestal middelgrote aardappelen
  • drie eieren
  • (verse) kruiden: bieslook en rozemarijn
  • drie (ultra-)dikke wortels
  • twee rode ajuinen

Mignon croustillant, carottes Mignon croustillant, carottes Mignon croustillant, carottes

Zo gemaakt

Breng een grote pot water aan de kook. Zet die pot op het vuur voor u aan de rest begint, want dat duurt een tijdje.

Kruid de varkenshaasjes met peper en zout, en bak ze goed bruin. (Varkenshaasjes, want ik heb het varkenshaasje eerst nog in twee gesneden, want in vond het een onhandelbaar groot stuk.)

Schil de aardappelen (optioneel, ik doe dat nooit –maar borstel ze wel natuurlijk), en rasp ze. Haal de blaadjes rozemarijn van de takken, en hak ze fijn, samen met de bieslook. Roer dat samen met de eieren door de geraspte aardappels. Voeg de eieren er stuk per stuk aan toe, zodat het mengsel niet te prakkerig wordt. Als twee eieren genoeg zijn, hoeft u vanzelfsprekend geen derde toe te voegen.

Wikkel de varkenshaasjes met de aardappelen in vershoudfolie. Gebruik vershoudfolie (die tegen kooktemperaturen kan), en geen zilverpapier/aluminiumfolie, zoals ik heb gedaan, want dan mislukt het gegarandeerd. Zorg dat de varkenshaasjes niet meer zichtbaar zijn door de aardappelen. Zorg er ook voor dat de rolletjes hermetisch afgesloten zijn (zodat er geen water kan in lekken). Kook dit nu gedurende een tiental minuten.

Mignon croustillant, carottes Mignon croustillant, carottes Mignon croustillant, carottes

Maak ondertussen de wortels klaar zoals u dat gewoon bent. Ik heb ze in ringetjes gesneden, net zoals de ajuin. Fruit de ui, voeg er de wortelen aan toe, en eventueel wat honing. En wat tijm –tijm is lekker bij honing en wortelen.

Haal de varkenshaasjes uit het water, laat even (denk: vijf à tien minuten, terwijl u zich nog wat met de wortelen bezig houdt) rusten. Haal dan de folie eraf, en bak ze bruin in een braadpan. (Gezien bij mij de aardappelen aan de aluminiumfolie bleven kleven, heb ik enkel de aardappelen nog eens krokant bijgebakken.) Snij het varkenshaasje in twee of drie stukken, en serveer er de worteltjes bij.

Smakelijk.
(Binnenkort probeer ik het zelf ook nog wel eens op de goede manier. En zo ziet u maar, het is niet omdat het gerecht anders uitdraait, dat het niet lekker zou zijn.)

brood is seks (*)

(Ziet ge, een suggestieve titel doet het altijd wel.)

Rond de jaarwisseling is mijn favoriete bloemfournisseur –die ik amper een maand voordien had ontdekt hoewel hij al x tiental jaren op die plaats was gevestigd en een reputatie genoot om ‘u’ tegen te zeggen (wat ik ook deed, ik ben van den uwen stempel die beleefdheid nog hoog in het vaandel draagt)– ermee opgehouden. Moeilijke bereikbaarheid was de belangrijkste reden die mij werd voorgehouden, en om de aanhoudend vraag van de klandizie tegemoet te komen, werd achter het vensterglas niet alleen een bericht van sluiting opgehangen, maar tevens een adres waar men zich nog deftige molenaars bloem kon aanschaffen. Dat adres bevond zich ergens in Evergem of –vreest niet, wij zijn van– Ertvelde.

In de rapte heb ik mij eind december nog 20 kilo tarwe trio en 20 kilo 8 granenbloem aangeschaft, zonder daarbij rekening te houden dat de gewone witte (tarwe trio) er veel sneller door vliegt dan de 8 granen. Zeker als ge plots ook koekskes begint te bakken. Och, ik kom zeker toe tot we naar Seattle vertrekken, had ik bij de aankoop gedacht, maar begin deze maand was mijn voorraad witte geslonken tot een een drietal kilo. Van die 8 granen had ik evenwel nog anderhalve zak, waarvan ik er ondertussen een volle aan mijn schoonvader –die ook brood bakt– heb meegegeven, kwestie dat die zak niet zal opraken voor we vertrekken, en hij er dus maar beter nu al het genot van kan hebben.

We zullen dat landelijk adres eens in Google steken, dacht ik, maar de combinatie molen+bloem of molen+meel bracht mij niet veel verder dan Levende Molens vzw, MOLENecho’s, Molenwacht, en een heus molenforum. Maar de molen die ik zocht, heb ik niet gevonden. (Ik kan natuurlijk ook gewoon nog eens langsgaan en het adres opschrijven.)

Het internet bezorgde mij evenwel Stavero en het Gents Bakkershuis. Omdat het niet eens zo veraf was, heb ik het Bakkershuis als eerste proefkonijn genomen. Ik ben ervan teruggekeerd met een koekjesmat in silicone, een grote zak maanzaad, een zakje chocoladedruppels (voor de koekjes), tien kilo extra tarwebloem en drie kilo Waldkorn. Bij het naar buiten gaan kreeg ik een klantenkaart én een A4’tje met een lijst van hun bloemsoorten.

De Waldkorn bakt perfect. Ik krijg een brood met dezelfde structuur als zou ik het bij de bakker kopen, maar laat dat nu net niet de bedoeling zijn. Het brood is heel mals, maar droogt echter sneller uit dan mijn ‘eigen’ brood. Mogelijks komt dat door de broodverbeteraar die erin zit vermengd (ik ben geen fan van broodverbeteraars). Op het lijstje dat ik heb meegekregen zie ik dat ze ook Cereform en Zwarte woud hebben, en daar zit geen verbeteraar bij, dus misschien probeer ik dat wel eens.

De gewone witte is totaal verschillend van het tarwe trio van Goethals. Veel wolliger en tegelijkertijd droger en grover aanvoelend, maar het bakt goed –ik heb wel minder water nodig voor dezelfde hoeveelheid bloem (dus zal het wel niet droger zijn).

Eind vorig jaar had ik nog overwogen om een kneedmachine aan te kopen, maar uiteindelijk ben ik blij dat we dat niet hebben gedaan. Ik houd er echt wel van om met mijn handen in dat deeg te zitten. Ondertussen voel ik bij het kneden al aan of het brood goed of minder goed gaat worden.

De ingrediënten voor de leest recente versie van mijn broodrecept(**): 300g witte bloem; 300g andere bloem (8 granen of Waldkorn); 300ml water; 25g gist; snuifje zout; kleiner snuifje suiker; 150g yoghurt.

(*) Die titel: ik ging nog iets zeggen over hoe een mengeling van water en bloem tot een soepel en zacht deeg kneden, echt wel iets erotisch heeft, maar u moet het zelf maar eens proberen. Het is heus niet moeilijk.

(**) gist in handwarm water oplossen, dat mengsel gieten bij 300g bloem + zout + suiker en roeren tot een papje; met bord afdekken en een uurtje laten staan; rest bijvoegen, flink kneden, terug in kom leggen, bord erop en een uurtje of twee laten staan; neerslaan, in bakvorm/op bakplaat leggen, in plastic zak steken en een anderhalf uurtje laten staan; 35 minuten in een voorverwarmde oven op 220°C

biscuits chocolat canelle

In Parijs kreeg ik van Tessa een klein boekje cadeau. Ik was al een tijdje aan het klagen over hoe moeilijk het precies was om een receptenboekje voor koekjes te vinden, en in één of andere Parijse librairie kwam ze met Petits Gâteaux aanzetten. Er staat o.a. een recept voor soezen en eclairs in, dat ik binnenkort eens wil proberen, maar deze biscuits chocolat canelle schreeuwden me onmiddellijk tegemoet.

biscuits chocolat canelle

Benodigdheden

  • 125 g boter op kamertemperatuur (zacht dus, maar niet gesmolten)
  • 115 g poedersuiker (heb ik niet, dus ik heb kristalsuiker gebruikt
  • 1 groot, licht losgeklopt, ei
  • een snuifje zout
  • een weinig vanille-extract
  • 220 g bloem (een deel van de bloem kan door maïszetmeel worden vervangen)
  • 30 g ongesuikerde cacaopoeder
  • een weinig bakpoeder
  • kaneel naar smaak

I.p.v. kaneel heb ik speculaaskruiden gebruikt (gekocht bij Vits-Staelens, Bij Sint-Jacobs).

Zo gemaakt

biscuits chocolat canelle biscuits chocolat canelle

Meng de suiker en de boter, en klop ze stevig door elkaar, zodat het mengsel wit wordt. Voeg er vervolgens het reeds lichtjes losgeklopt ei bij en wat vanille-extract, terwijl u alles goed ondereen blijft mengen. In een tweede kom mengt u de gezeefde bloem, de cacao, het bakpoeder en de kaneel (of speculaaskruiden).

biscuits chocolat canelle biscuits chocolat canelle

Voeg het bloemmengsel bij het botermengsel, en meng dat tot een soepel deeg. Plaats het deeg gedurende minstens een half uur in de koelkast. Ik heb de gewoonte om het deeg eerst op wat vershoudfolie te plaatsen, dat te sluiten, en dan met de hand plat te drukken.

Verwarm de over voor op 190°C.

Na een halfuurtje haalt u het deeg uit de koelkast, en plat het verder af tot zo’n halve centimeter dikte (nee, ik gebruik geen liniaal). Gezien het deeg wat nu opgesteven is, gaat dat platdrukken gemakkelijker met een deegrol (laat het deeg in de vershoudfolie).

biscuits chocolat canelle biscuits chocolat canelle

Nu het plezante werk: de vormpjes. De eerste keer dat ik de koekjes maakte, had ik er Henri’s naam in gesneden. Ik had het deeg evenwel te dik gelaten (bijna een volle centimeter, i.p.v. een halve), waardoor de letters een beetje dicht waren gebakken.

Deze keer heb ik gewoon ronde vormpjes met uitgeduwd.

Leg de gevormde koekjes op bakpapier, en zet ze maximaal 10 minuten in de oven. Let op, de baktijd is sterk afhankelijk van de dikte van de koekjes. Dunne koekjes moeten minder lang bakken.

biscuits chocolat canelle

De overschot heb ik platgeduwd tot een grote ronde en dikkere koek, die we daarna hebben verdeeld. De koekjes blijven een week goed in een luchtdichte container. Smakelijk.

crumiri – maïzenakoekjes

Ach, maïzena is eigenlijk niet correct. Maïzena is een handelsnaam en een beetje een eponiem voor maïszetmeel. Maïszetmeel wordt gebruikt voor een veelheid aan zaken, van cds via babypoeder tot bindmiddel in de keuken.

Dit recept komt van Clotilde Dusoulier (Chocolate & Zucchini), die zich op haar beurt geïnspireerd voelde door het recept van een zekere Ivonne (Cream Puffs in Venice).

Benodigdheden

  • 90 g boter op kamertemperatuur
  • 70 g rietsuiker
  • 1 groot ei
  • een snuifje zout
  • 120 g bloem
  • 55 g maïszetmeel

Goed voor twee dozijn koekjes –en dan heb ik haar recept gehalveerd.

Eigenlijk moest er ook vanille-extract bij, maar dat heb ik nog steeds niet in huis. De volgende keer (tenzij ik het ondertussen wel al in huis heb gehaald natuurlijk) vervang ik gewoon een deel van de suiker door vanillesuiker.

Zo gemaakt

Verwarm de oven voor op 180°C.

Meng de boter en de suiker goed dooreen. Als je een redelijk homogeen mengesel heb verkregen, meng je er het ei onder –je zal zie dat het deeg meteen veel vloeibaarder wordt.

Meng de bloem, de maïszetmeel en het zout in een andere kom samen, en voeg het vervolgens bij het boter-ei-suikermengsel tot een dik deeg.

crumiri - maïzenakoekjes

Het deeg moet niet rusten. Je kan het meteen in een deegspuit overbrengen, en vervolgens vormpjes op een bakplaat spuiten. Ik beschik (nog) niet over een deegspuit of koekjesvormen, maar je kan ze net zo goed met twee koffielepels –in redelijk grillige vormpjes dan wel– op het bakpapier plaatsen.

Of je legt het deeg op vershoudfolie, je sluit dat af, drukt het goed samen, en dan kan je er min of meer vormpjes uit snijden. Opgelet, dat is wel een redelijk kleverige bedoening.

crumiri - maïzenakoekjes

Plaats 12 tot 16 minuten in de oven, tot ze goudgeel zijn aan de randen. Laat ze even op de plaat afkoelen, haal ze dan van het bakpapier en leg ze op een rooster om verder af te koelen.

crumiri - maïzenakoekjes

Je kan ze in een luchtdichte doos ongeveer een week bewaren. Zo zegt men althans, want langer dan 24u gaan ze hier niet mee.

Smakelijk!

mini chelsea buns

Chelsea buns, zo vertelt Linda Collister in haar boek Bijzonder Brood (mijn broodbijbel!), werden gemaakt van het midden van de achttiende eeuw tot 1839 in het Londense Chelsea Bun House (in de Pimlico wijk). Naar verluidt waren ze zo lekker dat zelfs koning George III voor de zoetigheden in de rij stond.

Ze zijn helemaal niet moeilijk te maken. Reken ongeveer twee uur voor de rijstijd –ik liet het deeg de ganse nacht rijzen, zodat ik de broodjes voor het ontbijt kon klaar hebben. Jawel, dat betekent vroeg opstaan op zondagochtend.

Benodigdheden

Voor het deeg

  • 450 g witte bloem
  • een snuifje zout
  • 40 g rietsuiker
  • 175 ml melk
  • 15 g gist
  • 50 g (gesmolten) boter
  • 1 groot ei

Voor de vulling

  • 40 g (gesmolten) boter
  • 60 g donkerbruine suiker
  • 120 g rozijnen en/of gedroogd fruit

Voor de glans

  • 3 eetlepels honing
  • 85 g boter
  • 5 eetlepels melk
  • 100 g rietsuiker

Zo gemaakt

mini chelsea-buns mini chelsea-buns

Stap 1: het deeg

Meng de bloem met het zout en de suiker. Verkruimel de gist in de handwarme melk (koelkastmelk 30 seconden op 900 W in de microgolf). Voeg de boter samen met het losgeklopte ei en het melkmengsel bij de bloem. Meng alles samen tot een deeg.

Kneed het deeg gedurende een tiental minuten. Doe dit met de hand: ge krijgt er zachtere handen van, en er is geen betere manier dan om te voelen of uw deeg vochtig/droog en uiteindelijk elastisch genoeg is.

Doe het terug in de kom, doe er een vochtige handdoek (of als het echt moet: vershoudfolie) over, en laat het in ongeveer anderhalf uur op een warme plaats rijzen tot het in volume verdubbeld is. Zoals vermeld, kunt ge het ook een ganse nacht op een koelere plaats tot het gewenste volume laten rijzen.

Stap 2: de vulling

mini chelsea-bunsHaal het deeg uit de kom (duh), en sla het neer op uw werkvlak. Rol het uit tot een rechthoek van 70 op 20 cm (nee, ik heb geen meetlat gebruikt). Bestrijk het deeg met de gesmolten boter, en bestrooi het dan met de suiker en de rozijnen. Strooi er desgewenst wat kaneel over.

Rol het deeg op langs de lange kant, en snij het in bijvoorbeeld vijftien stukken. Schik die stukken op uw (ingevet) bakblik, en laat het in een afgesloten plastic zak in ongeveer een half uur tot zowat het dubbele rijzen.

De broodjes moeten in een bakblik/braadslee: Chelsea buns zijn vierkantig met een ronde kern.

Stap 3: bakken

Verwarm de oven voor op 200°C.

Plaats de honing, de boter, de melk en de suiker in een steelpannetje op een laag vuur. Breng het (eenmaal alles mooi gesmolten) aan de kook. Laat dit tot een stroop inkoken.

Giet deze stroop over de buns (ik gebruik nooit alles), plaats het bakblik in de oven en bak de Chelsea buns 15-20 minuten. Laat eventjes afkoelen –niet te lang, of je krijgt ze niet meer uit het bakblik zonder ze te beschadigen– en leg ze (eventueel) op een rooster om verder af te koelen.

Smakelijk!

blue chip chocolate chip cookies

Het recept (alsmede de title voor deze post) heb ik schaamteloos ‘geleend’ van Smitten Kitchen. Smitten Kitchen is één van de interessantere foodsites op het internet, het soort sites waarvan ik eigenlijk had gewild dat ik er zo zelf ook één had. De recepten worden altijd gekaderd in een verhaaltje –wat het meteen ook een persoonlijke site maakt– en ze worden duidelijk uitgelegd, met vaak heel mooie foto’s bij. Zo ook hun recept voor blue chip chocolate chip cookies. (Dat oorspronkelijk van David Lebovitz komt.)

Benodigdheden

  • 100 g ruwe suiker (ik gebruikte rietsuiker)
  • 120 g blonde suiker (cassonade Graeffe)
  • 115 g koude, ongezouten boter, in stukjes van 1 cm
  • 1 groot ei
  • een theelepel vanille-extract
  • een halve theelepel bakpoeder
  • 175 g witte bloem
  • een snuifje zeezout
  • 200 g chocoladepastilles
  • 130 g walnoten

Zo gemaakt

Zet een pan op het vuur, met een weinig olijfolie. Rooster de walnoten tot ze donker van kleur zijn –let goed op dat ze niet verbranden: blijf voortdurend roeren. Doe vervolgens de walnoten in een foodprocessor en maal ze goed fijn.

Verwarm de oven voor op 150°C.

Meng de suikers met de boter in een kom –of in de deegmixer (nee, ik heb er zelf geen). Het vraagt flink wat werk als je de koude boter manueel met de suiker mengt; zorg dat alles goed gemengd is. Voeg nadien het ei toe, het vanille-extract en het bakpoeder.

Meng eerst het zout onder de bloem, voeg dat aan het mengsel toe, en vervolgens ook de gemalen walnoten en de chocolade.

blue chip chocolate chip cookies

Maak met twee soeplepels hoopjes deeg, en plaats die op een met bakpapier beklede bakplaat of een equivalent (bij mij lag het bakpapier gewoon op zo’n rond ovenrooster –zie foto). Plaats de bakplaat in de oven gedurende een 18-tal minuten. Die hoopjes zullen vanzelf ‘uitlopen’ tot platte koekjes.

Laat afkoelen, en bewaar –indien er overschot is– in een luchtdichte doos.

Macarons de Nancy

De laatste tijd ben ik in de koekskes geslagen. Rond de jaarwisseling heb ik een speculaasachtig iets gemaakt (twee varianten zelfs), en zaterdag had ik bij de groenteman gemalen amandels gekocht. Tijd voor amandelkoekjes of, in de termen van Les classiques de Camille: Macarons de Nancy.

Benodigdheden

  • 200 g amandelpoeder
  • 200 g poedersuiker (bloemsuiker)
  • 2 eiwitten
  • 2 soeplepels honing

Zo gemaakt

Veel is het niet, dus dat kan niet mislukken. Meng alle ingrediënten goed samen, en laat het drie uur rusten op een koele plaats.

Verwarm de oven voor op 120°C, maak rondjes uit het deeg, en schik ze op bakpapier. Rondjes maken kan op veel manieren. Het gemakkelijkst vind ik door plakkerig deeg zoals dit in vershoudfolie te wikkelen, en dan plat te drukken tot 0,5 – 1 cm dikte. De rondjes kan je er uit halen met een dresseerring, maar je kan ook andere vormpjes gebruiken (dat kost twee keer niks, zo’n vormpje).

Macarons de Nancy

Zet het 20 minuten in de oven, laat afkoelen, en ziezo: klaar. De moeilijkheid bij koekjes vind ik momenteel om te geloven dat ze klaar zijn. Vaak zijn ze nog een beetje slapjes als ze uit de oven komen, maar eenmaal afgekoeld, zal u zien dat ze stevig zijn geworden.

Bewaar de koekjes in een luchtdichte doos zodat ze niet uitdrogen.

Niet mijn favoriete koekjes. Ze smaken te sterk naar de honing (hangt ervan af welke honing je gebruikt waarschijnlijk), en ik ben niet meteen een honing-fan. Tessa en Henri des te meer, en toen ik vanochtend in de keuken kwam, merkte ik dat Tessa de halve voorraad naar het werk had meegesmokkeld.

Binnenkort maak ik chocolate chip cookies, maar ik zal maar al beter een goede (ver)bergplaats zoeken.

zweeds saffraanbrood

Een van de eerste broodboeken die ik heb gekocht –en meteen ook het boek waar ik al het meeste ‘plezier’ aan heb beleefd is Bijzonder Brood, een vertaling van Linda Collisters Bread uit 2001. Mijn –ondertussen onherkenbaar gemodificeerd– basisrecept voor brood komt daaruit, maar het bevat ook recepten voor mouna’s en chelsea buns (die komen later nog wel aan bod).

Vandaag maken we Zweeds Saffraanbrood, en dat komt zo uit de oven:

zweeds saffraanbrood

Benodigdheden

  • 1 theelepel saffraandraadjes
  • 220ml melk
  • 15g verse gist
  • 1 ei
  • 500g bloem (tarwe trio –wit)
  • snuifje (zee)zout
  • 50g suiker
  • 100g boter

(Wie saffraandraadjes zoekt, vindt die in Gent waarschijnlijk bij Staelens-Vits Bij Sint-Jacobs, of anders mogelijks in Delhaize.)

Stap 1: deeg maken

Giet twee soeplepels (eetlepels) kokend water over de saffraandraadjes, en laat wat staan. Doe dat bijvoorbeeld eerst, en zoek nadien de rest van de ingrediënten bijeen. Brokkel de gist in de handwarme melk, en roer goed door. Klop het ei los, en giet er het melk-gistmengsel bij.

Smelt de boter tot ze zacht is. Doe de bloem in een kom, doe er de suiker en de zout bij, en giet er het ei-melk-gistmengsel bij; de zachte boter; en het saffraanwater waar u de draadjes uit hebt verwijderd.

Meng dat alles, tot u een heel glad en elastisch deeg bekomt. Als het te vochtig is, doet er nog wat bloem bij. Ik kan het belang van goede bloem niet genoeg benadrukken. Kneed gedurende een minuut of vijf op het aanrecht, doe het terug in de kom, en laat op een warme plaats gedurende ongeveer een uur rijzen tot het in volume verdubbeld is.

Stap 2: brood rollen

Verdeel het deeg in zeven stukken –of in acht, zoals ik, als u dat gemakkelijker uitkomt. Rol die stukken uit tot lange rolletjes van zo’n 30cm. Rol die vervolgens spiraalvormig op, telkens in dezelfde richting.

Plaats er één in het midden van een bakplaat, en plaats de rest er losjes rond. Ze hoeven niet aan te sluiten, dat gebeurt vanzelf tijdens de tweede rijsperiode.

Zet de bakplaat in een grote plastic zak op een warme plaats, en laat zo’n 30 minuten rijzen, tot ze opnieuw ongeveer in volume verdubbeld zijn.

Stap 3: bakken

Verwarm de oven voor op 200°C. U kan een ei tweede loskloppen, en daarmee het brood bestrijken, vlak voor het de oven ingaat. Bak het brood (de broodjes) in 25 minuten.

zweeds saffraanbrood

Laat ze even afkoelen, maar ze zijn extra lekker als ze nog wat warm zijn.

Smakelijk.

hét broodrecept

Na veel gepruts ben ik eindelijk tot een broodrecept gekomen waar ik (voorlopig) content mee ben. Want brood maken is eigenlijk niet zo moeilijk. Eenmaal het basisrecept een beetje onder de knie (mengen-kneden-rijzen-bakken), is het vooral een kwestie van experimenteren. Ik had ergens gelezen dat het goed is om yoghurt bij uw brood te voegen (vooral voor brood van het zwaardere type), omdat zulks het rijzen zou verbeteren. Ik heb dat in geen enkel recept teruggevonden, maar heb het toch geprobeerd, en nu voeg ik het steeds toe in mijn meergranenbrood. En zie, het brood rijst inderdaad beter, het brokkelt minder, en smaakt –zo bevestigen de huisgenoten– zeer goed.

Benodigdheden

hét broodrecept

  • 250g tien granen bloem
  • 300-350g tarwe trio (witte bloem)
  • 250ml (halfvolle) melk
  • 125g magere bio yoghurt (1 potje)
  • 20g verse gist
  • een snuifje (zee)out
  • een neepje suiker

Mijn bloem komt van bij Goethals, het kleine winkeltje vlak voor de Zuivelbrug in de Meerseniersstraat (waar ook Fin du Monde gevestigd is). Het slechte nieuws is dat ik die winkel veel te laat heb ontdekt, en wel in die mate, dat ze er in 2008 mee ophouden. Wanneer juist weet ik niet, maar het zou kunnen dat ze in januari zelfs niet meer open gaan. Dat risico was ik niet bereid te nemen, dus vorige donderdag heb ik 10 kg tien granenbloem en 10 kg tarwe trio ingeslaan (in zakken van 5 kg). Dat zou moeten volstaan voor een maand of drie, en als we dan uit Seattle terugkomen, zien we wel weer.

Ook de verse gist komt van daar, maar u kan net zo goed een brokje Bruggeman kopen in uw supermarkt. Bewaar gist in een potje-met-deksel, dat u regelmatig droogdept. De yoghurt die ik gebruik is magere bio uit de Delhaize (worden verkocht in potjes van 4), de melk is halfvolle melk van Campina met calcium. De suiker is kristalsuiker van Tienen, het zout is Fleur de Sel de Camargue.

(Disclaimer: ik vermeld de merken etc. louter ter info, het belangrijkste ingrediënt is volgens mij de bloem die u gebruikt.)

Stap 1: deeg maken

hét broodrecept hét broodrecept

Weeg uw bloem af. Vroeger gebruikte ik een maatbeker, en stelde ik 250ml gelijk aan 250g. Tot ik voor mijn verjaardag (een week geleden) een keukenweegschaal kreeg en duidelijk werd dat mijn veronderstelling geheel verkeerd was. Het is ook pas sinds ik afweeg dat ik echt tevreden ben over mijn brood.

In een grote, roestvrij stalen mengkom, giet ik eerst 250g tien granen, en vervolgens 300g witte bloem. Zo’n 50g van die witte bloem hou ik bij de hand. Ik voeg een snuifje zout toe (ongeveer een afgestreken koffielepel), en een weinig suiker (wat ik tussen duim en wijsvinger kan vastnemen) –suiker helpt bij de gisting. Meng dat alles goed ondereen.

Vervolgens giet ik 250ml melk in een maatbeker, en warm ik die op in de microgolf tot handwarm (30s op 900W). De melk komt immers uit de koelkast, en dat is te koud om de gist te starten. Voeg daarbij de gist, roer alles goed onder, tot het een beetje begint te schuimen.

Voeg de yoghurt toe aan de bloem, en roer dat al eens door met een vork. Giet er de melk bij, en meng goed. Het resultaat is zoiets als op de foto hier linksboven.

En dan is het tijd voor het betere handwerk: haal het deeg uit de kom, en kneed het een vijftal minuten op het aanrecht. Als het te vochtig is, voeg dan wat bloem bij. Let wel, het deeg mag niet droog zijn! Met te vochtig bedoel ik dat het blijft kleven aan het werkoppervlak. Het deeg zal bij het kneden wat minder klef worden.

Het eindresultaat van stap 1 is een deegbal zoals op de foto.

Stap 2: rijzen

hét broodrecept hét broodrecept

Leg de deegbal terug in de mengkom. Overdek de mengkom met een vochtige handdoek.

Die vochtige handdoek is lang een mysterie geweest voor mij. Hoe vochtig is immers zo’n vochtige doek? Ik doe het als volgt: leg de deegbal in de mengkom; was uw handen, laat ze goed nat, en droog ze vervolgens af aan een afwashanddoek. En voilà: een vochtige handdoek.

Plaats de kom-met-handoek in de buurt van een warmtebron (in de buurt, niet: ernaast, en al zeker niet: erop!), en laat het deeg daar een tweetal uur rijzen.

Stap 3: nóg rijzen

hét broodrecept hét broodrecept

Haal het gerezen deeg uit de mengkom. Het deeg zal wat aan de zijkant kleven, dat is normaal. Sla het deeg neer, door het met een voldoening gevende en frustratie verwijderende smak op uw aanrecht neer te keilen. Kneed het in twee, maximum drie keer tot een ovaalachtig iets, en plaats het in een broodvorm. Die broodvorm is geen absolute noodzaak, je kan het net zo goed ‘los’ op een ovenplaat of een ovenvaste schotel (bij voorkeur met anti-aanbaklaag) leggen.

Plaats dit in een grote (doorzichtige) plastic zak, opnieuw in de buurt van een warmtebron. Laat ongeveer anderhalf uur rijzen, tot het in volume verdubbeld is.

Stap 4: bakken

hét broodrecept

Verwarm de oven voor op 220°C, en bak uw brood in 35 minuten. De bovenkant van het brood kan (heel) donker worden, dat hoort erbij. Laat na het bakken uw brood minstens een half uur (tot zelfs een uur) afkoelen, voor u er ook maar aan denkt het te snijden

hét broodrecept

Als u van plan bent vaak brood te bakken (ik bak twee keer per week), is het stillaan tijd de aankoop van een (brood-)snijmachine te overwegen. Een groot gemak, en minder verspilling.

Smakelijk!

(Suggesties, tips, verbeteringen zijn steeds welkom.)

(variatie op) echine à la bière de garde

Wij eten eigenlijk zelden varkensvlees. Ik eet al graag eens een kotelet, maar mijn huisgenoten zijn daar niet echt tuk op. Een varkenshaasje, ho maar, dat gaat er wel in, maar van de rest ben ik genoodzaakt ver weg te blijven. Te droog, heet dat dan, en dan zijn ze beiden precies gemakshalve de superlatieven vergeten waarmee ze mij hebben overladen na de bereiding van mijn varkensgebraad. “Zooo mals!”, klonk het toen –of ik moest tijdens de bereiding zwaar aan de champignons gezeten hebben.

Niettegenstaande heb ik een tijd geleden, samen met het derde deel van de Homarus trilogie, de vertaling van Cochon & fils (Van het varken) gekocht. Vol schitterende recepten à l’ancienne.

Dinsdag stond ik bij onze slager om er kalfsschenkel te kopen voor osso buco, maar omdat hij er geen in huis had besliste ik à l’improviste (wat is dat toch met de Frans vandaag) om nog eens iets van het varken te kopen. Ik ging naar huis met een stuk varkensschouder van 700+ gram.

Ik had een aantal opties maar gezien ik mijn bereiding (wegens tijdsgebrek) heb moeten uitstellen tot donderdag, en gezien ik des donderdags met Henri naar diens trompetles trek, ben ik terecht gekomen bij het gerecht uit de titel: varkensschouder met bruinbier.

Nu heb ik geen idee wat bruinbier juist is (waarschijnlijk Rodenbach, denk ik nu), maar ik had –zoals steeds– Orval in huis, en bij mijn weten ziet dat bruin. Probleem opgelost? (Op wikipedia wordt verteld dat het bier traditioneel uit de Franse regio Pas-de-Calais afkomstig is.)

Ingrediënten: varkensschouder (700+ gram), 1 fles Orval, 3 niet te grote ajuinen, 3 teentjes knoflook, 2 laurierblaadjes (ik heb de lijst aangepast aan wat ik heb gebruikt).

Bak uw varkensschouder langs alle kanten bruin. Voeg er de grof versnipperde ui, de geplette knoflook en laurierblaadjes bij. Laat even bakken, en blus met het bier. Als het bier begint te borrelen, zet u het vuur laag (flink laag; stand 3/12 in mijn geval).

Ga naar de trompetles. Laat zo’n anderhalf uur op het vuur staan. Overgiet het vlees regelmatig met het braadvocht/bier, zo vraagt het recept. In mijn geval zat het gebraad in een creusetpan, een zware gietijzeren pan met dito deksel, en dat zorgt (een beetje) voor een natuurlijke ‘bevochtiging’. Dat, en ik had geen keuze natuurlijk.

Verwarm de oven voor op 180°C. Begin ondertussen aan de voorbereidingen voor uw groenten (erwtjes!) en bijgerecht (couscous). Als er nog veel braadvocht/bier overblijft, dan haalt u het vlees uit de pan, en laat u het vocht inkoken (bewaar het vlees onder zilverpapier). Ik heb het meeste vocht gebruikt om de couscous te maken.

Bak het vlees nog zo’n 15 minuten in de oven, en overgiet het regelmatig met het ingekookte braadvocht.

echine à la bière de garde echine à la bière de garde

Ziezo. Smakelijk!

(Het beste varkensvlees dat ik ooit al heb gegeten, klonk het deze keer. Benieuwd hoe lang ze dat gaan onthouden.)