Rumor: vleeselijke geneugten

“Als je vrij bent en zin hebt, kan je dinsdag met mij naar ‘Rumor’, een hedendaagse opera van Christian Jost, naar een roman van Guillermo Arriaga. We zijn donderdag naar de première geweest en E. staat nu zijn plaats graag af.”

Huh. Ziet dat van hier dat ik dat ga afslaan. Temeer gezien (1) ik zondag al vanalles heb gemist (Phronesis in O. & Thys-Delooze bij O.) en (2) al geruime tijd met arendsogen de erbarmelijk slechte site van de Vlaamse Opera in de gaten aan het houden ben omdat ik overweeg een abonnement te nemen voor volgend seizoen. De verkoop start ten andere vanaf morgen, en ik zie heerlijkheden zoals Händels Agrippina, en Wagners Parsifal; zottigheid met Mozarts Die Zauberflöte; en spektakel met Verdi’s Nabucco. Het nieuwe seizoen opent met Berlioz’ La Damnation de Faust in een regie van Terry Gilliam en sluit af met Bernsteins Candide.

Edoch gisteren ging ik naar Rumor, een opera van Christian Jost, waarvan het libretto gebaseerd is op het boek Un Dulce Olor a Muerte (De zoete geur van de dood) van Guillermo Arriaga. Het boek werd in 1999 verfilmd door Gabriel Retes. Arriaga heeft ook het script geleverd voor o.a. Amores Perros, 21 Grams, The Three Burials of Melquiades Estrada en Babel.

Rumor, produktiefoto Vlaamse Opera door Annemie Augustijns

De plot zit schijnbaar eenvoudig in elkaar: bij de rivier wordt een meisje, Adela, vermoord teruggevonden, en de opera is een soortement whodunit die, gevoed en opgejaagd door de gemeenschap, naar de dader moet leiden. Ramon wordt door de gemeenschap aangeduid als de geliefde van het vermoorde meisje –hoewel hij daar zel niet zeker van is– en hem wacht dan ook de taak om de dader te vinden en te doden. Die dader wordt gevonden in een rondreizende vreemdeling, de minnaar van een getrouwde vrouw in het dorp, en dat riekt eigenlijk een beetje naar een afrekening binnen de gemeenschap. Allemaal bijzonder boeiend, en mogelijks valt dat te plaatsen binnen de mozaïekvertellende stijl van Arriaga.

Rumor, produktiefoto Vlaamse Opera door Annemie Augustijns

Die mozaïek wordt letterlijk doorgetrokken in de enscenering, die uit verschillende compartimenten bestaat, waarin de actie zich voordoet. De weerspiegeling van de verhaalstructuur in de scène is een schitterende vondst, en draagt sterk bij tot de interpretatie en het begrijpen van het verhaal. Rumor is trouwens Duits (rumoer), en geen Engels (roddel), al is men bij de opera precies niet bepaald ongelukkig met die taalambiguïteit.

Muzikaal is het een beetje zoeken. De abstracte en dissonante muziek heeft soms wel wat weg van een soundtrack, en bepaalde thema’s geven richting aan de personages, maar soms heeft de luisteraar het gevoel dat de muziek ondergeschikt is aan het theater. Een heel mooi theater trouwens, met minimalistische maar heel doeltreffende en stijlvolle effecten.

Rumor, produktiefoto Vlaamse Opera door Annemie Augustijns

En het zat allemaal mooi in elkaar, al eindigt het verhaal wel erg abrupt. De vermeende dader wordt gedood door Ramon, die prompt het dorp wordt uitgejaagd. Was dit de echte dader? Was Adela echt de geliefde van Ramon? Wordt Ramon nu net zo’n vreemdeling als de man die hij net heeft gedood? Als het de bedoeling was om de luisteraar met vertwijfeling op te zadelen, dan is Christian Jost daar alvast in geslaagd.

Rumor van Christian Jost, gezien in de Vlaamse Opera Gent op 17/04/2012. Alle foto’s komen van de site van de Vlaamse Opera, fotograaf: Annemie Augustijns.

(De tweede keer op zeven dagen tijd dat ik mijn celloleraar, Thomas, aan het werk heb gezien. Vorige week in De Bijloke voor Wagner en de verlossing, en gisteren in Rumor. Thomas speelt –jawel– cello in het orkest van de Vlaamse Opera.)

Phronesis (zondag in O.)

Er zijn een paar ontluikende mainstream groepen waar wij geen nee tegen kunnen zeggen. Het Jef Neve Trio bijvoorbeeld (al is die natuurlijk wel al ver beyond ontluikend), het Portico Quartet, het Neil Cowley Trio (tot op zekere hoogte toch), en Phronesis. Deze laatste wordt steevast vergeleken met The Bad Plus (TBP) of E.S.T., al vermeen ik dat het toch correcter is om te spreken van een duidelijk merkbare invloed dan van een echte vergelijking (TBP staat een paar niveaus hoger).

[youtube https://www.youtube.com/watch?v=hZIszxMLvOo&w=500&h=284]

De spilfiguur in Phronesis is bassist Jasper Høiby, die wordt bijgestaan door pianist Ivo Neame en huppeldrummer Anton Eger. Hun derde album, Alive, zorgde voor bekendheid bij het bredere publiek; en hun vierde album, Walking Dark, wijst de weg naar de verdere evolutie als leaderless band. Dat vierde album werd heel recent gereleast, maar de band toert ondertussen al een dik half jaar met het materiaal dat daarop te beluisteren valt. In oktober gingen wij nog luisteren in De Bijloke, waar de groep werd geplaagd door allerlei geluidstechnische mankementen, maar zelfs die try-out toonde de belofte van sprankelende muziek die gewoon nog even moest rijpen. Nu het album uit is, wordt die belofte duidelijk ingelost, en de recensies (zowel van het album als van recente concerten) zijn dan ook heel lovend.

Vrijstaat O. door Bruno Bollaert

De groep zit op de apex van hun live tournee, en zondag kan u dat allemaal zelf meemaken in de prachtige omkadering van Vrijstaat O., de jazzclub (o.a.) in de koningin der badsteden. Het geluid wordt er meestal op genietbare niveaus gehouden, en de optredende muzikanten vormen een bijna surrealistische eenheid met de achtergrond van wandelaars, vliedende zee, en langzaam ondergaande zon. Veel dichter bij een muziekgroep kan u niet komen dan op dergelijke kleinschaliger locaties. Tot dan.

Phronesis speelt op 15 april on 17u in Vrijstaat O., Zeedijk 10, 8400 Oostende (achter het stedelijk zwembad, in de Koninklijke Gaanderijen).

Boeken in pakskes

Ach, laat u gewoon eens gaan, dacht ik een paar dagen geleden. Even een paar items uit mijn Wish List selecteren, op Proceed to Checkout klikken, en hopla. Therapie, zeggen de vrouwen daartegen.

Boeken in pakskes door Bruno Bollaert

En hoewel bpost toch wat tegenspartelde (zelden zo’n vreemde status gezien), werden de pakjes vandaag bezorgd.

Boeken in pakskes door Bruno Bollaert

Ik ga mij eens wat op Stravinsky smijten. The Bad Plus (deze zomer met Joshua Redman op Gent Jazz) bewerkte, in opdracht van New York’s Lincoln Center for the Performing Arts en by Duke University, Stravinski’s Sacre du Printemps (ik heb het daar al over gehad —Stravinsky Jazz), en ik ben serieus aan ’t overwegen om ergens in één of ander nabij buitenland , naar een voorstelling te gaan kijken. Ze spelen binnenkort een paar keer in Ierland, maar in 2013 spelen ze ook in Amsterdam (op 28 mei). En zo veraf is dat nu ook weer niet (trein heen, concert, blijven slapen, trein terug: zo gepiept). Maar zou dat niets zijn voor Vooruit of zelfs De Bijloke –kijkt hoopvol naar Wim Wabbes en Kristof Roseeuw? Wanneer wordt het nieuwe seizoen bekend gemaakt?

Aldus heb ik in mijn bezit: de full orchestral score van Le Sacre du Printemps; Stravinsky: The Rite of Spring door Peter Hill; en The Apollonian Clockwork: On Stravinsky door Louis Andriessen en Elmer Schönberger. Die laatste twee trouwens op indirect aanraden van Ethan Iverson, de pianist van TBP, die op zijn weblog (Do the math) een eigen lijstje met interssante muziekboeken had gepost (Casual and Incomplete) als reactie op 60 Favorite Music Books van Pitchfork. Allemaal bijzonder interessant.

En terwijl ik bezig was heb ik meteen ook maar een Eulenburg Miniature Score van Debussy’s Prélude à l’après-midi d’un faune besteld ook.

Uit de Pitchfork lijst haalde ik The Recording Angel: Explorations in Phonography van Evan Eisenberg; en dan heb ik eindelijk toch ook maar Music Downtown: Writings from the Village Voice (Kyle Gann) besteld. En ergens had ik gelezen dat Conversations with Glenn Gould (Jonathan Cott) en The Secret Life of Glenn Gould (Michael Clarkson) een bijzonder interessante tandem vormen.

Maar eerst The Hunger Games. En dan Listen to this. En dan op zijn minst het Stravinsky gedeelte uit The Gesualdo Hex en dan al de rest van het Stravinsky materiaal. Ik heb er ongelooflijk goesting in. Nu nog de discipline vinden om mijn strak plan door te voeren.

Boeken 201203

Minder films, meer boeken?! Allemaal muziekboeken, vorige maand, en ik ben in nog twee andere begonnen: The Gesualdo Hex en The Rest is Noise. Dat laatste heb ik nog niet uit, en in het eerste ben ik moeten stoppen, omdat ik vond dat ik niet over genoeg achtergrond beschikte. Eenmaal The Rest is Noise achter de kiezen zit, moet dat lukken. Maar ondertussen lees ik eerst The Hunger Games (zo heb ik aan Henri beloofd, zodat we dan naar de film kunnen gaan kijken).

Ik heb veel bijgeleerd vorige maand, en zit weer helemaal met mijn kop in de muziek.

  1. Picture Yourself Playing Cello / Jim Aikin / 2012
    Vooral interessant voor wie… overweegt cello te spelen. Handig om eens te raadplegen als ge wat vast zit, maar vervangt langs geen kanten een leraar natuurlijk.
  2. The Inner Game of Tennis / W. Timothy Gallwey / 1974
    Een cultboek, naar het schijnt, dat destijds werd toegepast voor vanalles, van tennis tot management. Later verscheen er ook The Inner Game of Music, dat op mijn nachtkastje klaarligt. Bevat een paar interessante tips, die bij het lezen heel vanzelfsprekend lijken, maar verwacht geen mirakels.
  3. A Concise History of Western Music / Paul Griffiths / 2010
    Bijzonder interessant. Ik zocht een overzichtsboek omdat ik vast zat in The Gesualdo Hex, en duidelijk eerst wat meer historische achtergrond nodig had. Deze A Concise History of Western Music is alvast een uitstekend begin: 200 bladzijden over muziek tot ergens het einde van de 19e eeuw; 100 bladzijden voor de volgende honderd jaar. De meest recente componist die (even) wordt aangehaald, is Thomas Adès –en die is jonger dan ikzelf (niet veel, maar toch).
  4. The Musician’s Guide to Reading & Writing Music / Dave Stewart / 1999
  5. Inside the Music / Dave Stewart / 1999
    Deze twee (relatief dunne) boekjes hebben mij bijzonder veel inzicht bijgebracht over akkoorden. Stewart begint van nul, beschrijft de notenbalk (in het Angelsaksische systeem met C-D-E-F-G-A-B ipv do-re-mi-fa-sol-la-si), en gaat dan over op ritme en akkoorden. Oorspronkelijk bedoeld voor de pop- en rockmuzikant die wel muziek uit zijn gitaar krijgt, maar geen noten kan lezen, zijn deze boekjes best te volgen voor wie reeds in muziek geïnteresseerd is.
  6. The Study of Counterpoint / Johann Joseph Fux (vertaling: Alfred Mann) / 1965
    The only English translation of the great eighteenthcentury work that has been the basis for the study of counterpoint for more than 200 years, zo staat er op de cover. Bijna driehonderd jaar ondertussen, want het boekje verscheen voor de eerste keer in 1725. Dat werk is Gradus ad Parnassum Fantastisch geschreven, in dialoogvorm tussen een ‘meester’ en een leerling, vertrekt dit boek van een cantus firmus (zeg maar: de melodielijn) naar een vierstemmige compositie. Heel helder en structureel verwoord, is het duidelijk waarom dit boek reeds zolang en bij zovele componisten hoog staat aangeschreven. Basiskennis notenleer is aangewezen (zoals bijvoorbeeld terug te vinden in de boekjes van Dave Stewart hierboven). Ik ben benieuwd of dat Harmonieboek van Rameau ook leesbaar zou zijn –maar dan wel in vertaling.

(boeken vorige maand)

Films 201203

Alweer: minder films. En nee, het aantal series gaat niet omgekeerd evenredig de hoogte in.

  1. Grizzly Man / Werner Herzog / 2005
    Hoewel er eigenlijk niks ergs wordt getoond, is dit een behoorlijk gruwelijke documentaire over Timothy Treadwell, een berenactivist, die uiteindelijk wordt opgegeten door een beer. “The bear was cut open. It was full of people, full of clothing”, aldus dus meneer die de autopsie uitvoerde/bijwoonde. De scene waarin de beer Threadwell en zijn vriendin Amie Huguenard worden opgegeten kan niet worden getoond, want er was geen tijd om de lensdop van de camera te nemen. Herzog laat ons het gebeuren ook niet beluisteren, maar filmt wel het moment waarop hij ernaar luistert. “Can you turn it off?”, vraagt een duidelijk geëmotioneerde Herzog aan Jewel Palovak, die drie jaar de partner van Timothy Treadwell is geweest. Een beklemmende stilte volgt, terwijl Herzog en Jewel elkaar in de ogen kijken. “Jewel, you must never listen to this”, bezweert Herzog haar. “I know Werner, I am never going to.” Sterk.
  2. The Hangover / Todd Phillips / 2009
    Niet meteen mijn soort film, maar wel bekijkbaar.
  3. Wrong Turn 4 / Declan O’Brien / 2011
    Zuivere zinloze slasher movie, die in het genre best te bekijken valt –maar met een verschrikkelijk dwaze introductie (en slechte make-up). Weinig origineel, maar dat is gelijk wat moeilijk in het genre. Alhoewel, de eerste van de franchise was best te pruimen.
  4. The Prince and Me / Martha Coolidge / 2004
    Ik had die al eens gezien, maar ik had een baaldag, en ’t was met Julia Stiles.
  5. Back to the Future / Robert Zemeckis / 1985
    Gemaakt tijdens de hoogdagen van Michael J. Fox in Family Ties, blijft deze film nog steeds wonderbaarlijk overeind. Zemeckis zou nog twee sequels produceren, Henri hoopt dat ze de volgende weken worden uitgezonden.
  6. Killers / Robert Luketic / 2010
    Dwaas, maar ontspannend. Met Katherine Heigl, die ik mij nog herinner van de remake van Mon père, ce héros, beide –origineel én remake– met Gérard Depardieu (het origineel was overigens met Marie Gillain in de rol van de dochter).

(films vorige maand)

Albums 2012 (VI): klassiek digitaal

Twee lijstjes geleden had ik mijn recent binnegehaalde de klassieke cd’s opgesomd, maar ik koop steeds meer digitale albums, in cd-kwaliteit of hoger. Ik kan niet genoeg de diensten van Qobuz aanraden, waar de klassiek albums tegen een schappelijke prijs worden verkocht –geheel legaal vanzelfsprekend– en waar u vaak nog goedkoper dan de prijs van de cd een zogenaamde masters kan aanschaffen. (Cd kwaliteit dat is lossless 16 bits 44.1 kHz; masters dat is bij Qobuz alles daarboven, tot 24 bits 192 kHz. In de praktijk is dat ofwel 24 bits 44,1 kHz of 24 bits 96 kHz. Die hogere resoluties komen direct van de bron –de labels zelf dus– en zijn geen upgesamplede trucendozen. Als dat allemaal Latijn is voor u, weet dan dat u met gerust hart masters kan kopen of het gewoon bij cd kwaliteit kan houden.)

Hoewel ik niet meteen fan ben van compilaties (zijnde albums met werken van meer dan één componist), zitten er toch een paar fantastische compilaties bij. Zonder enige vorm twijfel aangeraden zijn het Bach & Schubert album van Simone Dinnerstein, Something Almost Being Said dat enorm lyrisch en emotioneel is zonder verdwaasd romatisch over te komen; Isabelle Faust met de Violin Concertos van Berg & Beethoven, net zoals haar Brahms : Concerto pour violon – Sextuor n° 2 overigens; en Music for a Time of War door Carlos Kalmar met The Oregon Symphony (muziek van Ives, Adams, Britten en Vaughan Williams). Geen compilaties, maar ook aangeraden: de Motetten van J.S. Bach door het Collegium Vocale o.l.v. Philippe Herreweghe; Claudio Monteverdi’s Missa “In illo tempore”; Fauré’s Messe de Requiem op. 48; Lutoslawski’s Orchestral Works (deel twee is net uit); Pärt’s Da pacem (ik word daar zo rustig van); Schuberts Willkommen und Abschied door Werner Güra en Christoph Berner; en het eerste deel van Vivaldi’s Concerti per fagotto.

Niet dat de rest niet goed is (behalve dan het Nino Rota-album van Richard Galliano misschien, dat u gerust kunt laten links –of rechts of ergens anders– liggen). Er zit alweer wat muziek uit de eigen interessesfeer tussen: een paar cellowerken, en de negende van Dvořák, die we nu al een tijdje met het V.E.M.-orkest spelen. Er is trouwens een gigantisch verschil tussen de interpretatie van Bernstein en Alsop, en ik ben er half van overtuigd dat mijn voorkeur naar Bernstein gaat. Ik stond vandaag trouwens met de versie van het Brussels Philharmonic in mijn handen, maar heb ze uiteindelijk dan toch maar niet gekocht (ik heb er al drie).

Veel luisterplezier.

  1. Bach : Cello Suites BWV 1007-1012 / Ophélie Gaillard / 2011
  2. Bach : Motetten / Philippe Herreweghe: Collegium Vocale / 2011
  3. Bach / Schubert : Something Almost Being Said / Simone Dinnerstein / 2012
  4. Beethoven : The Symphonies / Riccardo Chailly: Gewandhausorchester Leipzig / 2011
  5. Berg / Beethoven: Violin Concertos / Isabelle Faust; Claudio Abbado: Orchestra Mozart / 2012
  6. Brahms : Concerto pour violon – Sextuor n° 2 / Isabelle Faust; Daniel Harding: Mahler Chamber Orchestra / 2011
  7. Britten : Phaedra – A Charm of Lullabies – Lachrymae – 2 Portraits – Sinfonietta / Edward Gardner: BBC SO / 2011
  8. Claudio Monteverdi : Missa “In illo tempore” / Paolo da Col: Odhecaton / 2012
  9. Dvořák : Symphony No. 9 “From The New World”; Slavonic Dances Op.46 / Leonard Bernstein: Israel Philharmonic Orchestra / 1989
  10. Dvořák : Symphony No. 9 “From the New World”; Symphonic Variations / Marin Alsop / 2008
  11. Fauré : Messe de Requiem op. 48 / Philippe Jaroussky; Paavo Järvi / 2011
  12. Fauré : Œuvres pour violoncelle & piano; Trio / Le Sage; Salque; Meyer / 2011
  13. Le triomphe de l’amour – Airs d’opéras français des XVIIe et XVIIIe siècles / Sandrine Piau / 2012
  14. Liszt : Années de pèlerinage / Bertrand Chamayou / 2011
  15. Liszt : Années de pèlerinage / Nicholas Angelich / 2004
  16. Lutoslawski : Orchestral Works / Edward Gardner: BBC Symphony Orchestra / 2010
  17. Mozart : Requiem KV 626 / Teodor Currentzis: MusicAeterna / 2011
  18. Mozart, Schubert : Quartets K. 465 & D. 804 / Chiaroscuro Quartet / 2011
  19. Music for a Time of War / Carlos Kalmar; The Oregon Symphony / 2011
  20. Nino Rota / Richard Galliano / 2011
  21. Pärt : Da pacem / Paul Hillier and Christopher Bowers-Broadbent / 2011
  22. Saariaho : D’om le vrai sens – Laterna Magica – Leino Songs / Kari Kriikku / 2011
  23. Saint-Saëns : Cello Sonatas / Christian Poltera, Kathryn Stott / 2009
  24. Schubert : Willkommen und Abschied / Werner Güra, Christoph Berner / 2012
  25. Vivaldi : Concerti per fagotto / Sergio Azzolini; L’Aura Soave Cremona / 2010
  26. Vivaldi : Juditha triumphans, RV644 / Alessandro de Marchi: Academia Montis Regalis / 2001
  27. Vivaldi : La Fida Ninfa, RV 714 / Jean-Christophe Spinosi: Ensemble Matheus / 2008

(vorige lijst)

Matthäuspassion

Gisteren en vandaag ben ik –zijn we (gisterenavond was Tessa er ook bij, vandaag waren het enkel Henri en ik)– naar de open repetitie van de Matthäuspassion van Johann Sebastian Bach door het Collegium Vocale o.l.v. Philippe Herreweghe gaan luisteren in De Bijloke. Gisteren het eerste deel, vandaag het tweede deel, aan vijf euro per zitting, dus voor minder dan de helft van de prijs van de Grote Opvoering vanavond (tickets 28 of 22 euro voor resp. rang 1 of 2, reeds geruime tijd helemaal uitverkocht). “Dit is geen concert”, waarschuwde de dirigent ons, “wat inhoudt dat ik geregeld eens zal onderbreken om hier en daar wat aan te passen.”

De sfeer was veel ongedwongener dan op een gewoon concert, het was veel gemakkelijker om het werk te volgen (ook al omdat het in twee delen was opgesplitst nietwaar), en toch was het helemaal niet moeilijk om meteen terug in de juiste sfeer te zitten. Bovendien was het razend interessant om de opmerkingen van de dirigent te horen én te kunnen volgen. “Het is niet zozeer tie-die-die-die, maar eerder tie-die-die-pauze-tie”, klonk het in Nederlands, Frans of Duits.

Open repetitie van de Matthäuspassion door Bruno Bollaert

Gisteren heb ik gevolgd aan de hand van de bewegingen (nummer, zangers en eerste versregel), vandaag had ik de liedteksten meegebracht op de iPad. Er zitten een paar gigantische kippenvelmomenten in, bijvoorbeeld wanneer Pilatus in het tweede deel aan de massa vraagt wat er met Christus moet gebeuren

Pilatus
Was soll ich denn machen mit Jesu, von dem gesagt wird, er sei Christus?
Evangelist
Sie sprachen alle:
45b. Cori
Laß ihn kreuzigen!

Die Laß ihn kreuzigen! wordt eerst door een deel van het koor gezongen, overgenomen door een tweede deel en dan een derde, en onderwijl zwelt ook het orkest aan, gelijk een domme massa die zichzelf maar steeds meer opruit.

Dikke, dikke tranen moeten langs uw wangen druppelen middenin beweging 61a waarin Christus zijn menselijke zwakte toont wanneer hij aan het kruis genageld uitslaakt: Eli, Eli, lama asabthani? (Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten). Het is meteen het enige stuk dat niet in het Duits wordt gezongen maar in het Aramees. Michael Nagy, de zanger die Jezus vertolkt, slaagde er helemaal in om de wanhoop van Christus in die woorden door te laten klinken.

Het einde dooft uit bij de dood van Christus: Wir setzen uns mit Tränen nieder / Und rufen dir im Grabe zu: / Ruhe sanfte, sanfte ruh! (Huilend gaan wij zitten / En roepen U in het graf toe: / Rust in vrede, rust zacht.)

[youtube https://www.youtube.com/watch?v=zTZkk66pd1I&w=500&h=369]

Minstens één melodie zal u bekend in de oren klinken, tenminste als u ook een beetje bent opgegroeid met The Concert in Central Park van Simon & Garfunkel. Het negende nummer, American Tune (cfr de videoclip hierboven) is bijna identiek aan de melodie uit Bachs Matteüspassie (die het dan weer op zijn beurt uit de hymne Mein G’müt ist mir verwirret van Hans Leo Haßler haalde). Bach haalt de melodie in een aantal bewegingen aan (telkens een chorale: 15, 17, 40 en 54), waarvan 54 waarschijnlijk de meest bekende is: O Haupt voll Blut und Wunden

O Haupt voll Blut und Wunden,
Voll Schmerz und voller Hohn,
O Haupt, zu Spott gebunden
Mit einer Dornenkron,
O Haupt, sonst schön gezieret
Mit höchster Ehr und Zier,
Jetzt aber hoch schimpfieret,
Gegrüßet seist du mir!
Du edles Angesichte,
Dafür sonst schrickt und scheut
Das große Weltgerichte,
Wie bist du so bespeit;
Wie bist du so erbleichet!
Wer hat dein Augenlicht,
Dem sonst kein Licht nicht gleichet,
So schändlich zugericht’?

Misschien worden zo’n repetities wel meer opengesteld voor het publiek? Mij zou het alvast zeer interesseren.

Albums 2012 (V): ik ga naar een persco en…

…ik kom terug met cds natuurlijk.

Cds door Bruno Bollaert

Mijn vrienden van Rombaux brachten voor mij mee:

  1. Mark In The Water / Ken Vandermark / 2011
    De tweede soloplaat van multirietblazer Ken Vandermark; elke compositie is opgedragen aan een andere muzikant.
  2. Brad Mehldau Trio / Ode / 2012
    Kijk, het zijn de mensen die binnenkort op Gent Jazz staan. Dat wil ook lukken. Een uitstekende cd alweer, zo gonst het.
  3. Army of Strangers / Jessica Pavone / 2011
    Benieuwd of ze even sterk gegroeid is als Mary Halvorson.
  4. Alma / Paolo Fresu & Omar Sosa / 2012
    Dat kan alleen maar lyrisch zijn.

En in de foyer van De Bijloke stak een bijzonder sympathieke man mij deze cd in de handen, met de boodschap dat ik daar maar eens naar moest luisteren.

  1. The Rhythm of Change / Helder / 2012
    Voluit Helder Deploige, met een tekening van Dooreman op de cover. Hierzie, op YouTube: titeltrack The Rhythm of Change en My Private Joke

(vorige lijst)

Conversation non-imaginaire

[Opent de voordeur om het huis te verlaten, en ziet zijn buurman die net met ontbijtkoeken terug thuiskomt.]

– Ha, buurman. Goed dat ik u tref, ik heb nog iets voor u.

[Stapt terug de gang in, en neemt een baksteen uit een stapel van drie.]

– Deze baksteen, nu ja, ik heb er zo drie, en ik weet niet of ge ze wel wilt…

[De buurman kijkt met lede ogen door hem heen.]

– …deze baksteen dus, komt van uw schoorsteen daar vanboven…

[Wijst ostentatief naar het dak. De buurman negeert de conversatie volkomen, en stapt van zijn wagen naar zijn voordeur.]

– Enfin, ik dacht dat ge misschien wel wilt weten dat uw schoorsteen in slechte staat verkeert en eigenlijk op instuiken staat en…

[De buurman stapt zijn woning binnen en slaat de voordeur dicht.]

De staan van de schoorsteen door Bruno Bollaert

Zo ongeveer had ik mij de conversatie een tijdje geleden al voorgesteld, behalve dan dat de buurman in mijn verbeelding iets interactiever was, en dat ik hem nog verder had kunnen uitleggen dat de mensen die de gaten in onze dakgoot hadden gedicht (een euvel, waarover hij reeds zijn ongenoegen had laten blijken, en waarvan er gelijk minstens één gat door een schoorsteenvallende baksteen was veroorzaakt), dat die mensen dus hadden gezien, niet alleen dat zijn schoorsteen bijna instort, maar ook dat er op zijn plat dak al een heleboel baksteenbrokken liggen. En dat het misschien aangewezen was om maatregelen te treffen voor zijn schoorstenen (want het zijn er eigenlijk twee) daadwerkelijk geheel afbrokkelen –en mogelijks een stuk (van onze) muur meetrekken en/of zich met ware doodsverachting door zijn plat dak storten. Of naar de straat vallen en mogelijks op het hoofd van een nietsvermoedende passant terecht komen.

Bij deze dus –u volgt mijn blog toch nog, buurman?