Geordend

Er zijn zo van die dagen waarop ik de wereld heel helder zie. En dan bedoel ik dat zowel letterlijk als figuurlijk. De laaste tijd –dagen? weken? maanden? ik weet het niet– gaat het vaak als in een roes aan mij voorbij.

“Ge moet u eens een goede agenda kopen”, zie iemand gisteren tegen mij.

“Ik heb er al twee”, was mijn antwoord daarop. Niet dat ze vol staan, en blijkbaar al evenmin dat ze goed gebruikt worden (anders had ik die suggestie niet gekregen), maar ik kijk uit naar de dag dag waarop ik het tot één agenda kan herleiden. (Dát aftellen speelt ook wel weer een rol in mijn zenuwachtigheid natuurlijk.)

Alhoewel dat het redelijk rustig is, met uitgaan. Twee keer per week, vorige en deze week (telkens een concert in de Vooruit en Tuur). Erm wacht: vrijdag ben ik ook weg.

Maar er dient ook meer en meer te worden geregeld. Dat is dan overigens weer zeer plezant, die voortdurende verschuivingen: van schrijven naar editeren naar fotosessies naar regelen en plannen smeden.

Which reminds me: ik moet dringend een tekst vertalen en een blurb schrijven (dat laatste overigens voor dezelfde persoon die me vroeg of ik geen agenda had). Ik zal maar beter opschieten.

Zoef

’t Is een rare dag vandaag. Het gaf de indruk van heel vrijblijvend te zijn, maar binnen de kortste keren zat alles vol. Uitgeslapen (tot half negen!), laat ontbijt (koeken), een begrafenis, een late lunch (coquilles Saint-Jacques, gevolgd door kabeljauw met bleekselderij en gestampte patatjes), vanalles geregeld en gepland, straks spoedvergadering, en dan naar Tuur. En gedaan. Geen tijd voor de kermis bijvoorbeeld.

Zoef. Daar trok het weekend weer aan ons voorbij.

Macon (fin)

Het ging niet goed met Macon, had ik u onlangs nog verteld. Eergisteren vond hij nog amper de kracht om recht te komen en te drinken –eten was al helemaal niet meer aan de orde. Toen ik gisterenavond thuiskwam lag hij op zijn vertrouwde plekje bij de drinkbak die we bij onze slaapkamerdeur hadden gezet. Zijn lijfje ging nog traag op en neer onder een moeizame adem, en zijn kopje duwde nog zacht tegen mijn hand toen ik hem streelde. Zijn pootjes gaven nog iets meer weerwerk, maar het waren meer spasmen –zoals in zijn slaap– dan doelgerichte beweging.

Het had geen zin om het nog verder uit te stellen. Toen Tessa thuiskwam heeft ze bij de dierenarts, een beetje verderop in de straat, twee maal 5ml spierverlammende substantie gehaald (dat kreeg ze enkel mee omdat ze zelf arts is natuurlijk). Macon tot daar vervoeren zagen we geen van beiden zitten, en de dierenarts had er alle begrip voor. Hij raadde aan de vloeistof pulp-fictiongewijs rechtstreeks (of zo dicht mogelijk) in het hart in te spuiten.

Nu ben ik niet meteen kleinzierig, maar ik weet hoe onze katten reageerden bij een gewoon bezoek aan de dierenarts, en ik zag het eigenlijk ook niet meteen zitten om Macon vlak voor zijn dood nog even aan de horror van die naald in zijn hart bloot te stellen. Maar het moest. Het was dat of een vreselijk trage dood waarvan hij volgens mij toch afzag.

Dus stonden we alledrie rond hem –we hadden alles goed uitgelegd aan Henri, en hem de keuze gelaten of hij erbij wou zijn. Macon gaf geen kik, toen de lange naald in zijn uitgemergelde lijfje werd geduwd –wat mij sterkte in de beslissing dat het inderdaad beter was om zijn negen levens zo te beëindigen. Voor de rest duurde het nog geen minuut. Hij ontspande helemaal, legde zijn kopje neer, and that was it.

Mâcon de la Foret Bellifontaine. De mevrouw van wie we hem hadden gekocht keek even raar op, toen we zijn naam voorstelden. Het moest met een ‘m’ beginnen –dat is zo’n regeling: per jaar schuift dat een letter op– en ik was indertijd nogal zeer erg into Peter Greenaway (The Baby of Mâcon was nog niet zo heel lang daarvoor uitgebracht). We kregen een heuse stamboom mee, waaruit bleek dat hij wel degelijk een echte Chartreux (Kartuizer) was, met maar liefst vijf kampioenkatten –waarvan drie internationaal– onder zijn voorouders.

Hij was geboren op 30 juni 1996, en is dus net geen 11 –60 in mensenjaren zegt het dierenartsboekje mij– geworden. Ik herinner mij nog hoe we een krakkemikkige R5 van Gent naar Arbonne la Foret –vlakbij Fontainebleau– zijn gereden om hem af te halen. We brachten toen een kleine blauwgrijze kat mee naar de Tarbotstraat –waar we toen nog woonden– een heel nerveus en bang hoopje kat, dat we gedurende de terugweg in een ruime doos hebben laten zitten opdat hij vooral niet zenuwachtiger zou zijn geworden van het voorbijflitsende landschap.

“Hoewel hij voor iedereen lief is, hecht een kartuizer zich maar aan één persoon”, zo had de mevrouw ons gewaarschuwd. “En die kiest hij zelf uit.” Ik was dan ook verschrikkelijk blij toen al gauw bleek dat hij mij had gekozen. Male bonding, ongetwijfeld. Macon was dus niet zozeer mijn kat, maar eerder mocht ik zijn baasje zijn.

(…)

fijn stof probleem van de baan

Via een aantal maatregelen is de Belgische regering erin geslaagd op drie dagen tijd het niveau van het fijn stof opnieuw onder controle te krijgen. Met een goed van tevoren aangekondigde campagne werden de Belgische automobilisten gedurende drie dagen verplicht zich op de Vlaamse wegen met een maximumsnelheid van 90 km/u te verplaatsen. Deze maatregel, die om 12 uur vandaag werd afgeblazen, kende vooral in Vlaanderen grote bijval, zo verklaarde Minister-President Yves Leterme niet zonder trots tijdens een persconferentie zonet.

Tijdens de periode waarin de maatregelen actief waren, werden duizenden automobilisten die zich moedwillig niet aan de snelheidsbeperking hielden, geflitst door een daartoe speciaal opgerichte politiecel. De nieuwe cel ‘Pecunia’ zal de boetes binnen de maand bij de overtreders innen, en de helft van het boetegeld zal worden overgemaakt aan de Bond Beter Leefmilieu als steun voor haar campagne om van de automobilisten intelligente wezens te maken.

In een reactie, die vandaag verschenen is in de krant De Morgen, licht Jan Turf, Beleidscoördinator Bond Beter Leefmilieu, de campagne toe. “Ik weet ook dat voor Vlaamse mannen de wagen soms de functie inneemt die de peniskoker heeft voor de Maori. Ook ik heb steeds zo’n koker bij”, geeft Turf deemoedig toe. “Maar als u mij aan 100 km/u voorbijrijdt, kan ik de uwe langer bewonderen dan aan 130 km/u.”

Het milieu in België is alvast gered, zo besluiten de verschillende groeperingen unaniem, en de bevolking kan opnieuw op beide oren slapen. De regering sluit evenwel niet uit dat de maatregelen zullen herhaald worden tijdens de zomerperiode. “De zomerperiode is traditioneel een kalmere periode in ons land”, zo deelde een woordvoerder van het kabinet van milieuminister Peeters mee. “We denken er dan ook sterk aan van augustus een autoloze maand te maken, indien zou blijken dat het fijn stof alsnog opnieuw zou pieken in de zomer.”

omtrent gisterenavond

Het concert van het Michel Bisceglia Trio viel geheel binnen de verwachtingen. Dat is goed, in die mate het zeer kwaliteitsvol was, maar het is jammer, in die zin dat het weinig verrassend was. In elk geval, de cd is een zeer goede weerspiegeling van het concert. Er is zeer sterk gebleken dat Bisceglia voornamelijk een arrangeur is, en een zeer goede overigens, die weet welke noot hij waar moet leggen om welk effect te bekomen. De jazz is waarschijnlijk minder vrij dan ze hoort, maar dat is een keuze die is gemaakt.

Rackham, achteraf in het Kafee, geeft de indruk daar haaks tegenover te staan –al is die indruk natuurlijk quatsch, gezien het aantal optredens dat de groep ondertussen reeds achter de rug heeft. Ze speelden evenwel zonder Bart Maris (toen ik er was toch), en Teun Verbruggen zat ergens achteraan in het duister weggemoffeld; ik had hem eerst al helemaal niet gezien –wel gehoord natuurlijk. Het licht was interessant voor het publiek, en arguably ook voor de fotograaf, maar daar spreek ik mij pas over uit als ik tijd heb gehad mijn foto’s te bekijken (zo ben ik wel natuurlijk).

Het geluid was voor beide concerten echter niet optimaal, maar ik veronderstel dat veel afhing van de plaats waar u zich bevond. In het geval van Bisceglia is dat begrijpelijk, gezien het om een onversterkt concert ging. Onversterkt, behalve de contrabas van Werner Lauscher dan, maar ik vermoed dat die anders helemaal in het drumgeweld van Marc Lehan zou verdwenen zijn. De piano was soms wat moeilijk hoorbaar, maar we zaten daarvoor dan ook aan de verkeerde kant van de ruimte (die evenwel de goede kant was om foto’s te nemen).

In het geval van Rackham was er vooral sprake van een geluidmassa, waarin maar weinig individuele instrumenten te onderscheiden vielen. Wij zaten toen in het niet-rokersgedeelte van het Kafee, maar toen ik vooraan foto’s ging nemen, hoorde het er niet echt veel beter uit. De composities van Juanita K –waar ik toch redelijk vertrouwd mee ben– kwamen er soms dermate distorted uit dat ze amper herkenbaar waren. Jammer –ik zou ze graag eens in een bescheidener ruimte horen.

We zijn dan ook (lang) voor het einde van het concert vertrokken, deels ook al omdat ik nog niks had gegeten, en omdat ik verschrikkelijk zin had om eindelijk nog eens in de Martino te gaan eten. De onglet stond bovendien opnieuw op het (suggestie)menu stond. Bleu, met sla, frietjes, en pepersaus alstublieft. “Het is een schande dat zoiets lekkers bestaat”, antwoordde ik Pascaline, toen ze vroeg of het smaakte. Tot grote hilariteit (en tevredenheid) in de keuken, want ze liet alles vallen om de chef die complimenten over te maken. En serieus, die onglet, dat is een absolute aanrader. Vraag hem bleu, en die saus is eigenlijk helemaal niet nodig (die werd overigens afzonderlijk gebracht, en ik heb ze voornamelijk voor bij de frieten gebruikt).

Vanochtend heb ik Rackham nog eens herbeluisterd. Juanita K (hun cd) verdient toch echt wel een beter geluid dan ik gisteren heb gehoord. Het mag niet te afgeborsteld zijn –dat soort muziek is het helemaal niet– maar ik herken toch graag de instrumenten in de brij die op mijn oren wordt losgelaten. En dat perspectief ontbrak –in het stukje concert dat ik gisteren heb gehoord– helemaal.

Maar zet u beide cds maar op uw verlangenlijstje. Ze bedienen twee geheel verschillende moods, en zijn allebei heel goed in hun genre.

Michel Bisceglia Trio, Inner You, Bisceglia Music, o.a. te koop via Jazzlab Series

Rackham, Juanita K, te koop via rackhazm.biz (en ik heb hem ook al in Media Markt gezien)

SOS jazz

SOS Jazz? Net nu jazz weer hot is? Jawel: SOS, al hebben we het hier niet over het noodsignaal, en is jazz wel degelijk hot, zo heeft Jef Neve weer maar eens bewezen. Maar ik loop op de zaken vooruit.

U krijgt maar liefst twee jazztips voor avond, eentje waarvoor u niet dient te betalen, en een andere waarvoor het toch wel een beetje zonde zou zijn als u niet kwam opdagen. En er zijn weer vrijkaarten voor Tuur.

Vanavond kan u niet om de Vooruit heen. Vooreerst is er het concert van het Michel Bisceglia Trio, waarna u kan afzakken naar het Kafee voor een gratis (!) concert van Rackham.

Pianist Michel Bisceglia verdiende zijn strepen reeds in de popwereld als componist en arrangeur voor o.a. Johan Verminnen, Ozark Henry, Hooverphonic en Mauro Pawlowsky; in de jazz kon u hem aan het werk zien met Randy Brecker en Toots Thielemans; én hij is bovendien ook nog componist van klassiek en filmmuziek. Begin deze maand werd de nieuwe CD van zijn trio voorgesteld, Inner You, en het is in die bezetting, en met dat nieuwe werk dat hij nu op tournee gaat in het kader van de Jazzlab Series.

De muziek van Bisceglia is eerder ingetogen, met prachtige, beheerste ballads en een afgemeten piano. Dergelijke intimistische muziek vraagt dan ook om een passende setting. In tegenstelling tot de andere Jazzlab Series concerten, kon dit concert niet doorgaan in de Balzaal, maar is men moeten uitwijken naar de Theaterzaal. Veel te groot, zo hoor ik u al voorzichtig fluisteren, maar hier komt dan ook die SOS op de proppen. In de theaterzaal worden we namelijk vergast op een akoestisch scène-op-scène concert. Zowel publiek als artiesten zullen er op de scène plaatsnemen voor een onversterkt concert. De omstandigheden alleen al maken dit een niet te missen evenement.

Voeg daar evenwel nog eens de schitterende muziek van de nieuwe CD aan toe, die hier al een halve maand op repeat ligt, en de avond kan niet meer stuk. Wij kijken uit naar Out to sea (geschreven met Piet Goddaer), Paisellu miu (Rocco Granata) en The Traveller. Al kan het trio net zo goed standards aan, zoals Parkers Blues for Alice. Hou uw portefeuille maar in de gaten, want voor u het weet hebt u de CD mee naar huis. Wedden?

Let wel, de avond is nog niet gedaan. Na het Bisceglia Trio begeven we ons naar het Kafee, voor het jazz-pop-rock geweld van Rackham. Toine Thys (sax) is net zomin als Teun Verbruggen (drum) vies van een crossover. Deze keer houden ze het minder experimenteel, met duidelijke rockallures met daarin een hoofdrol ook voor gitaar en trompet. Rackham heeft in het Franstalige landsgedeelte en in Brussels een grote schare fans, ook al door hun sterke podiumprésence. Wij zijn alvast zeer te spreken over hun eind vorig jaar verschenen CD Juanita K.

En hier zijn we dan: dat jazz hot is, bewees u zelf door uw talrijke opkomst voor het concert van Pascal Schumacher en Jef Neve, twee zondagen geleden bij Opatuur. U kwam en hoorde dat het goed was, en dat het succes Jef Neve nog steeds niet naar het hoofd is gestegen. Nu zondag kan u bij Opatuur Pierre Van Dormael en Hervé Samb aan het werk zien. Wij verwachten in zwoele Afrikaanse oorden te vertoeven: Van Dormael ontmoette de Senegalees Samb toen hij les gaf in Dakar, en ondertussen heeft Samb een interessant palmares opgebouwd. Ook benieuwd? Stuur dan een mail naar wedstrijd@gentblogt.be, met als onderwerp “Tuur in Afrika”, en wie weet mag u wel gratis binnen, zondag.

Michel Bisceglia Trio
15/03, 20u, Vooruit Theaterzaal, 12 € / 8 €. Ik vul het gat in mijn cultuur, schreef ik eerder. Beter niet missen, is mijn verdict ondertussen.

Rackham
15/03, 22u, Vooruit Kafee, gratis. Yeah!

Pierre Van Dormael en Hervé Samb
18/03, 20u, Opatuur Citadellaan 17, 10 €.

(Deze aankondiging verscheen gisteren ook op Gentblogt.)