fietsen (op de heide)

Het begint met een ontbijt, en dan staat ge plots thuis met twee fietsen. Ik bedoel: een pak fietsbrochures.

Tessa fietst naar het werk. Eigenlijk een onverantwoorde manier van transportatie, gezien ze slechts met grote moeite haar hoofd tien graden in gelijk welke richting kan draaien –dat is helaas geen overdrijving. Even achterom kijken voor aankomend verkeer is er dus niet bij, daarvoor moet ze stoppen en haar lichaam draaien. Een overblijfsel van de aanrijding met de MUG, waar zij 4 jaar geleden als arts meereed. De verzekering en de door de verzekering aangestelde expert beweren dat haar conditie een natuurlijke evolutie is van het computerwerk dat ze verricht. Dat ik meer computerwerk verricht op een week dan zij in die voorbije 4 jaar, en dat al mijn gewrichten foutloos werken en ik mijn hoofd nog steeds als een kerkuil rond kan draaien, wordt als irrelevant beschouwd. Dat er een direct aantoonbaar verband is tussen het ongeval en haar conditie ook. En dan heb ik het nog niet over belangenvermenging gehad. Maar laat ons vooral geen complot vermoeden.

Edoch, daar het ging het hier niet over. Tessa gaat met de fiets naar het werk, en die fiets begint zo stilletjesaan zijn leeftijd te verraden. Tijd voor een nieuwe dus. En gezien Henri een rekker (snelbinder in ’t schoon Nederlands) nodig had, en we toch aan ’t ontbijten waren in Brasserie Nero, en die fietsenwinkel vlakbij is, gingen we maar eens langs. En omdat ik in september zelf met fietsen wil beginnen, was ook ik daartoe makkelijk te overtuigen.

Maar mensen, wat kost dat geld. Voor twee fietsen kan ik bijna een nieuwe motor kopen (hij is te koop overigens, ik moet er eens deftig werk van maken om hem verkocht te krijgen –een zwarte Daytona 955i, gekocht in augustus 2004). Tessa heeft haar oog laten vallen op een Koga Miyata, en die hebben ook een racefiets die ik wel zie zitten. Al had ik ook een mooie van Giant gezien.

Is er iemand die mij wat wegwijs kan maken in die cyclosport? Ik zoek iets met het oog op eventuele deelname aan een triathlon binnen een jaar of twee. Maar wel recreatief; ik heb geen enkele intentie om zelfs maar semi-pro te worden –laat staan om er de hoeveelheid geld tegenaan te gooien die daarvoor nodig is. Bij die racefietsen spreken ze trouwens ook van carbon en demping en aerodynamica alsof het een motor was –ik hoef niet eens mijn vocabularium aan te passen. Behalve dan dat er pakweg 27 versnellingen op zitten ipv zes.

politie-escorte

Soms helpt het wel, meer blauw in de straat.

Vorige week, toen alles net was dichtgeslibd ter hoogte van Aalst, was er wel een heel brede motorstrook tussen het tweede en het derde baanvak. Een halve bocht verder werd al gauw duidelijk waarom: twee politiewagens dachten zich een gemotoriseerde tweewieler en baanden zich met stille sirenes een weg tussen de auto’s. Op het eerste gezicht heel praktisch voor ons echte motorrijders, behalve dan dat die twee wagens maar heel traag vorderden. Eventjes langs de kant gaan was voor hen geen optie natuurlijk, en gezien de ruimte tussen eerste en tweede rijvaak te nauw was (omdat alle wagens van het tweede uitwijkten naar rechts om de politiemensen door te laten), werd er door de motards gretig van de pechstrook gebruik gemaakt om de politie te snel af te zijn.

Beter was het dan vorige vrijdag, toen er twee motoren voor mij, een zwaantje op de virtuele motorstrook invoegde. Daar gingen de verraste automobilisten nog verder voor uiteen dan anders, waardoor we een behoorlijke snelheid konden aanhouden. Onze gemotoriseerde Mozes ging ons zelfs op de E40 voor, maar eenmaal de files voorbij stoof hij weg met een vaart waarbij zelfs de meest avontuurlijke motard niet meedurfde.

Maar wel leuk entertainment telkens.

hoofdklarend

Het leuke aan met de motor naar het werk komen, is niet alleen het gevoel van onafhankelijkheid en snelheid. Het is ook het enige moment van de dag, zo heb ik gisteren gemerkt (vandaag ben ik helaas terug met de trein), waarop mijn hoofd totaal leeg is van alles wat anders voortdurend aan mijn mouw zit te trekken.

Het enige wat tijdens zo’n rit in mijn hoofd zit, heeft met het rijden zelf te maken. Ga ik nog wat rapper om de druk op mijn polsen te verminderen? Gaat dat kieken daar invoegen? Oei, ik zou beter opschakelen. Hé, kijk, een andere motorrijder: even zwaaien. En dat zijn allemaal gedachten van een halve seconde. Anticiperen is het enige wat ik doe op de motor.

En dat is zo rustgevend. Ge hebt geen gedacht. (Pun actually not intended.)

motortime!

De eerste tocht van het nieuwe seizoen zit erop. Het is waarschijnlijk de koudste ochtend van de laatste dagen –mijn vingers zijn er net niet afgevroren– en bovendien besliste de regering net vandaag om zowat overal de snelheid tot 90 km/u te beperken.

Puike maatregel overigens, gezien (1) zo goed of niemand zich eraan hield en (2) er een pak meer files en vertraging was. Toen ik in Gent de autosnelweg richting Brussel opschoof bijvoorbeeld, zag ik dat er voor de afslag naar Gent een file tot voorbij Merelbeke stond, die langzaam maar zeker richting Wetteren uitdijde. Dat kan toch de bedoeling niet zijn.

Maar ik zal u zeggen, koudvuur of niet, het heeft mij verschrikkelijk deugd gedaan, dat motortochtje naar het werk.

grote enquête

Vrijdagavond vond ik –ondanks de aangekondigde staking– een dikke enveloppe van inra in mijn bus. Dat ruikt naar reclame, was mijn eerste gedachte.

Geachte Mevrouw, Geachte Heer,

Net zoals zoveel Belgen, ondervindt ook U zondertwijfel soms hinder van het steeds drukker wordende verkeer in ons land.

U werd toevallig geselecteerd om deel te nemen aan een grote studie die op een gedetailleerde manier de verplaatsingen binnen België in kaart zal brengen.

Uw deelname is voor ons zeer belangrijk.

Mogen wij U vriendelijk vragen om:

  • bijgevoegd dagboekje elke dag in te vullen, beginnend vanaf de dag die er vooraan in vermeld staat
  • de instructies die in het begin van het dagboekje staan aandachtig te lezen

Wanneer (na 7 dagen) het dagboekje is ingevuld, vergeet het dan niet terug te sturen in de omslag « Port betaald door bestemmeling ». U hoeft dus niets te betalen.

Bovendien maakt u kans om een mooie prijs ter waarde van € 500 te winnen!

Indien u verdere vragen heeft, kan u tussen 9u en 20u, steeds terecht op het gratis telefoonnummer 0800 xx xxx.

Wij danken u voor uw bereidwillige medewerking.
Hoogachtend,

Nathalie Robin –Senior Manager

Wel beste Nathalie, ik zal uw verzoek met veel graagte inwilligen (volgens uw schrijven vertegenwoordig ik bovendien 300 Belgen). Ik zal bovendien mijn best doen om mijn reisweg naar Brussel zo verscheiden mogelijk te maken, met trein en –als het weer een beetje meezit– motor. U mag een keurig ingevuld dagboekje terug verwachten.

er hangt een reukje aan

Sinds dinsdag riekt het in de gang achter onze garagepoort. En sinds eergisteren riekt het tevens in de trapgang (trapgang klopt niet echt, maar trapzaal klinkt te megalomaan en is bovendien niet echt naar waarheid). Als ik ’s ochtends de slaapkamerdeur open is die geur het eerste wat mij tegemoet komt, en ik kan u verzekeren: het is geen pretje om daarmee te moeten ontwaken.

Niet getreurd, want vanaf vanavond moet de geur verdwenen zijn. Het was een penetrante olie-en-benzinegeur, die ik gemakkelijk associeerde met onze grasmachine van twintig jaar geleden of mijn Camino uit diezelfde periode. De schuldige was evenwel mijn Daytona.

Normaal gezien stond ik voor vanavond opgeschreven voor een klein onderhoud bij Daniël (slechts 11.000 km op twee jaar). Toen ik vanochtend de motor nakeek, was er niet alleen die indringende geur, maar had er zich een plasje gevormd rond de pikkel. Een beetje te riskant om heen-en-weer naar Brussel te rijden onder dergelijke omstandigheden, dus ben ik maar rechtstreekt naar BMC gereden.

Rond de kettingas, mooi verstopt achter een afdekking, had zich een heleboel smeervet (van de ketting) opgehoopt. Even dachten we dat we de oplossing hadden gevonden, maar de penetrante geur bleef hangen. Na alles goed te hebben uitbelicht, en een beetje te hebben rondgesnuffeld (letterlijk), ontdekten we een klein lek ter hoogte van de koppeling (niet de koppeling aan het stuur, maar de versnellingsbak zelf —connector benzine snelsluiting volgens de omschrijving). Dat ding is gemaakt uit plastiek, en bij Triumph hebben ze er al meermaals probelemen mee gehad. Mijn vorige motor werd er zelfs voor teruggeroepen.

De ‘mekanieker‘, een sympatieke gast die ik onlangs op Folembray heb ontmoet, heeft het onding eruit gehaald, en een aluminium versie in de plaats gestoken. Allemaal onder garantie gelukkig.

Ze is weer helemaal de oude. (Wat? Natuurlijk is mijn motor een vrouw.)

zeshonderd+

Over motoren gesproken, die Daytona 675 ziet er ook in ’t echt een machtige machine uit. Er werd serieus mee rond het circuit gevlogen, en ze moesten niet echt onderdoen voor die andere speelvogel, de Speed Triple (het was Triumph Track Day, gisteren, dus het waren 99% Triumphs op het circuit). Meer pk en koppel of niet, de Daytona 675 is 25 kg lichter, en nóg wendbaarder dan de Triple.

Daytona 675

Ik heb al op beide motoren gezeten (maar nog niet mee gereden –waar blijven de test days voor 2006, Daniël), en als ik nu een nieuwe zou kopen (zo genereus zijn de belastingen nu ook weer niet), zou ik het serieus lastig hebben om te beslissen.

  • Daytona 955i: 955cc, 191kg, 149pk @ 10.700 rpm, 100Nm @ 8.200 rpm
  • Daytona 675: 675cc, 165kg, 125pk @ 12.500 rpm, 72Nm @ 11.750 rpm
  • Speed Triple: 1050cc, 189kg, 130pk @ 9.100 rpm, 105Nm @ 5.100 rpm

het regende

Het regende in Folembray. En in Lille. En in Saint-Quentin. En in alle andere plaatsen tussen Gent en het circuit.

Goed. We onthouden:

  1. Zelfklevers met het deelnemersnummer die er bij droog weer net zo makkelijk afgaan als ze erop gingen, lossen niet meer na een dag regen.
  2. Mijn regenjas (type: overall, die je over je leren outfit aantrekt) is wel degelijk waterdicht. Geen spatje regen kwam erdoor.
  3. Misschien moet ik er maar eens aan denken gelijkaardige regenhandschoenen aan te schaffen. Doorweekte leren handschoenen zijn koud met een gemiddelde snelheid van 100 en een topsnelheid van 170 (omdat ik te lui was uit derde naar vierde op te schakelen) op circuit. In de regen.
  4. Remmen om van 170 naar 80 terug te komen op een nat wegdek in 25 of zo meter lukt. Met kloppend hard hart.
  5. Een slippend achterwiel bij het terugschakelen hoeft niet erg te zijn. Zolang je maar genoeg vertraagd bent om met voldoende vertrouwen alsnog de bocht in te kunnen duiken.
  6. Alle 149 pk in een keer op een glad wegdek loslaten wanneer je een chicane uitkomt, is niet zo’n best idee.
  7. Een korte schuiver van het wiel door bovenstaand manoeuver hoeft niet noodzakelijk tot valpartij of highsider te leiden. Het verdient evenwel geen aanbeveling.
  8. Ik heb meer vertrouwen om te rijden op (klets)nat wegdek.

Ongevallen: 1 x grindbak, 1 x gras en 1 x bosjes. De motorrijder kwam er zelf telkens zonder schade vanaf.

De bosjesman had wel hoofdpijn. En een redelijk gehavende motor. Zijn valpartij was dan ook bijzonder spectaculair: volle snelheid (150?) het gras in, omhoog gewipt terug op de tarmac, over kop op in de grindbak, en vervolgens de bosjes in. De motor rechtdoor, de berijder naar links.

Grindbakman heb ik voor mijn ogen gewoon rechtdoor het grind zien binnenrijden, en zijn motor zien ingraven. Verder geen schade.

De grasmachien keek in de bocht de verkeerde kant uit, stevende recht het gras op, en had de koelbloedigheid niet te remmen, maar de koppeling in te trekken en zich te laten uitbollen, waardoor hij met zeer trage snelheid alsnog onderuit ging. Schade: veel modder, en een gebroken pinker.

Voorwaar een geslaagde opleiding.

aansluiten graag

De automobilisten raken zo zoetjesaan weer gewend aan de motorrijder op de weg. Vanochtend werd er op de E40 een heel mooi 2,5e baanvak vrijgehouden, waarvoor dank. (Enkel een ziekenwagen van een privé-dienst had beslist meer klanten onder het motorvolk te ronselen door halsstarrig op de scheidingslijn tussen het tweede en het derde baanvak te blijven rijden.)

Mag ik nog even iets aanraden? (Behalve dan uw krant niet meer te lezen terwijl u in de file rijdt.) Sluit aan. Laat geen meterslange gaten tussen u en uw voorligger. Aansluiten heeft immers menig voordeel:

  • u blijft alerter. Actief meerijden vergroot uw aandacht voor het verkeer.
  • u spaart de zenuwen van uw ‘achterligger’. De mens achter u heeft ook graag dat het vooruit gaat, en elke milimeter telt wanneer men (inwendig) gestressed in de file zit.
  • het is veiliger: ‘grote gaten’ laten in de verkeersstroom leidt tot ongevallen. Gelegenheid maakt de dief: mensen die anders (zoals het hoort) met de stroom mee zullen rijden, zullen door de onverwachte mogelijkheid hun kans schoon zien om hun lijdensweg iets sneller vooruit te laten gaan. Niet alleen is dit slecht voor de zenuwen, het is ook aartsgevaarlijk voor de motorrijders. Gaten vergroten de kans op het ‘ik had u echt niet zien aankomen’-excuus.

Toch?

het rode gevaar

De (m/v)s van het Rode Kruis zijn hun 14-daagse kruistocht weer gestart. Aan elk kruispunt komt u ze tegenwoordig opnieuw tegen. Nu heb ik absoluut niets tegen het Rode Kruis (ik zou wel gek zijn, met een madam die (bijna) Hematologe is), al vroeg ik mij af of ze niet wat voorzichtiger te werk zouden mogen gaan.

Want ze zijn wel dapper, die vrijwillige kruisvaarders die zich zonder vrees temidden van het verkeer begeven. Veilig is evenwel anders. Toen ik mij gisterenavond –met zeer gematigde snelheid– tussen de ellenlange file door uit de Brusselse tunnels naar boven werkte, stonden ze daar ook, stickers in de hand. Om het voor hen gemakkelijk te maken tussen de auto’s door te laveren, hadden ze er evenwel niets beters op gevonden dan van die oranje-witgestreepte kegels tussen de twee baanvakken in te plaatsen. Veilig voor hen, maar een uiterst onaangename verrassing voor hun tweewielige gemotoriseerde medemens, die zich evengoed op de zeer krappe ruimte tussen de twee baanvakken voortbeweegt.