(Hasselblad 500c/m, Zeiss Sonnar CF 150mm f/4 T*, Fuji Reala, 100ASA)
“Kijk nog eens in de lens, jongen…”
*klik*
“Allez, ge hebt mij weer goed liggen, hé papa”, zei hij schouderophalend.
(Canon EOS 5D, EF 16-35mm f/2.8 L II USM)
De nacht van vrijdag op zaterdag mocht hij in het Grote Bed blijven slapen. Hij mag dat één keer per maand doen, en hij kijkt er altijd enorm naar uit. Hij had zich meteen goed geïnstalleerd met een pot appels binnen bereik en de afstandsbediening in de hand (hij schippert tussen de herhaling van Karrewiet op Ketnet en het Journaal en Man bijt hond op één). Toen het tijd was om te slapen gingen wij in de kamer ernaast (ons bureau) nog wat werken, en toen we na een half uurtje kwamen piepen, was hij diep in dromenland verzeild.
(Leica M6 TTL, Leica 50mm f/2 Summicron-M, Kodak 400NC, 400ASA)
Wij hebben het heel gemakkelijk. We hebben ons nog nooit zorgen moeten maken om ons kind: hij is gezond, hij is (heel) verstandig (97,4% had hij op zijn paasrapport) en sociaal, leest graag boeken, kijkt met mate naar tv, lust geen frisdrank, en luistert (meestal) goed naar zijn (soms te) strenge vader. Geen nood, de puberteit nadert met rasse schreden.
Het is moeilijker voor een man. Bij een vrouw groeit zo’n kind negen maanden in de buik, en –los van de fysieke ongemakken die ik niet kan beginnen van mij voor te stellen– daardoor is dat kind negen maanden eerder een realiteit. Henri was er voor mij pas toen hij uit die buik werd geperst, en de band die ik met hem kreeg nam evenredig toe met de interactiviteit die ik met mijn zoon kon ervaren. Terwijl de dokter van wacht was, nam ik hem mee naar de uithoeken van het land (de zoo, de zee, Bokrijk) en daarbuiten (Cap Gris Nez). En vanaf het enigszins kon, pastte ik mijn werkuren aan zodat ik hem ’s avonds van school kon halen.
Een kind gooit uw hele leven overhoop, en er is niets wat u daarop voorbereidt. Het is gewoon een deel van uzelf, uw vlees en bloed, en de band die ge daarmee hebt is niet onder woorden te brengen. Dat klinkt als het cliché, maar wie kinderen heeft, weet dat het volledig naar waarheid is.
En ik had het voor niets ter wereld willen missen.
Lees meer wijvenblogs tijdens de wijvenweek.
Daar klinkt mijn GSM, opgewonden van de twee SMSjes die hij mocht ontvangen. Heb je die foto van henri gekregen?
, en een tweede sms die mij uitnodigt om die MMS online te bekijken. Raar, want mijn GSM kan nochtans MMS aan.
Ik ga kijken op de site van mijn GSM provider, geef de code in die ik ontvangen heb, en laat dit naar mijn inbox doorsturen:
Aanschouw: mijn eerste MMS. De techniek staat voor niets, zeg ik u.
Middageten tijdens het weekend is soms niet vanzelfsprekend. Waar ik aan het begin van de week mijn inkopen doe, blijven er aan het einde –tijdens dat weekend dus– hooguit nog wat restjes over. De diepvries heeft tegenwoordig ook al weinig te bieden –met het oog op langer ongebruik, schik ik het spul af te leggen, en om te vermijden dat heelder hopen diepgevroren voedsel dat zouden verhinderen, trachtten we de dieprvriesvakken zo leeg mogelijk te krijgen (en te houden).
Een ui in ringen gesneden, een tomaat in ringen gesneden (zegt men dat eigenlijk wel van tomaat), die vervolgens zachtjes gefruit in een pan, vier eieren bijgekruid, licht samengeklopt en erover gegoten. En terwijl dat op het gemak staat te garen, heb ik net tijd genoeg om mijn brood te kneden. Morgen moet er immers ook gegeten worden.
Ik geef Henri twee derden van de maaltijd, schep een derde op mijn bord, neem een hap, en zet de rest opzij voor Tessa die straks van haar UZ-rondes terugkomt.
“Eet ge niet alles op, papa?”, vraagt Henri verwonderd.
“Oh, ik bewaar gewoon een beetje voor mama straks. Als je het niet lekker vindt hoef je niet álles op te eten hoor jongen”, begrijp ik hem verkeerd.
“Papa,” kijkt hij me aan, “ik denk niet dat er ook maar één iemand is die uw eten niet lekker vindt.”
Is het geen schatje?
Hij was ongebruikelijk geagiteerd tijdens de trompetles. “Maar nee, maar nee, er scheelt echt niks.” Zijn trompet vloog alle richtingen uit, zijn ritmes gingen spoorslags de mist in en de hoge re werd een lage mi. “Als ik binnenkort wat dikker wordt, dan zal dat niet zijn van te veel koekjes te eten”, waarschuwde zijn juffrouw bij ons vertrek. “En binnen twee weken ga ik trouwen.”
Vanmiddag had ik gedurende een goede twee uur koekjes gebakken: chocolate chip cookies, met kokos. Twee uur, want ik heb een kleine oven dus ik moet de koekjes in batches bakken; en met kokos, want dat geeft zo’n extra crunch, vergelijkbaar met eerst de korst op een kokoskoek en nadien diezelfde elasticiteit aan de binnenkant. En nog voor ik hem dat had uitgelegd, was hij tot diezelfde conclusie gekomen –sans de kokos, want dat had hij niet geraden.
Van school naar de kokos naar de trompetles en weer terug naar school voor de oudercontactavond. Binnen en buiten, zoals de vorige keer, maar met praktische afspraken voor zijn takenpakket tijdens ons verblijf in Seattle. In een soort interscolair vergelijkende testen voor het basisonderwijs behaalde hij 100% voor wiskunde en taal, en de leesgroep waarin hij zich bevindt is AV9 AVI 9 (dank u, Hans) –maar dan alleen omdat het niet hoger kan. “Ze hebben geen boeken meer voor mij tijdens de bibliotheekklas”, vertelde hij met grote droefenis reeds bij het begin van het schooljaar.
Half slapend verorberde hij daarnet nog zijn Gobi Gosht, nu droomt hij –zijn Lammie stevig in de armen– van dingen die wij reeds lang zijn vergeten.