Dawn of Midi: First

Een kleine maand geleden contacteerde Aakaash, de bassist van Dawn of Midi mij met de vraag of ik niet eens naar hun cd wou luisteren –en er achteraf iets over schrijven natuurlijk. Dawn of Midi –ik had nog nooit eerder van de groep of van de muzikanten gehoord– is een collectief dat bestaat uit de Pakistaanse percussionist Qasim Naqvi, de Indiase contrabassist Aakaash Israni en de Marokkaanse pianist Amino Belyamani. Een beetje rondzoeken op google leerde mij dat ze hun debuut over de helft van het jazzminnende internet hebben verspreid, wat een strategisch goede zet is om naamsbekendheid te verwerven. Downbeat kende hen drie (op vijf) sterren toe, wat behoorlijk, maar niet opmerkelijk is. Het album, First, werd gereleased bij Accretions.

Elke track op het album werd telkens in één take opgenomen, zonder verdere overdubbing, en werd grotendeels (zo wordt beweerd) geïmproviseerd. De muziek komt vaak rustig op de luisteraar af, diversifieert, dialogeert, en komt uiteindelijk vaak opnieuw netjes bijeen. Dit is geen wild om zich heen slaande free jazz, maar een beheerst, voorzichtig aftastende en nimmer bruskerende soundtrack. Elk instrument neemt een beslissende plaats in; de piano biedt een rode draad doorheen het verhaal, de bas weerlegt, en de drum vult aan.

Dit debuut is heel gebalanceerd, en het lijkt me fascinerend om deze groep live aan het werk te zien. Op de cd komt de interactie tussen de groepsleden reeds duidelijk over; de weidse muziek geeft nooit de indruk uiteen te drijven maar klit samen door een eigenlijk onverwachte coherentie. Uitkijken dus naar een tweede album of een live concert om te zien of de belofte van dit debuut verder kan worden ingelost.

[youtube https://www.youtube.com/watch?v=VkB26kCC2Xg&hl=en_US&fs=1&]

Dawn of Midi, First. Te koop bij Instant Jazz, via iTunes of mogelijks ook amazon.

Parkjazz 2010

Vroeger wisselde Parkjazz af met Middelheim, toen beide festivals nog een tweejaarlijks voorkomend fenomeen waren. Enkel het jongere Parkjazz gaat nu nog op dat tweejaarlijks elan voort, maar palmt sinds deze editie wel twee dagen op uw agenda in. Omdat de organisatie geheel door vrijwilligers wordt gedragen, zat het er niet in om het festival jaarlijks te organiseren. Een uitbreiding van het aantal festivaldagen was organisatorisch wel haalbaar.

Zaterdag 3 juli gaat het festival de intiemere toer op met Parkjazz Club. Er wordt een kleiner aantal luisteraars verwacht, die in de tot jazzclub omgebouwde tent de concerten vanop de eertse rij mogen meemaken. Om 17u speelt het Alano Gruarin Trio met Carlo Nardozza; om 18u45 treden Philip Catherine en Harmen Fraanje op; en om 20u30 begint het Cubaanse Ramon Valle Trio aan het slotconcert.

Zondag 4 juli zakt u naar Kortrijk af voor het gebruikelijke festivalprogramma. Vanaf 15u30 kan u er terecht voor Free Desmyter Trio Feat. John Ruocco (niet te missen); het Belmondo Quintet (met Dré Pallemaerts op drums); het Mose Allison Trio (de man is 83 en heeft zopas zijn nieuwe cd uit –de eerste in twaalf jaar tijd); en tot slot is er Ray Anderson’s Pocket Brass Band.

Parkjazz vindt plaats in het Begijnhofpark van Kortrijk, op wandelafstand van het Kortrijkse station. Parkjazz is ideaal voor het ganse gezin. Kinderen jonger dan 12 mogen gratis binnen; er is luisterplaats in en rond de tent, en meer dan voldoende speelplaats in de rest van het park (er is zelfs kinderopvang voorzien).

Parkjazz, op zaterdag 3 en zondag 4 juli in het Begijnhofpark van Kortrijk. De toegang kost in VVK € 15 (za) en € 20 (zo) of € 30 voor een combiticket. Aan de kassa kost elk ticket vijf euro meer.

Zonnig

Seattle, USA 2010

Als de zon schijnt, dan is het wel heel leutig, in Seattle. ’s Ochtends zit de zon op onze front porch (dat woord doet mij altijd aan Bryan Adams denken –Summer of ’69), ’s middags en ’s avonds verwarmt ze het terras. Niet dat een parasol nodig gehad hebben. Edoch, ziet hoe content ons Tessa is met dat beetje zon!

Heerlijke (verse) confituur

We hebben hier een heel lekkere confituur ontdekt, die helaas even duur is als ze lekker is (bijna 7 dollar voor een pot van 250g). Zelf traditionele confituur maken zou een pak goedkoper zijn, maar dat leek me niet echt nuttig. Edoch, niets zo makkelijk als verse confituur maken.

Seattle, USA 2010

Het fruit is hier namelijk wel zeer betaalbaar, en over het algemeen ook heel erg lekker. Blueberries, aardbeien, frambozen; het seizoen komt goed op gang, en wij verbruiken toch gemakkelijk een bak aardbeien (van 500g) per dag.

Seattle, USA 2010

Zelf confituur maken in drie stappen: (1) men neme wat verse vruchten; (2) men plette die met een vork; (3) men scheppe die op de boterham. Smullen maar! Houdbaarheid: nihil, versheid: megazillion. Gegarandeerd zonder toegevoegde suikers.

Seattle, USA 2010

Hij is er verzot op.

Sushi

Seattle, USA 2010

Wij gingen Tessa eens opzoeken om samen te lunchen. ’s Avonds is ze al te vaak tot al te laat bezig (naar onze goesting toch), en dus besloten we in de buurt van de SCCA en de Hutch even snel een hapje te eten.

Tessa en Henri zijn zot van sushi, en Henri was helemaal tuk op de lopende band, waarop de bordjes met lekkers langs onze neus passeerden. We zagen de koks het eten klaarmaken, en de bordjes, voorzien van een kleurcode voor de prijs, werden gretig van de band geplukt.

Seattle, USA 2010

We hebben ons enigszins laten gaan. De groene bordjes kosten één dollar, de zalmroze anderhalve dollar, de blauwe twee dollar, en de zwarte drie dollar. Er lagen telkens twee porties op, of bijvoorbeeld een potje met gefrituurde inktvis of tempura van scampi. Heerlijk.

(Toen Tessa opnieuw naar het werk vertrok, gingen Henri en ik achteraf nog een koffie nuttigen in de Caffé Vita naast de deur.)

cd’s 201005

Het zit zo: in april heb ik geen noot muziek gehoord, op de mega hits toestanden die we in de auto via de Sirius satelliet binnenhaalden tijdens onze road trip. Die omschrijving (mega hits) was van toepassing op zowat alles, van sport over jaarthema zenders tot jazz. Het beste station was nog Cinemania, waardoor vaak verrassend toepasselijke soundtracks werden gestuwd, die wonderwel bij het immer veranderende landschap gingen.

Eens in Seattle, heb ik mij anderhalve dag beraad over muzikale aankopen, en dan had ik het onfortuinlijke geluk om van Amazon een gratis prime proefabonnement aangeboden te krijgen. Free two day shipping, en dat gedurende een ganse maand. Peu importe dat hier geen stereoinstallatie to speak of in huis is, ik heb nog altijd een computer en van die goedkope koptelefoondinges. Mensen, ik kijk er naar uit om de muziek weer door mijn installatie te horen schallen… of zelfs maar fluisteren.

Het resultaat is dat ik een ongelooflijk schandalig lange lijst aan nieuwe aanwinsten heb, waar ik nog niet eens helemaal naar heb kunnen luisteren. Gelukkig heb ik niet alles op cd gekocht, of ik kon een kist muziek naar mijzelf in België sturen. In juni zal er maar weinig (if anything) worden aangekocht. En ik heb een nieuw voornemen gemaakt: vanaf september zal ik waarschijnlijk iets frequenter over de aangekochte muziek beginnen schrijven –het is een ramp om aan het einde van de maand nog iets zinnigs te zeggen over de muziek die ik aan het begin ervan heb gekocht. Hoe intensief ik die muziek soms mag beluisterd hebben. (Binnenkort heb ik het overigens nog over Dawn of Midi, dat had ik hen beloofd.)

Opvallend, hoeveel excellente platen er in dit lijstje zitten!

  1. False Consonances of Melancholy – Ayres for the Violin / Nicola Matteis door Amandine Beyer & Gli Incogniti / 2009 / ***
  2. N_Y Project / Raphael Imbert / 2009 / ***(*)
    Hier luister ik al naar sinds maart, en het vermoeit nog steeds niet. Ontdekking van het jaar, al moet dat natuurlijk niet overhyped worden. Edoch: uitstekende plaat.
  3. The amazing adventures of John Surman / John Surman / 2001 / **
  4. The Ideal Bread / Ideal Bread / 2008 / ***
    Dit is een limited (maar nog steeds beschikbare) edition, zo heb ik ergens opgevangen. Ideal Bread brengt een hommage aan Steve Lacy, als is die omschrijving veel te beperkend. Deel twee is net uitgebracht.
  5. Saturnian / David S. Ware / 2010 / ***(*)
    Mijn introductie tot David S. Ware is meteen een shot in de roos. Ware speelt dit album solo saxgewijs geheel vol, en het boeit van begin tot eind. De plaat is opgenomen in 2009, tijdens zijn eerste concert na een niertransplant. It would take more than a kidney transplant to silence the great David S. Ware, aldus Mike Wood in Prefix Magazine. Dit is volume 1, dus ik kijk uit naar het vervolg.
  6. Joy Spirit / Jean-Luc Cappozzo / 2009 / ***
    Nog een solo album, deze keer met trompettist Jean-Luc Cappozzo. Henri, die zelf trompet speelt, was hier niet zo zot van. Het album is opgevat als een hommage aan de muzikanten die Cappozzo hebben beïnvloed, en ik vond dit een toegankelijke en eigenlijk heel aangename cd, waar ik nog vaak naar ga luisteren.
  7. First / Dawn of Midi / 2010 / **(*)
    Niet onaardig debuut, waar ik binnenkort nog op terug kom.
  8. Duet / Chick Corea & Hiromi / 2008 / ***
  9. Place to be / Hiromi / 2010 / ***
    Er is iets met Hiromi en Jef Neve dat ik dringend moet ontdekken. Op het eerste album dat ik van haar kocht (Spiral uit 2005) stond een tune die ik onmiddellijk als één van Neve herkende (maar haar opname was ouder dan die van Neve), en ergens in de laatste paar minuten van Sicilian Blue op dit album zit een tune die verschrikkelijk erg doet denken aan de begintune van Neve (het radioprogramma op Klara). Als ik terug thuis ben zal ik eens wat fragmenten uploaden. Dit is een goede cd overigens.
  10. For All We Know / José James & Jef Neve / 2010 / **
    Aangename plaat, José James heeft een aangename stem, maar ik ben er niet helemaal ondersteboven van. Ik heb ze live bezig gezien in Seattle, en in een jazzclub zoals Dimitriou’s Jazz Alley kwamen ze heel goed tot hun recht. Er is nog veel ruimte om te groeien, en ik vermoed dat het later op de toernee nog veel beter gaat worden. Het wordt alvast uitkijken naar hun Coltrane project op Middelheim.
  11. Lionel Loueke / Mwaliko / 2010 / **(*)
    Meestal krijg ik the creeps van die Afrikaanse toestanden in jazz –het komt te vaak over als een soort überetnisch streven naar een onmogelijk ideaal, maar Loueke lijkt hier wel een gulden middenweg te hebben gevonden. Dit is aangename muziek, met vaak een leutige beat, helemaal klaar voor de zomer.
  12. True Story / Jean-Michel Pilc / 2009 / ***
    Hela, dat klinkt goed. De Frans geboren, maar ondertussen reeds 15 jaar in New York wonende Pilc is autodidact. Dat doet er niet toe, maar het is weer eens een weetje om mee uit te pakken op feestjes en recepties. Dit is sterk ritmische muziek, met een mooie, eenvoudige structuur en aanvullende begeleiding.
  13. Peepers / Polar Bear / 2009 / ***(*)
    Avontuurlijk, beluisterbaar, humoristisch, gedreven, verrassend, enthousiast; als dat al geen sleutelwoorden zijn die u al niet op zijn minst benieuwd maken, dan weet ik het ook niet. Frisse muziek met speelse klanken. Een beetje free, een beetje rock, een beetje etherisch, en wat pulserend. Klaar om door u ontdekt te worden.
  14. Dan Berglund’s Tonbruket / Dan Berglund / 2010 / **(*)
    De bassist van E.S.T. (het Esbjörn Svensson Trio) blijft niet (langer) bij de pakken zitten. Het debuut van zijn nieuwe groep kent invloeden van Wilco, Sigur Rós en Royksopp. Dit is minder jazz dan hardrock; een boeiende plaat van een groep die (duidelijk) nog in het beginstadium zit.
  15. Walk the Nile / Elephant9 / 2010 / ***(*)
    Nog meer rockachtige toestanden alhier. Een funky onweerstaanbaar ritmisch keyboard en opzwepende drumpassen. Fusion van de bovenste plank. Aanrader!
  16. Absolute Zawinul / Absolute Ensemble / 2009 / ***(*)
    En eigenlijk ken ik veel te weinig van fusion. Absolute Zawinul is het laatste studio album van Joe Zawinul, oprichter en coleider (samen met Wayne Shorter) van Weather Report, één van de meest invloedrijke fusion bands uit de jaren 70. Strijkers en jazz gaan niet samen, pleeg ik wel eens te verkondigen, deze plaat is alvast een uitzondering daarop. Absolute topnummer is Ice Pick Willy, het slotnummer op de plaat.
  17. Clint / Oddjob / 2010 / *(*)
    De Clint uit de titel slaat op Clint Eastwood; alle nummers komen uit films waarin Eastwood heeft meegespeeld. Het zijn herinterpretaties die voornamelijk de sfeer weergeven uit de jaren 80, toen de synthesizer een prominente plaats in de popmuziek kreeg toebedeeld. Niet onaardig, maar… tsja.
  18. Highway Rider / Brad Mehldau / 2010 / ****
    En ’tsja’ alweer. Dit is er eentje buiten categorie. De invloeden bij Mehldau zijn nauwelijks te tellen; John Boy is decidedly Beatles; Now You Must Climb Alone voelt verwantschap met Charles Ives; en in We’ll Cross the River Together komt het thema uit Tchaikovsky’s (met een tsjuh) Zwanenmeer wel eens piepen. We kunne n er uren over doorgaan, maar dit is één van de incontournables van 2010.
  19. Esta Plena / Miguel Zenón / 2009 / ***(*)
    In mei stond Miguel Zenón op de voorkant van Downbeat, en het is naar aanleiding van het artikel daarin dat ik deze plaat heb aangeschaft. Zenón trok op muzikaal onderzoek naar Puerto Rico (waarvan hij afkomstig is), en het resultaat daarvan was al gedeeltelijk te horen op Jibaro uit 2005. Esta Plena gaat de ogenschijnlijk de richting van de world muziek op, maar is bij verder luisteren beslist jazz (niet dat we –ik val in herhaling — aan hokjesdenken doen). Dit is alweer een spannende, invloedrijke en onderhoudende plaat.
  20. Nikki / Nikki Yanofsky / 2010 / **
    …wat gelijk niet van het debuut van Nikki Yanofsky kan gezegd worden. Op haar best klinkt ze gelijk Mariah Carey in haar beginjaren, op haar slechtst gelijk Britney Spears. Waarom plukken ze die kinderen zo snel uit hun groeimoment? Yanofsky heeft (veel) potentieel, maar dat wordt nu verprutst door zo snel en zo veel mogelijk munt uit haar te slaan. Leeftijd is niet meteen een criterium, en ze heeft een heel mooie stem, maar ze moet nog zoveel groeien eer ze de hype verdient die ze nu moet meedragen. Spijtig.
  21. Another Lifetime / Cindy Blackman / 2010 / ***(*)
    Deze cd is opgevat als een eerbetoon aan Tony Williams’ Lifetime (Williams was de mentor van Blackman). Met die eerbetonen zit het precies wel snor, want daar komen blijkbaar goede platen uit. Met vier verschillende groepen speelt Blackman in 11 nummers deze boeiende cd vol. Nog meer fusion dus, in deze, want Williams was één van de meest prominente drummers uit de fusion periode.
  22. Volume 2 / She & Him / 2010 / ***(*)
    De schitterende opvolger van Volume 1. Ik ben een fan, van deze heerlijke stemmen en muziek.
  23. I will be / Dum Dum Girls / 2010 / ***
    Ik koop weinig pop en rock toestanden, maar dit debuut heb ik ontdekt hier in Sonic Boom in Seattle. Een beetje Blondie, een beetje Feist, en een heleboel retrogevoel, maar vooral een bende stevig knallende meiden.
  24. The Wild Hunt / The Tallest Man On Earth / 2010 / ***
    Hij klinkt soms wat gelijk Bob Dylan, maar dan veel minder nasaal. The Tallest Man On Earth is eigenlijk Kristian Matsson uit Zweden, die in 2008 debuteerde om vervolgens met o.a. Bon Iver rond te toeren. Deze plaat laat zich gerust herhaaldelijk afspelen.

0 te vermijden / * slecht, maar beluisterbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch (meer uitleg bij de quotering)

(cds vorige maand)

Black ops

Seattle, USA 2010

“Aaarrrggghhh! Ge zijt nog erger dan mama!”, riep de zoon uit, zelfs nadat ik hem had gewaarschuwd dat hij niet moest schrikken. “Of nee, wacht: mama zou nog schijfjes komkommer op haar ogen leggen en dan in de zetel gaan liggen.”

De meneer bij Macy’s, waar ik mijn deo had gekocht, had mij een staaltje Purifying Clay Mask meegegeven. “It’s magical, you’ll see“, had hij beloofd.

Bainbridge Island

Net voorbij Seattle, aan de overkant van Elliott Bay, ligt Bainbridge Island, 71 vierkante kilometer land waarop zo’n 25.000 mensen wonen. Wij gingen er op bezoek bij P. en S. (net zoals twee jaar geleden). Het weer zat niet echt mee, maar we werden er des te warmer ontvangen.

Na een lunch (ik ben redelijk verslingerd geraakt aan Eggs Florentine, een soort Eggs Benedict maar met spinazie i.p.v. ham), verkenden we het eiland door op schattenjacht te gaan. Henri is meteen fan geworden van het principe van de geocaching. We hebben twee caches gezocht (de tweede was veel moeilijker te vinden dan de eerste), en er zelf ook één weggestopt in de buurt van het huis van P. en S.

Seattle, USA 2010

Henri met zijn eerste vangst. Hij heeft zich ondertussen lid gemaakt van geocaching.com, en samen met Tessa is hij al ijverig op zoek naar meer.

Seattle, USA 2010

Waar is Henri alweer?

Seattle, USA 2010

Er is heel wat aangespoeld (?) hout te vinden langs de kustlijn.

Seattle, USA 2010

Hij is bijna even groot als zijn moeder.

Seattle, USA 2010

Downtown Seattle, vanop de ferry.