Post-BNRF (ii)

Publiekstrekkers worden vlotjes afgewisseld met minder bekende goden. Het blijkt een strategie die voor het bestaan van een festival zoals het BNRF levensnoodzakelijks is –een bovendien nog blijkt te werken ook. Tijdens het eerste gedeelte van het Festival betekende dit een programmatie waarin naast concerten van Reeves, Zorn en Madredeus, ook plaats was voor pakweg Paolo Fresu, Nathalie Loriers, en Michel Herr. Een uiterst geslaagde mix, die de festivalgangers naar waarde wisten te schatten.

Zondag 16 juli was zonder twijfel een topdag voor het eerste gedeelte van het festival. De beetje ongelukkige neiging tot middelmaat van de voorafgaande concerten (uitzonderingen niet te na genomen), werd reeds vanaf het eerste concert overwonnen. P.A.R.T.E. –het Paolo Fresu Quintet— speelden een luchtig, zij het enigszins gepolijst spel met veel interactie en een aantal grappige intermezzi die het publiek we wist te waarderen. Loriers ging op het zelfde élan verder, al verliep de verbale interactie met het publiek ietwat stroever. Dat deed echter in het geheel geen afbreuk aan de muziek zelf. Chemins Croisés is onderhand een klassieker op het podium aan het worden (ook de pas uitgebrachte gelijknamige CD ontbreekt beter iet aan uw collectie). Loriers liet zoals gewoonlijk heel wat ruimte aan Karim Baggili, wiens ‘exotischer’ composites naadloos in het programma werden ingepast.

Paolo Fresu (i) Paolo Fresu (ii) Chemins Croisés (i) Chemins Croisés (ii)

Het hoogtepunt van deze dag was –voor deze reporter althans– weggelegd voor het trio Romano-Sclavis-Texier. De muziek is geïnspireerd op de reizen in Afrika die ze ondernamen in het gezelschap van Magnum fotograaf Guy Le Querrec. De composities die daaruit voortvloeiden zijn niet noodzakelijk verwant aan Afrikaanse muziek, maar zijn veeleer gebaseerd op hun herinneringen en de associaties die de foto’s van Le Querrec oproepen. Het samenspel tussen de heren is van een overtreffende trap.

En dan was er Charles Lloyd. Crossover muziek, van een man die net niet helemaal van de jazz scène was verdwenen. Lloyd begon aan de piano, zette zich achter de drums, en eindigde tenslotte met sax en dwarsfluit. Helemaal boeien kon het niet, daarvoor miste het concert de nodige dynamiek. Zweverig, is misschien nog de beste omschrijving.

Romano-Sclavis-Texier (i) Romano-Sclavis-Texier (ii) Romano-Sclavis-Texier (iii) Romano-Sclavis-Texier (iv) Sangam (i)

Maandag was een vreemde eend in de bijt. Noch Tania Maria, noch Ed Motta vallen binnen het genre jazz-met-uitroepteken. Maria bleek een pastiche van zichzelf te zijn geworden, terwijl Motta er toch beter in slaagde het publiek mee te trekken.

Bij Madredeus was er voor het publiek geen houden meer aan. Hoewel de uitvoering nogal steriel en statisch was, ging het publiek helemaal uit de bol. De variatie was in dit optreden echter ver zoek: na twee liedjes was de groep zowel choreografisch als muzikaal in een weining boeiend stramien verzandt. Jammer.

Helemaal anders ging het eraan toe bij Mariza. Hoewel ze vorig jaar nog op het festival was te zien, bracht ze deze keer een volledig nieuw en gevarieerd programma. Ze staat er nog steeds fragiel en breekbaar –maar net daardoor straalt ze kracht en ervaring uit die men pas van een meer doorwinterd artiest zou vermoeden. Het betere werk van deze avond.

Ed Motta (ii) Madredeus (iii) Madredeus (i) Mariza (i) Mariza (iv)

Op dinsdag kregen we van Uri Caine en het Bedrock Trio humor van de bovenste plank. Caine baseert zich op een aantal samples –of begeleidt een langere sample– om daaruit een aantal elementen te lichten waarop de groep dan verder bouwt. Populaire deuntjes worden quasi onherkenbaar uitgewerkt via drumsolo’s die worden opgepikt door bas en orgel. Zeer geslaagd.

Hetzelfde kan helaas niet worden gezegd van Madeleine Peyroux, die er zich over verwonderde dat het Vlaamse publiek niet meteen happig was een “Hello Holland”, en er eigenlijk liever de brui aan had gegeven. Muzikaal stelde Peyroux niet zo bijster veel voor; het contrast was redelijk groot met de vakkundigheid van Michel Herr & Life Lines die voor haar hadden opgetreden.

Maar dan was er Toots natuurlijk. Een sublieme bezetting met de blinde pianist Bert Van den Brink en Hein Van de Geyn op bas, maar wat kwam in hemelsnaam Trijntje Oosterhuis op de set zoeken. Haar stem was veel te vlak en monotoon, met weinig onderbouw of draagkracht. Een spijtig accent bij een anders zo mooi klinkend trio.

Michel Herr Madeleine Peyroux Quartet (ii) Toots Thielemans Trio (i) Toots Thielemans Trio (ii) Toots Thielemans Trio (iv)

Gedegen muziek, in dat eerste gedeelte van het Blue Note Records Festival. Onze top vijf bestaat uit –in chronologische volgorde– Dianne Reeves, John Zorn, Jason Moran, Paolo Fresu, en Romano-Sclavis-Texier. Ook over de publiekstrekkers, die vooral in het tweede gedeelte de overhand nemen, waren we in grote mate te spreken. Madredeus bracht het Gentse publiek waar het voor gekomen was, Mariza bezorgde ze net dat ietsje meer. Ook Zorn en Reeves lostten de verwachtingen moeiteloos in.

29.000 mensen bezochten het festival, dat is zo’n 20% meer dan vorig jaar. Directeur Bertrand Flamang is duidelijk op goede weg. Democratische prijzen, gekoppeld aan kwaliteit, zowel wat betreft de programmatie als de sfeer als de catering, zorgen hopelijk voor een blijvende erkenning van het Blue Note Records Festival. De eenmalig subsidie van 100.000 EUR door de Nationale Loterij is alvast een stap in de goede richting.

Het Blue Note Records Festival vond plaats van 13 tot 23 juli op de Bijloke site.

post-BNRF (i)

Het Blue Note Records Festival is in vijf jaar tijd een van de hoogdagen voor de jazz in Vlaanderen geworden. Op tien dagen tijd biedt het festival een overzicht van hedendaagse jazz en aanverwante muziek, dat daartoe min of meer wordt opgesplitst in twee onderdelen: All That Jazz! en All That Jazz? De locatie is de binnentuin van de historische Bijloke-site in Gent, dat ook al een uitmuntende reputatie geniet voor haar concertzaal –waarin het openingsconcert voor het festival plaastvond.

Hoewel het BNRF minder familie-gericht is dan pakweg Jazz Middelheim, weten steeds meer mensen hun weg naar het festival te vinden. Het weer was dit jaar wel bijzonder uitnodigend om meer tijd buiten de concerttent door te brengen, in de schaduwrijke plaatsen die in de buurt van de catering waren voorzien. Daar heerste een gezellige drukte, vaak ook tijdens de namiddagconcerten, die van daaruit probleemloos te volgen waren. ’s Avonds liep de concerttent opnieuw vol, zeker tijdens de optredens van publiekstrekkers zoals Randy Newman en de in Vlaanderen (nog steeds) heel populaire Madredeus.

Openingsavond

Het BNRF werd op donderdag 13 juli geopend door Dianne Reeves, met in het voorprogramma het Carlo Nardozza Quintet, de winnaars van het Jong Jazz Talent in Gent concours 2005. Een zeer geslaagde opener, door beide partijen. Het Nardozza Quartet mag dan wel (piep)jong blijken in vergelijking met Reeves, de composities van frontman Carlo Nardozza en saxofonist Daniel Daemen zijn zeer spontaan maar structureel gebouwd. Hun debuut Making Choices is dan ook een aanrader, maar meer nog zijn wij onder de indruk van hun live performance. Nardozza’s trompet klinkt stoffig en hees (en dat is goed), maar het samenspel met de andere muzikanten van het kwintet is wat deze groep echt goed maakt. Iets te weining volk nog, voor deze groep, en bij de hoofdact zat de zaal pas echt goed vol. Reeves leidde scattend haar act in, en hield gedurende het hele concert het publiek op het tipje van hun stoel, waarbbij intimiteit naadloos afgewisseld werd met meer swingende momenten. Het encore verliep bovendien vocaal zonder versterking, en daarmee wist ze de reeds razend enthousiaste zaal nog meer te verbazen. Zonder meer een openingsavond van formaat.

Carlo Nardozza Quintet (iii) Carlo Nardozza Quintet (ii) Dianne Reeves (ii) Dianne Reeves (iv)

All That Jazz!

In het eerste gedeelte van het festival krijgen we voornamelijk jazz ‘pure sang’, hoewel de organisatie de overgang tussen beide delen steeds minder duidelijk maakt. Een goede zaak, op het eerste gezicht, maar voor de festivalbezoeker is het minder vanzelfsprekend om zijn festivaldagen te plannen. Voor het principe van de tweevuldigheid van het festival is er niets dan lof. Door (voornamelijk) in het tweede deel een aantal publiekstrekkers te programmeren, krijgen ook de minder evidente artiesten –én eigenlijk de jazzmuziek tout court– de kans aan bod te komen.

Dag één verliep een beetje in mineur. Het concert van het Robert Glasper Trio was net niet ontgoochelend, maar in de groep is maar weinig dynamiek te merken. Heel even wordt het de goede richting in gestuwd, wanneer saxofonist Mark Turner een paar nummers komt meeblazen, maar verder blijft het een eerder vlakke bedoening. Turner verschijnt in het volgende concert opnieuw, voor Kris Defoort’s Sound Plaza. Sound Plaza mist een duidelijke richting, maar beantwoordt dan weer perfect aan haar eigen omschrijving. De muziek wil, zowel in stijl als in invulling, alle kanten uit, wat het zowel boeiend als moeilijk beluisterbaar maakt. Een groot deel van het publiek lijkt er dan ook de brui aan te geven. Jammer, maar begrijpelijk.

Robert Glasper Trio Kris Defoort David Murray

David Murray diende te elfder ure Andrew Hill te vervangen. Het publiek regareerde redelijk enthousiast op de invulling van free jazz en de improvisaties van tenor saxofoinst & The Gwo-Ka Masters. Een geslaagde invulling, maar het publiek zat duidelijk heel ongeduldig op Zorn te wachten. John Zorn bracht in Gent een Acoustic Masada, met Joey Baron op drums, Greg Cohen op bas en Dave Douglas op trompet. De namen alleen al, volstonden om menig jazzfan verlangend naar dit concert te laten uitkijken, maar toen de verwachtingen dan ook nog werden ingelost, leek de extase wel heel dichtbij. Zorn regeert over zijn groep met ijzeren hand. Tenminste, zo leek het toch voor het publiek, en het was duidelijk dat Zorn die status met grote zorg in stand wil houden. Wij zijn al blij dat we niet over ’s mans gedrag hoeven uit te wijden, maar dat tot nader orde de muziek nog steeds de doorslag mag blijven geven. De techniek, het vlammende tempo en de uitmuntende beheersing blijven deze composities de hoogte in stuwen. Het applaus was –net zoals de muziek– oorverdovend. Het absolute hoogtepunt op deze eerste dag.

Acoustic Masada (i) Acoustic Masada (ii) Acoustic Masada (iii)

Dag twee verliep op twee sporen. Een deel van het publiek ging resoluut voor de combinatie Washington-Vann-Galland en achteraf Shorter, terwijl een net zo groot deel veel meer gewonnen was voor Legnini en Moran. De eerste keuze is veel klassieker te noemen, in de zin dat ze voornamelijk concerten zijn die veel aandacht van de luisteraar eisen. Het is geen incidentele muziek waarbij de aanhoorder aan de zijlijn vrijblijvend het veld kan overschouwen, maar vraagt een niet geringe inspanning. Bij Shorter loonde die inspanning zonder meer de moeite, al miste het concert veel van de kracht die we vorig jaar op Middelheim mochten merken. Het kwartet zette niettemin een zeer mooie set neer.

Wayne Shorter Quartet (i) Wayne Shorter Quartet (ii) Wayne Shorter Quartet (v)

Moran bracht een veel meeslepender optreden, dat allesbehalve in academische jazz uitmondde. Het optreden was heel toegankelijk, heel strak maar toch vol emotie. Wij herinneren ons, behalve het pianowerk van Moran zelf, vooral ook Nasheet Waits op drums. Moran vertrekt vanuit een diepgewortelde traditie, om van binnenin vernieuwing te brengen. De citaten en samples die hij daarbij gebruikte vloeien natuurlijk de sterk ritmische muziek binnen.

Legnini en Washington-Vann-Galland waren geschikte opwarmers, maar misten toch een beetje de ‘body’ die in de slotconcerten overduidelijk wél aanwezig was.

Eric Legnini Trio (ii) Jason Moran Trio (i) Jason Moran Trio (ii) Jason Moran Trio (iii)

(wordt vervolgd)

BNRF dag 3: nog meer vrijkaarten

U weet het onderhand al: bij Het Project geven we twee maal per week vier vrijkaarten weg voor het Blue Note Records Festival.

Tot vrijdagmiddag kan u nog het goede antwoord op de prijsvraag naar de redactie-mailbox van Gentblogt sturen. En wie weet wint u wel één van de vier dagkaarten voor Paolo Fresu, Nathalie Loriers, Romano/Sclavis/Texier, en Charles Lloyd! Een hoogdag, die zondag 16 juli, als u het mij vraagt.

Waag uw kans!

Loriers - Joris - Aerts (i) Chemins Croisés Quintet (ii) Chemins Croisés Quintet (i) Chemins Croisés Quintet (iii)

CNQ in Gent

Arnozza (vi)

U krijgt maar liefst drie keer het Carlo Nardozza Quintet in Gent:

  • op 24 juni (14u) als afsluiter van het Jong Jazz Talent in Gent concours in het Duvel Droomschip aan het Emile Braunplein (gratis!)
  • op 13 juni (20u) als voorprogramma van Dianne Reeves op de opening van het Blue Note Records Festival in de concertzaal van de Bijloke (betalend)
  • en op 1 juli (15u30) op de opendeurdag van Kunstberg, in de Abrahamstraat (gratis! –vermoed ik)

Ge zoudt wel zot zijn om u niet op minstens één van die dagen te kunnen vrijmaken.

zomervreugd

Sinds vanochtend acht uur tot ongeveer nu, een dikke twaalf uur later heb ik geen stap binnenshuis gezet. Na tien maanden winter mocht dat wel eens. U mag deze mededeling overigens nemen met een klein korreltje zout, want ik ben even tot bij de ijskast gewandeld om een fles water te halen. Maar mijn uiterst geslaagde kreeftenvermomming kan getuigen van een overdaad zon.

Het begon met een wandeling tot bij Bloch, waar wij bijna gewoontegetrouw het ontbijt nuttigen op zaterdag. Een verplichtte wandeling, want eigenlijk gingen we met de tram gaan, ware het niet dat De Lijn (dezelfde van het nakende in-stap-klaar-feest) dit weekend had uitgekozen om de tramsporen ter hoogte van ergens de Delhaize-Bernard Spaelaan-Rozemarijnbrug (ik weet niet juist waar, want ik ben er niet gepasseerd) open te breken. Een excellente timing, want niks zo goed voor de appetijt als een ochtendwandeling.

Twee filmpjes binnen gegeven bij Alltech (ik wil Fotoshop best wel eens proberen, maar het ligt gewoon veel te ver uit onze weg); daarna in de Engelse tweedehands boekenwinkel op de ajuinlei binnengewipt. Drie boeken voor 7 EUR (2 Greenes en een Ludlum); en de Fnac waar ik mijn twee ontbrekende Lee Childs heb gevonden (kan ik eindelijk verder lezen).

Braderij in de Korte Dagsteeg/Walpoortstraat; aperitief bij de Marimain; lunch in Sirena (op de hoek met de Huidevettersstraat). Telkens met grandioos zicht op de voorbijgangers. Op de terugweg in De Poort binnengewipt, snel nog om groenten en fruit in ’t Vitamientje op de Elisabethlaan, en de rest van de dag in de tuin doorgebracht. Geen telefoon, geen computers, geen internet.

En vriendelijk dat iedereen was. Ik heb geen boos gezicht gezien (wel rood, en neen, niet alleen in de spiegel). Ondanks alle gezweet en gepuf waren de mensen vriendelijk, behulpzaam, toegeeflijk, tolerant, en zeer bereid tot een gesprek. Iedereen leek met vakantie. Dat het maar altijd zo zomers is.

480 plus

het huisEn daarmee is gisteren het huis in de Patijntjesstraat verkocht. Ik was er vorige week woensdag nog naar gaan kijken –omdat mijn moeder er eventueel wel in geïnteresseerd was. Het K.I. bedraagt 1.348 EUR; de totale oppervlakte bedraagt 486 m2; met tuin, garage, en zes slaapkamers.

Het openingsbod was 190.000 EUR, dat, na gezapig opbieden a ratio van vaak ‘slechts’ 5.000 EUR per keer, bleef hangen op 380.000 EUR. De ‘jury’ trok zich terug, om terug te komen met de vermelding dat het voor dat bedrag niet zou verkocht worden.

De strijd zette zich vervolgens verwoed verder tussen twee gegadigden, die deze keer met 25.000 per keer tegen elkaar opboden, om vervolgens de teller te laten eindigen op 460.000 (pakweg 18,5 miljoen BEF). Tel daarbij nog de 10% registratierechten, 0,5% kosten voor de kwijting (omdat u geen 460.000 EUR op zak hebt), en ik zal nog wel iets vergeten zeker?

Het wordt duur wonen, in de stationsbuurt.

dingesdag

Vandaag was het Erfgoeddag, waarin:

  • Tiva (Oudburg) een OK resto blijkt, met weinig vers (zoals: ter plekke ende ter stond gemaakt) eten (niet dat het eten niet lekker of gezond zou zijn), maar des te gezellig en sympathiek
  • ik de mens van Popville vervloek omwille van zijn aanbod Engelschtalige stripdinges en de erm ‘openheid’ van de winkel op zondag
  • wij van bij Popville (o.a.) de zeefdruk van Boerke hebben meegbracht (nummer 23 dankuwel)
  • het Huis van Alijn bevestigd werd als meer aangename plek (of op zijn minst meest aangename museum) van Gent; waarbij ik Sylvie D’haene heb gezien, en zij mij ook, maar zij niet wist wie ik was hoewel ze mij wel kende; waarbij Henri zijn hand (lichtelijk) heeft verbrand edoch er nog het beste van heeft gemaakt ook dank zij de bezorgdheid van het Huis
  • Els en Maarten toch wel weer twee sympathieke en zeer goede vrienden zijn gebleken
  • ik de moeite niet meer doe om u uit te nodigen voor het concert bij Opatuur vanavond, maar u met weinig twijfel binnen enigte uren de huid alweer zal volschelden voor uw afwezigheid aldaar

Blue Note Records Festival 2006

Blue Note records FestivalVan 13 tot 23 juli –traditiegetrouw zowat parallel met de Feesten— vindt het Blue Note Records Festival (BNRF) 2006 plaats. Locatie van het evenement is opnieuw de Bijlokesite, waar u gedurende twee extra lange weekends het beste van de internationale hedendaagse jazz en verwante muziek kan mee beleven. Op vijf jaar tijd is het Blue Note Records Festival ( Blue Note Festival) uitgegroeid tot een begrip. En met reden.

Jammer eigenlijk dat de Vlaamse Gemeenschap in dit verhaal moet achterblijven. Het BNRF werd door de beoordelingscommissie met een kluitje in het riet gestuurd omdat het festival te ambitieus, te megalomaan en te weinig onderbouwd zou heten. Een beetje verwonderlijk voor een festival dat niet alleen op de volle steun van de Stad Gent (en de Provincie Oost-Vlaanderen) mag rekenen, maar ook in het buitenland reeds voor een van de grotere Europese Festivals doorgaat. Op kwalitatief vlak dan toch.

Voor het lustrum haalde de organisatie een aantal mensen uit de vorige edities terug naar Gent, zodat we voor dit festival extra indrukwekkende namen op de affiche krijgen. En hoewel het festival met een dag werd uitgebreid (11 dagen i.p.v. 10), krijgt u nog steeds vier concerten per dag. Uitzondering is de openingsavond, waarop Carlo Nardozza, winnaar van het Jong Jazztalent 2005 concours, het festival mag openen samen met Dianne Reeves. Reeves was er reeds bij op de tweede editie van het BNRF, leverde recent de muziek voor de film Good Night, And Good Luck, en heeft ondertussen zowat de diva-status in de jazz bereikt.

Twee delen
Het festival bestaat uit twee delen, hoewel die sinds dit jaar niet langer geheel van elkaar worden gescheiden. Onder de noemer All That Jazz, brengt het eerste gedeelte voornamelijk de zuivere jazz (mainstream én avantgarde). De nadruk ligt op het luisteren (het is een voornamelijk zittend festival) en de affiche presenteert een staalkaart van de huidge stromingen. Een dag opent met een aanstormend talent, wordt gevolgd door een Belgische gevestigde waarde, een internationale naam, en sluit af met een artiest die eerder uitzonderlijk in België live te beluisteren valt. En dan hebben we het over saxofonisten John Zorn, Wayne Shorter en Charles Lloyd, trompettist Dave Douglas en pianisten Andrew Hill en Jason Moran, en het trio Romano/Sclavis/Texier, die vorig jaar African Flashback hebben uitgebracht, het vervolg op hun onvolprezen Suite Africaine uit 1999.

Vergeten we echter vooral Toots Thielemans niet (samen met zangeres Trijntje Oosterhuis), en Madeleine Peyroux, Kris Defoort, Erwin Vann, Nathalie Loriers en Eric Legnini. Miss Soul, door het Eric Legnini Trio uitgebracht eerder dit jaar, kunnen we niet genoeg aanbevelen.

Gezien vorig jaar de nadruk iets te veel op mainstream jazz was gelegd, heeft de organisatie erop gelet dit jaar ook de avantgarde een duidelijke plaats op het festival te bezorgen. Geconcentreerd rond het eerste weekend vinden we John Zorn, Jason Moran en het trio Romano/Sclavis/Texier terug, die de liefhebbers ook via de abonnementsformule (drie-dagen weekendpas) aan het werk kunnen zien.

Arnozza (iii) Chemins Croisés Quintet (ii) Wayne Shorter Quartet (iii) Mariza (ii) Toots Thielemans

Het tweede deel valt onder de noemer All That Jazz?, waarin wordt afgeweken van het jazz-pad om ruimte te laten voor fusion en Latijnse invloeden. Singer/songwriters Dr John en Randy Newman zorgen ongetwijfeld voor een volle tent. Maar er zijn ook Mariza, de charismatische fado zangeres die u vorig jaar reeds kon bewonderen, en Madredeus die reeds in de jaren 90 op een grote aanhang in Vlaanderen mochten rekenen. Of er zijn pianist Chucho Valdés en zangeres Cesaria Evora, en het waanzinnig talent van Roy Ayers in The Original superstars of Jazz Fusion. (Gent wordt overigens stevig vertegenwoordigd met Sioen en Skeemz.)

Ook tijdens dit tweede luik worden vaste waarden teruggehaald: zij die er op de allereerste editie bijwaren herinneren zich bijvoorbeeld vast de stomende en bijzonder gesmaakte doortocht van Maceo Parker, toen nog in het Gravensteen. Ten slotte kunnen wij u nu al de avond met Us3 aanbevelen. Deze band brengt immers een bijzonder funky interpretatie van jazz en we zagen in het verleden al schitterende concerten van hen. En hoewel de hoofdact voor die dag nog niet officieel bevestigd is, kunnen wij u nu al verzekeren: het wordt dansen in de Bijloke die avond…

Jong Jazztalent
Echte liefhebbers zijn ondertussen ook reeds bekend met de Jong Jazztalent muziekwedstrijd. De Jong Jazztalent wedstrijd is ondertussen al aan de zesde editie toen, en de kwaliteit van de groepjes neemt ook elk jaar toe. Van 16 t.e.m. 24 juli treedt per dag één groep op in het Duvel-Droomschip op het Gouden Leeuwplein (toegang gratis), die allen worden beoordeeld door een jury van jazzkenners, zoals Jempi Samyn, Mik Torfs, en jazzfotograaf Jos Knaepen. De winnaar van het concours speelt het openingsconcert van het BNRF 2007 en mag mee op tournee met JazzLab Series in het najaar.

Blue Note Records Festival, van 13 tot 23 juli 2006. Een dagticket kost in voorverkoop 23 EUR, en voor een weekendpas (drie dagen) betaal je 60 EUR. Voor het openingsconcert betaalt u 12,50 of 17,50 EUR naargelang de rang. De kaarten zijn verkrijgbaar via bluenoterecordsfestival.com, FNAC en Uitbureau Gent. Opgelet, alle prijzen zijn exclusief 2 EUR reserveringskosten per ticket.

(Deze aankondiging verscheen ook op Gentblogt. Met dank aan i. voor de aanvullingen.)

Hof van Herzele

Het gebeurt niet vaak (meer) dat ik nog eens een bespreking post van een restaurant. De laatste paar weken hebben we geregeld in het Hof van Herzele gelunched, en om een aantal redenen is ons dat goed bevallen.

Laat ik maar meteen met de deur in huis vallen: ik ga graag naar het Hof van Herzele. Niet alleen zijn de prijzen er redelijk en is de bediening gemoedelijk, maar het ganse restaurant, van de eettafels tot de toiletten, is rookvrij.

Op de menukaart staan eerder traditionele gerechten, zoals steak (chateaubriand) of stoverij en pasta en slaatjes, maar u vindt er bijvoorbeeld ook een Mexicaanse Groentenschotel met gebakken St-Jacobsvruchten en gamba’s. De keuken is bovendien niet te beroerd om de gerechten op vraag (lichtjes) aan te passen, wat altijd een goed teken is.

Wij kozen deze keer voor het Duo van huisgemaakte kroketten met slaatje (10 EUR), Gentse stoverij met frietjes en witloofslaatje (15 EUR) en een Salade van tongfilets in tempuradeeg met huisgemaakte tartaarsaus (15 EUR). We dronken er een vers fruitsap (3,50 EUR), een cola light (1,80 EUR) en een fles witte huiswijn (Van Loveren Sauvignon Blanc, 18,50 EUR) bij.

De porties zijn ruim. Het meervoud bij de Salade met tongfilets staat er geheel terecht. De tempura was bleek –zoals het hoort– maar krokant en vult de vis uitstekend aan. De huisgemaakte tartaar mag misschien puristen de wenkbrauwen doen fronsen, de ingrediënten zijn vers, en de consistentie houdt een heerlijke middenweg aan tussen vast en vloeibaar.

De stoverij had (deze keer) een ietsje meer saus mogen bevatten. Maar ik ben een kniesoor, want de vorige drie keren had ik een perfecte mix van vlees en vocht op mijn bord gekregen. Het vlees bleef overigens net zo mals als anders; en de portie even ruim (liever meer vlees dan te veel saus). Niettegenstaande een reeds voldoende grote portie frieten die de stoverij op ons bord vergezelden (de witloofsla komt in een apart kommetje), staat het u vrij een extra portie bij te vragen. De gerechten met de handgesneden frietjes zijn overigens een aanrader; de frieten behoren tot de betere van Gent.

Een voor het gezelschap waarin ik mij bevond absoluut pluspunt is dat de heerlijke geuren én de smaak van het eten op geen enkel moment worden verstoord door de anders zo opdringerige rook. Het Hof steekt de schuld voor het rookverbod op de preservatie van de schilderingen op het plafond; een diplomatische uitleg, zo vinden wij. Die schilderingen zijn overigens de moeite van het bekijken waard. Het Hof van Herzele bestaat uit één grote open ruimte, met hoge plafonds, en een even grote onderkelderde ruimte (met zo mogelijk nog hogere plafonds). Om tot die openheid bij te dragen, werden twee muren voorzien van grote glaspartijen. Tijdens de zomer (of het warmere gedeelte van de lente) kan u ook plaatsnemen op het terras.

Om af te sluiten namen we nog koffie en een verse muntthee, vergezeld van een gedeelde Crème brulée, waarvoor we nog net dat kleine gaatje vrij hadden. U zal er ons nog vaak aantreffen.

Het rookvrije Hof van Herzele vindt u aan het Sint-baafsplein 34 (in de galerij), tel: 09 233 01 33. Tijdens de week is er een lunch verkrijgbaar. Geopend op din en woe. van 10h30 tot 18h; en van don t.e.m. zat van 10h30 tot 21h30

(Deze bespreking vindt u ook op Gentblogt)