lente

de eerste BBQNu is het echt wel Lente (met kapitale ‘L’): we hebben zonet voor de eerste maal in 2006 gebarbecued.

Daarnet kwam Tessa thuis van de binnenstad, met onder haar arm een electrische barbecue/grill van de Hema (nog geen 40 EUR23 EUR). Waarna ze mij thuis alweer achterliet om het ding in elkaar te steken (3 seconden werk) en gauw nog wat verse vis (zalm, tonijn en limande) en ditto groenten van bij de locale middenstand terug te brengen. Een beetje couscous, een komkommer, een gele paprika, twee tomaten, kruiden uit de tuin, een zalige avondzon, en de lente is ingetreden.

Hebt u er ook al zo van genoten?

Hof van Herzele

Het gebeurt niet vaak (meer) dat ik nog eens een bespreking post van een restaurant. De laatste paar weken hebben we geregeld in het Hof van Herzele gelunched, en om een aantal redenen is ons dat goed bevallen.

Laat ik maar meteen met de deur in huis vallen: ik ga graag naar het Hof van Herzele. Niet alleen zijn de prijzen er redelijk en is de bediening gemoedelijk, maar het ganse restaurant, van de eettafels tot de toiletten, is rookvrij.

Op de menukaart staan eerder traditionele gerechten, zoals steak (chateaubriand) of stoverij en pasta en slaatjes, maar u vindt er bijvoorbeeld ook een Mexicaanse Groentenschotel met gebakken St-Jacobsvruchten en gamba’s. De keuken is bovendien niet te beroerd om de gerechten op vraag (lichtjes) aan te passen, wat altijd een goed teken is.

Wij kozen deze keer voor het Duo van huisgemaakte kroketten met slaatje (10 EUR), Gentse stoverij met frietjes en witloofslaatje (15 EUR) en een Salade van tongfilets in tempuradeeg met huisgemaakte tartaarsaus (15 EUR). We dronken er een vers fruitsap (3,50 EUR), een cola light (1,80 EUR) en een fles witte huiswijn (Van Loveren Sauvignon Blanc, 18,50 EUR) bij.

De porties zijn ruim. Het meervoud bij de Salade met tongfilets staat er geheel terecht. De tempura was bleek –zoals het hoort– maar krokant en vult de vis uitstekend aan. De huisgemaakte tartaar mag misschien puristen de wenkbrauwen doen fronsen, de ingrediënten zijn vers, en de consistentie houdt een heerlijke middenweg aan tussen vast en vloeibaar.

De stoverij had (deze keer) een ietsje meer saus mogen bevatten. Maar ik ben een kniesoor, want de vorige drie keren had ik een perfecte mix van vlees en vocht op mijn bord gekregen. Het vlees bleef overigens net zo mals als anders; en de portie even ruim (liever meer vlees dan te veel saus). Niettegenstaande een reeds voldoende grote portie frieten die de stoverij op ons bord vergezelden (de witloofsla komt in een apart kommetje), staat het u vrij een extra portie bij te vragen. De gerechten met de handgesneden frietjes zijn overigens een aanrader; de frieten behoren tot de betere van Gent.

Een voor het gezelschap waarin ik mij bevond absoluut pluspunt is dat de heerlijke geuren én de smaak van het eten op geen enkel moment worden verstoord door de anders zo opdringerige rook. Het Hof steekt de schuld voor het rookverbod op de preservatie van de schilderingen op het plafond; een diplomatische uitleg, zo vinden wij. Die schilderingen zijn overigens de moeite van het bekijken waard. Het Hof van Herzele bestaat uit één grote open ruimte, met hoge plafonds, en een even grote onderkelderde ruimte (met zo mogelijk nog hogere plafonds). Om tot die openheid bij te dragen, werden twee muren voorzien van grote glaspartijen. Tijdens de zomer (of het warmere gedeelte van de lente) kan u ook plaatsnemen op het terras.

Om af te sluiten namen we nog koffie en een verse muntthee, vergezeld van een gedeelde Crème brulée, waarvoor we nog net dat kleine gaatje vrij hadden. U zal er ons nog vaak aantreffen.

Het rookvrije Hof van Herzele vindt u aan het Sint-baafsplein 34 (in de galerij), tel: 09 233 01 33. Tijdens de week is er een lunch verkrijgbaar. Geopend op din en woe. van 10h30 tot 18h; en van don t.e.m. zat van 10h30 tot 21h30

(Deze bespreking vindt u ook op Gentblogt)

ontdooien

Iets meer dan een jaar geleden publiceerde DS naar aanleiding van een onderzoek van Test-Aankoop dat onze koelkasten wel schoon zijn, maar dat in 40% van de gevallen de temperatuur te hoog was. Ze verzuimden evenwel te vermelden welke temperatuur de correcte was (hoewel dat eenvoudig was te vinden: tussen 4 en maximaal 7 graden). Vandaag krijgen we hetzelfde op ons bord.

Hogeropgeleiden lappen houdbaarheidsdatum aan hun laars is een onderdeel van een groter artikel over gezond eetgedrag van de Belg (of het gebrek daaraan). We krijgen een aantal interessante, maar verontrustende gegevens, waaronder Amper de helft van de Belgen zou vlees, gevogelte of bereidingen correct ontdooien.

Wat de correcte manier is om voedsel te ondooien staat er echter niet bij. Een korte zoektocht brengt ons evenwel snel bij de oplossing (gezondheid.be):

Diepgevroren vlees of vis moet worden ontdooid in de koelkast of de microgolfoven. Buiten de koelkast bij kamertemperatuur vindt een razendsnelle ontwikkeling van micro-organismen plaats en dat verhoogt het risico op een voedselvergiftiging.

’t Is maar dat u het weet. Meer tips leest u overigens in het artikel Ontdooien: zo hoort het

food: the GB connection

*pakt zijn agenda*

  • bistro chez Michel (En dan nodigen we één voor één, of nee, in groepen van een man of tien, alle mensen die we kennen uit. Ha!)
  • i. heeft onlangs nog maar herhaald dat we dan ne keer ’s avonds bij haar moeten vergaderen en dat ze dan eten ging maken
  • niet vergeten taart mee te brengen voor tijdens de layouting sessie maandag

*haalt batterijen uit weegschaal*

le nouveau chef

Henri mist een beetje hardship. Of in de volksmond: hij durft nog wel eens trunten. Hij is dan ook enig kind en wordt aldus, indien niet door zijn moeder ouders, toch op zijn minst door zijn grootouders zwaar vertroeteld. Om nu meteen te zeggen dat hij zelfstandigheid mist, is een beetje overdreven naar de andere kant; hij is tenslotte maar zesenhalf. Maar goed, recent waren we overeen gekomen hem toch maar wat meer zelfstandigheid bij te brengen. Gisteren had ik met hem afgesproken dat hij vanavond het eten dan maar zelf mocht maken.

Spaghetti.

Het is niet dat hij het niet kan, zo bleek. Hij had mij ondertussen genoeg geobserveerd om meteen te weten welke kasserollen hij nodig had (die voor het kookvocht, die voor de saus), en waar ze op het fornuis dienden te worden geplaatst. Hij heeft de look zelf geplet, en de ajuinen zelf geschild. Daarna heb ik voor hem het water op de kookplaat geplaatst (het leek me niet verantwoord hem dat zelf te laten doen), maar hij heeft het vuur geregeld, en de ingrediënten niet alleen versneden, maar ook zelf in de potten gedaan –inclusief de kruiden.

Het was heerlijk. De saus was perfect, en dat heb ik hem ook verteld.

“Maar papa, je mag niet zeuren”, verweet hij mij. (Waarmee hij bedoelde dat ik overdreef, terwijl dat echt niet het geval was.)

Zelf was hij precies ook tevreden met zijn kookkunsten, want ik zie hem niet alleen niet vaak zoveel eten, maar ook niet met zoveel zin. En het is, denk ik, de eerste keer dat ik hem zijn bord heb weten aflikken.

Deze zomer, zo moedigde ik hem aan, maak je niet alleen de saus zelf, maar ook de pasta. Met bloem en eieren, en de deegrol. En hoewel hij mij vertwijfeld aankeek, weet ik zeker dat hij mij ook daarin zal voorbij steken. En weet u wat? Dat stemt mij verschrikkelijk blij.

straf

Understatement: ik drink graag koffie. Toen ik twee maanden geleden nog op het negende zat, beschikten we daar over een espresso-apparaat. Zo’n commercieel maar degelijk ding, eerder geschikt voor thuisgebruik dan voor op de werkplaats. Het ding werkte met bonen, wat ervoor zorgde dat we vers gemalen koffie in onze tas kregen.

Na nieuwjaar ben ik (terug) naar het achtste verhuisd, en daar beschikken we over een soort Douwe Egberts koffie-automaat, die werkt met vloeibaar koffieconcentraat (tiens dat rijmt). Die koffie is drinkbaar, net zoals ook nescafé drinkbaar is. Daarnaast hebben we ook een koffiezet, waarin geregeld koffie wordt gebrouwen, die dan voor een paar uur warm wordt gehouden bovenop de machine. Die koffie is niet te drinken (Max Havelaar). Ze is verschrikkelijk straf gezet, en vreselijk bitter.

Vandaag dacht ik de oplossing te hebben gevonden, door eerst een halve kop water uit de automaat te halen, en daarbij dan een kop gebrouwen koffie te voegen, maar hoewel de koffie nu minder sterk is (maar niet flauw), blijft de bitterheid overheersen. En om elk halfuur naar het negende te trekken…

slecht

Gisteren heb ik de slechtste crème brûlée ooit, gegeten.

De korte lunchpauze tijdens de trainingsessie had ons naar ‘de Marokkaan’ ergens in de buurt gebracht. De Italiaan waar we oorspronkelijk naar toe wilden trekken, was volzet. Proppensvol.

Bij de Marokkaan is het niet duur. Er is een buffet (warm of koud) voor 8 EUR, of je kon kiezen uit de menukaart, en dat kostte amper 16 EUR voor een Viande Mixte Grillée of 13 EUR voor een Tajine. Het gezelschap (een Hollander en een Zwitserse Waal) kozen voor het eerste, zelf ben ik nogal tuk op Tajine van kip en citroen.

Een grote vergissing: de kip was samen met de citroen en een dikke handvol olijven klaargemaakt in een Tajinepot gesmeten, en vervolgens overgoten met warmgemaakte olijfolie. Vreselijk. De kip was te hard gebakken en droog, en de olijfolie diende waarschijnlijk het vlees opnieuw vochtiger te maken. Bij de collega’s was het niet echt beter; ook hun vlees was volledig uitgedroogd (merguez, lam, brochette, kotelet, en nog wat).

Toch hebben we ons nog aan een dessert gewaagd. Al was het maar om de kleffe smaak weg te werken. De collega’s kozen voor Tiramisu Maison, wat een grootwarenhuis potje bleek, waarvan gelukkig wel het deksel was gehaald, en ik moest even wachten op mijn crème brûlée. Die kwam vijf minuten later, met een crème die aan de zijkanten van de aardewerken pot opborrelde, maar in het midden nog hard en diepgevroren was.

yummy

Wij zijn na de film in de Martino gaan eten. Een egg-cheeseburger met frieten voor meneer en een Martino-pizza voor mevrouw. Finger lickin’ good.

Een onvoorwaardelijke aanrader voor al wie ooit naar Gent komt (of er woont).

bûche de noël

Nee, hij doet geen bûches meer. De vrouw van de patissier keek ons even sip aan. Vroeger nog wel, maar nu dus niet meer. Een taart bestellen kon eigenlijk ook niet meer, slechts één dag op voorhand, maar omdat het voor ons was, ging hij wel nog iets bijzonder in elkaar steken. Een miserable, is dat goed?

En of! De miserable van Wittevrongel (Kortijksesteenweg) is de allerbeste van Gent en omstreken. De crème die er tussenzit smelt in de mond, en gelijkt niet in het minste op de dikke vettige boterpap die je er bij sommige bakkers bijkrijgt. Het gebak is krokant maar niet uitgedroogd (het veert nog mee), en smaakt perfect.

Toen we gisterenochtend de taart gingen halen, toonde hij met pretlichtjes in zijn ogen de versiering die hij erop had aangebracht.

bambi

Het is geen kertsversiering, sprak hij, nauwelijks een lach onderdrukkend, maar een nieuwjaarsversiering. We denken vooruit, naar de toekomst. Want kerstmis is ondertussen al een paar dagen geleden hé?

(Op het stukje chocolade, op de sneeuw tussen bambi en de kerstboom in, stond in parmantig schrift ‘Gelukkig Nieuwjaar’ genoteerd.)

mes confitures (ii)

Na de positieve resultaten eerder in augustus, hebben we nog maar eens een recept geprobeerd Christine Ferbers Mes Confitures.

Appelsienconfituur is allesbehalve mijn favoriet. Vaak overheerst in dergelijke confituur of gelei de beterheid van de appelsien net dat ietsje teveel, en het was dan ook mij de nodig wanhoop dat ik mij op het recept Oranges au thé Earl Grey stortte. Maar het was nu eenmaal citrusvruchtenseizoen.

Het recept vraagt om:

  • 1,200 KG environ d’oranges, soit 500 G de jus (50 CL)
  • 750 G de pommes Granny Smith
  • 1,100 KG de sucre cristallisé + 200 G
  • 750 G (75 CL) d’eau + 200 G (20 CL) + 200 G (20 CL)
  • 2 oranges non traités
  • 30 G de thé Earl Grey
  • le jus d’un petit citron

Wat is verworden tot 2 kg bergappeslienen; 1 kg Granny Smith – 2 van de 9 appelen; 500 G confituursuiker 3+1; het water en de thee; maar zonder het citroensap. Ik ben er op een vrijdagavond aan begonnen zodat ik de zaterdagochtend had om af te werken.

granny smith

Weinig werk op vrijdagavond: verwijder het klokhuis uit de appels (schil ze niet); snijd ze in vier en leg ze in 75 CL water. Breng het water aan de kook, en laat het zo’n dertig minuten sudderen op laag vuur (3 op een schaal van 12). Giet alles na die tijd door een zeef, en druk zachtjes op de appelen zodat je zoveel mogelijk vocht meekrijgt (niet te hard drukken !). Smijt de rest van de appelen weg, en giet nogmaals door de zeef. Zet het vocht/sap gedurende de nacht op een koele plaats.

Zaterdagochtend zet je 50 CL van dat vocht (giet voorzichtig, zodat eventueel residu niet meekomt) klaar. Pers de appelsienen, en zete evenzeer een goeie 50 CL appelsiensap klaar.

Afhankelijk van de grootte van de appelsienen snij je één of twee vruchten (die je eerst hebt schoongemaakt) in zeer dunne schijfjes (de eerste en laatste schijfjes niet gebruiken, anders wordt het resultaat te bitter). Pocheer die schijfjes in 20 CL water waarine je 200 G (gewone) suiker toevoegt, tot de schijfjes glazig worden.

Voeg dan het appelsap, appelsiensap, en de 500 G 3+1 suiker toe. Breng het geheel aan de kook, terwijl je voorzichtig roert. Schuim afscheppen indien nodig. Hou er stevig de vlam in gedurende zo’n 15 minuten (8 op een schaal van 12; zorg dat het blijft koken).

confituur

Ondertussen maak je thee van 20 CL water + een goede hoeveelheid Earl Grey (laat drie minuten trekken). Voeg dit toe na de (bovenstaande) 15 minuten kooktijd; breng het geheel nog een laatste maal aan de kook, en giet het in de klaarstaande confituurpotten. (De appelsienschijfjes kan je gerust meegieten, of een beetje op voorhand over de potten verdelen.)

Smakelijk. (Déze appelsienconfituur behoort alvast wel tot mijn favorieten.)