u ribt toch ook?

Bloggers eten ribben, dat is reeds geruime tijd geweten. De laatste keer schreeuwde iedereen dat het voor herhaling vatbaar was, dus minder dan een jaar na datum, gaan we er opnieuw voor.

De plaats van het gebeuren is alweer Gent, en er wordt gemikt op een zo breed mogelijk publiek van wat gemelijk wordt genoemd ‘life bloggers‘. Geen techneutenbabbel (al werd er de vorige keer ijverig over fototoestellen gepraat), geen politiek, media-watching, of belangengroepvertegenwoordiging. U hoeft zich dan ook niet aan een lezing te verwachten, noch een consortium, powerpoint presentatie of het Engels als werktaal.

Wat u wel mag verwachten is een gezellige babbel, vette handjes vol ribbensaus, en wijn per centimeter (of cola light in sommige gevallen).

Meer info vindt u op de blogribben wiki (die straks meteen naar de eerste plaats op blogium zal schieten), alwaar u uw komst kunt bevestigen.

Samengevat: Gent, Amadeus (Plotersgracht 8), blogribben, vrijdag 6 januari 2006 om 19u30, life blog(ger)s.

americano

Tegenwoordig drink ik mijn koffie (thuis) vaak ‘americano‘. Hoewel dat niet helemaal juist is, gezien ik voor mijn brouwsel niet van een espresso vertrek, maar van een moka.

Het zit zo: ik ben nooit fan geweest van filterkoffie (‘drip brew‘). Het komt me wel voor als verschrikkelijk handig, vooral wanneer je ’s ochtends dank zij het voorgeprogrammeerde toestel zonder wachttijd van je koffie kunt genieten. Alleen heeft die gemalen koffie dan al een ganse nacht op jou gewacht, waardoor een groot deel van het aroma en de smaak de mist zijn ingegaan. Dus doe ik het liever manueel.

Als het rap moet, dan gebruik ik meestal de cafetière (French press). Water opzetten, de bonen malen, water opgieten, even roeren, deksel met ‘plunger‘ erop, en klaar. De koffie is beter en sterker van smaak dan met een filter. Alleen heb ik enkel een pot van een liter, en gezien ik de enige ben in huis die koffie drinkt, is dat soms wat van het goede teveel –al drink ik goed twee liter koffie per dag.

Maar dan beschik ik ook nog over een moka pot. Zo’n blinkende aluminium of roestvrij stalen pot, waarin je onderaan water giet, daarop een metalen filter plaatst met de gemalen koffie, en tot slot vijs je er het bovenstuk op, waarin nadien je gebrouwen koffie terecht komt. De versie die ik heb, is net genoeg voor één conventionele tas (of een halve ‘mug‘). De koffie die wordt geproduceerd is vaak sterker dan espresso (afhankelijk van de hoeveelheid), en sinds kort leng ik mijn halve ‘mug‘ dan ook aan met water. Niet perfect, maar zeer genietbaar.

Bent u ook zo pedant als het op koffie aankomt?

(Op het werk hebben we een espresso/koffie machine, waarin de bonen ‘on-the-fly‘ worden gemalen. Alle potentieel voor een goede koffie, maar de smaak van de bonen is helaas niet echt om over naar huis te schrijven.)

gelegenheidscarnivoor

Wij eten niet zo denderend veel vlees. Al is het wildseizoen weer daar, en durven we des weekends ook nog wel eens van bij Swaenepoel (in de Donkersteeg) een Poulet Noir of huisbereide choucroute met een jambonneau meebrengen.

Dinsdags kopen we bij de lokale slager (Dobbelaere) wel de nodige charcuterie voor een dag of twee-drie, samen met ons bio-fruitpakket. Vandaag lag er een half rund voor. Een ribstuk, zo groot als mijn romp, waarvan één dikke schel was afgesneden. Ik kon het niet laten.

Tot grote verbijstering van Henri (en onze slager) stapte ik met 1,3 kg côte à l’os buiten (13,55EUR/kg), dat ik in geen tijd in een pan saignant (grotendeels bleu: warm, maar zo goed als rauw) heb gebakken. Enkel gekruid met peper en zout. En met gesmoord witloof erbij.

Zelden zo’n mals vlees gegeten.

(Henri heeft zeker een vierde van het stuk verorberd, we konden zijn tempo met moeite bijhouden.)

verzoeting

Mag ik u, ter afsluiting van de dag, nog even deze tips meegeven?

  • Combineer brood van Bloch met de kazen van Peeters (dat doen ze ten andere zelf ook).
  • Patisserie Wittevrongel, op de Kortrijksesteenweg, is niet alleen de plaats waar u de beste frambozentaartjes (met immer luchtige slagroom) kan bekomen, vandaag heb ik er de beste misérable ever gekocht. Zonder overdrijving.
  • Ook muziek verzacht de zeden. Ik kan u nog steeds de reeksen Contemporain en Recital aanraden in de Bijloke. Het eerste concert (in die reeksen) is op 20 oktober (een avondje minder filmfestival), en sinds vandaag ben ik ook van míjn plaatsen verzekerd. Verlies overigens Semele (in de Vlaamse Opera) niet uit het oog.

Maar, ssst, u hebt het niet van mij gehoord…

b&b fin

En daarmee heeft Bric & Brac de deuren gesloten.

Wij gingen er graag, maar de laatste jaren veel te weinig. In het begin, toen ze nog gevestigd waren in de Zuidstationstraat, gingen we er minstens één keer per maand. Ik was toen nog zelfstandig, Tessa werkte aan haar doctoraat, en we hadden best wel tijd te over (en ik moest onkosten maken).

Toen ze goed en wel verhuisd waren naar de Charles de Kerchovelaan, in 1999, was Henri net geboren, en bleef er voor uit eten gaan maar weinig tijd meer over. In ’99 werd ook Natascha ziek, en ik heb er nog altijd spijt van dat we toen niet méér zijn kunnen gaan.

Maar nu is het dus helemaal afgelopen. Bric & Brac Thuis, de winkel waar Frédérics broer hun ‘Artisanale Bereidingen’ verkoopt, blijft bestaan, maar het restaurant gaat onherroepelijk dicht. Een groot verlies voor Gent.

abrikozen

We blijven even bij de abrikozen. (Gezien nu ook Opa Pettson van de confituur kan genieten.)

Mijn favoriete brood-van-’t-moment is het mueslibrood dat ik van bij Oud Huis Himschoot (Elizabethlaan) meebreng. Een grijs brood, heel mals, met noten (mueslitoestanden) en… gedroogde abrikozen. Ik zou er een foto van posten, maar ik heb net het laatste schelletje naar binnen gespeeld.

Rijkelijk beboterd, en voorzien van zelfbereide abrikozenkonfituur… ‘verrukkelijk’, zou Henri zeggen (ware het niet dat Tessa met de nacht staat en hij dus bij de grootouders is gaan slapen).

Comfort food.

gekookt

Een mens kan niet genoeg kookboeken hebben, was een tijdje mijn overtuiging. Al was het maar om in te kunnen grasduinen en zo inspiratie op te doen. Eigenlijk ben ik nog steeds van dezelfde strekking, al ik ben ik nu geneigd om die uitspraak lichtjes aan te passen naar: “een mens kan niet genoeg goede kookboeken hebben”. Mijn keukenboekenkast is mij daarvoor dankbaar.

Momenteel is één van die goede kookboeken makkelijk verkrijgbaar. Het is een vervolg op een al eerder uitgebracht ‘goed kookboek’™, Moro van Sam & Sam Clark, en is getiteld Casa Moro.

Ik zou overdrijven indien ik beweer dat ik alle recepten uit Moro heb klaargemaakt. Maar, eventueel met uitzondering van The French Laundry Cookbook, is dit waarschijnlijk het meest geconsulteerde kookboek uit mijn collectie. Of het nu gaat om Pollo al ajillo (kip met look), Lomo con leche (varkensvlees in melk gestoofd met laurierblad en kaneel), Romesco de peix (visstoofpot met paprika, amandelen en saffraan), Croquetas de bacalao (stokviskroketten) of Sopa de ajo (jawel: knoflooksoep), ik vind er (bijna) altijd mijn goesting in terug.

Casa Moro ziet er zeker even veelbelovend uit. Als ik er snel even doorblader vind ik er al meteen een recept voor Merguez in terug (from scratch), Rabo de toro con rioja (ossenstaart met rioja en chorizo), Kwartels gevuld met couscous, rozijnen en amandelen, en Roerei met garnalen en asperges. Dat laatste heb ik in ’97 of ’98 in Jerez gegeten, toen ik daar zat om er de Volvo Masters on-line te verslaan. Het recept klinkt simpel, is ook eenvoudig om te maken, en heerlijk om te eten. Het hoéft niet moeilijk te zijn.

Kortom, spoed u naar uw boekhandel van keuze, eis uw exemplaar van Casa Moro op, en laat het u smaken.

(Met dank aan Michel overigens, die er mij ongewild aan herinnerde dat ik het mij nog moest aanschaffen, toen ik hem gisteren met het voorlaatste (uitgestalde) exemplaar in de fnac betrapte.)

mes confitures

Wat doet een mens tijdens de komkommertijd (behalve tijd verdrijven op flickr)? Juist: confituur maken.

Destijds had ik me –dank zij een tip van Clotilde op Chocolate & Zucchini— het boekje Mes Confitures van Christine Ferber aangeschaft. Niks exotisch zoals Coltildes Confiture de Poire aux Eclats de Fève de Cacao of Confiture de Fraises au Poivre Noir et à la Menthe Fraîche, maar eenvoudigweg Abricots bergeron à la vanille. Waartoe ik zaterdag twee kilo abrikozen op de kop had getikt, en gisterenavond de voorbereidselen tot het maken van de confituur had getroffen.

abrikozen (i)

  • 1,150 kg d’abricots bergeron mûrs mais encore fermes, soit 1 kg net
  • 800 g de sucre cristallisé
  • 200 g d’eau (20 cl)
  • le jus d’un petit citron
  • 2 gousses de vanille

Wat bij mij iets minder dan 2 kg abrikozen (er zaten een paar erm… ‘overrijpe’ tussen) en 1 kg suiker is geworden. (En eigenlijk had ik er graag nog munt bij gedaan, maar daar ben ik niet meer tijdig aan geraakt.)

abrikozen (ii)

Gisteren heb ik de abrikozen gehalveerd en ontpit, met de ingrediënten vermengd, en een uurtje laten ‘rijpen’. Nadien werd het geheel opgewarmd, om vervolgens in de kelder te overnachten –iets langer in mijn geval, want ik had vanochtend geen tijd om de confituur af te werken. Het brouwsel heeft dus ongeveer 24 uur gekregen om te ’trekken’.

Vanavond werd het sap opnieuw aan de kook gebracht. Eerst zonder de vruchten, waarvan de schil diende te worden verwijderd, voor ze terug mee in de pan mochten. 5 minuten laten doorkoken, in de potten doen, onmiddellijk het deksel erop, en laten afkoelen.

Heerlijk! (En wreed gemakkelijk om te maken.)

ontbijt

De koeken komen mij mijn oren uit. Of wacht, ik ging zo niet beginnen.

Wat ik verschrikkelijk mis, is mijn ontbijt. Tijdens de week eet ik graag cereals, maar gezien het reeds volstrekt goddeloze uur waarop ik naar het station moet vertrekken, is daar helaas geen tijd voor. Heel erg luid hoort ge mij dan weer niet klagen, want ik ben net zo vroeg als ik ’s ochtends vertrek, ’s avonds in Gent terug.

In het begin was het overigens heel plezant: toekomen in Noord, op een week (of twee) alle ‘bakkers’ in de grote hal proberen, en van dan af elke dag een variëteit koeken mee naar het werk sleuren (twee of drie). Meestal beperk ik mij tot een croissant en een chocoladekoek, maar niet zelden komt daar nog een ronde suisse of een strikske bij. Maar ik ben het beu; die luchtkoeken uit het Noordstation komen mij de strot uit. Vettig en opgeblazen, smaken ze allemaal hetzelfde, of ze nu croissant of chocolade- dan wel boterkoek mogen heten.

Ik ben nochtans een ontbijtmens. Ik kan ’s avonds gerust zonder eten (en zou dat waarschijnlijk ook doen, had ik niet minstens 1 hongerige mond te voeden), maar ben van het principe: de belangrijkste maaltijd eet je best zo vroeg mogelijk (en dan bouw je af). Als ik (’s ochtends) thuis ben, ga ik graag naar Himschoot aan ’t station, of Bonjour Marie aan de Ajuinlei, of bij Bloch in de Veldstraat. Koffie verkeerd (lait russe) of cappuccino, een eitje, een pistolet en/of een van Blochs heerlijke koffiekoeken, en ik ben gezwind voor de rest van de dag.

(Het zondags ontbijt thuis is een geschikt subsituut.) Misschien moet ik maar eens proberen mijn eigen melk en cereals naar het werk mee te brengen.

de pizza

“En ik heb gezegd dat ge pizza gingt maken ook!” Dus voelde ik mij meteen moreel verplicht fotografisch bewijs te leveren. Ook al omdat Tessa te voet (!) naar Delhaize was getrokken om boodschappen.

de pizza maison

Lang niet moeilijk. Pizzadeeg is zoals brooddeeg, in dit geval:

  • 300gr bloem
  • een snuifje zout
  • 150ml lauw water
  • 20gr gist
  • 4 eetlepels olijfolie

Water en gist mengen, bij bloem+zout+olijfolie gieten, kneden. 45 minuten laten rijzen, in één keer uitrollen op een overplaat, en bekleden.

Tijdens de rijs is er meer dan tijd genoeg om de ‘bekleding’ voor te bereiden. Tomatensaus met verse tomaten en kruiden, artisjokharten uit een bokaal (’t is niet het seizoen voor verse), stukjes bâton de berger, in vieren gedeelde minitomaatjes, kaasschilfers, en verse rozemarijn (‘uit den hof’).

25 minuten in de oven, nog even wat ruccola erop, klaar.

Smakelijk.