(Leica M6 TTL, 50mm f/2 Summicron, Kodak BW400CN, 400ASA)
Hoe had ik daar nu aan kunnen weerstaan, om die foto te nemen?
…voor het verjaardagsfeestje van de JazzLab Series. 15 jaar oud! Hiep-hiep-hiep… hoera!
Maar: er was slechts weinig licht. Correctie: er was heel weinig licht! 1250ASA, f/2.8, 1/30s: aaarrrggghhh. Foto links: de ingang van de Roma; foto rechts: Hamster Axis of the one-click Panther en Bert Joris tijdens het avondmaal backstage. Ik ben paparazzo geworden, jawel! (Just kidding, just kidding! –voor alle duidelijkheid toch maar.)
Mijn eerste twintig kilometer zitten erop. T.t.z. de eerste keer dat ik aan één stuk door twintig kilometer heb gelopen. Drie keer de Watersportbaan, en dan heen en terug naar huis. 1u39 voor de 20km; 1u41 voor de totale afstand enkele honderden meters verder. Een gemiddelde van 12 km/u, wat precies een redelijk constante snelheid blijkt bij mijn trainingen. Aan snelheid moet dus worden gewerkt. Het waren twintig kilometer gietende regen, dat ook, maar dat vind ik helemaal niet erg –integendeel. Het meest verfoelilijke weer vind ik als er windvlagen zijn, die u bijna achteruit i.p.v. vooruit doen lopen.
Niet dat mijn spieren daarvan pijn doen (vandaag toch nog niet). En ook al niet van de literfles Cranberry Juice (light) die ik na mijn training achterover heb geslaan. Neuh. Via-via (sorry, ik weet echt niet meer wie) kwam ik onlangs terecht op How to Lose 20 lbs. of Fat in 30 Days… Without Doing Any Exercise –niet dat mijn ambitie daar ligt; ik vind zo’n dingen grappig om lezen– en waar onderaan een verwijzing stond naar From Geek to Freak: How I Gained 34 lbs. of Muscle in 4 Weeks. Ook die ambitie is niet de mijne, al wil ik wel eens aan de gewichten hangen. Of de gewichten eerder aan mij. En gezien variatie goed heet te zijn, en vooral de saaiheid van zo’n oefeningen tegengaat, onthield ik uit gans dat diagonaal doorgenomen artikel enkel dit:
Perform every repetition with a 5/5 cadence (5 seconds up, 5 seconds down) to eliminate momentum and ensure constant load.
En gisteren, zo vlak voor ik een paar uur foto’s ging trekken, had ik de lumineuze inval om dat nog gauw eens te proberen. Ewel, ik voel mijn spieren. Nu goed?
…zo kan een mens nog niet eens ongestoord werken. Ikzelf, tussen twee soundchecks door op Jazz Middelheim, genadeloos vastgelegd door Tessa.
…wat doet gij toch allemaal met uw tijd, trekken ze dan aan mijn mouw. Niets meer of minder dan een ander denk ik. Mijn boeken-, cd-, concert-, en filmlijstjes verschijnen deze week, dan bent u weer mee (en ik ook).
Eens zien, de zomer is voorbij, sinds juli zijn we opnieuw in ’t land, en mijn tijd is voornamelijk weggevlogen in jazz. Van jury (Jong Jazztalent) tot foto’s (Gent Jazz, Jong Jazztalent, Jazz Middelheim, Jazz in ’t Park), waaruit we graag nog eens het huisfotograafschap voor Jazz Middelheim aanstippen. Ik heb het gevoel dat ik weer gigantisch veel dingen heb bijgeleerd.
Voor de zottigheid heb ik ook eens gekeken naar de artikels die ik de voorbije maand voor Het Project heb geschreven, en ik kwam uit op 22 (dat is één elke drie dagen, en niet meegeteld de artikels waarvoor ik enkel foto’s heb geleverd):
Komt daar ook nog eens bij mijn hondstrouwe looptraining, die enkel kort werd onderbroken voor Jazz Middelheim. Dagelijks 8 tot 11 km lopen, en zelfs 15 km op zondag. Deze maand voeren we die afstand op, met een minimum van 10 km per dag, en piekjes van 20 km op zondag en 15 km op woensdag. Zaterdag blijft een rustdag. Aan dat lopen ‘verlies’ ik gemakkelijk toch anderhalf tot twee uur (inclusief stretchen en douchen nietwaar).
Maar ik beleef er alleszins veel leute aan. (Anders zou ik het niet blijven doen natuurlijk.) En ik hoop Tessa en Henri toch ook een beetje, want die dutskens worden door mij meegesleurd van het ene naar het andere evenement (waarvoor dank). Zaterdag zat ik er even door, en ik ben dan ook zowel zaterdag- als zondagavond redelijk snel van Jazz in ’t Park naar mijn bed vlucht zodra ik mijn foto’s had. Ik ga het deze week eens wat kalmer aan doen, denk ik.
Net terug van de parking van een Gentse meubelgigant, alwaar ik een persconferentie bijwoonde voor Het Project.
Er was een dak vol zonnepanelen:
…met bijhorende –zeer interessante– uitleg van deze meneer (die precies zo ne vis gevangen had):
…en een vreemdsoortig voertuig:
Ten laatste morgen krijgt u daarvan iets meer te lezen. U weel wel waar.
Antwerpen was een dagje shopping voor Tessa en Henri, en een vergadering voor mijzelf. Achteraf ben ik nog gauw even de Media Markt binnengestapt, alwaar ik voor geen geld een stapeltje dvds heb meegebracht. Even graag was ik met een gelijkaardige stapel cds buitengestapt, maar het aanbod in Antwerpen was niet meteen om over naar huis –of op dit weblog– te schrijven. Wat Tessa en Henri allemaal hebben uitgespookt, weet ik geeneens, behalve dan dat Henri wel minstens drie Bart Smits is binnengedrongen en minstens één legostarwarsding terug mee naar buiten heeft gesleept.
En vlak voor wij vanochtend vertrokken –toen ik was gaan lopen– belde de postbode aan met een doos vol amazon. James Bond 8 t.e.m. 14 waardoor ik nu enkel nog 1 (Casino Royale), 6 (Goldfinger) en 7 (Dr No) mis in mijn Penguin Bond Girl Covers collectie. Currently unavailable, vermeldt Amazon, en waar 6 & 7 nog betaalbaar blijven bij andere Amazon Sellers, dient men voor Casino Royale reeds 36 Britse ponden neer te tellen. *kuch*, inderdaad.
Een site om van weg te blijven overigens, die van Penguin. En al zeker van de onderdelen Great Ideas en Penguin Celebrations Set. En het onderdeel Tasters, waar men de boeken kan voorproeven –ook die James Bondjes. Must. Resist. Temptation.
“We slapen te weinig.” Vergezeld van deze eenvoudige constatie kwam Tessa mijn tas halen om ze met de koffie te vullen waar ik lief om had verzocht. Van het bed in de loopkleren, van de douche naar het Zuidpark, van de tram achter de computer en weer in het bed. Zo ongeveer zien de dagen eruit sinds we in juli terug thuis zijn gekomen. Voor één van de projecten die ik verkeerdelijk heb toegezegd is eigenlijk geen tijd, want al de rest slorpt gewoon met de tijd ook alle energie uit mij.
Mijn eerste prioriteit gaat uit naar mijn gezin, dacht ik vanochtend in bad terwijl ik alles op een rijtje trachtte te zetten. De tweede naar Het Project en ‘de jazz’ –en achter beide items gaat een onnoemelijk heelal van deelgebieden schuil. De derde naar lopen en lezen en muziek en film en andere dan de concertfotografie die onlosmakelijk met die tweede prioriteit is verbonden. En dan is er tijd voor al de rest. Of liever, geen tijd meer.
Vergis u niet, dit is geen klaagzang, en ik vind mijn leven fantastisch en interessant en boeiend –maar ook uitputtend soms. En dan ben ik nog geeneens aan verbouwingen begonnen en moet ik overdag geen tijd verliezen aan/bij een werkgever.
Soms zet ik hier wel eens van die lijstjes, met deadlines of zaken die ik niet mag vergeten. Zo staan er volgende week er drie artikels gepland voor Het Project; een resem aankondigingstekstjes; fotoverwerking van het voorbije weekend; een verjaardagslunch; een vergadering in Antwerpen; de wekelijkse persconferentie in Gent; Jazz in ’t Park; en mogelijks/hopelijk nog wat avondconcerten. Op iets langere termijn zou ik eigenlijk zou twee interviews willen afnemen (voor artikels op Het Project), en op nog langere termijn (klaar tegen volgende zomer) een nieuwe project in elkaar steken. (Nog goed dat ik die iPhone heb –samen met iCal en Things— om alles een beetje bij te houden.)
Oh, en heb ik al vermeld dat ik in de herfst graag zou beginnen fietsen? En –ergens volgend jaar in de herfst of zo misschien– zwemmen ook?
Carpe diem!
Het is geen goed idee om met zoveel koffie als ik gewoontelijk tot mij neem, te gaan lopen. Toch niet op het einde van de dag. Als ik in de voormiddag ga lopen, probeer ik mij bij het ontbijt tot één kopje te beperken –en daarna een groot glas of twee water– maar als ik pas in de late namiddag de loopschoenen kan aantrekken, is mijn verzadigingspunt reeds lang bereikt. En daar gaat de hartslag de lucht in.
De namiddag vermijden dus, of anders de koffie –al ben ik niet bereid om die verslaving zo maar meteen op te geven. Net zo min als het lopen zelf, overigens. Om het met Jimmy Smith te zeggen: Damn!
Mede door onfortuinlijke omstandigheden –waar ik hier niet op in ga– maar vooral door het vertrouwen van een aantal gewaardeerde mensen, heb ik de kans gekregen om het voorbije Jazz Middelheim festival als huisfotograaf mee te maken. Van donderdag tot zondag heb ik foto’s gemaakt. Niet aan één stuk door (ik kon gemiddeld toch vier-vijf uur slapen per nacht), maar intensiever dan ik ooit al had gedaan. De omstandigheden waren niet optimaal maar veel beter dan anders; de onderwerpen waren niet sexy maar begerenswaardig. Niets is wat het lijkt.
Hoewel ik ondertussen al een tijdje in de jazzfotografie meedraai, is dit de eerste keer dat ik er van zo dichtbij op stond. De badge die ik mocht meedragen vermeldde niet alleen ‘PRESS PHOTO’ waardoor ik de gebruikelijk –beperkte– toegang kreeg tot de frontstage, maar tevens ‘CREW ALL ACCESS’ waardoor ik mij eigenlijk vrijelijk doorheen het ganse festival kon bewegen. Ik ben er de mens niet naar om daar misbruik van te maken, dus u zal mij zelden in de VIP-area of in het artiestendorp hebben aangetroffen –en al zeker niet om daar ongevraagd/onaangekondigd foto’s te gaan maken.
Wat mij het meeste is opgevallen tijdens mijn rondzwervingen is niet alleen hoe gigantisch zo’n festival wel is (en dan heb ik het niet noodzakelijk over de oppervlakte van het terrein), maar tevens hoe verschrikkelijk professioneel de crew is die daarop meedraait. Een tamelijk groot deel van mijn tijd heb ik wachtend moeten doorbrengen tijdens de soundcheck, waar een (uiterlijk) überkalme stage manager binnen de kortste keren met zijn team de boel had opgesteld. Opstelling, licht, geluid: het werd voor elk concert gefinetuned met een verbazingwekkende efficiëntie. Het was allemaal nieuw voor mij, dus ik heb mogelijks subtiliteiten in dat verhaal gemist, maar ik ben blij dat ik nog eens zo’n magisch schouwspel zich voor mijn ogen heb kunnen zien ontvouwen. Het was al veel te lang geleden dat ik mij nog eens echt had laten verwonderen.
Het podium is bij Jazz Middelheim traditioneel goed anderhalve meter hoog –ik had de indruk dat het zelfs iets hoger was. Op zich vind ik dat geen slechte zaak, want het laat de fotografen toe om rond te wandelen zonder het publiek al te veel te storen, en het zorgt voor een aangenaam perspectief. Helaas stond het podiumlicht daarbij zo afgesteld, dat een groot deel van de spots recht in de lens van de fotografen scheen. Dat levert euh… interessante uitdagingen op, maar ik was toch blij dat ik als huisfotograaf de mogelijkheid had om ook tijdens de soundcheck wat foto’s te maken.
Heelder mythes worden overigens opgehangen over de veronderstelde onbereidwilligheid van de artiesten om zich te laten fotograferen. Ik heb maar twee ‘probleemgevallen’ gehad, die overigens niet enkel op gedecideerde maar ook –vooral– op beleefde manier verzochten geen foto’s te maken. En ik zie niet in waarom ik daarover moeilijk zou moeten doen. Voor de rest bleef ik tijdens die soundchecks intuïtief tegen de zijkanten van het podium geplakt, om de muzikanten –en de crew– zo min mogelijk voor de voeten te lopen.
Van de concerten zelf, heb ik veel gemist. Ik heb een aantal hoogtepunten gehoord, zoals Robin Verheyen en Charles Lloyd; de verrassende José James; BJO en Wynton Marsalis (die beiden ook een onderhoudende soundcheck hadden). Van Bill Laswell heb ik het meeste gemist, al drong zijn bas probleemloos door tot de cateringtent van de crew waar ik iets na 22u mijn avondmaal nog kon nuttigen. Verdere bespreking leest u bij Het Project, waar het festival vanuit de voor dit medium noodzakelijk Gentse invalshoek wordt besproken: Jazz Middelheim: Gent in Antwerpen?
“Tevreden?”, zo vraagt u. Zeer tevreden van de ervaring en de kans, net zoals van de professionaliteit en efficiëntie van de organisatie (wat ik ervan gezien heb toch). Wat betreft de foto’s zelf moet ik –nog steeds– leren om selectiever te zijn (8 pagina’s op flickr is te veel). Er zitten er zeker een paar bij voor de portfolio waar ik eerstdaags eens aan ga werken. De onderwerpen waren niet vanzelfsprekend sexy: er zat geen Melody Gardot of Erykah Badhu tussen; al waren ze wel zeer begerenswaardig met mensen zoals Wynton Marsalis, Muhal Richard Abrams, George Lewis, Roscoe Mitchell en Pharaoh Sanders. Van Sanders had ik dood- en doodgraag een analoge zwart/wit foto had gemaakt (maar de man was niet happig op foto’s). En hey, gisteren stonden er drie van mijn foto’s in De Morgen afgedruk, waarvan één bijna paginagroot (als iemand mij de PDF van die bladzijde eens zou kunnen/willen doorsturen zou mij dat zeer plezieren ontvangen –dankuwel!). Fantastisch toch?