coffeecoffee buzzbuzzbuzz

Geen nieuws van het koffiefront. Vanochtend toen ik ging lopen trok ik vol moed de deur open, enkel om nog steeds geen pakje op de brievenbus te vinden. Óp de brievenbus, want zo’n pakjes passen natuurlijk niet ín die very cute maar niettemin very small Amerikaanse brievenbussen. Straks als ik terugkom, dacht ik vol goede moed.

Gisterenavond, net voor ze gretig begon te snurken en ik dus de slaap niet kon vatten, had Tessa immers nog voorspeld: “ik heb het gevoel dat er morgen een pakje gaat zijn.” En dan mag u daar gerust het uwe van denken –dat doe ik normaal gezien ook– Tessa’s voorspellingen zijn hier in Seattle al allemaal uit gekomen. Ze heeft er nog maar twee gedaan (die van dat pakje inbegrepen), daar kan het ook aan liggen, maar toch, toen ze dinsdagochtend naar het werk vertrok, had ze voorspeld dat ik die dag iets over mijn fototoestel zou horen, en voorwaar, later die dag kwam inderdaad het verlossende telefoontje.

Maar helaas, ook toen ik van het lopen terugkwam, lag er geen pakje.

Noch toen ik met Henri inkopen ging doen, noch toen we van die inkopen terugkeerden, was er een pakje te bespeuren.

Kirby (u mag zijn naam gerust weten, ik heb tenslotte zijn adres –dat eventjes het onze is– op het internet gezet) had ons gisteren verteld dat hij een sleutel van zijn garagepoort had laten bijmaken, en dat we dus vanaf vandaag ook zijn fietsen konden gebruiken (we worden hier nogal in de watten gelegd). Toen we van de boodschappen en de lunch terug thuis kwamen was Henri niet meer te houden. “Op voorwaarde dat we daarna koffie gaan kopen”, was mijn flauwe tegenvoorstel, want dat doet hij maar al te graag.

Edoch!

Laat ik even een pause dramatique inlassen.

Wat stond er ons óp de brievenbus op te wachten, toen we van ons fietstochtje terugkeerden? Een pakje! Voor Henri. (Blijdschap en droefnis tegelijk.)

Edoch!

Wat stak er ín de kleine brievenbus? Een pakje! Voor mij! (Blijdschap alom.)

we're in Seattle, baby we're in Seattle, baby

Mijn Grote Dank en Erkenning gaat dan ook naar Els P. uit het verre Gent die gehoor heeft gegeven aan mijn smeekbede. Vanochtend had ik het laatste beetje min of meer deftige Seattle koffie gemalen, maar de Misore van de Mokabon heeft hier toch zijn gelijk nog niet gevonden. Ik heb maar een fractie van de hoeveelheid Amerikaanse koffie nodig om het haar op mijn armen recht te laten staan. Heel erg bedankt, het smaakt fantastisch.

En dank aan oma N. van Henri voor de boeken, zo staat hij op mijn rug te mokeren.

U ziet twee blije mensen in die spiegel. Maar als u het mij vergeeft, ik ga even mijn tweede kop koffie zetten. Ik heb heel wat schade in te halen. (Dankuwel Els!)

boeken 200804

Geheel tegen alle verwachtingen in, heb ik toch nog twee boeken gelezen, deze maand. Het moet zijn dat we onze draai toch al een beetje hebben gevonden, hier in het verre Amerika.

Wat mij een klein beetje tegensteekt aan Murakami’s schrijfsels, is de bijna kinderlijk-onschuldige manier van vertellen, dat ik lange tijd als een gebrek van de vertaler heb aanzien. Ik heb de auteur nu echter al door drie verschillende vertalers gelezen, en allen vertalen ze op dezelfde manier. Spijtig dat ik geen Japans ken (hey, anders kon ik ook tattoos vertalen). Maar misschien schuilt ook daar ook ten dele de kracht van Murakami in. De meest gewaagde (nu ja) zaken kan hij zo op vanzelfsprekende manier beschrijven, of het nu gaat om sex of iemand de kop in slaan.

Van dit boek heb ik in elk geval genoten. Het is nogal groot in omvang, maar elk blad leidde tot noodzakelijke vooruitgang in het verhaal. Oorspronkelijk eindigde het boek met het tweede deel, achteraf heeft de auteur er nog een derde deel aan gebreid, waardoor de omvang meteen ook verdubbelde. Aanzie het als een lange wandeling met vreemde gebeurtenissen, laat u gewoon meedrijven en geniet.

The Ruins is zo commercieel als maar kan zijn. Zonder enige twijfel geschreven met een verfilming in het achterhoofd, getuige daarvan die paar gratuite en niets ter zake doende sexachtige scènes (die door heel bevreemdend over komen –het past er gewoon niet in), en de knulachtige aanloop tot een sequel (het einde is goed, maar die paar laatste zinnen staan er enkel om eventueel een vervolg te kunnen schrijven). Maar het boek/verhaal is wel meeslepend. Ik heb het in ongeveer één weekend uitgelezen, zaterdag gekocht, maandagochtend was het uit, en dan alleen omdat ik zondag te moe was om dan verder te lezen. En ik heb meteen het ander boek van Smith gekocht.

  1. De opwindvogelkronieken / Haruki Murakami / 2007 / ****
  2. The Ruins / Scott Smith / 2008 / **

0 te vermijden / * slecht, maar leesbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch (meer uitleg bij de quotering)

(boeken vorige maand)

view

Verschrikkelijk, die Mike Stacey. Ge kunt zijn flickr account niet op, of hij heeft alweer een prachtige foto geüpload.

Het is gewoon fantastisch hoe hij zo’n schitterende kleurengradaties kan vastleggen: voldoende kleur, maar niet overgesatureerd; voldoende discreet, maar niet “plattekes“. Hij werkt op large format –vanzelfsprekend– maar dat uit zich niet op internet; ik ben benieuwd wat dat geeft op print. En hij gebruikt Portra NC.

En dan heb ik onlangs deze mens (her)ontdekt, Gregory Crewdson (ik denk ergens via een link op flickr ook), en dan blijken al zijn foto’s minutieus in scène gezet. Hij doet er maanden over om zijn foto te concipiëren. Ook al gemaakt met een large format view camera (hij staat met een 10×8 op zijn wikipedia foto, geloof ik).

copyright Gregory Crewdson

Wat voor een fantastische details moet dat niet geven op zo’n grote print. (En hoeveel moet dat allemaal niet kosten.)

recuperatie

Zoals verwacht tracht ik het hier redelijk rustig te houden, vandaag. Labour Day mag dan wel pas plaatsvinden in september, hier in de USA, ik lig op mijn gemak in de zetel een boekje te lezen. Veel meer kan ik ook niet doen, want mijn hoofd bonkt, mijn benen willen niet mee, en mijn ogen vallen dicht. Niet dicht genoeg om Henri geen les te kunnen, jammer genoeg voor hem –maar hij heeft gisteren een vrije dag gehad. En we houden het –zoals vermeld– rustig.

(Al heeft de telefoon nog niet stil gestaan, vandaag. Volgende week vertel ik u daar meer over, maar ik heb duidelijk minder schroom dan thuis om mensen op te bellen.)

De combinatie van een uur te lopen + bijna onmiddellijk daarna meer dan 7 km (uphill) te wandelen, blijkt niet meteen voor herhaling te zijn. En vanavond gaan we in het kielzog van gastheer K. wat gallerijen bezoeken, dus ik sluit nog even de ogen.

Grand Opening

Toen we bij Photo-tronics mijn camera gingen ophalen, waren we eigenlijk vlakbij de Space Needle. Henri wou er maar al te graag heen, maar ik zag het op dat moment niet meteen zitten, omdat we reeds redelijk wat achter de rug hadden, maar dat er ons eigenlijk nog een heleboel meer te wachten stond. “Voor het einde van volgende week gaan we ernaar toe”, beloofde ik hem.

Het protest viel mee, waarschijnlijk (hopelijk) omdat hij weet dat ik van mijn woord ben. Of we dan eens tot aan het water konden gaan? Een straat of twee verder zagen we Lake Union schitteren in de zon, en het lag niet eens ver uit de weg om er langs te gaan. Toen we het water bereikten was de hemel nog rdelijk zwaar bewolkt (zie foto hieronder), maar toen we dat brugje waren over gelopen, brak plots de zon door.

we're in Seattle, baby

Aan de overkant wachtten ons een heleboel mensen, en een grote pancarte maakte ons duidelijk dat het Lake Union Park uitzonderlijk open was vandaag tussen 11.00am-1.00pm. Het eerste deel van een geplande verbouwing (opening in 2010) was afgelopen, en werd door burgemeester en notabelen plechtig ingehuldigd. De brug, waarlangs we zopas het water waren overgestoken, was luttele minuten voordien geopend.

we're in Seattle, baby

Er waren allerlei festiviteiten aan de gang, met free food and drinks, waarvoor de rijen ons echter iets te lang leken om aan te schuiven. Er werd zalm gerookt, er werden boottochten georganiseerd, er was een Bubble Man (zeepbellenblazer), en we mochten overal vrijelijk in en uit.

we're in Seattle, baby we're in Seattle, baby

Zo ook op het stoomschip Virginia V, waar Henri ijverige de rugzak-met-wieletjes mee naartoe rolde. Een beetje verder zagen we overigens het FHCRC liggen, maar Tessa vertoefde dan nog in het UW Hospital voor de rondes.

Maar ik denk dat hij het leuk vond.

we're in Seattle, baby

we're in Seattle, baby

we're in Seattle, baby

we're in Seattle, baby

5D: back in business

we're in Seattle, babyHet verlossende telefoontje kwam gisteren. Ik kon nog net de drang onderdrukken om de 23 blocks naar beneden te spurten, maar vooral het besef dat ik de 3,5 km nadien opnieuw moest opklimmen, bezweerden mij dat het al laat op de namiddag was, en dat ik er maar beter een nachtje kon laten over gaan. In mijn redenering was ik inderhaast vergeten dat er vanochtend een run op het programma stond, ik vrees dat er wat spierpijn ligt aan te komen.

Geheel in eerste-meistemming heb ik Henri vandaag dan maar vrijaf gegeven, en vanochtend trokken we –te voet zoals steeds– naar Photo-tronics. Henri had zijn rugzak-met-wieltjes meegenoen, omdat hij liever onmiddellijk daarna ook de boodschappen wou halen. “Anders moeten we eerst nog naar huis, en dat is een omweg.”

Meer dan 7 km hebben we gestapt –met een intermezzo (daarover meer in een volgende post)– en we waren dan ook totaal uitgeput toen we vanmiddag terug hier toekwamen. 386,95 USD armer, maar met een werkend toestel. (Als het nu nog eens kapot gaat, dan zou het wel eens kunnen dat ik de digitale fotowereld voor een tijdje vaarwel zeg.) Ik heb drie maanden garantie op de herstelling, dus ik zit al zeker goed voor de duur van ons verblijf hier.

“Papa,” spraak hij half verontwaardigd toen hij met met het fototoestel zag prutsen, “de eerst foto die je maakt zal er toch wel één van mij zijn, zeker?!” En hij nam onderstaande pose aan. (En dan die op de foto hierboven.)

we're in Seattle, baby

Och, ik ben maar al te blij dat hij wil poseren. (Ja hij ziet wat bleekjes. Het was slecht en hard middaglicht. En we komen eigenlijk niet zoveel buiten, met al die regen hier.)