afwezigheidsbericht

Vrijdag stak er een briefje in de bus: “Vandaag zijn wij bij u langs geweest voor de levering van een zending.” Om 12u20, luttele minuten voor ik thuis was gekomen van de wekelijkse persconferentie van het Gentse Stadsbestuur, had Taxipost mijn Crumpler Leather Daily Limited Edition proberen te bestellen. Geen nood, van alles opties bij het bericht, stond het eerste aangekruist: “Uw zending wordt de volgende werkdag opnieuw aangeboden door een chauffeur van De Post.” Gemakkelijk.

Maandag was evenwel paasmaandag, dus dan werkt de post niet. Dan wachten we gewoon tot dinsdag. Tessa had een zeldzame verlofdag opgenomen, dus we hadden een heleboel gepland… nadat ik mijn pakje mocht ontvangen. Negen uur, tien uur, alle uren van de dag zag ik voorbij tikken. Iets voor vijf heb ik dan maar gebeld.

“Een internationale zending?! Ah nee hé, meneer, daarvoor moet u een nieuwe afspraak maken.”

“Excuseer? Op mijn briefje staat…”

“Het spijt me, meneer, maar voor een internationale zending dient u een nieuwe afspraak te maken. Dat kan ten vroegste vanaf donderdag.”

“Euh. En om hoe laat komt u dan langs?”

“Dat kunnen wij niet zeggen, meneer, dat kan tussen 9 en 19 uur zijn.”

*zucht*

Kwaad maken helpt niet. Die mens kan er zelf ook niks aan doen, en hij blijft bovendien beleefd en vriendelijk, niet alleen in zijn woordkeuze, maar ook met zijn intonatie. Dezelfde avond, iets voor 19u heeft hij overigens teruggebeld om de aflevering te bevestigen. “Ja hoor meneer, ik kan bij het order plaatsen dat u de bestelling bij voorkeur zo vroeg mogelijk op de dag wenst te ontvangen.” (Om 10u30 vandaag heb ik mijn pakje ontvangen.)

Maar zo moeilijk kan dat toch niet zijn, om het juiste vakje op dat briefje aan te kruisen?

[wijvenweek] mannen

God maat, mannen. Ik ga daar niet over beginnen. “Elke vrouw wilt een mannelijke man als ik het zo lees,” zei ik gisteren nog, vol van mij eigen spitsvondigheid, “en tegelijkertijd moet hij wel gans het huishouden doen.”

“Gelijk gij he schat,” kwam het snel, terwijl ze zich wulps in mijn armen sloot. Ach, ze kent mij zo goed. (En mannen zijn zo gemakkelijk te bespelen, laten wij vrouwen dan maar denken.)

Toen ik ongeveer zes jaar oud was zat ik in de Gordy Tips aan de Dendermondsesteenweg in Destelbergen, vlakbij de oprit van de R4, vlijtig in Suskes en Wiskes te lezen, terwijl mijn moeder gordijnstoffen uitkoos. Die strips lagen in een speciaal daartoe voorzien kinderhoekje, zodat de moeders op hun gemak konden rondkijken –marketing bestond reeds in de jaren 70. Bij mij in dat hoekje zat een meisje, dat natuurlijk –want zo zijn meisjes– net dát stripverhaal wou waarin ik aan het lezen was. Ik denk dat ik er een kusje voor heb gekregen.

Nadien heb ik nog vele meisjes leren kennen, maar geen enkel trachtte mij mijn stripverhaal afhandig te maken. Mijn cola, mijn ijsje, mijn t-shirt, mijn mobilette, mijn eigendunk, dat wel, maar ach, geen van die meisjes is mij eigenlijk bij gebleven –behalve dat meisje in de Gordy Tips.

Toen ik twintig was, stond ze daar opnieuw. Niet in de Gordy Tips, maar in een computerlokaal van het ARC (RekenCentrum van de RUG) stond een Bavomeisje in groen uniform met blonde poedelkrullen. “Dat is mijn vrouw,” flitste het door mijn hoofd, met een vanzelfsprekendheid waar geen enkele argumentatie tegenop zou kunnen. Nog geen half jaar later waren we samen, en dat zijn we –na 18 jaar– nog steeds, ik en dat meisje uit de Gordy Tips.

Lees meer wijvenblogs tijdens de wijvenweek.

teneinde (i)

Momenteel ben ik in vanalles een beetje verdwaald. ‘Vanalles’ zijnde de voorbereidselen voor on Grote Avontuur. Ganse lijstjes zitten in mijn hoofd, maar raken maar niet op papier; heelder zaken die nog moeten worden afgewerkt en bijgesteld en opgelost.

GSM-abonnement
Bij Mobistar hebben we een Family formule, waarvoor we zo’n 50 euro per maand betalen, en waarmee we over genoeg beltijd beschikken om naar elkaar en anderen te bellen en te SMS’en. Ik kan mij voorstellen dat die formule niet geldig is voor belmomenten in het buitenand, en ik kan mij nog beter voorstellen dat ik geen 50 euro per maand ga betalen voor iets wat we niet gebruiken. Ik denk dat ik eens van die Tariff Check dienst gebruik ga maken.

Telenet-abonnement
Zelfde verhaal als voor de GSM.

Krantenabonnement
Werd opgeschort van het vertrek tot de terugkomst.

Nutsvoorzieningen
Dat is heel gemakkelijk: als ge het niet gebruikt, moet ge er niet voor betalen. Dacht ik toch.

De post
De postwisseling zelf is niet meteen een probleem. Er zal hier bovendien gemiddeld meer activiteit zijn, dan wanneer wij zelf thuis zijn. We hebben een gans netwerk van vrienden en kennissen die regelmatig langskomen, potentiële inbrekers betrappen (al gaan we toch ook vakantietoezicht aanvragen), katten en vissen eten geven, de tuin bewerken, én de post van de vloer rapen. Aangetekende zendingen zullen dan maar moeten wachten. Rekeningen betalen is gemakkelijk: wat niet gedomicilieerd is, kan via internet banking.

[wijvenweek] shoppen

“Schat,” klinkt het vaak des zaterdags, “ik moet nog iets hebben uit de stad. Zullen we gaan ontbijten bij Bloch?” En als ze het zelf (zo) voorstelt, dan weet ik alras hoe laat het is.

Ik shop (niet) graag. Ik weet het niet. Echt niet. Ik vind dat kleren te veel geld kosten. Veel te veel. En dat iedereen naar mij staat te kijken als ik iets pas. En dat ik het een verschrikkelijk gedoe vind om de juiste maat eruit te halen, en daarbij dan nog het juiste model dat op de goede plaatsen wel aansluit en op nog betere plaatsen niet.

Ik volg de mode niet. Totaal niet. Geef mij maar een jeans of als het echt moet zoiets casuals, en dan een onderhemd, met een t-shirt in de zomer of een pull in de winter. Onderhemden (of (onder)lijvekes) zijn zeer belangrijk overigens. Een extra laag om de koude tegen te houden in de winter, een extra laag om zweet tegen te houden in de zomer.

Maar shoppen.

Een keer, hooguit twee keer per jaar stap ik zo een aantal winkels binnen om snel de schappen af te wandelen en niks te vinden. Of wacht, dat toch, of nee, daar ben ik nu wel serieus te oud voor geworden. En dan shop ik enkel voor mezelf. Hoogst uitzonderlijk shop ik met iemand mee. Want dan moet ik wachten en smiezen en plotten en zien of dat wel past of nee toch niet en dat is wel leuk maar dat is te duur en ik ga dat eerste nog eens proberen want dat was toch beter.

Nee, ik shop niet mee.

Tenzij het boeken zijn. Of strips. Of tijdschriften. En dat is leuk, want daarvoor moet ik geen zeven winkels aflopen, maar ik kan gerust een uur in dezelfde spenderen.

Of gebruiksvoorwerpen. Waarvoor ik dan eerst dagen, soms zelfs weken of maanden ga window shoppen op het grote internet. Of die specificatie wel klopt, en of ik dat nu echt nodig heb, die koekjesvorm, dat fototoestel, en waar ik nu de beste bloem kan halen en wanneer die verdomde iPhone nu eindelijk in België wordt uitgebracht om hem dan uiteindelijk toch niet te kopen.

Of tassen. Ge kunt er niet genoeg hebben. Een boekentas van Texier, een rugzak van Haglöfs, een tweede van Jack Wolfskin (voor op de motor), een schoudertas van Hedgren, een van Offermann, een van Manhattan Portage, een rugzak van LowePro en een Billingham Hadley Pro voor het fotomateriaal, en nog een schoudertas van Tumi.

Euh, sorry. Er wordt gebeld. Dat zal de Crumpler Leather Daily Limited Edition zijn die ik via ebay nieuw heb kunnen kopen.

Lees meer wijvenblogs tijdens de wijvenweek.

Busted!

Toen we terug thuis kwamen van Parijs stak er tussen de hoop correspondentie een wit linnen zakje, iets groter dan een halve A4 (iets langer vooral). Aan de buitenkant kleefde een luchtpost vignet en Customs Declaration formulier van de USPS. Op het adreslabel was in mooie letters Fray geprint. Het zakje is hier tot vandaag ongeopend blijven liggen. Ik wist immers wat erin zat, en ik wou er een foto van nemen voor ik het opende, maar dat kwam er maar niet van.

Busted!

The Fray is een van de oudere websites, en had zich als doel gesteld verhalen te verzamelen. Er werden zelfs heuse vertelavonden georganiseerd waarop iedereen zijn ding live kon brengen, en het gebeuren werd al gauw redelijk populair. In mei van 2005 sloot The Fray haar deuren, om zich te herbronnen.

Begin dit jaar gingen de deuren van de website opnieuw open. Dezelfde focus op verhalen bleef behouden, met dat verschil dat ze nu ook worden verdeeld via een magazine, waarvan er één editie per kwartaal is gepland. De meeste verhalen kunnen ook online worden gelezen, maar zo’n tijdschriften in uw handen houden, dat blijft toch nog steeds een onbeschrijflijke meerwaarde hebben. Meer had ik niet nodig, en voor ik het goed besefte, had ik op de subscribe now knop geklikt, en een Toe-Dipper exemplaar besteld om eens te proberen.

Proberen, ja, want het blijft duur, om zoiets uit Amerika te laten overkomen. McSweeney’s is nog zoiets waar ik graag een abonnement op zou nemen. Maar zo duur: overseas shipping ranges from $20-$85!

Ich bin ein Weib

Gisteren besloot ik deel te nemen aan de wijvenweek. Nu besef ik best dat mijn geslacht andere kenmerken vertoont dan u van een wijf zou verwachten, maar ik kan u verzekeren dat ik met het gemiddelde wijf genoeg overeenkomsten vertoon om aan zo’n week te kunnen deelnemen. Mijn lijf, mijn huishouden, en mijn kind, daar kan ik zonder problemen over schrijven –zelfs over productjes en crèmes. Ook over shoppen (al zal dát anders zijn dan voor het gemiddelde wijf) en mannen (of in mijn geval: vrouwen) kan ik best een boompje opzetten.

Dus schreef ik niet alleen mijn eerste post, ik stuurde ook een mailtje richting wijvenweek om als deelnemer in hun lijstje te worden opgenomen.

Beste wijven,

Als er een onderdeel “Anderstalig” voorzien wordt, behoort een onderdeel “Mannen” dan ook tot de mogelijkheden? U hoeft mij daarom nog niet op te nemen in wijvenblogs.be (beter niet zelfs), maar eventueel wel in het lijstje van deelnemers aan wijvenweek.be? Of geldt emancipatie enkel voor vrouwen?

http://blog.volume12.net/

U ziet maar.

–bruno.

En wat denkt u? Ich bin ein Weib

[wijvenweek] mijn manlijf

Bon, ik zie niet in waarom de wijvenweek exclusief aan het vrouwelijk geslacht zou moeten worden voorbehouden. Emancipatie, meneer, mevrouw, en wettelijk gezien moeten alle vacatures beschikbaar zijn voor zowel mannen als vrouwen. Dus ik doe mee. Nèh.

/trekt aan Huug zijn mouw

Het onderwerp van vandaag is het lijf (m/v), en terwijl sommige vrouwen dat naar de letter nemen, beginnen anderen al meteen met productjes en crèmes te goochelen. Wij doen mee.

Dat lijf, ja, dat is er. En het is er al in vele maten en gewichten geweest. Op mijn zwaarst zat ik rond de 78 (ik meet één meter tachtig), heden zweef ik tussen de 65-67. Ik heb er nooit wreed mee ingezeten, tot ik op een bepaald moment voor een levensverzekering een fietstest moest afleggen bij de dokter. “Ge zijt net geslaagd,” was het verdict, “enfin, eigenlijk net niet, maar ik zal het door de vingers zien. Verzekeraars zijn uitzuigers.”

Voor mij klonk er toen een luid waarschuwingssignaal, en ik ben daags nadien met een dieet begonnen. Een echt dieet was dat niet, ik ben gewoon gestopt met snoepen. Op een kleine twee maand ben ik toen een achttal kilo’s kwijt gespeeld, tot een mooie ronde 70. Na de eerste maand ben ik ook wel meer op mijn voeding beginnen letten: ’s morgen Special K met banaan, ’s middags een ruime portie groenten met wat brood, en ’s avonds een warme maaltijd.

Eigenlijk ben ik daar toen iets te ver in gegaan, en op een bepaald moment woog ik net geen 64 meer. Ik heb ten andere nog steeds een broek uit die periode, eentje van Sisley, die we op reis in Portugal hadden gekocht, en waar ik nadien nooit meer ben in geraakt. Nu zit ik op een gezond gewicht, en omdat ik regelmatig loop hoef ik niet echt verschrikkelijk te letten op wat ik eet. (En op de dagen dat ik niet loop, doe ik nog wel een stuk of wat crunches en pruts ik wel eens met kleine gewichten.)

Bof, ik heb niet echt te klagen. Niet dat alles perfect is (verre van, en dat hoeft ook niet), maar ik heb er niet meteen complexen over. Maar hey, ik ben een man van den ouden stempel, ben nooit bij de scouts geweest, dus ge zult mij niet snel in een korte broek zien rondlopen. Euh, behalve om te hardlopen dan, maar dat doe ik als het koud is zelfs in tights. Oh, en dienaangaande: beste juffroukes, mijn gezicht, dat bevindt zich zo’n halve meter hoger.

Lees meer wijvenblogs tijdens de wijvenweek.

Melly’s bananenbrood

Ach, ik ben geen nieuwe man. Al kijk ik op tijd eens stond wel eens naar zo’n wijvenfilms, mijn voorkeur gaat eigenlijk nog net iets meer uit naar wijvenboekskes. Vaak staan er recepten in, en al zijn die niet altijd interessant om klaar te maken, de prentjes die erbij staan, maken vaak veel goed. In de Elle Eten (nr.1 2008) vond ik op pagina 83, in een piepklein kadertje naast een verheerlijking van de Amsterdamse Melly’s Cookie Bar, een recept voor bananenbrood.

Volgens het magazine maakt Guillermo Mellicovskty die cake nu al negen jaar op dezelfde manier. En volgens hun website kost de cake er 1,80 euro per plak, of 14 euro voor de hele cake. Maar of die dan zo groot is als wat we hier volgens dit recept klaarmaken, durf ik toch te betwijfelen. Misschien moet ik maar eens naar Amsterdam om het zelf uit te zoeken. Het is al járen geleden dat ik naar nog eens geweest ben, maar het zal tot na Seattle moeten wachten.

Benodigdheden

  • 300g tarwebloem (witte bloem dus)
  • 200g suiker
  • 240 ml zonnebloemolie
  • 3 eieren
  • 1 zakje bakpoeder
  • 2tl vanillesuiker
  • 3tl kaneel
  • 4 in plakjes gesneden bananen

Melly's bananenbrood Melly's bananenbrood

Op twee dagen tijd (zaterdag en zondag) heb ik deze cake al twee keer gemaakt –echter in twee variaties. Zaterdag had ik geen zonnebloemolie in huis, dus heb ik hem met gewone (gezouten) boter gemaakt. Tessa heeft echter zonnebloemolie meegbracht toen ze zaterdag toch de stad in trok, en zondag heb ik de cake dan met zonnebloemolie gemaakt. En er is wel degelijk een verschil.

Er is niet alleen een verschil in smaak, het doet ook heel raar om zo 240ml vetstof in een beker uit te meten, en dan te gebruiken. Boter ziet er gewoon anders uit, minder vet, terwijl zonnebloemolie eigenlijk gezonder is. Boter bestaat immers voornamelijk uit verzadigde vetten, en plantaardige oliën, zoals zonnebloemolie, bevatten grotendeels onverzadigde vetten en zijn daardoor ‘gezonder’. Beide varianten zijn evenwel heel lekker.

De eerste keer heb ik inderdaad vier bananen gebruikt, de tweede keer heb ik mij tot drie bananen beperkt. Ik vind de tweede versie beter, Henri vond de eerste versie beter. Ook de andere ingrediënten heb ik een beetje aangepast naar mijn eigen smaak. De ingrediënten voor het aangepast recept:

  • 300g tarwebloem (witte bloem dus)
  • 200g suiker, waarvan 2 zakjes vanillesuiker, 150g bruine suiker en de rest rietsuiker
  • 240 ml zonnebloemolie
  • 3 eieren
  • een half zakje bakpoeder
  • kaneel
  • speculooskruiden
  • 3 in plakjes gesneden (rijpe) bananen

(De bruine suiker die ik gebruik is kandijcassonade bruin van Candico.)

Zo gemaakt

Een recept stond er niet echt bij, in het kadertje. Meng de ingrediënten en bak ze in ongeveer een uur tijd in een oven van 180°C, zo werd vermeld. Niet goed.

Meng eerst de suiker met de vetstof. Indien u boter gebruikt, moet u die flink met de suiker(s) opkloppen; in het geval van de –vloeibare– zonnebloemolie is er van opkloppen niet echt sprake, maar mengt u alles gewoon goed door.

Voeg er dan de eierdooiers aan toe, en bewaar de eiwitten afzonderlijk. Snij de bananen in plakjes, en nijp ze eens goed samen in uw hand als u ze bij de suikermengeling voegt. Opnieuw goed roeren.

Meng in een andere kom de droge ingrediënten: de bloem met de specerijen en het bakpoeder. Klop de eiwitten in een derde kom flink stijf.

Verwarm de oven voor op 190°C.

Melly's bananenbrood Melly's bananenbrood

Voeg –beetje bij beetje (ongeveer in drie keer)– het bloemmengsel bij het suikermengsel, en meng dit goed. U bekomt een redelijk plakkerige en ’taaie’ mengeling. Als dit alles goed gemengd is, voegt u ook voorzichtig het opgeklopte eiwit toe. U zal zien dat het mengsel plots veel luchtiger wordt.

Giet het mengsel in een licht ingevette en met bloem bestoven vorm. Plaats de vorm in de oven en verminder de temperatuur naar 180°C.

Na ongeveer drie kwartier vermindert u de temperatuur naar 170°C; nog een kwartier later vermindert u de temperatuur tot 160°C.

In totaal heb ik de cake zo’n anderhalf uur laten bakken. De baktijd is ten dele ook afhankelijk van uw bakvorm. Ik gebruik mijn gewone springvorm, en die is eerder smal en hoog, waardoor het langer duurt eer ook het midden van de cake volledig gebakken is. Als uw bakvorm breed is, zal de laag beslag dunner zijn, en dus ook sneller gebakken worden. Om zeker te zijn dat uw cake klaar is, kan u steeds een brei- of brochettenaald in de cake steken. Als die er weer droog uitkomt, is de cake klaar. (De cake zal donker van kleur worden. Denk niet te snel dat ze aanbakt, de verkleuring is ook te wijten aan de bruine kandijsuiker.)

Laat afkoelen, en serveer. Let op, dit is echt geen lichte kost. Wij hadden er bovendien nog een portie slagroom bij, kwestie van maar meteen goed te kunnen zondigen. Ik loop het er wel af.

Smakelijk!

wijvenweek

En ge moogt allemaal raden wat deze week bovenaan in het lijstje van De Blogoloog gaat staan. En in Blogium. Een ganse week wijvenweek, en voor daarna nog meer wijvenlectuur bij de wijvenblogs. Ik kijk er wreed naar uit.

wijvenweek

En niet voor ’t een of ’t ander, maar de dag nadat mijn madam had beslist met die wijvenweek mee te doen, wist ik er ook vanaf. Ze weet dan ook dat ik niet zomaar alles op mij weblog smijt natuurlijk.

foto

Daar klinkt mijn GSM, opgewonden van de twee SMSjes die hij mocht ontvangen. Heb je die foto van henri gekregen?, en een tweede sms die mij uitnodigt om die MMS online te bekijken. Raar, want mijn GSM kan nochtans MMS aan.

Ik ga kijken op de site van mijn GSM provider, geef de code in die ik ontvangen heb, en laat dit naar mijn inbox doorsturen:

mijn eerste mms

Aanschouw: mijn eerste MMS. De techniek staat voor niets, zeg ik u.