veelbetekenend

Kijk, ik ben helemaal niet gewonnen voor Amerikaanse toestanden waarbij iedereen voor het minste wordt aangeklaagd. Maar deze mededeling van de VVJ (Vlaamse Vereniging van Beroepsjournalisten) is tekenend voor het gebrek aan beroepsernst waarmee bepaalde journalisten zich tegenwoordig door het medialandschap bewegen.

De schadevergoedingen die de gewezen Antwerpse politiechef Luc Lamine eist van drie journalisten van de Gazet van Antwerpen, komen neer “op een flagrante miskenning van de persvrijheid in dit land”. Dat zegt de Vlaamse Vereniging van Beroepsjournalisten (VVJ) dinsdag.

[Belga, via DM Telex]

De noemer journalist mag onder geen beding een vrijgeleide zijn tot het bekladden van iemands reputatie. Ver weg is helaas de deontologie waarop de journalist van weleer prat ging. Get it first, but first get it right, het adagio van The Associated Press, is nog steeds de essentie van de berichtgeving.

Maar basis, ervaring en principes zijn al lang niet meer in de mode. (Voor wie het niet begrepen had: dit heeft niets met persvrijheid te maken.)

Restaurant Du Progrès

Om de (schoon)ouders te vriend te houden, staan wij onze zoon op al te regelmatige tijdstippen af voor een dag (of twee) grootouderlijke bonding. Meestal vallen die momenten samen met de schoolvakanties, die door strikt afwegen mooi worden gescheiden in een evenredig aantal dagen/nachten voor elk van beide partijen. Potentieel voortrekken wordt standvastig in de kiem gesmoord.

Op dergelijke dagen durven wij ’s avonds nog wel eens een stapje in de wereld te zetten. Meestal leiden onze wegen dan naar een van de Gentse cinemazalen, met een avondmaal in de Martino achteraf. Soms wordt ook het filmgedeelte overgeslaan, omdat we te moe zijn, of te hongerig. Zo ook gisteren.

Restaurant Du Progrès op de Korenmarkt is een begrip. Je kan er terecht voor scherp geprijsde lunches, maar evengoed voor een uitgebreid diner. Als je op zoek bent naar het brasseriegevoel in Gent, dan ben je op de goede plek terecht gekomen. Het is overigens reeds de derde generatie van de familie De Baets die het restaurant openhoudt, zo lezen wij op hun website.

De plaatsen zijn nipt –maar nog net goed– uitgemeten, en door de gonzende gezelligheid krijg je niet het gevoel dat je uit bord van je tafelgenoot of van de omliggende tafeltjes mee-eet. De bediening is er sympathiek en efficiënt, met de nadruk op het gemak van de klant en dus zonder je te willen buitenkijken op het einde van de maaltijd. Op vraag naar een rookvrije tafel, werden wij naar achter in het restaurant geleid, waar wij bij zo’n modern maar gezellig gasvuur mochten plaatsnemen. Zeker geen verdomhoekje, maar net zo aangenaam als de rest van het restaurant.

Du Progrès is voornamelijk een vleesrestaurant, al kan je er ook pasta’s en salades krijgen. De viskaart is beperkt (forel en tong), maar ik heb met laten vertellen dat de forel zeer lekker is. Wij kwamen evenwel voor het vlees, dat in zijn traditionele bereidingen wordt opgediend, van rundstartaar over rumpsteak, tournedos en côte à l’os naar filet pur en chateaubriand. De keuze werd er niet minder moeilijk op.

Tussen een rode martini (3,50 EUR) en een vers fruitsap (2,50 EUR) beslisten we uiteindelijk om voor een 500 gr côte à l’os (15 EUR) voor haar te gaan, en een filet pur ‘James Bond’ (met peperroomsaus met dragon en whisky –16 EUR) voor mijzelf. We bestelden een extra salade tomate (3 EUR), want je diende te kiezen tussen salade of saus bij de côte à l’os. Alles saignant vanzelfsprekend. Toen de maaltijd aan tafel werd gebracht, bestelden we nog een glas rode wijn (2,60 EUR) voor het gezelschap.

Het vlees was succulent. Botermals en zijdezacht, je had er amper een mes voor nodig. De côte à l’os was vermoedelijk in gezoute boter gebakken –iets te doordringend, volgens mijn tafelgenote, maar we gebruiken thuis dan ook zelden zout in de bereiding. De filet pur was een weldaad, en de saus complementeerde het vlees in plaats van te overheersen. Een subtiele smaak van whisky –zoals het hoort zonder enig spoor van alcohol– en vergezeld van een laagje dragon, maakten dit vlees bijna perfect. De enige verbetering die wij hadden kunnen wensen, waren handgesneden frietjes. Ook de portie was ruim bemeten. Wij waren tevreden dat we toch maar geen voorgerecht hadden genomen, terwijl er na de maaltijd ook niet echt plaats overbleef voor een dessert. Ik zal nog eens terugmoeten (met veel plezier overigens) om de crème brûlée te proberen.

De rekening klokte af op 42,60 EUR, in deze tijden eerder aan de lage kant voor twee personen. Wij komen zeker terug.

Restaurant Du Progrès, op de Korenmarkt, is open van 8.00u tot 24.00u en de keuken is doorlopend open van 11.30u tot 22.30u. Gesloten op dinsdag en woensdag.

oude huizen

Speciaal voor juffrouw i. haren huizenjacht, twee tips van een ervaringsdeskundige:

1. Als ge moet kiezen tussen een huis, dat onder uw budget ligt maar waar nog wel aan moet gewerkt worden (enkele beglazing, oude elektriciteit, dak moet vernieuwd, c.v. dateert van midden vorige eeuw); en een huis, dat een klein beetje boven uw budget ligt maar zo goed als volledig in orde staat; twijfel dan niet. Ga voor het huis dat in orde staat. Dat oud huis op termijn in orde stellen, jaagt u alleen maar op kosten. Want het budget dat ge nu niet hebt om het onmiddellijk in orde te stellen, daar moogt ge nog lang op wachten. Ge hebt immers plots een lening af te betalen, dus dat spaarpotje groeit toch wat trager dan gehoopt. En ondertussen woont ge in een huis met minder comfort en grote energiekosten.

2. Over energiekosten gesproken: ik lees in uw bericht over een Oud herenhuis […] (plafonds werden bijvoorbeeld verlaagd wegens energiebesparing, dus dat zou weer moeten veranderen) […] Geen dubbel glas.. Als het een echt herenhuis is, en dus afhankelijk van de grootte van de ruimtes, zou ik ofwel toch maar wachten om die valse plafonds eruit te halen, ofwel meteen dubbel glas laten steken bij zo’n woning. Jaja, ik weet het, wij hebben ook geen (valse) verlaagde plafonds en al evenmin dubbel glas, maar wij betalen ons dan ook blauw aan verwarming. Een (inbouw)haard (verwarmen met hout) is overigens een goed en veel goedkoper alternatief voor uw c.v. tijdens de tussenseizoenen.

Erm ja. Dat was het, denk ik. (Dommelt terug in.)

de overheid als werkgever

Er zijn twee posten vrijgekomen bij de Overheid die mij best interessant lijken. Alleen kom ik daar bijvoorbeeld vet in de problemen wanneer ik er zou trachten te solliciteren: ofwel is het loon met moeite meer dan wat ik op den dop kan krijgen, ofwel is mijn diploma niet toereikend. Ik begrijp echt niet hoe de overheid nog zo oudbollig kan zijn in haar denken. Want dan mag er nog pro forma het volgende bij geplaatst worden…

De Vlaamse overheid wil de samenleving waarvoor ze zich inzet zo goed mogelijk weerspiegelen. Kandidaten worden dan ook geselecteerd op basis van hun kwaliteiten en vaardigheden, ongeacht geslacht, afkomst of handicap.

…in de praktijk blijkt dat het velletje papier een grotere hindernis is dan mijn geslacht, afkomst of handicap.

Case in point:

1. Via Selor ontdekte ik dat men bij de FOD Kanselarij van de eerste Minister op zoek was naar Communicatiecorrespondenten. Het gaat voornamelijk over de creatie van inhoud voor de cel ‘online’ van de federale portaalsite Belgium.be. De taak is mijns inziens niet gering: als communicatiecorrespondent is men verantwoordelijk voor één of meerdere thema’s op de portaalsite. Analyse van dossiers, aanspreekpunt, ondersteuning op inhoudelijk, organisatorisch en administratief vlak. Het lijkt mij verschrikkelijk boeiend.

Alleen, de aanvangswedde (bruto jaarsalaris, reeds aangepast aan de huidige index), bedraagt 23.068,53 EUR. Dat is iets minder dan 1.700 EUR bruto per maand.

2. De Vlaamse Overheid zoekt een Coördinator voor rechtenverkenner.be. Het aanvangssalaris ligt iets beter, op 2.835,41 euro bruto per maand, maar door de vereisten kom ik niet in aanmerking (je beschikt over een universitair diploma of een diploma van hoger onderwijs van 2 cycli (HOLT)).

Moet ik daaruit concluderen dat de Overheid –alle mooie woorden vol aanmoediging en nadruk op werkervaring ten spijt– papier nog steeds belangrijker vindt dan ervaring?

en nu

Dan valt alles stil. Het ontbijt zit achter de kiezen, de lege kom werd in de afwasmachine gestoken; alle drankjes zijn stuk voor stuk gehaald ipv in één keer met de armen vol van de keuken naar het bureau te stappen, om op die manier toch maar wat meer om handen te hebben; de krant was reeds op de trein gelezen, maar de website werd er toch maar nog eens op na gekeken (je weet maar nooit of er iets vermeldenswaardig gebeurd is in de tussentijd); de e-mail gechecked (alweer, en alweer, en alweer); de RSS feeds werden allemaal afgelopen (meer internetverkeer is niet toegestaan); de darmen zijn zelfs geleegd. Maar dan valt alles stil.

Wat nu?

El Maai / El Grillo

Hoewel het niet de bedoeling was, ben ik gisteren naar een publiek toegankelijke generale repetitie getrokken in Parnassus op de Oude Houtlei. Onder de noemer Polyphonie vs Sufi traden er het Ensemble Rafik El Maai & Kamerkoor El Grillo op.

Het was niet de bedoeling, schrijf ik, want normaal gezien had er die avond gewoon een (betalend) concert moeten doorgaan, ware het niet dat om een of andere onbekende reden, De Centrale woensdag plots had besloten haar medewerking aan dit project stop te zetten. Geen nood, ondanks een behoorlijke lading stress werd besloten het concert alsnog te laten doorgaan, maar dan als generale repetitie, en zonder verdere medewerking van De Centrale. Vanavond treden beide groepen immers opnieuw op, maar dan in Anderlecht, in de Kerk O.L.V.Onbevlekt. Informatie vindt u via De Pianofabriek.

Rafik El Maai is een Marokkaan die zich enige jaren geleden in Brussel kwam vestigen. Hij treed o.a. op met zijn eigen ensemble, met qanoun, oud, tar en ney. Het belangrijkste instrument is echter Rafik El Maais stem, waarmee hij arabo-andalousische religieuze liederen brengt.

El Grillo is het Gentse Kamerkoor o.l.v. Inge Bollaert, dat ondertussen al tien jaar polyfonische muziek brengt, van Obrecht tot Tallis. U hebt er mij al eerder over bezig gehoord, o.a. over het concert dat ze brachten naar aanleiding van de Obrechtdag (2005).

Het was een goed concert. Niet meteen het beste, daarvoor was de samenwerking tussen beide groepen noch iets te weifelend, hoewel naarmate het concert vorderde dat samenspel meer en meer tot uiting kwam. Afzonderlijk stonden beide groepen heel sterk. De stem van Rafik El Maai is heel onschuldig, met een uitgebreide klankkleur. Heel standvastig ook, niettegenstaande de zanger een aantal keren blijk gaf van de uitlopers (of het begin) van een verkoudheid. Zeer fascinerende muziek.

El Grillo stond er (meestal) zoals het hoort en zoals we dat van hun stilaan gewoon zijn. Een koor moet het hebben van afwisseling, een spanningsopbouw die zich via dialoog en these-antithese naar een climax toewerkt. In de afzonderlijke stukken (o.a. Tallis en Gesualdo) kwamen ze zeer tot hun recht.

Moeilijker ging het wanneer het koor werd gebruikt als louter uniforme achtergrondmuziek voor het Marokkaanse ensemble. De diversiteit aan stemmen ging daarbij grotendeels verloren, en men zag ook dat de koorleden deze situatie wat onwenning waren. Ook de solo’s uit het koor in het anders zeer geslaagde samenspel met de arabo-andalousische muziek, kwamen minder sterk over dan bij hun normale koorzang.

Heel mooi werd het evenwel wanneer op een bepaald moment het koor bij die muziek werd betrokken als koor, dus niet als solisten of als eenheid maar net in die kracht van vraag en antwoord. Ook heel sterk was het moment waarop Rafik El Maai geïmproviseerd met sonore stem meezong met het koor tijdens (ik vermoed) het Cuncti simus concanentes uit het Llibre Vermell de Montserrat.

In elk geval een geslaagde avond, en ik zou zeer geïnteresseerd zijn om te zien of zo’n samenwerking verder kan worden uitgediept en gestructureerd. Volgens mij ligt daar nog prachtige muziek in het verschiet.

knopen

Er zijn een aantal knopen (niet) doorgehakt vandaag. Een aantal dingen zijn in elk geval duidelijker geworden, en een aantal zaken staan nog (steeds) op til. Over sommige zaken zal u heel binnenkort iets vernemen, over andere misschien pas binnen een paar maanden, of misschien zelfs nooit, indien u de schaarse aanwijzingen die her en der zullen worden verstrooid, niet volgt.

Eén iets was de evidentie zelve, maar soms zie je de zaken niet, als ze vlak voor of onder je eigen neus liggen. Hou in elk geval november in de gaten, want het kan voorbij zijn voor u er erg in hebt.

(Overigens: bijna had ik een nieuwe creuset mee, maar ze hadden mijn kleur niet op voorraad. Niks erg, ik was al erg getroost door te weten dat waar ik naar op zoek ben, bestaat.)

amazed

Baby I’m amazed at the way you love me all the time
Maybe I’m afraid of the way I love you
Baby I’m amazed at the the way you pulled me out of time
Hung me on a line
Maybe I’m amazed at the way I really need you

Baby I’m a man and maybe I’m a lonely man
Who’s in the middle of something
That he doesn’t really understand
Babe I’m a man and maybe you’re the only woman
Who could ever help me
Baby wont you help to me understand

(lead solo)

Baby I’m a man and maybe I’m a lonely man
Who’s in the middle of something
That he doesn’t really understand
Babe I’m a man and maybe you’re the only woman
Who could ever help me
Baby wont you help me understand

Baby I’m amazed at the way you’re with me all the time
Maybe I’m afraid of the way I leave you
Baby I’m amazed at the way you help me sing my song
You right me when I’m wrong
Maybe I’m amazed at the way I really need you

Maybe I’m Amazed (Paul McCartney, 1970)

descansa en paz

Vanochtend bevonden wij ons op het Vossenplein (place du Jeu de Balle –ze zijn daar al even koppig als in Gent, met hun straatnaamvertalingen), in het hartje van de Marollen. Aan het plein bevindt zich ook het befaamde eethuis De Skieven Architek (dat prominent getoond wordt in de nieuwste Ric Hochet), en men hield er toen wij er kwamen ook een “oude markt”.

De begrafenis van A. vond er plaats in de Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt-kerk. Als u nog steeds denkt dat de Vlamingen strikt religieus zijn, dan wordt het tijd dat u een Spaanse mis meemaakt (maar hopelijk wel in andere omstandigheden). Het overgrote deel van de mis stonden we recht. Gezeten werd er enkel tijdens twee korte interludia, en toen de mensen van de communie terug naar hun plaats keerden.

De communie was overigens een spannend moment, want ik had gevreesd dat ik zowat de enige zou zijn geweest die niet ter communie zou gaan. Maar hooguit een vijfde van de kerkgangers ging de hostie halen.

De mis was geheel in het Spaans, en zette aan met Nearer, My God, to Thee, het lied waarvan wordt beweerd dat het werd gespeeld door de muzikanten van de Titanic toen het door de golven werd verzwolgen. Een wat oudere, magere man zat achter een orgel bij het altaar, en begeleidde zichzelf terwijl hij de Spaanse woorden door een microfoon kermde. Had men mij verteld dat ik in een begingeneriek voor Almodovar was terecht gekomen, ik had het terstond geloofd. De normale liturgie werd afgewisseld met meer dergelijke smachtende gezangen.

Met normale liturgie bedoel ik overigens de mis in zijn meest uitgebreide context, met schuldbelijdenis, eerste lezing, tweede lezing, evangelie, homilie, offerande, geloofsbelijdenis, onze vader, communie, etc. Er was zelfs een ritus pacis waarin we iedereen in onze buurt vrede dienden te wensen (in een mengelmoes van talen).

Aan het einde van de mis werd de kist naar een nis, gewijd aan de Onbevelekte Lieve Vrouw voor wie de kerk was gebouwd, gebracht alwaar iedereen die dat wou een laatste groet kon uitbrengen. Schrijnende beelden: ik bevond mij vlak naast die nis en heb de ganse familie de groet zien uitbrengen. Als ouder je kind ten grave dragen, moet vreselijk zijn.

Estarás para siempre en nuestro corazones” stond er op het overlijdensbericht, “Descansa en paz dulce angel, A.” Hopelijk heb je de rust gevonden die je zocht.