il nostro nuovo automobile

Car shopping was een succes. Binnenkort zijn we de gelukkige eigenaars van een nieuwe Lanica Y. Inderdaad, opnieuw Italiaans.

Dit weekend komt het nieuwe model uit, maar wij hebben ervoor geopteerd een van de ‘oude’ modellen aan te kopen (voornamelijk wegens de overtuigend grote korting die we daardoor hebben verkregen). De Alfa wordt bovendien door de garage overgenomen, waardoor we onze Lancia echt aan minimumprijs krijgen (inclusief airco, lederen zetels, etc).

De Lancia Y is een lekker kleine stadswagen, die toch wel de rit naar Brussel kan overleven –al schik ik zo min mogelijk met de wagen naar Brussel te gaan. Bovendien scheelt het ook weer een stuk in verzekering en benzine, en in onderhoudskosten. Allez, voor wie het zwart op wit wilt: we zijn best tevreden.

(zie ook deze fansite; absoluut patent is ook de New Lancia Fulvia Coupé)

don’t fence me in

De garage achter en onder het gebouw waar ik werk is afgesloten door een hek. Om in de overdekte garage onder het gebouw te geraken moet je bovendien nog eens door een andere poort.

Om het hek te openen heb je een code nodig. Om de poort van de garage te openen heb je een magnetische sleutel nodig. Om vervolgens op de tweede verdieping binnen te geraken, moet je eerst een alarm passeren (alweer een code) en vervolgens een magnetische kaart + code gebruiken om de deur te openen.

Het hek gaat ’s ochtends automatisch open om 7uur. ’t Is te zeggen, het zou om 7uur moeten open gaan. In realiteit gaat het pas open om 7u04, maar het is niet ongebeurlijk dat ik moet wachten tot de concièrge toekomt om het hek voor mij te openen (rond 7u20). De code om het hek te openen heb ik immers niet.

Dat leidt soms tot grappige situaties. Ik wéét dat het hek opent om 7u04; en vaak ben ik ook een van de eersten in het gebouw. Dus ’s ochtends wacht ik gewoon aan het hek, op de motor, tot 7u04. Maar soms wordt dat solitaire wachten verstoord door een yuppie die beslist heeft een beetje vroeger te beginnen, en die dan met veel geweld zijn wagen tot vlak aan mijn achterband parkeert. En dan heel even wacht, zijn gaspedaal een paar keer induwt, en met zijn grootlichten wat flikkert.
Dan kunner er twee dingen gebeuren: of hij moet verbijsterd wachten tot 7u04, of hij stapt met een zucht uit zijn wagen, gaat mij zonder boe of ba voorbij, en tikt zijn code in (dat is vanochtend nog gebeurd).

Een magnetische sleutel voor de garagepoort heb ik wel. Maar die werkt pas om 7uur. Of liever, om 7u04. Want het is al eens gebeurd, dat ik kon doorrijden (dank zij zo’n yuppie), en daarna toch nog beneden aan de poort mocht wachten tot het 7u04 werd. (Gelukkig moest de yuppie in dat specifieke geval zijn wagen boven (buiten) parkeren, en niet in de garage.)

Dan moet ik opnieuw de magnetische sleutel gebruiken om toegang te verkrijgen tot de traphal/lift, drie verdiepingen naar boven, en als ik de eerste ben, word ik daar gegroet door het alarm. De eerste keer dat mij dat gebeurde, is het alarm afgegaan, en stond binnen de kortste keren de politie aan de voordeur. Na dat incident heb ik de code gekregen (officieel niet, maar ja), dus ik kan het alarm uitzetten.

Daarna heb je de magnetische kaart + code nodig om de kantoren binnen te gaan. Altijd grappig tijdens de wisseling van winteruur naar zomeruur, want dan moet ik een uur wachten. Ik kan immers pas binnen vanaf 7uur, en de klok wordt pas aangepast ergens tijdens de week volgend op de uurswijziging (kan soms een paar dagen duren).

Tot zover de beveiliging op het werk. Want dan stap je binnen naar je bureau, en zie je dat, op het einde van de gang, het venster nog open staat van de dag ervoor.

koud

Amai mijn vingers. Ik heb zo geen koude vingers meer gehad sinds ik met de mobilette naar school ging (een Honda Camino die 80 per uur kon).

Vanochtend stond er 7 graden op de display boven de bakkerij in Evere. Op dat moment kon het mij eigenlijk niet zoveel meer schelen, want ik was bijna op het werk aangekomen. En ik –of liever: mijn handen zagen er al naar uit om zich op te warmen aan de motor.

Misschien moet ik maar eens denken aan die electrisch verwarmde handschoenen?
(Het probleem met ‘normale’ winterhandschoenen is dat je door hun dikte je vingers zo moeilijk kan bewegen.)

Ondertussen is er met de alfa in zo’n twee maanden niet gereden (sinds we er mee naar de keuring zijn gereden), en toen ik hem zaterdag nog eens probeerde te starten, gaf hij geen kik meer. De batterij is volledig plat (zoals ze dat zeggen). Vandaag of morgen komt de meneer van de naburige garage er een nieuwe batterij in steken. (“Maar het kan ook de alternator zijn,” meneer, “dat komt ook veel voor bij lang stilstaande auto’s.”)

Er komen meer en meer argumenten bij om de wagen weg te doen. Alleen zouden we hem misschien inruilen voor een kleiner, minder verbruikend, minder Belgische belastingen en ook minder verzekeringen betalend wagentje. Zoals een Fiat Panda of Punto.
Wordt vervolgd.

CBR1000RR

Ondertussen werd ook de Honda Fireblade 2004 voorgesteld. Vergelijk dat onding met de Yamaha R1, en de keuze is gauw gemaakt…

Maar de tailpipes (underseat exhaust) zijn duidelijk doorgebroken. En voor de sport modellen is dat geen slechte zaak –al zie ik dat nog zo gauw niet gebeuren op de customs/choppers waar de hoeveelheid chroom een belangrijke feature is.

onderhoud

Gisteren is de motor ‘binnen’ geweest voor onderhoud (10.000km ondertussen). Omdat ik dagelijks met de motor naar het werk ga, kreeg ik een vervangwagenmotor. Ook een Sprint, maar een 900, van ergens midden de jaren 90. Dus geen injectie, en met een choke. Jaja, twee keer het ding ‘versmoord’ vlak na het starten.

Enfin, het was leuk, je zat veel meer rechtop, maar het was veel vermoeiender rijden. Ik had het gevoel dat mijn rug veel meer schokken kreeg op te vangen, en de handvaten waren keihard (zo hard dat mijn handpalmen er pijn van deden). Bovendien had het een groter toeringscherm, wat er echter voor zorgde dat de wind net op mijn helm terecht kwam (luid!). Het reed wel goed, en eenmaal hoger in de toeren (boven de 5-6.000) trok de machine lekker op.

Net geen 78.000km stonden er op de teller (dat is net evenveel als op de alfa).

(Ik heb er geen foto van kunnen maken, dank zij google dit op het internet gevonden. Hij zag er exact zo uit, zelfde kleur –wel al wat doffer geworden.)

Fun, maar ik rij toch liever met mijn sportiever ingestelde Sprint ST. (Sportiever zoals: korter, lager geplaatste clip-ons, injectie, hoger geplaatste footpegs etc.)

Binnenkort zijn het overigens testdagen bij BMC (25-28 september); hopelijk kan ik er eens op de Daytona 600 (alleen jammer dat het een 4 cilinder is) of Daytona 955i en de Speedmaster rijden.

the one

De nieuwe R1 (versie 2004) werd aan de pers voorgesteld. Maar liefst 180pk voor een (droog)gewicht van 172kg. Jawel, meer dan 1pk per kg. Al zal dat ‘nat’ –voorzien van alle smeersels en andere vloeistoffen– wel net iets minder zijn.

Niet zomaar een restyling; motor en frame zijn volledig nieuw ontworpen om de motorfiets zo licht mogelijk te maken. En het resultaat mag er zijn.

Zie ook: Official Yamaha site

kinderhand

We hadden Henri beloofd dat hij bij oma en opa eens achterop mocht zitten op de motor. Omdat het een straat zonder verkeer was, en op voorwaarde dat hij zich heel goed ging vasthouden. En met een snelheid van 10 per uur. Zie eens hoe blij…

(Fuji camera )

misc 20030820

  • Triumph heeft dit weekend z’n nieuwe cruiser voorgesteld, de Rocket III. Een 2,3 l motor met 140 pk (ter referentie, mijn Alfa 156 is een 1,8 l met 144 pk). De 147 ft.lbf torque komt reeds vrij bij 2.500 rpm (en 90% daarvan reeds bij 1.800rpm). Can you spell acceleration?
  • Ook Canon zit niet stil: die kondigen vandaag de EOS 300d aan (cfr PhotographyBLOG).
  • Ook in het koningshuis roerde wat: de eerste zoon van Filip en Mathilde: Gabriël. Waardoor Laurent nu slechts 10e in lijn is voor de troonsopvolging.
  • En volgende week weer een ganse week vakantie (+ de 1e september). Jaja, ’t is komkommertijd.

zolder

Gisteren Zolder: om 5u30 opgestaan (normale weekuur), en rond 6u45 vertrokken. Voor de zekerheid heb ik maar stevig ontbeten, twee tassen melk naar binnen gegoten en drie halve liters Isostar (en een Nalu) in de rugzak meegenomen.

Gezien Zolder voor mij de eerste keer echt circuitrijden was (na eerder in Croix de RECE-stage te hebben gevolgd) alle mogelijke protectie aangetrokken: leder pak (inclusief ongebruikte sliders), rugprotector, de motorlaarzen en de handschoenen.

(Niet dat ik ooit zonder ga rijden, maar deze waren allemaal iets extremer en race oriented dan de doordeweekse riding gear).

Om 8u in Zolder aangekomen. Aan het laatste stukje weg, van de autostrade naar het circuit, wordt gewerkt. Geen asfalt, geen beton, maar op een ondergrond van asfalt lig een laag fijne kiezel, wat de baan spiegelglad maakt. Bovendien kruipen die steenjes overal in de groeven van je banden, wat ervoor zorgt dat je de eerste tien minuten terug op asfalt, mag spenderen om al die brol uit je banden te peuteren. Tenzij je per se je beschermende uitrusting meteen al wilt testen natuurlijk.

Op naar de technische controle, waar je al met een wrak moet komen aanzetten om niet door te geraken. Ze trekken even aan je voorrem, duwen op je achterrem, zetten je lichten uit, en kijken of je oliedop vastgeschoefd zit. Vervolgens krijg je een kaartje, en plakt er iemand met ducttape de houder voor de transponder op de achterkant van de motor.

Op het secretariaat mag je vervolgens het document ‘afstand van verhaal’ afgeven, samen met je identiteitskaart, en in ruil daarvoor krijg je de transponder (en een blaadje met het tijdschema). Het enige wat die transponder doet is je motor identificeren, die op het circuit gechecked wordt op legale geluidsnormen (90 dB als ik mij niet vergis). Op het einde van de dag krijg je bij afgifte van de transpronder je identiteitskaart terug.

Er waren vier groepen: snel, minder snel, beginners 1 en beginners 2. Om 8u30 was er een algemene inleiding (genre: veiligheid eerst, geen wheelies of stoppies, nergens de held gaan uithangen, nadruk op ontspannen rijden), waarna het vrij rijden (snel en minder snel) van start kon gaan. Om 9u30 was er nog eens een algemene inleiding voor de beginners.

Stel u bij ‘beginners’ niet te veel beginnend voor. Zolder is duidelijk een snel circuit, hoewel de organisatie verkondigt dat er niet mag worden ingehaald, en dat het in het begin allemaal zeer traag verloopt. Dat ‘in het begin’ is wel zeer letterlijk te nemen: de eerste ronde wordt afgelegd achter de marshall die met een snelheid van zo’n 100 km/h over het circuit toert. Bij het begin van de tweede ronde wordt de snelheid op de rechte stukken meteen opgetrokken tot zo’n 160-180 km/h en bochten tegen 120-140 behoren ook tot de mogelijkheden errrm vereisten (gelukkig niet de chicane). Vanwaar de term beginners hebben we het raden naar.

Er waren verder nog twee theorie-sessies van 20 min voorzien; bij de eerste sessie waren daar nog zo’n 20 man bij (van de 50 uit beginners 1), bij de tweede sessie waren we met z’n zessen. Een heleboel mensen hebben afgehaakt; je zag per ronde het aantal deelnemers slinken. Bij de laatste sessie was de vermoeidheid + hitte mij ook teveel, en nadat ik bijna in het decor was beland, besloot ik het zekere voor het onzekere te nemen, en ben ik na de vierde ronde de pits ingereden. Einde circuitdag.

Ik heb er echt wel van genoten, maar een beginnersniveau is dit beslist niet! Ik had (vooral) naar het einde toe serieus moeite de marshall bij te houden, en dat heeft dan ook zijn tol geëeist. Ik was volledig uitgeput. Op de terugweg ben ik twee keer gestopt, eenmaal in Tessenderlo (om bij te tanken en de kiezels van de weg tussen het circuit en de autostrade uit mijn banden te halen), en eenmaal bij het benzinestation vlak voorbij de Antwerpse ring.

Ook qua drankverbruik kan deze dag tellen. Ik had dus al een Nalu, en drie halve liter flessen Isostar meegebracht, en na de eerste sessie (rond 11 uur) waren die al op. Nadien nog twee blikjes spuitwater (Bonaqua of zoiets), vijf halve liters Cola Light (2,50 EUR per flesje alstublieft), in Tessenderloo nog een halve liter Aquarius en een halve liter Fanta Pomelo, en thuis nog drie blikjes Pepsi Max en een liter San Pellegrino. In totaal dus goed voor zo’n 8 liter.

De schaamrandjes zijn nu wel van mijn (achter)banden, en ook de rechtervoetsteun heb ik aan de grond gereden, in combinatie met de (rechter)toeslider; maar de beide kneesliders zijn evenwel nog steeds maagdelijk.

De volgende op het programma is opnieuw een RECE-opleiding, en een opleiding aan de Bikerschool in Spa-Francorchamps. En pas dan opnieuw misschien Zolder niveau 1. Maar dat zal allemaal waarschijnlijk pas voor volgend jaar zijn.

(Het liefste zou ik een TOMS opleiding volgen, dat lijkt mij het degelijkste aanbod momenteel. Helaas vindt dat plaats op het circuit van Zandvoort, en dat is zo’n 240km van Gent. Het beste dichterbij is dan Spa-Francorchamps, al is dat ook weer 200km weg. Ik zie wel.)