Good Night, and Good Luck

Het gebeurt niet vaak dat Hollywood risico’s durft te nemen. Veelal hebben die risico’s dan nog te maken met de (on)bekendheid van regisseur of cast waardoor voornamelijk de recette een (berekend) risico is, bijna onvoorwaardelijk gesteund door een grootschalige media campagne. Slechts uiterst zelden riskeert men een inhoudelijke controverse. Auteursfilms zijn voor Europa, zo redeneert men aan de andere kant van de grote plas.

Naar Europese maatstaven is Good Night, and Good Luck dan ook maar bezwaarlijk controversieel te noemen. De film behandelt een episode uit de Amerikaanse geschiedenis waarin Senator Joseph McCarthy van Wisconsin een klopjacht begint tegen alles wat communistisch kan zijn (The Red Scare). We schrijven 1953, de televisie staat nog in de kinderschoenen, de Tweede Wereldoorlog ligt vers in het geheugen, en de Koude Oorlog is in volle ontwikkeling. Het is de tijd waarin de spionageroman een hoogtepunt kent, met auteurs zoals Graham Greene (The Third Man, The Quiet American) en Ian Fleming (James Bond, weet u wel).

still from the movie

George Clooney was al een tijdje gefascineerd door Edward R. Murrow. Clooneys vader (Nick) is gedurende 30 jaar nieuwslezer geweest, en Murrow was voor de familie Clooney dan ook niets minder dan een idool, een lichtend voorbeeld van hoe een echte journalist tewerk gaat. Clooney had reeds een TV script uitgewerkt, maar vond dat een normale biografie de nodige impact zou missen om Murrow als een van de helden in de Amerikaanse geschiedenis voor te stellen. Veel meer dan een saaie opsomming van de belangrijkste feiten uit ’s mans leven, kwam Clooney op het idee om de belangrijkste (of bekendste) episode in Murrows carrière uit te lichten.

Murrow had faam verworven met zijn radio uitzendingen vanuit Londen tijdens de Tweede Wereldoorlog, en bleef nadien voor CBS (in Amerika) wekelijkse uitzendingen maken (voor radio) in Hear It Now, die hij produceerde, samen met Fred Friendly. In 1951 werd het programma verplaatst naar de televisie, en de naam veranderde in See It Now. Het is dit programma dat in Good Night, and Good Luck wordt besproken, en meer bepaald de uitzendingen waarin Murrow de heksenjacht van McCarthy aan de kaak stelt.

still from the movie

Tot zover de inleiding. Dit is een film die u niet wilt missen; hij heeft alle kwaliteiten om een instant classic te worden. Neem even het volgende in overweging:

  • Deze film is geen (saaie) documentaire. Clooney en co-writer Grant Heslov hebben de meest dramatische episode uit Murrows carrière gehaald. Dat noopte de scenaristen tot weinig overdrijving.
  • Deze film is non fictie. Een zeer groot deel van de footage is authentiek. McCarthy in de film is de echte McCarthy; Clooney heeft het gebruik van een acteur overwogen, maar hij voorzag de kritiek achteraf die het spel van de acteur als fictie zou verwerpen. Vandaar werd geopteerd voor historisch beeldmateriaal. Dat beeldmateriaal is ten andere perfect geïntegreerd in de film; u zult de overgang nooit als kunstmatig ervaren (als u die überhaupt al opmerkt).
  • De film is volledig in zwart/wit gemaakt. Dat verlegt de nadruk veel meer op de acteerprestaties en de enscenering dan op special effects. Het geeft de film een grote narratieve kracht, waardoor die op geen enkel moment gaat vervelen. Good Night, and Good Luck heeft alle karakteristieken van een klassieke zwart/wit film.
  • Let op de details. Bijvoorbeeld: Murrow was (bijna letterlijk) een kettingroker. Hij was zelden te zien zonder sigaret, en de film speelt daar zeer sterk op in. Hij overleed aan longkanker in 1965 (twee dagen na zijn 57e verjaardag).

Vermelden we ook nog even de geslaagde soundtrack (ingezongen door Diana Reeves, die u deze zomer op het Blue Note Records Festival kan horen), vol 50s jazz. En een laatste detail: de titel van de film, Good Night, and Good Luck, is het zinnetje waarmee Murrow zijn programma (See It Now) afsloot.

Een heuse aanrader.

Good Night, and Good Luck van George Clooney met David Strathairn, Robert Downey Jr. en George Clooney, te zien in Studio Skoop (Sint-Annaplein).

(Deze entry is ook terug te vinden op gent.blogt)

taalluiheid

Kijk, ik betrap er godverdomme mijzelf op. Ik schrijf net de recensie voor Good Night, and Good Luck (u leest het eerst op GB), waarin ik de volgende zin gebruik:

… en bleef nadien voor CBS (in Amerika) wekelijkse uitzendingen maken (voor radio) in Hear It Now, die hij producete, samen met Fred Friendly

En wat is er mis met ‘produceerde‘, vraag ik me dan maar af. Taalarmoede? Vergeet het: taalluiheid zal er beter op trekken (heh, ik heb net Belgisch Nederlands gebruikt). Oorzaak? Mijn dagdagelijkse Engelse voertaal, achteraf de Engelstalige televisie, en daaraan toegevoegd het grotendeels Engelstalige internet.

Overigens, als een addendum bij deze post, vroeg ik net Tessa of ze –qua relevantie kon het tellen– vandaag mijn Taalarmoede betoog had gelezen. Ze leest immers, net zoals mijn schoonouders en mijn moeder, die eigenlijk denken dat ik niet weet dat ze mijn blog lezen, trouw elke dag de nieuwe oogst. “Hm. Neen. Hm. Ik was eraan begonnen, maar ik ben er niet door geraakt,” was het eerlijke antwoord. Waarbij u mij meteen ook mag geloven, de volgende keer, als ik zeg dat ik echt niet schrijf om een bepaald publiek te bereiken, maar louter omdat ik het kwijt moet.

(Al blijf ik steeds dankbaar als u mij leest en eventueel commentaar in de daartoe bestemde ruimte nalaat.)

taalarmoede

Groot was mijn verbazing toen ik deze ochtend het volgende bijschrift in DS (Kamer op gaspedaal voor pensioenen contractuelen) onder ogen kreeg:

Een wetsvoorstel overrulet verzet tegen aanvullende pensioenen voor contractuelen bij de overheid.

Nog groter was evenwel mijn verbazing dat het werkwoord overrulen reeds opgenomen werd in het eendelige woordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.

over·ru·len (ov.ww.)

  1. met overmacht verslaan
  2. op basis van autoriteit besluiten nemen tegen anderen in

Verder in het artikel staat evenwel met hetzelfde gemak:

Naar aanleiding van een incident over een intercommunale dienden ze een “interpretatieve wet” in die de negatieve beslissing van de pensioendienst opzij schuift.

Wat ik niet goed begrijp, is hoe dezelfde mensen die hard van leer trekken tegen alles wat ook maar vaag als Belgisch Nederlands kan worden omschreven en wat ze maar al te graag bestempelen als tussentaal (of nog liever: verkavelingsvlaams), zich zonder problemen en met veel graagte tot Nederengels wenden voor spreek- en schrijftaal. Het is niet alsof er voor de meeste Nederengelse woorden geen Nederlandse equivalenten bestaan. Een groot aantal van die woorden werden –samen met hun Nederlands tegenvoorbeeld– opgenomen in de woordenlijst 2400 x liever NL die ook als PDF te downloaden valt.

En kijk, daar heb je zo’n woord waarvoor geen degelijk ingeburgerd alternatief bestaat. Downloaden wordt in de voormelde lijst opgenomen met het acceptabele binnenhalen of ophalen, maar ik heb de indruk dat de toepassing van die term zich voornamelijk tot het Noordenederlands beperkt. Overrulen is echter zonder meer een vreemd woord dat zich naar alle waarschijnlijkheid dank zij ‘rechtbankseries’ (television courtrooms) in onze taal heeft gewurmd. Is er een advocaat in de zaal met kennis van de juiste terminologie?

We hoeven daarbij echt niet tot in het belachelijke te gaan. Zo is houwtouw een woord dat vermoedelijk geen ingang zal vinden in het courante taalgebruik, net zomin als het Engelse equivalent lanyard overigens. De woordenlijst 2400 x liever NL bevat ook de lemma’s ’tram’, ‘surfen’, ‘spammen’, ‘skateboard’, ‘server’, die al dermate ingeburgerd zijn dat het bijna onmogelijk zou worden ze verder te vernederlandsen.

Dat het Nederlands toch een rijke en vernieuwende taal is, blijkt o.a. uit het jaarlijkse rapport waarin Van Dale de nieuwe woorden van het voorbije jaar opneemt. Taal van het jaar vijf (downloadbaar als PDF) heeft het o.a. over ‘zorgklant’, ‘rampspecialist’, ‘nettelefoon’ (om te skypen), ‘kweekvlees’, en de ‘geilgrens’. Wat het allemaal betekent, leest u in de begeleidende tekst.

yummy

Wij zijn na de film in de Martino gaan eten. Een egg-cheeseburger met frieten voor meneer en een Martino-pizza voor mevrouw. Finger lickin’ good.

Een onvoorwaardelijke aanrader voor al wie ooit naar Gent komt (of er woont).

slaap tekort

Vroeger kon ik dat goed, ganse weken doorkomen met slechts een minimale hoeveelheid slaap. Dat hoefde niet altijd doorzakken te zijn, want dat moet je natuurlijk wel van je afslapen. Nee, het gebeurde vaker wel dan niet dat ik na een halve avond televisiekijken nog een paar uur in een zetel zat, met een leuke stukje muziek, om toch dat boek maar uit te lezen. Opstaan om zeven-acht uur was geen enkel probleem. Wakker blijven tijdens het lezen al evenmin. Fris als het spreekwoordelijke hoen(der)tje.

Als het tegenwoordig een paar nachten achtereen later wordt dan twaalf is er van frisheid niet veel meer te merken. Van frisse haan tot rubberen kip. Gisterenavond viel ik bijna in slaap op de trein, met een boek in de handen en de iPod in de oren. Het zal wel de leeftijd zijn, al hoort u dat niet uit mijn mond komen. Gisteren heb ik een beetje kunnen recupereren, maar vanavond gaat het weer cinema-waarts. En dat is geen zelfcastijding, maar puur plezier.

eindelijk een intel mac

Apple heeft eindelijk een Intel processor in zijn machines gestoken. Een MacBook Pro en een iMac met een Intel Core Duo chip (Pro en iMac, maken de machines resp. 4 en 2x sneller dan voorheen.

.Mac werd uitgebreid, en met iWeb betreedt Apple nu het pad van de webloggers. Ik bekijk het morgen allemaal een beetje grondiger, maar nu ga ik slapen. Goed nieuws in elk geval, en als de verwachtingen ingelost worden zie ik tegen de zomer misschien wel een nieuwe mac in de Albertlaan verschijnen. We zijn dringend aan een nieuwe computer toe (zoals u ondertussen misschien wel weet).

goesting

Schrijft D.S.:

Ik ben studente Taal – en Letterkunde (Nederlands en Duits) aan de universiteit van Leuven. Voor het examen Nederlandse Taalkunde moeten wij een probleem oplossen namelijk: de diachronie bespreken van de volgende uitdrukking ‘dingen die het daglicht niet mogen zien’ uit de zin ‘Nochtans zijn er enkele verborgen plekjes om leuke dingen te doen die het daglicht niet mogen zien’.

En dan ben ik vertrokken natuurlijk. Om helaas nergens uit te komen, behalve dan op de site van Babylon, de Taal- en Letterkundige Kring van de KULeuven, alwaar men in het forum ook druk doende is het vraagstuk op te lossen. Heeft er iemand een idee?

(En goesting dat ik krijg om mij terug met taalkunde bezig te houden.)

(neder)engels

Na meer dan vier jaar (bijna vijf) in (twee) internationale organisaties te hebben gesleten, komt het Engels mij zo stilletjesaan de strot uit. Mijn hele denken en doen moet ik gedurende minstens acht uur per dag geheel omschakelen naar het Engels, veelal voor een communicatie met mensen voor wie het Engels ook al geen moedertaal is. Niet zelden is het zelfs zo erg gesteld dat ook op een vergadering met uitsluitend Nederlandstaligen alle communicatie in het Engels verloopt. Dat is gemakkelijker voor de verslaggeving achteraf, maar het hoort ook zo omdat het Engels nu eenmaal de bedrijfstaal is.

In beide organisaties heb ik een herziening van het Arbeidsreglement (AR) meegemaakt. In één instantie omdat er geen was, in de andere omdat ze (totaal) gedateerd was. Het bestaande AR was opgesteld in het Frans, maar in beide gevallen werd het (nieuwe) AR opgemaakt in het Engels. Het heette daardoor niet langer AR of RdT (Règlement de Travail) maar werd omgedoopt naar CA (Collective Agreement). Een CA die overigens slechts een beperkte rechtsgeldigheid heeft in België gezien het niet was opgesteld in een van onze officiële landstalen (keuze uit Nederlands, Frans en Duits). In beide gevallen werd die CA vervolgens (door een vertaalbureau) omgezet naar het Frans (we werken in Brussel), dat vervolgens doorging als officieel document, maar waarbij wel werd vermeld dat in geval van twijfel de versie in het Engelse document als doorslaggevend werd beschouwd.

Het Engels heeft zichzelf ondertussen zo ver in mij genesteld dat ik mij bij ongemakken eerder in die taal dan in het Nederlands zal uitdrukken (Get it out. Just get it out.). Ik heb er mijzelf bovendien reeds op betrapt in het Engels op te tellen. Al blijft dat gelukkig eerder uitzondering dan regel.

eindelijk jazz

We zijn nauwelijks thuis geweest vandaag, maar sorry, ik moet alweer weg (’t is dringend). Een van mijn onuitgesproken goede voornemens dit jaar was dat ik (eindelijk) opnieuw de daad bij het woord zou voegen, en bij Opatuur naar jazz zou gaan luisteren. Komt daar nog eens bij dat (minstens) de volgende drie optredens mij behoorlijk bekoren (Leroux, Verheyen, Pierreux), wat de motivatie alleen maar ten goede komt.

Heden avond: de Gentenaar Frederik Leroux, samen met Peter Ehwald (sax) en Robert Landfermann (bas), maar zonder Jonas Burgwinkel, want drums komen er nog steeds niet in bij Opatuur.

Frederik Leroux Quartet i

U hebt nog even de tijd, ze beginnen om 20u.

(Foto van Jong Jazztalent in Gent, Gentse Feesten 2004 – flickr set)