robin verheyen (ii)

Robin Verheyen (ii) Het volledige citaat van Branford Marsalis over Robin Verheyen gaat als volgt:

Man, you know how to play that instrument, now you have a whole lifetime to think about what you want to say.

Het klikt precies tussen beiden, want in oktober (2005) stond Verheyen opnieuw naast Marsalis, in de AB deze keer. Verheyen brengt ondertussen het grootste deel van zijn tijd door in Parijs, in afwachting van de verhuis naar New York in september. Blijkt het daar te lukken, dan zou die verhuis wel eens permanent kunnen worden.

Op het internetmagazine King Kong vind je een portret van Verheyen (onder Vlaamse Jazz, of volg deze frameloze link), die overigens ook over een eigen site beschikt. En er is het interview met Jazzenzo van oktober.

In februari treedt Verheyen samen op met het Frederik Leroux Quartet in de Hnita-Jazz Club in Heist-op-den-Berg, waar hij Peter Ehwald vervangt (op sax natuurlijk). Catch him while you still can !

(Er is maar één ding vervelend aan Robin Verheyen: hij blijft geen seconde stilstaan. Leuk voor het publiek, aartsmoeilijk voor de fotograaf om daar mooie beelden uit te halen bij dimlicht. Uit het optreden bij Opatuur [flickr set] haalde ik amper dit:)

Robin Verheyen (ii) Harmen Fraanje & Robin Verheyen Robin Verheyen (iii) Robin Verheyen (iv) Robin Verheyen (i)

Chicken Little

De cinema is altijd een belevenis, zeker voor (en met) kinderen. Voor je ’t weet ben je 30-40 euro kwijt aan vervoer, tickets, snoep en sanitaire stops, om vervolgens vlak voor het begin van de film door de filmindustrie op de vingers te worden getikt omdat je het wel eens zou aandurven illegale kopies te maken of te verspreiden. De kopies kunnen nooit de kwaliteit van het origineel evenaren (ze moeten maar eens wat meer tijd on-line spenderen, die filmbonzen), en al zeker niet ‘the film experience‘. Een goede film moet je in de cinema gezien hebben.

Chicken Little is niet zo’n film.

still from the movie

Het is een opeenstapeling van clichés gekoppeld aan een wanhopige poging om zoveel mogelijk referenties naar andere films te bevatten (E.T., Close Encounters of the Third Kind, Mars Attacks, Independence Day, War of the Worlds, etc.), hoogst waarschijnlijk met de bedoeling zowel kinderen als volwassenen te boeien. Het resultaat is een fletse film –peper noch zout– met weinig boeiende personages opgehangen aan een flinterdun verhaaltje. De alleenstaande vader (de moeder is overleden) die zijn zoon niet begrijpt omdat hij te verschillend is; de onpopulaire kinderen in de klas die uiteindelijk de wereld redden; het dikke varkentje dat je letterlijk kan rollen en door zijn omvang de ontsnappingsroute verspert; en het (letterlijk) lelijke eendje dat aantoont dat schoonheid vanbinnen zit.

Er zijn momenten waarop de film de moeite loont. Maar nooit haalt de film het niveau van de Disney/Pixar producties. Cars, de laatste samenwerking tussen Disney en Pixar wordt uitgebracht op 28 juni. De verwachtingen zijn hoog gespannen. Met Chicken Little toont Disney alvast dat de afscheiding van Pixar geen goede zaak was voor het ‘huis van de muis’.

Chicken Little is alleen te bekijken als u geen alternatief hebt.

Chicken Little van Mark Dindal, gezien in Kinepolis (Decascoop aan Ter Platen).

(Deze entry is ook terug te vinden op gent.blogt)

ge zijt allemaal zot

Het was een fantastisch concert. Ge zijt allemaal zot. Stekezot. Bijna zonder uitzondering, en met die uitzondering doel ik op de ongeveer twintig man (m/v) die vanavond bij Opatuur zaten om te luisteren naar de ongelooflijke set van Robin Verheyen en Harmen Fraanje.

Had ik een top 10 van concerten, dan zat deze er zeker tussen voor 2006. Ze spelen nog maar anderhalf jaar samen, maar de synchronie tussen beiden is duidelijk merkbaar. Het grootste deel van de set was overigens geïmproviseerd. Glunderende gezichten, afgewisseld met een ietwat gecrispeerdere soort, van mensen die echt wel hun blaas moesten ledigen wilden ze verder affront vermijden.

Eén saxofonist (twee saxofonen) en één pianist was alles wat er nodig was om twintig mensen de hemel in te spelen. U had erbij kunnen zijn.

U kan Verheyen en Fraanje (aangevuld door de rest van het Narcissus Quartet) nog aan het werk zien op 22 maart in de Vooruit. En binnen 14 dagen is het aan Ewout Pierreux en Bart Van Caenegem in Opatuur. Ik zal er u ten gepaste tijde over berichten.

Robin Verheyen in Gent

Vorige week kon u bij Opatuur een geslaagd optreden van het Frederik Leroux Quartet bijwonen. Quartet – 1, want Gentenaar Frederik Leroux (guitaar), Peter Ehwald (sax), en Robert Landfermann (bas), stonden zonder Jonas Burgwinkel op het platfrom. Drums en vocalisten komen er nog steeds niet in bij Opatuur.

[FLQ] Frederik Leroux [FLQ] Peter Ehwald [FLQ] Robert Landfermann

Het was een aanrader, met een toegankelijke en soms verrassende set, die naar ons aanvoelen veel te kort duurde. Goede zaken duren nu eenmaal altijd veel te kort.

Vanavond is het dan de beurt aan Robin Verheyen (sax) en Harmen Fraanje (piano). Verheyen is de gedoodverfde Vlaamse belofte, met een behoorlijk indrukwekkend palmares. Zo won hij in 2004 met het Robin Verheyen Trio de competitie Jong Jazztalent tijdens de Gentse Feesten (het FLQ maakte toen deel uit van de competitie). Als onderdeel van de prijs mocht het trio, met Guus Bakker op bas en Toon van Dionant op drums, in 2005 het Blue Note Festival openen als voorprogramma van de McCoy Tyner All Stars.

Robin Verheyen Trio (1) Met Harmen Fraanje, bassist Clemens van der Feen en drummer Flin van Hemmen vormt hij het Robin Verheyen Quartet, dat onlangs haar naam heeft gewijzigd naar Narcissus Quartet. De eerste CD, Narcissus, werd onlangs opgenomen op het Belgische Label De Werf, en zal vanaf maart te kopen zijn. In de daaropvolgende toer zal het quartet ook weer te horen zijn in Gent (op 22 maart in de Vooruit).

Maar straks gaat het er dus nog even intiem aan toe bij Opatuur, waar u voor een miezerige 10 EUR twee (nog steeds) aanstormende talenten in duo te horen krijgt.

You know how to play that saxophone, zei Branford Marsalis. En volgens ons kan de man het weten.

Robin Verheyen, in duo met Harmen Fraanje, vanavond om 20u bij Opatuur (Citadellaan 17, vlak bij de bushalte); en met het Narcissus Quartet op 22 maart in de Vooruit, in het kader van de jazzlab series

(Deze entry is ook terug te vinden op gent.blogt)

tosser

Het lijkt heel eenvoudig: stel een lange sluitertijd in op uw camera, waarop u het toestel de lucht inzwiert (vergeet niet op het laatst moment af te drukken). Camera tossing [via] heet het, en er bestaat een blog over het onderwerp en er is natuurlijk een flickr group beschikbaar met allemaal tossers!

Toss the camera about a foot into the air and press the shutter as late as you can before letting go, being careful to toss the camera straight up. Then let the camera do all the work while you concentrate on the catch!

(bron: _nod’s tossing guide for beginners)

On single lens reflex cameras the lens mount is probably the weakest point, and long heavy lenses should most likely be avoided for tossing.

(bron: Camera Toss, Mini-HOWTO)

Er zijn nog zotten, meneer.

schoon vlaams(ch)

Hoeft het gezegd? Ik ben groot voorstander van Schoon Vlaams. Bij overdrijving wil ik daar wel eens de totaal verouderde -(s)ch uitgang aan toevoegen –men moet immers altijd hoger mikken dan het doel, want de pijl zakt bij het vliegen.

Nederlands uit de mond van een Vlaming klinkt bekakt. Taalhoeren die zich met veel nederigheid onderwerpen aan de grootsheid van het Noordnederlandse taalimperialisme zijn net zo nuttig als contemporaine feministen die nog steeds hun bustiers verbranden omdat het dragen ervan hun in een door mannen gedomineerde maatschappij wordt opgedrongen.

(Heb ik in deze twee zinnen geschreven dat ik tegen de Noordnederlandse invloeden ben in onze Schoonvlaamse taal? Heb ik geschreven dat ik tegen feministen ben? Als u deze vragen positief kan beantwoorden, raad ik u ten zeerste aan die alinea opnieuw te lezen. En opnieuw. En opnieuw! Hooguit kunt u mij verwijten enige gematigdheid aan de dag te leggen.)

Taal is een organisme; ze is levend, en wordt in stand gehouden, niet door de schrijftaal, maar de spreektaal of ommegangstaal, waaraan de schrijftaal zich zonder uitzondering dient te conformeren. De schrijftaal hinkt steeds achterop, net zoals de grammatica-regels. (Niet de grammatica zelf, want ook die is levend, als is men er zich niet (altijd) van bewust dat men spreekt volgens regels.)

Tussentaal is het resultaat van de ontkenning van het Schoon Vlaams.

Hoe sta ik tegenover een A(B)N of Standaard Nederlands? AN is een theoretische taal. Het wordt op zijn slechtst gebruikt als een krampachtig vasthouden aan Eén Enkele Nederlandse Taal, die wordt gesproken en geschreven door op zijn minst de inwoners van Nederland en van het Vlaamse Gewest. Op zijn best is het een richtlijn, een gemeenschappelijke basis waarop beide ‘varianten’ zich kunnen beroepen voor een theoretische grondslag. Veel beter dan het vervallen in een tussentaal zou men moeten erkennen dat Noordnederlands en Vlaams in een eigen richting zijn geëvolueerd (een vergelijking met Amerikaans en Brits Engels is absoluut niet uit de lucht gegrepen; er zijn verschillen in uitspraak, woordenschat, syntaxis, etc.). Twee standaarden met een gemeenschappelijke basis lijkt mij (momenteel) een ideale situatie. En de beste manier om de verwatering naar resp. Poldernederlands en Verkavelingsvlaams in te dijken.

Televisienederlands en Schoon Vlaams?

ramsey nasr opent AMUZ

Ramsey Nasr is een toffe peer. Niet schuw van enige controverse.

Tot mijn schande heb ik noch zijn poëzie (27 gedichten & Geen lied, Onhandig Bloesemend), noch zijn libretto’s (Twee libretto’s), en al evenmin zijn novelles (Kapitein Zeiksnor & De twee culturen) gelezen. Laat staan zijn podcasts beluisterd. En in april verschijnt een bundel essays (Van de vijand en de muzikant).

Ik zal met graagte mijn achterstand inhalen. Want vandaag verscheen in DS zijn openingsrede voor AMUZ (Augustinus Muziekcentrum), het nieuwe centrum voor oude muziek te Antwerpen (dat ook al over een podcast beschikt).

Het is een ronduit schitterende tekst (niet alleen voor wie van klassiek houdt). Wie de weekend DS niet heeft loopt maar beter gauw naar de winkel of neemt een dagkaart op hun site. Dan hoeft u hier de PDF niet meer te downloaden (100 KB).

privacywetgeving voor sites

Om toch maar even in te pikken op het Belga persbericht dat woensdag werd rondgestuurd (Belgische websites voldoen niet aan privacywetgeving):

Het overgrote deel van de Belgische websites voldoet niet aan de privacywetgeving. Dat blijkt uit een onlangs gepubliceerde studie van Lee & White Consultants (LWC), aldus De Tijd woensdag.

Op het overgrote deel van de 213 onderzochte websites vond LWC geen privacyverklaring. Nochthans schrijven zowel de Europese als Belgische regelgevingen dat voor. En staat de verklaring er wel, dan voldoet ze vaak niet aan de wettelijke voorschriften.

“Sterker nog”, luidt het, “indien de wet van 13 juni 2005 over de elektronische communicatie strikt geïnterpreteerd wordt, voldoet geen enkele onderzochte website. Artikel 129 van die wet stipuleert dat de informatie in verband met het gebruik van cookies (een klein tekstbestand dat een website op de harde schijf van een computer plaatst) op websites moet worden meegedeeld voordat de verwerking begint.” Volgens LWC zien veel bedrijven op tegen de moeite en de kostprijs om hun website conform de wet te maken. Er is een lage pakkans, maar wie gepakt wordt, riskeert een boete tot 500.000 euro. De consultant pleit voor een combinatie van een bewustmakingscampagne en een repressievere aanpak. LWC zegt al positieve signalen ontvangen te hebben vanuit enkele beroepsorganisaties zoals Unizo en Voka.

Het persbericht van LWC is terug te vinden op hun site en dateert reeds van 15 december 2005. Nederlandstalige, Engelstalige en Franstalige samenvattingen worden ter beschikking gesteld in PDF.

Ze hebben het (in het persbericht) o.a. over de implementatie van de nodige maatregelen om de privacy te garanderen:

Furthermore, these companies overestimate the complexity and efforts involved and use this as a further excuse not to comply. The reality is a simple modification of procedures and implementation of designated authorities and security measures.

Een (link naar een) verklaring omtrent de privacy van de bezoekers en de verwerking van de gegevens op de website plaatsen is inderdaad niet moeilijker. Ingewikkelder wordt het wanneer men zich in regel tracht te stellen met Artikel 129 van de wet (pagina 53 van de PDF) die stipuleert dat de informatie in verband met het gebruik van cookies op websites moet worden meegedeeld voordat de verwerking begint. En hoewel het technisch inderdaad niet moeilijk is om te implementeren, is het funest voor de toegankelijkheid en gebruiksvriendelijkheid van een site.

Art. 129. Het gebruik van elektronische-communicatienetwerken voor de opslag van informatie of voor het verkrijgen van toegang tot informatie die is opgeslagen in de eindapparatuur van een abonnee of een eindgebruiker is slechts toegestaan op voorwaarde dat :

1° de betrokken abonnee of eindgebruiker, overeenkomstig de voorwaarden bepaald in de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, duidelijke en precieze informatie krijgt over de doeleinden van de verwerking en zijn rechten op basis van de wet van 8 december 1992;

2° de verantwoordelijke voor de verwerking de betrokken abonnee of eindgebruiker, voorafgaand aan de verwerking, op een duidelijk leesbare en ondubbelzinnige wijze, de mogelijkheid biedt om de voorgenomen verwerking te weigeren. Het eerste lid is van toepassing onverminderd de technische opslag van informatie of de toegang tot informatie opgeslagen in de eind-apparatuur van een abonnee of een eindgebruiker met als uitsluitend doel de verzending van een communicatie via een elektronische-communicatienetwerk uit te voeren of te vergemakkelijken of een uitdrukkelijk door de abonnee gevraagde dienst van de informatie-maatschappij te leveren.

Een gebrek aan weigering in de zin van het eerste lid of de toepassing van het tweede lid, stelt de verantwoordelijke voor de verwerking niet vrij van de verplichtingen van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens die niet opgelegd worden in dit artikel.

Een aantal problemen doen zich voor. Bij een eerste bezoek aan een website zou de gebruiker moeten geconfronteerd worden met een boodschap ‘opgelet, wij kunnen een cookie op uw harde schijf wegschrijven’, voorzien van uitleg, een link naar de privacy policy, én de mogelijkheid om die cookie te weigeren. Naar de letter van de wet moet trouwens elke wijziging aan de cookie voorafgaandelijk door de gebruiker goedgekeurd worden.

Bovendien zijn er zonder twijfel een heleboel ‘verantwoordelijken’ die niet eens beseffen dat ze cookies op de computer van hun ‘eindgebruikers’ wegschrijven. Bijna iedereen die met een comment systeem op een blog werkt, leest en stuurt een cookie om ‘de identiteit’ van de bezoeker te bewaren. In theorie zijn die ‘verantwoordelijken’ net zo strafbaar als de grote bedrijfssites die niet aan de wet beantwoorden. Maar hoe zit het met providers zoals wordpress.com, typepad.com, en de skynet en telenet blogs? Is de provider verantwoordelijk of de persoon die instaat voor de inhoud van de sites; deze laatste is waarschijnlijk niet eens in staat om –technisch gezien– de nodige wijzigingen aan te brengen.

Een groot deel is te wijten aan het stukje voorafgaand aan de verwerking. Het is voor de ‘eindgebruiker’ immers perfect mogelijk om het sites, geval per geval, onmogelijk te maken cookies te gebruiken. Als de ‘verantwoordelijke’ in zijn privacy statement naar die manier zou kunnen verwijzen, kan aan dit euvel worden verholpen. Maar dan moet de wet natuurlijk gewijzigd worden.

Twee voorbeelden:

DS heeft informatie over cookies opgenomen in hun privacy statement:

Cookies kunnen geweerd worden van de harde schijf door deze uit te schakelen; de goede werking van de site kan dan wel niet meer in alle omstandigheden worden gegarandeerd.

Edoch: er wordt niet verteld op welke manier die cookies kunnen worden uitgeschakeld, en als abonnee bent u zonder cookies al helemaal niets. Zonder cookies kan u bij DS immers helemaal niet inloggen.

DM werkt wel zonder cookies, al moet je bij elke nieuwe pagina opnieuw je gebruikersnaam en paswoord ingeven. In hun privacy statement hebben ze het ook over cookies, maar ze vermelden er niet bij dat er een manier bestaat om ze uit te schakelen.

taalkloof

(U dacht toch niet dat ik aan de artikelenreeks in DS kon weerstaan? Taalkloof blijft immens, Taal arts en rechter moet eenvoudiger, Niet alleen leerlingen hebben taalproblemen, “Rechters worden beoordeeld op lange zinnen, daar hangen hun promotiekansen van af”, “Arts die niet goed communiceert, stelt een slechte diagnose”)

Niet dat ik er een of ander spitsvondig standpunt over wil innemen. Het is immers een oud zeer dat het ‘legalees’ bijzonder onverstaanbaar is. Net zoals elk ander jargon overigens, maar de wet is nu eenmaal van toepassing op iedereen en zou daarom ook voor iedereen makkelijk verstaanbaar moeten zijn.

Woensdag nog had ik de PDF-versie van de wet van 13 juni 2005 betreffende de elektronische communicatie uit het Belgisch Staatsblad gedownload (u vindt de link bij LVB), naar aanleiding van de Belga communicatie: Belgische websites voldoen niet aan privacywetgeving. En hoewel bepaalde delen daaruit direct van toepassing zijn op míjn vakgebied, was het een hele klus om eruit te halen wat ik zocht.

Gelukkig zijn een heleboel (vak)mensen zich terdege bewust van het probleem. Zij doen dan ook de nodige moeite om zich in het Nederlands uit te drukken, of om op zin minst in de nodige toelichting te voorzien. Volgens het dossier in DS is Roland Tack, rechter van eerste aanleg in Gent, één van die mensen. Zegt Tack:

Bij mijn voorganger werd tegen twee derde van zijn vonnissen beroep aangetekend. Bij mij is dat maar tegen vier op de tien. Ik schrijf dat toe aan mijn eenvoudig taalgebruik en mijn uitleg. [mijn bold]

Gniffel. De intentie is er tenminste.

dagdagelijks

Of ‘dagdagelijks‘ ook geen foutief woord is, vraagt Laurens zich af.

Ja en nee. Het is een grensgeval, dat opgenomen is in zowel Van Dale als in de Woordenlijst, maar waarbij –ik geef het grif toe– het zwaartepunt eerder aan de negatieve kant van die grens ligt.

Van Dale omschrijft het woord als ‘niet algemeen Belgisch Nederlands‘. Zelfs verstokte [Belg.] adepten zoals ikzelf, moeten bij een dergelijke stigmatisering toegeven dat het woord beter niet in de algemene standaardtaal wordt gebruikt. Bovendien is het een germanisme, zo blijkt uit een bespreking in de VRT taaldatabanken. De versterking van een woordbetekenis door herhaling is ons niet taaleigen; in Duitsland gebeurt zulks wel:

In het Nederlands versterk je bij mijn weten een woord nooit door het eerste deel ervan te herhalen. In het Duits kan het kennelijk wel, want behalve tagtäglich zeggen de Duitsers ook wel eens jahrjährlich. Maar wochenwöchentlich zeggen ook zij niet.

M.a.w. ‘dagelijks‘ volstaat. Eerder fout dus, met dank aan Laurens (en diens scheurkalender) voor de terechtwijzing.