taalarmoede

Groot was mijn verbazing toen ik deze ochtend het volgende bijschrift in DS (Kamer op gaspedaal voor pensioenen contractuelen) onder ogen kreeg:

Een wetsvoorstel overrulet verzet tegen aanvullende pensioenen voor contractuelen bij de overheid.

Nog groter was evenwel mijn verbazing dat het werkwoord overrulen reeds opgenomen werd in het eendelige woordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.

over·ru·len (ov.ww.)

  1. met overmacht verslaan
  2. op basis van autoriteit besluiten nemen tegen anderen in

Verder in het artikel staat evenwel met hetzelfde gemak:

Naar aanleiding van een incident over een intercommunale dienden ze een “interpretatieve wet” in die de negatieve beslissing van de pensioendienst opzij schuift.

Wat ik niet goed begrijp, is hoe dezelfde mensen die hard van leer trekken tegen alles wat ook maar vaag als Belgisch Nederlands kan worden omschreven en wat ze maar al te graag bestempelen als tussentaal (of nog liever: verkavelingsvlaams), zich zonder problemen en met veel graagte tot Nederengels wenden voor spreek- en schrijftaal. Het is niet alsof er voor de meeste Nederengelse woorden geen Nederlandse equivalenten bestaan. Een groot aantal van die woorden werden –samen met hun Nederlands tegenvoorbeeld– opgenomen in de woordenlijst 2400 x liever NL die ook als PDF te downloaden valt.

En kijk, daar heb je zo’n woord waarvoor geen degelijk ingeburgerd alternatief bestaat. Downloaden wordt in de voormelde lijst opgenomen met het acceptabele binnenhalen of ophalen, maar ik heb de indruk dat de toepassing van die term zich voornamelijk tot het Noordenederlands beperkt. Overrulen is echter zonder meer een vreemd woord dat zich naar alle waarschijnlijkheid dank zij ‘rechtbankseries’ (television courtrooms) in onze taal heeft gewurmd. Is er een advocaat in de zaal met kennis van de juiste terminologie?

We hoeven daarbij echt niet tot in het belachelijke te gaan. Zo is houwtouw een woord dat vermoedelijk geen ingang zal vinden in het courante taalgebruik, net zomin als het Engelse equivalent lanyard overigens. De woordenlijst 2400 x liever NL bevat ook de lemma’s ’tram’, ‘surfen’, ‘spammen’, ‘skateboard’, ‘server’, die al dermate ingeburgerd zijn dat het bijna onmogelijk zou worden ze verder te vernederlandsen.

Dat het Nederlands toch een rijke en vernieuwende taal is, blijkt o.a. uit het jaarlijkse rapport waarin Van Dale de nieuwe woorden van het voorbije jaar opneemt. Taal van het jaar vijf (downloadbaar als PDF) heeft het o.a. over ‘zorgklant’, ‘rampspecialist’, ‘nettelefoon’ (om te skypen), ‘kweekvlees’, en de ‘geilgrens’. Wat het allemaal betekent, leest u in de begeleidende tekst.

2 gedachtes over “taalarmoede”

  1. Hm, overrulen heeft zeker nooit ingang gevonden in het Belgische/Vlaamse rechtbankjargon. In mijn-evenwel zeer korte-rechtbankcarrière heb ik nooit een rechter die term horen gebruiken.

    Overrulen in de juridische betekenis is gewoon het verbreken van een vonnis door een hogere rechtsinstantie, het Hof van Beroep, zeg maar.

    Als je weet dat het Hof van Cassatie sinds kort heeft beslist niet iedere paragraaf van haar arresten meer te beginnen met de gevleugelde woorden “Overwegende dat…”, dan is het wel duidelijk dat de introductie van Engelse termen nog enkele decennia op zich zal laten wachten.

    Het is dus de fout van Matlock, zonder twijfel…

Reacties zijn gesloten.