waar moeit u zich eigenlijk mee?

De fietsen zijn besteld –meer daarover later. Om tot de fietsenwinkel te geraken, haalden wij noodgedwongen de auto van stal. Enfin, dat was het plan, een Hollandsche medemensch trachtte ons op andere gedachten te brengen, door zijn voertuig –u raadt het al– voor onze poort te parkeren.

’s Ochtends waren wij nog met de tram de binnenstad ingetrokken. Henri doet mee aan de leesjury (Kinder- en Jeugdjury Vlaanderen) en vandaag was de eerste bijeenkomst. Twee boeken bracht hij mee naar huis, en hij heeft ze allebei ondertussen reeds uit –ik heb het gevoel dat het wat beneden zijn niveau zat. “Ge gaat zien,” zei ik nog tegen mijn doktertje toen we de huisdeur dichttrokken, “dat er straks enen voor onze poort gaat geparkeerd staan.”

Prijs dus. In het hotel konden ze ons niet verder helpen, maar de politie blijft uw vriend in deze materie. Tessa handelde de zaak af. “Weet ge, madam,” vertelde de vriendelijke diender nadat hij opnieuw had aangebeld toen de wagen getakeld was, “daarjuist kwam uwen overbuur ne keer horen.”

“Ah ja”, antwoordde Tessa, half nieuwsgierig.

“Ze wildigden weten hoe dat zat met die poorten, en dat niet iedereen hun poort als garage gebruikt. En als ze dat zei,” verklapte de agent, “wees ze nogal weinig subtiel naar ulder poort.”

“Och”, zei Tessa.

“Maar ik heb haar toch duidelijk gemaakt dat ze verkeerd was, want dat ik pertang gezien heb dat er nen auto in ulder garage staat, en ze was tons precies rap weg”, schaterde hij het uit. “Allez, nog een goe weekend hé madam.”

(Misschien is het familie van buurman?)

bonkend

Wel, ik heb er zowaar van genoten, van dat juryschap (ondergetekende maakte deel uit van de jury voor Jong Jazztalent Gent. Het is een totaal andere manier van luisteren dan naar een concert of een cd, zelfs al moeten die besproken worden. Eigenlijk was ik ook een beetje bang dat ik mij in zo’n analyse wat zou verliezen (vergeef mij het binnenrijm), een beetje zoals ge uw leesplezier kunt vergallen door een boek al te technisch te gaan lezen, maar dat bleek best mee te vallen.

Bovenal heb ik er een paar schitterende mensen (een beetje beter) leren kennen. Simon, Giovanni, Frederik, Mik, die niet alleen stuk voor stuk precies best weten waar ze mee bezig zijn, maar tevens heerlijke mensen zijn om van gedachten mee te wisselen –en dat hoeft (gelukkig) niet steeds over jazz te gaan.

De winnaar is bekend, Bender Banjax, een groep waarin ook Christian Mendoza meespeelt –die verdient zo’n prijzenpot echt wel. Hopelijk passen ze hun website snel aan, want de bezetting is al een tijdje geleden –definitief, zo bevestigde saxofonist Erik Bogaerts– gewijzigd naar Axel Gilain (bas) en Stijn Cools (drum). Die zich overigens uitstekend van hun taak kweten. Hou ze maar in de gaten, en let op die –hopelijk– steile groeicurve naar de concertreeks volgend jaar.

Voor een iets uitgebreider verslag verwijs ik u naar Het Project: Bender Banjax wint Jong Jazztalent. Ik kruip mijn bed in, migraine heeft zich van mij meester gemaakt, en ik heb morgen een vergadering over een ander project waarbij ik graag fris voor de dag wil komen.

Gent Jazz: al that jazz?

Voilà, voilà, en daarmee zit Gent Jazz er ook al op voor 2008. En ik blijf het nog steeds een goede editie vinden. Voor het tweede gedeelte mocht ik –gelukkig maar!– samenwerken met Patricia; u leest er haar uitstekende verslaggeving nog maar eens op na bij Gentblogt:

…en voor foto’s kan u terecht op mijn Gent Jazz 2008 flickr foto set, en ten dele bij de artiestenpagina’s op de site van het festival –alwaar u ook de schitterende foto’s van Jos Knaepen vindt.

Vergeet ook het Jong Jazztalent Gent concours niet, elke dag van de Gentse Feesten –van 14 tot 16u– in de Duvel-Droomschiptent aan de Sint-Niklaaskerk. Ik zie u daar straks.

feestenweer

Het is koud en het regent, en dat is het soort weer dat mij al sinds april achtervolgt. Was het niet voor ‘den jazz’, ik zou niet eens naar de Feesten gaan. Er zitten bovendien twee extra motivaties achter: ten eerste dat ik in de jury zit, en dus wel moét gaan, en ten tweede dat ik in en rond die jury allerlei interessante mensen ontmoet. Als autodidact buig ik dan graag voor de technische bagage die de kenners meebrengen, en zo ben ik weer ik een hele hoop dingen aan het bijleren. Nog meer zaken om bij het luisteren op te letten. Schitterend, vind ik dat.

(Geef mij nog even, en ik heb nog wat foto’s voor u van de de laatste Gent Jazz-dag.)

Gent Jazz: all that jazz!

Orangisator Bertrand Flammand had –terwijl ik in Seattle van de zon *kuch* zat te genieten– voorspeld dat deze editie zijn beste editie dusver zou worden. Wat het eerste gedeelte betreft, zal hij er alvast niet ver naast zitten. Ik vreesde eerst dat ik iets te euforisch was geworden door mijn terugkeer naar de Heimat en daardoor mijn kritisch perspectief opzij had geschoven. “Het is een tijd geleden dat ge nog eens zo enthousiast geweest zijt eigenlijk, over Blue Note”, zei Tessa gisteren. Maar als ik nu eindelijk de kranten er even op na sla, dan zie ik dat zowel Karel Van Keymeulen als Didier Wijnants mijn sentiment in grote mate delen. (Angstwekkend bijna hoe Wijnants en ikzelf –op Hancock na– het deze keer grotendeels eens lijken te zijn.)

Bon, de kranten (DS, DM) weet u zelf te vinden –en Gentblogt ook ondertussen neem ik aan, maar ik geef nog even de links mee van de besprekingen aldaar:

De artikels zijn redelijks gespijsd met foto’s, die u ook kan bekijken op de site van het Gent Jazz Festival en via mijn flickr fotoset: Gent Jazz 2008.

Gent Jazz Festival, van 10 t.e.m. 13 juli en van 17 t.e.m. 20 juli op de Bijlokesite. Tickets: in voorverkoop betaalt u 27 euro voor een dagticket of 68 euro voor een driedagenpas.

jetdinges

Bonbonbon, ik zal het moeten toegeven, vrees ik: ik denk dat ik toch een beetje jetlag heb. Gisteren om vijf uur opgestaan, vandaag om half vijf. Dat gaat bovendien precies niet de goede richting uit.

De konijntjes op de Blaarmeersen trachten het gemis van de squirrels goed te maken, en de kraaien roepen mij in het bos tegemoet. Vandaag wordt het nieuwe strand aan de pers voorgesteld, en het ziet er alvast veelbelovend uit. Maar klaar is het allesbehalve. Los van het waterpeil, is de helft nog niet aangelegd, en de omschrijving ‘klaar voor de zomer’ lijkt mij een bijzonder klein doekje voor het bloeden. Maar het wordt wel wijs. En is het niet dit jaar, dan wel volgend.

hier en daar

Het regent hier meer dan in Seattle. Het regent hier harder dan in Seattle. Het is hier warmer dan in Seattle, zelfs als het regent.

Wat het meeste opvalt, is dat het hier veel drukker is. Veel meer mensen op een veel beperktere oppervlakte. In downtown liep het op zaterdag en zondag ook vol mensen in de winkelstraten, waarschijnlijk zelfs meer dan hier, maar die verdwenen allemaal in het niets door de breedte van de straat en het voetpad, waardoor pakweg de Veldstraat ontiegelijk veel drukker is dan 1st Ave.

Het brood in Seattle is van abominabele kwaliteit. De bloem in Seattle is van abominabele kwaliteit. Mijn Belgian Brownies smaken hier helemaal anders dan daar (ik heb er net gebakken zie). Ik kijk ernaar uit om brood te bakken, want dat lukte in Seattle langs geen kanten. (De aanschaf van bloem stond hoog op mijn lijstje, vandaag.)

In Seattle stoppen de automobilisten voor de voetgangers. En dan bedoel ik niet dat ze stoppen als ze zien dat er een voetganger al half op het voetpad staat. Ze stoppen voor elk voetpad waarbij een voetganger zich in de buurt bevindt, ook als die uiteindelijk toch niet blijkt over te steken.

Hoewel Seattle zich graag de koffiehoofdstad van de wereld zou noemen, en de barista’s hun best doen, is hun koffie bijlange zo goed niet als wat wij in Europa gewoon zijn. De petit café in Parijs, Rome of Athene staat bovenaan op de lijst van goede koffies, maar de gemiddelde gewone koffie kunt ge gelijk waar in Gent beter drinken dan gelijk waar in Seattle. (Ik dronk genoot ondertussen al bij de Sarabande, den Progrès en natuurlijk de Mokabon.)

Automobilisten wachten –in Seattle tenminste– voor de kruising, niet op de kruising. Als het dan rood wordt voor ze over het kruispunt heen zouden zijn, dan versperren ze het kruispunt niet voor het kruisend verkeer.

In Gent betaal ik wat er op de menukaart staat. Daar komt geen tax meer bij, en geen tip. Wat een verademing.

In Seattle wachten de mensen geduldig tot iedereen die van de bus moet, uit die bus is. Pas dan stappen er nieuwe mensen op de bus, vaak pas nadat de buschauffeur hun vriendelijk heeft toegeknikt dat ze erop mogen. In Seattle zegt ook iedereen die van de bus stapt vriendelijk thanks tegen de chauffeur. Bijna iedereen stapt bovendien vooraan af; vaak kunnen de mensen enkel in de drukke momenten achteraan afstappen. Ook de mensen met een abonnement stappen vooraan op. Iedereen schuift door naar achter om ruimte te maken voor andere mensen.

Wat er in de media verschijnt is enorm vertekend. Zowel in de USA over Europa, als omgekeerd. Ik viel van de ene verbazing in de andere, zowel bij de gazet aldaar over Europa, als in de gazet alhier over de USA.

Als mensen ergens door moeten, dan gaan in Seattle de andere mensen uit de weg. De mens voor wie uit de weg wordt gegaan, zegt vriendelijk dankuwel; wie uit de weg gaat zegt dat het graag gedaan is, en meent dat nog ook. Als iemand toevallig tegen iemand anders aanstoot, dan wisselen beide partijen zorgvuldig en uiterst vriendelijk excuses uit.

Voila, zomaar wat uit de losse pols geschud. Als ik harder schud zal er nog wel wat uit vallen, maar hier moet u het voorlopig maar mee doen. Ik ben blij dat ik terug in Gent ben, en ik hoop dat ik nog veel zo’n reizen kan meemaken.