uw job

Pietel pleit voor meer betrokkenheid bij het werk. Hij gaat in zijn pleidooi een beetje te keer tegen een generatie […], die mikt op een “goede werkgever” met werkzekerheid, goede voorwaarden en toffe collega’s. En dan vraag ik mij toch af wat daarmee het probleem is. Hij gaat door:

Zelf neig ik naar het zelfstandige type. Iedere opdracht moet je binnenhalen. Een goede stimulans om nog beter te presteren. Je werkt op basis van portfolio, prestaties en referenties, in plaats van certificaten.

Je gaat niet naar huis omdat de klok vijf uur slaat, maar als het werk af is. Naarmate je meer en beter werkt, gaat ook je inkomen de hoogte in. Geen werk is geen geld. Stress.

Hah! Pietel lijkt mij inderdaad geknipt voor een job als zelfstandige (been there, done that). Op een bepaald moment maak je een (andere) keuze, en dan moet je ook achter die keuze kunnen staan. Uw verantwoordelijkheid hoeft immers niet in de eerste plaats bij uw werk te liggen. Uw verantwoordelijkheid kan ook uw gezin zijn, en de financiële zekerheid die nodig is om dat gezin te (helpen) onderhouden. En in de huidige maatschappij is werkzekerheid lang geen feit meer.

Veel mensen, ongeacht hun scholing, hebben slechts een beperkte keuze in het jobaanbod. Bijscholing kan helpen, maar het heeft weinig zin mensen om te scholen naar iets waar hun hart niet ligt. Want als het hart er niet ligt, zal er ook geen betrokkenheid volgen, laat staan verantwoordelijkheidszin.

(En dan hebben we het nog niet gehad over office politics, die zelfs de betrokkenheid van de meest optimistische en gemotiveerde werknemer kan fnuiken.)

Wat is er mis met het geval van Shellac? Gerrit zou dolgraag met tekenen zijn brood verdienen, maar heeft daar momenteel een (andere) day job voor nodig om dat financieel aan te kunnen. Ik ben er (bijna) zeker van dat Gerrit het veel liever zonder die day job zou stellen, om zich volledig op zijn tekenen te kunnen toeleggen. En hij is lang niet de enige die in een dergelijke situatie verkeert.

Wat te doen? Moet de staat mensen zoals Shellac subsidiëren, om op die manier Shellac’s day job open te stellen voor iemand anders? Of moet Shellac maar een werkloosheidsuitkering aanvragen? Of rijk trouwen?

Een comfortabel en veilig leven, dat na de werkuren geleefd wordt. De inhoud van de job en de betrokkenheid komen vaak achterop hinken. vervolgt Pietel. Mag ik toch maar even benadrukken dat er meer is dan werk alleen?

wolken

Soms halen we ons humeur uit verschillende dingen; zij uit haar werk, ik uit mijn overvloed aan …euh… uit de hand gelopen hobby’s. Veel frequenter halen we ons humeur uit elkaar, en dat is ongetwijfeld de reden waarom we er vandaag alletwee euforisch bijlopen.

De trambestuurder aan de Albertbrug was niet tevreden toen ik helemaal vanvoor aan zijn meterslange tram op de deur tikte. Nog minder verheugd was hij, toen bleek dat ik niet alleen daar wilde opstappen, maar bovendien een tramticket van hem wou kopen. Anderhalve euro kost dat ondertussen, en ik beschikte slechts over twee stukken van één euro. “Ik kan niet teruggeven”, merkte hij op. Tessa had geen halve euro bij zich, maar een uiterst vriendelijk en behulpzaam koppeltje kon mij uit de nood redden. Elk een halve euro, en zij mocht van hem mijn euro houden. (De trambestuurder was nog steeds niet tevreden toen ik met pasmunt terugkwam.)

Het was een aangename boekvoorstelling van De Bijeneters (Peter Terrin) in de Handelsbeurs, gisteren. Ik had mij verwacht aan uptight, arty farty toestanden, maar daar bleek niets van aan. Wij luisterden met veel graagte naar Lalalover, ontwaarden in de menigte Annelies Verbeke en Christophe Vekeman (nee, niet tesamen), en stootten op een sympathieke uitgever (v) en boekhandelaar (m) die niet te beroerd bleken om een beetje tijd aan ons te besteden.

(Achteraf hebben we de Vintage Winebar (Onderbergen) bezocht, waar ze heerlijke tapa’s hadden en een kruidige Syrah voor Tessa.)

De trambestuurder op de terugweg maakte totaal geen problemen van mijn wisselgeld. “Nog een prettig avond, meneer.”

(Die zonderling, vanochtend op weg van Gent naar Brussel, die zonder enige aanwijsbare aanleiding schaterde van het lachen, dat was ik inderdaad. Hopelijk bent u er ook vrolijk van geworden.)

Telefacts speelde gevaarlijk spel

Gisteren had ik het al her en der in de feeds opgepikt, maar vandaag is het bijna voorpaginanieuws: VTM smokkelt bom bij Chirac (DS 28/03/2006), of zoals ze het zelf graag verantwoorden: SOS Veiligheid.

Journaliste Katleen Peeraer ging voor Telefacts undercover (nuja) als terroriste. In opdracht van VTM smokkelde ze een (naar verluidt) valse bom, voorzien van een batterij en ontstekingsmechanisme, het hotel binnen waar o.a. Jacques Chirac en Angela Merkel verbleven. Ze slaagde er ook in een pistool (en kogels) mee te dragen in haar handtas, en daarmee binnen schutsafstand van de regeringsleiders te geraken. Een afstand waarvan ze zelf zegt: Ik liep vrij rond en vermoed dat ik er zelfs zonder enige schietervaring makkelijk zou in geslaagd zijn de Franse president neer te knallen.

Het idee kwam van Geert Verdickt die, naar eigen zeggen, aan de deur werd gezet omdat hij niet undercover wou met een pistool. Een begrijpelijke weigering, want veel meer dan zogenaamde gaten in de beveiliging aan de kaak te stellen, heeft de journaliste vooral zichzelf in gevaar gebracht.

De veiligheidsdiensten hebben correct en naar waarheid gereageerd. Jaak Raes, directeur-generaal van het Crisiscentrum van Binnenlandse zaken, en Christian De Coninck, woordvoerder van de Brusselse politie hebben het vooral over de mogelijke gevolgen, niet voor de prominenten, maar voor de journaliste. Raes: Het is zeer verstandig van haar dat ze niet geprobeerd heeft de revolver uit haar handtas te halen. Dan hadden de gevolgen zwaar kunnen zijn. De Coninck: Maar het is heel verstandig van haar dat ze geen vuurwapen uit haar handtas heeft gehaald, want dan had ze het misschien niet meer kunnen navertellen.

Met een pistool in een tas rondlopen is niet echt een verwezenlijking; hooguit is de ganse affaire een gevaarlijk grap, waarmee nog maar eens wordt bevestigd dat VTM uit is op mediafratsen om publicitaire redenen. Om het cru te stellen, is het niet omdat ik een lul in mijn broek heb dat ik erop uit ben een vrouw te verkrachten. Want dat is het enige wat Telefacts uiteindelijk dacht te kunnen bewijzen.

van tangen en varkens

(We gaan het vandaag maar liefst drie keer over de post van gisteren hebben. Als ik tijd heb tenminste, want ik zit de ganse namiddag in vergadering.)

De vergelijking wringt een beetje. Laten we het eerst over de feiten hebben.

1. Naar mijn motorrijden wordt verwezen als een hobby.

Ik gebruik de motor voor 90% voor woon-werkverkeer. De overige 10% worden besteed aan opleidingen op een speciaal daartoe bestemd terrein (een circuit). De twee circuits waar ik heenga, liggen in Frankrijk (Folembray en Croix), maar dat doet hier niets terzake.

2. Vervoer etc.

Fijn stof is een ongetwijfeld groot probleem. Daarom, en om andere redenen die met het milieu en overbelasting te maken hebben, maak ik zoveel mogelijk gebruik van het openbaar vervoer. 60 of misschien zelfs eerder 70% van mijn woon-werkverkeer leg ik af per spoor (de rest met e motor). Niet alleen uit bezorgdheid om het milieu, maar ook omdat het in mijn specifiek geval maar een geringe inspanning vraagt om de trein boven de auto te kunnen verkiezen. Dat is niet voor iedereen het geval. Ik ben verschrikkelijk blij dat ik het kan doen. Ook voor meer lokale verplaatsingen (‘Klein Gent’) gebruik ik bij voorkeur het openbaar vervoer (de tram), of ga ik te voet.

Ik ben groot voorstander van strengere emissienormen, en het gebruik van alternatieve aandrijfbronnen voor wagens (en motoren). Dat is niet iets wat ik alleen kan doen. Als de wagen met een electrische of hydrogen fueled motor beschikbaar en betaalbaar wordt, en we hebben een nieuwe wagen nodig, dan zal ik niet aarzelen om dat alternatief te verkiezen boven de huidge diesel- en benzineversies.

De motor heeft overigens lagere emissiewaarden dan de gemiddelde gezinswagen. De motor heeft een veel kleinere cilinderinhoud, zal minder lang stationair in een file staan draaien (rijdt tussen de file door), en zal daardoor ook minder gassen produceren.

De vergelijking tussen de motor en de sigaret als bron van kwaad gaat niet op. Vervoer is helaas al te vaak een *noodzakelijk* kwaad –ik daag iedereen uit om het zonder modern vervoersmiddel te stellen (inclusief openbaar vervoer). Roken is een persoonlijke keuze. Het resulteert –bijna vanzelfsprekend– in een verslaving, zoals bij alcoholisme en druggebruik. Maar ik heb het er later nog wel over.

In elk geval, de premisse van uw betoog gaat niet meer op (de motor als hobby), dus valt de vergelijking weg. Geen pot en ketel, maar een tang en een varken.

[Update] Gezien het werd verwijderd, alhier het ontbrekende gedeelte van het orginele bericht:

Motorrijden, dat was je hobby zeker?

Motors en bij uitbreiding alle wegverkeer zijn een belangrijke oorzaak van fijn stof. U weet wel, dat goedje met die jaarlimieten die nu al overschreden zijn en dat zorgt voor ademhalingsproblemen en naar schatting een pak meer doden dan passief roken.

En dat voor een hobby.

De wereld veranderen begint bij jezelf.

rookverbod

Moet er een algemeen rookverbod komen in heel Europa?

U kent ze allemaal. De rokers die vol overtuiging hebben verklaard nooit te roken als anderen er last van hebben, om vervolgens tijdens de maaltijd –of in het beste geval tussen twee gangen door– onverschillig een sigaret op te steken. U hebt het maar te zeggen hoor, ze doven de sigaret onmiddelijk. Maar het zou wel zonde zijn als ze niet eerst deze ene mogen oproken. (Die dingen zijn tenslotte duur.)

Of de horden die aan de ingang van het station een rookcordon opbouwen. Maar binnen roken ze heus niet. De tunnel naar het perron wordt echter niet langer als binnen beschouwd, en het perron zelf vanzelfsprekend al helemaal niet meer. Ik dacht dat het rookverbod voor het ganse station gold, inclusief de perrons? (En ja, daar stoort het ook.)

De cijfers over passief roken zijn ronduit schokkend. Elk kwartier sterft er iemand aan de gevolgen van passief roken; in ons land alleen al sterven er jaarlijks 2000 mensen door passief roken. Dus inderdaad, ik heb volmondig ‘ja’ geantwoord op de rondvraag.

blaffende honden

Blaffende honden bijten niet. Veel geblaat maar weinig wol. Grote lantaarn, klein lichtje.

Nietwaar, Karel van Keymeulen (kvk), Bart Vanacker en nu ook weer Dominiek (jammer dat ge u eerst achter een oppervlakkige post moet wegsteken om daarna in de commentaar pas toe te geven waar ge het eigenlijk over hebt). Houdt u toch eens met interessantere dingen bezig. (De kostprijs van de tramkaarten in Gent bijvoorbeeld, of het feit dat DS alweer in mijn brievenbus ontbrak vandaag, of –waarom niet– over het blikje fanta dat ge weer niet van Ogilvy hebt gekregen.) Jaloezie stinkt. En het is oersaai.

Het hoeft waarschijnlijk niet te verwonderen dat ik mij voor de volle honderd procent kan vinden in i.’s uitspraak omtrent engagement en inspraak. (Hebt g’em? Uitspraak – inspraak? Hé? Hé!)

[Update:] Dit gezegd zijnde, in zijn eerste alinea heeft hij (een beetje) gelijk, daar niet van, maar als ge iets over iemand te zeggen hebt, zeg dat dan. Noem namen, en verschuil u niet achter algemene retoriek. Open vizier en al.

De Gentenaar over Gentblogt

De informatie in dit opiniestukje is totaal achterhaald. Op het moment van dit schrijven was de argumentatie geldig, maar misschien met een beetje te veel enthousiasme geponeerd.

(Prefix: dit is een persoonlijke mening, en niet de mening van Gentblogt of haar medewerkers.)

Het is natuurlijk iets wanneer men als museumstuk door het leven moet. Het enige wat er zich in uw wereldbeeld bevindt zijn de regionale pagina’s van een gedrukte krant, en daar moet u het verder mee doen. Want eerder schreef Karel al dit:

De media evolueren snel. Weblogs zijn de jongste nieuwkomers. Kijkt u wel eens naar het jarige Gent.blogt? Ik ben erg in media geïnteresseerd, maar ik word ook een dagje ouder. De informatica-evolutie volg ik niet van zo nabij. Internet gebruik ik zuiver utilitair. Naar Gent.blogt heb ik zelden gekeken. Maar je kunt er vandaag niet meer omheen. Over enkele jaren kun je op een toestel van alles doen: tv-kijken, internetten, radio luisteren… Maar ik zou niet graag de krant en het boek missen. Ik hou nu eenmaal van bedrukt papier. Het is veel leuker in een fauteuil een krant of een boek te zitten lezen, dan naar mijn computer en zelfs naar tv te kijken. Ik weet het, met de huidige ontwikkelingen kun je kijken wanneer en hoeveel keren je wil. Maar dat is ook een van de grote voordelen van een krant. Je leest er een stukje in wanneer je wilt.

Het is jammer natuurlijk, wanneer het ene het andere moet uitsluiten. Ik lees twee kranten per dag, en gemiddeld iets meer dan één boek per week. Ik koop regelmatig een aantal tijdschriften, gaande van Evita over Feeling Wonen naar Foto Repérages en Diapason naar Hi-fi+ (en soms zelfs de Knack). Daarnaast raadpleeg ik een hele hoop bronnen on-line, van buitenlandse kranten tot weblogs, online woordenboeken en de onmisbare –maar niets steeds ongeopnieerde– wikipedia. In ons huis is een kamer van 7 op 5m voorzien voor boeken, cd’s, dvd’s én twee computers, en dan nog zijn er overal doorheen het huis boeken, cd’s, en magazines te vinden. Het drijft ons tot wanhoop, elke lente, wanneer we een Grote Schoonmaak ambiëren.

Analoog en digitaal, oud en nieuw, traditioneel en vernieuwend worden door elkaar gebruikt in een verrijkende mix. Want daar, beste Karel, komt het op neer: verruim uw horizon, verberg u niet achter uzelf. En wat het internet betreft, is er altijd nog Pascal Vyncke om u te helpen.

Maar waarom, Karel dat gespartel? Waarom die leugens? Vandaag schrijft Karel in de regionale VUM-kranten (De Gentenaar, Het Nieuwsblad en Het Volk) een editoriaal: Proficiat Gent.blogt en bedankt De Gentenaar, waarin Karel niet alleen zijn gebrek aan kennis van het medium aantoont, maar tevens –gemakshalve– de feiten uit het oog verliest. Hij schrijft er eerst zijn eigen lofzang, en dan moet het hem van het hart.

De corebusiness van Gent.blogt is hoe dan ook het dagelijkse nieuws. Als je de weblog opent, tref je onder de noemer “actua” de nieuwsstukken. Daarop komen ook geregeld reacties, al domineert een vast clubje dat altijd reageert. Gent.blogt heeft een akkoord met onze zusterkrant De Standaard, waardoor ze stukken van de De Standaard-website mag plukken. Stukken met nieuws over Gent. Soms verwijzen ze ook naar een stuk van De Gentenaar.

Negentig procent van die nieuwsstukken zijn wel geschreven door redacteurs van De Gentenaar. Dat mag geweten zijn. In gesprekken of interviews lijkt Gent.blogt dat altijd te willen verzwijgen. Dat betreuren we. In alle feestvreugde hadden we ook een bedankje verwacht. Tenslotte hebben wij Gent.blogt mee leven in geblazen. Voor de rest, nog vele jaren. O ja, De Gentenaar bestaat al sinds 1879.

Maar Karel toch. Kareltje, Kareltje, Kareltje. Hoe zielig lig je daar nu te spartelen. Ik zou voorwaar tranen in de ogen krijgen van medelijden. Welk een onkunde, welk een gebrek aan beroepsernst, om van deontologie nog maar te zwijgen.

Het internet, beste Karel, is één grote linkbak. Net zoals andere internetbronnen linkt ook Gentblogt vaak naar weer andere bronnen. Zo werkt het nu eenmaal. Wij kopiëren uw artikels niet, wij pretenderen evenmin dat die artikels van onze hand zouden zijn, nee, wij lichten ze gewoon uit de kluwen aan informatie die zich op de VUM-sites bevindt, en op die manier sturen wij ook mensen uw richting uit. Graag gedaan, Karel, maar voor die vanzelfsprekendheid hoeft u ons niet te bedanken. Een beetje wederzijds respect daarentegen, hadden wij wél op prijs gesteld.

(Oh ja, for the record, het is Gentblogt, en niet Gent.blogt. U had ons gerust om de correcte schrijfwijze mogen vragen. Wij bijten niet.)

een vat belang

Mij lijkt het tamelijk simpel: het was een vergissing het Vlaams Belang (VB) te contacteren voor een gratis vat op onze verjaardag. Daarin schuilt geen verwijt, want die uitnodiging was voornamelijk het gevolg van de snelheid waarmee het feest moest worden klaargestoomd, en misschien ook het gebrek aan een duidelijke richtlijn dienaangaande. Wij zijn nog jong, en dus ook misschien een beetje naïef.

Onder de lijdzame noemer “pluralisme”, waren wij immers van mening dat we iedereen een kans moesten geven om mee te werken. Ook dat was een vergissing. Een weinig democratische en bovendien sterk demagogische partij trachten te betrekken in een open maatschappij moét wel verkeerd aflopen, zo hebben wij geleerd. Let wel, wij hebben nooit getracht sámen te werken met het VB, en zullen dat ook nooit ambiëren onder het (huidige) gedachtengoed van die partij.

Heel even nog werd er gedacht dat we best een vat konden aanvaarden, maar al gauw kwamen we tot de vaststelling dat een dergelijk gift zich alleen maar tegen ons zou keren. Timeo Danaos et dona ferentes. Het verschil tussen het VB en de democratische partijen is té groot om aan voorbij te gaan.

Samenwerken met het Vlaams Belang –ook al is het nog zo indirect– is voor ons geen optie. Dat betekent niet dat wij hen bewust zullen uitsluiten uit onze berichtgeving, maar wel dat ook zij zich heel sterk aan de spelregels zullen moeten houden. (Ook de andere partijen moeten zich daaraan houden, en vanuit onze doelstelling politiek onafhankelijk te zijn, zoeken wij met hen evenmin een rechtstreekse samenwerking. Die partijen hebben het daar blijkbaar minder moeilijk mee.)

Nog even dit: dit is een persoonlijke mening, die niet (noodzakelijk) de mening van Gentblogt of van de andere redactieleden is. De ‘officiële’ reactie vindt u bij Gentblogt.