Canicule

Die zomerhete dagen waartegen geen afkoeling vermag, dat doet mij denken aan mijn werk in Brussel, twee jaar (of zo, I’m not counting) geleden. Toen de temperatuur *in* de bureaus de 30 graden overschreed, mochten wij naar huis. Tijdens de zomer leek iedereen wel een thermometer op zak te hebben, maar er was een officiële, waarmee in de vertrekken werd rondgegaan om de opmars van de warmte in de gaten te houden.

“La canicule!”, verzuchtte men met een nauwelijks verholen glimlachje, dra gevolgd door een “it’s time to go home folks” over het aankondigingssysteem. Eén enkele keer werd het gevolgd door een “don’t bother to come in tomorrow.” Dat waren nog eens tijden.

Verstoord

“Straks komt er toch een tram af”, lachten Henri en ik naar elkaar toen we aan de halte op de Albertbrug over het weinige ijs op de sporen gleden. Onze woorden waren nog niet koud (en met deze temperaturen wordt alles snel koud), of daar kwam een Justitiepaleistram aangedenderd. Dat ding stopt natuurlijk enkel aan het station en aan het Justitiepaleis, maar blijkbaar ook voor een lief, halfbeteuterd gezichtje van Henri. Dankuwel!

(Uit pure gelukzaligheid om die onverwachte vriendelijkheid van die chauffeur ben ik vandaag zelfs de fnac binnengestapt –gewoon om te kijken, geen vrees.)

Min

“Koud hé”, zegt de meneer die mij mondwolkjesgewijs passeert. Ik knik overtuigd.

Waarmee u in één klap op de hoogte bent van de belangrijkste gebeurtenissen in mijn leven, deze zaterdag.

Eames

Het gebeurt niet vaak (zelfs zo uitzonderlijk weinig dat ik er nu over bericht), maar daarnet had ik toch een redelijke shopping primeur. Vanaf morgen kan u bij Vitrapoint Gent terecht voor een (obligaat) uitzonderlijke stockverkoop. “’t Is binnenkort uw verjaardag,” vond mijn moeder (een beetje gelijk het bijna sinterklaas is, maar dan nog een extra week later), “dus we gaan eens kijken.”

Enkel open op afspraak, las ik op het briefje aan de voordeur, maar voor mijn moeder was dat geen beletsel. De mevrouw –en achteraf ook twee meneren– van de winkel herkenden haar ogenblikkelijk, en wij mochten de winkel binnen. Een uurtje voordien hadden we afgesproken, maar mijn moeder troonde mij eerst mee naar een etablissement naar keuze (de Borsalino is vlakbij) voor lunch. De cannelloni waren voortreffelijk.

Fantastische spullen allemaal, maar voor mij gaat er niets boven Eames. Ik ben absoluut verknocht aan de Eames Lounge Chair & Ottoman, er is geen zitmeubel dat beter zit. Al zijn ook de Lobby Chair (ES 104 / oorspronkelijk gemaakt voor de lobby van het Rockefeller Center) en de Soft Pad Chair (EA 222) uiterst geslaagd. Maar toch, die Lounge Chair…

De kortingen zijn overigens aanzienlijk, ik kan mij voorstellen dat de meubels de deur gaan uitvliegen, voor wie er het geld voor over heeft (of er zou voor over hebben maar een dergelijke korting afwachtte). Zaterdag zal u er over de hoofden kunnen wandelen, denk ik.

Jazz Middelheim: sfeer is troef!

Gisteren rond de middag, tijdens de soundcheck met John Zorn, viel de regen nog met bakken uit de lucht. “Geen nood, zo voorspellen opklaringen”, orakelde een crewlid opgetogen. “Tegen drie uur schrijnt de zon!” En hij kreeg nog gelijk ook.

Jazz Middelheim, Antwerpen, BE, 13-16/08/2009

De bezoekers vleiden zich behaaglijk neer in de plukjes zonnegras voor de concerttent –die dit jaar toch wel sterke allures van circustent vertoont. Later werd het drukker, het zou mij niet verbazen mocht deze eerste festivaldag geheel uitverkocht blijken. Een gezellige drukt overigens, want op één of andere manier is men erin geslaagd het nergens echt verstikkend te maken.

Jazz Middelheim, Antwerpen, BE, 13-16/08/2009

En wie niet meer in de tent raakt, blijft gewoon buiten van de muziek én het goede weer genieten.

Jazz Middelheim van 13 t.e.m. 16 augustus, Park den Brandt, Antwerpen.

Een poets bakken

De diensttelefoon van Tessa beschikt vermoedelijk niet over caller ID. Dat, of ze neemt gewoon op zonder kijken. Op de meest neutrale toon probeer ik dan dingen zoals:

“Ja ’t is hier dokter Vanderslagmulders, collega. Ik heb enigte vraagjes in verband met de casus van een patiënte die bij u was opgenomen.”

“Zegt u maar hoor.”

Mmuhahaha. Inderdaad, zeer grappig. Ze probeert mij dat soms zelf ook te lappen, maar ik kijk wél altijd naar het caller ID voor ik de telefoon beantwoord. Daarnet –tijdens Jazz Sur l’Herbe— werd ik opgebeld door iemand uit de zone 09.

“Hallo”, zeg ik vriendelijk. Ik zeg nooit mijn naam als ik mijn gsm opneem. U weet wie u wou bereiken, ik wil eerst weten wie u bent voor ik mijzelf bevestig.

“Kan ik met dhr. Bruno Bollaert spreken alstublieft.”

“Met wie spreek ik alstublieft?”

“Ewel, meneer Bollaert…”, begint de juffrouw aan de andere kant van de lijn, wiens stem verdacht veel op die van Tessa gelijkt. Ik ben naar jazz aan ’t luisteren en wil bij voorkeur verder luisteren, dus ik laat merken dat ik haar door heb.

“Och gij trutteken,” zeg ik op zeer aimabele toon, “nu hebt ge mij liggen. Van welke telefoon belt ge nu weer?” Want ze heeft mij zo al eens liggen gehad, door de telefoon van een collega te gebruiken, en dan verschijnt er vanzelfsprekend geen “Tessa” op mijn scherm.

Even blijft het stil.

En nog even.

“Euh,” klinkt het dan aarzelend, “meneer Bollaert? U spreekt met S. W. van X. Het is in verband met de persconferentie waarvoor we u hebben uitgenodigd.”