Volumineus

Seattle, USA 2010

Waar ik telkens weer aan moet wennen, zijn aan de volumes waarin alles hier verkrijgbaar is. Een plastic fles van 1 gallon melk (3,7 liter dankuwel) of, als het echt niet anders kan (u ziet de drogist al zuchten), een karton van een halve gallon; shampoo in flessen van 40 fl oz (iets meer dan een liter); en water in bidons van 2,5 gallon (bijna 10 liter).

Uit eten is bijna vanzelfsprekend net zo copieus, al bekijken ze u gelukkig niet alsof ge een vrekkerige Hollander zijt als ge uw bord wilt sharen met een tafelgenoot, of als ge na de maaltijd de rest mee naar huis neemt. Dat hoeft zelfs niet in een doggybag, ze hebben daar allerlei recipienten voor –sommigen hebben zelfs steeds een tupperware pot mee in de wagen.

Henri deed vanochtend helemaal mee met de volumineuze trend. Ik was vertrokken met een normale kom voor zijn ontbijtgranen, waarin achtereenvolgens een banaan, een stuk of wat frambozen, en een viertal aardbeien gesneden werden. En toen zat de kom overvol, en moesten er nog ontbijtvlokken en melk bij. Dus heb ik de kom maar een maatje groter genomen. Hij zag het helemaal zitten. Smakelijk.

Vancouver, Canada: 49th

“Tiens,” zei Tessa toen we richting Vancouver reden, “die koffie met die blauwe taskes, waar ge zo zot van zijt en die zoveel geld kost om te laten overkomen, komt die ook niet uit Canada?”

Road Trip, USA 2010

De branderij van 49th Parallel zit in Burnaby. Maar! Ze hebben een showcase cafe pal in Vancouver, op West 4th Avenue, wat telkenmale op een boogscheut bleek te zijn van waar wij heen moesten. We zijn er minstens vier keer koffie gaan halen. En fantastische chocoladekoeken en croissants, waar ge zélfs in België moeite moet voor doen om ze zo lekker te vinden.

Road Trip, USA 2010

En ik heb er een beker gekocht. En koffie (net zoals bij Blue Star). Blue Star had de beste espresso, 49th Parallel had de beste cappuccino. Eindelijk een koffiedrank met melk i.p.v. de melkdrank met wat koffie waar ik al de ganse reis aan overgeleverd was. Het was van bij OR in Gent geleden (waar ik altijd een doppioccino neem) dat ik nog eens een lekkere cappuccino had gedronken. (Vandaag heb ik overigens nog een heerlijke macchiato gedronken bij Caffé Vita hier in Queen Anne.)

Road Trip, USA 2010

Maar we zaten dus nog in Vancouver, waar Henri en ik de Girl in a Wetsuit ontmoetten (in Stanley Park, waar ook het VanAqua gelegen is). Het was net eb, en het strand lag vol zeewier en mosselen en halflevende krabben waar de meeuwen zich te goed aan deden.

Road Trip, USA 2010

En dat is de Lions Gate Bridge, die we tot op een boogscheut zijn genaderd, maar waar we uiteindelijk zelfs niet met de wagen zijn overgereden. Geen nood, bruggen genoeg in Vancouver, we hebben er wel zeker drie-vier verschillende gebruikt om van de ene kant naar de andere kant te rijden.

De grensovergang gaf overigens geen enkel probleem. Het was raar om nog eens met een wagen aan een grenspost te moeten stoppen, en uw pasport te laten afstempelen. Zowel in de USA als in Europa is het tegenwoordig gewoon doorrijden. Ik ben eigenlijk blij dat ik dat allemaal nog heb mogen meemaken (al ben ik nog wat blijer dat het allemaal niet meer hoeft).

Vancouver, Canada: VanAqua

Wat doet een mens als hij in Canada is? Minstens twee dingen (tenzij uw naam Tessa Kerre is, want dan doet ge dingen voor uw werk).

Vandaag deel 1: Henri en Bruno in het Vancouver Aquarium (ge kunt ook nog aan whale watching doen, en hoogboomklimmen, maar een mens moet kiezen). De toegang kost 22 Canadese dollars voor een volwassene, 14 voor een kind jonger dan 12 (resp. 16 en 10 euro); de joelende peuters krijgt ge er gratis bij. Ik was een beetje ontgoocheld. Goed, er zijn veel visbakken, ze hebben een koppel otters, wat dolfijnen en een Beluga of zes, maar alles zat bijeen gekramd op te weinig plaats. (Al was het nu ook weer niet zo erg als in het Downtown Aquarium in Houston.) Ik zou graag nog eens naar het Aquarium of the Americas in New Orleans gaan, ik denk dat ik daar een té positieve herinnering aan overhoud.

Maar ziet, ik was absoluut in de wolken over twee onderdelen: de reptielen en amfibieën, en de kwallen. Mooi opgesteld, er was veel te zien, en er was een redelijke verscheidenheid. De ‘shows’ met de dolfijnen en de Beluga’s waren een beetje te gekunsteld, en de otters herhaalden maar steeds dezelfde zwembewegingen en capriolen. “They’re really quite… robotic, aren’t they? I wonder if that’s healthy behaviour“, vroegen de twee gasten naast mij zich af.

Kikkers en padden

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Kwallen. Ik ben gek op kwallen (achter glas toch).

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

North Cascades

De North Cascades, waar Henri zo graag langs wou, waren eigenlijk een beetje een ontgoocheling. Let wel, het was een overweldigende natuur –we werden echt serieus verwend op dat vlak tijdens onze trip– maar er waren maar weinig trails te volgen deze keer. En het Visitor Center verkeerde nog in winterslaap (m.a.w. het was gesloten), dus ook daar vielen geen tips te rapen (en al evenmin een Junior Ranger badge).

Road Trip, USA 2010

100 mijl bergkronkels bracht ons door Okanogan National Forest, Lake Chelan National Recreation Area, Ross Lake National Recreation Area, North Cascades National Park en Mt Baker National Forest. Allemaal zonder echt vreselijk veel te stoppen, want (1) we moesten naar Canada en (2) alles was afgesloten.

Road Trip, USA 2010

Ook wat cascades betreft was er weinig te zien; langs de weg waren er veelal dunne stroompjes (veel water bevond zich nog in sneeuwvorm), en dit (foto hierboven) was van het wildere type.

Road Trip, USA 2010

Al veel tegengekomen, maar nog nooit een foto van gemaakt: het mos dat op de bomen groeit. Er zijn vreselijk veel verschillende soorten, ik ga er eens wat meer fotograferen. Dit is een licht, halfvastzittend soort, een beetje bleek en droog, maar er is ook van dat donkergroen en vochtig gedoe dat stevig op de boom vastzit. Jaja, fascinerend, ik hoor u wel.

Road Trip, USA 2010

En ziet, we passeerden een Tessa Lane, waar we niet voorbij konden zonder een foto te nemen. Opgelet: private drive, no trespassing.

Twisp & Winthrop

Road Trip, USA 2010

Winthrop is, samen met Twisp, het coolste stadje van de USA (Seattle is vanzelfsprekend de coolste stad, maar Winthrop of Twisp met Seattle vergelijken is een beetje zoals Hansbeke met Gent –qua grootte, welteverstaan). Niet alleen hebben ze in Twisp de beste koffie dusver, ze hadden er ook heerlijk ontbijt, en een verharde weg die halverwege afgesloten was. Déjà vu, noemen ze dat. Nog goed dat er geen sneeuw lag.

Road Trip, USA 2010

In Winthrop hebben ze dan weer een onvervalste Amerikaanse hardware store, waar bij valavond geen kat meer te vinden was, maar waar even voorheen een ganse collectie 4x4s en pickups te bewonderen was –van fonkelnieuw tot in verregaande staat van ontbinding. Ze hebben er ook de beste pizza ever, met heerlijke bodem en korst en onwaarschijnlijk verse ingrediënten er bovenop. In East 20 Pizza was er 10% korting in april, maar ze rekenden er wel 1 USD extra om met visa te betalen. Of het echt zo lekker was? Om het met Henri te zeggen: “Ik zou ervoor naar Amerika vliegen.”

Road Trip, USA 2010

In het hotel waar we verbleven was er een (onafgewerkt) zwembad, maar ook een hot tub, waar Hugh Hefner, pardon: Henri, zich de bubbels liet welgevallen.

Langs de afgesloten weg

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Seattle (- Twisp) – Winthrop

Uhm ja, Canada. We zijn een beetje te ver omgereden. Ik wou Seattle niet verlaten zonder een deftige koffie, en daarna wou ik per se naar de Apple Store. Dus reden we naar Stumptown naast de Café Presse op 12th St, waar we twee jaar geleden zo graag het ontbijt nuttigden. En daarna naar de University Village shopping mall om zo’n coverding voor de iPad. Henri, die wou dan weer naar de North Cascades National Park omdat hij nog zo’n Junior Ranger badge wou behalen. En dáár hebben we ons aan mispakt.

Laat ons langs de oostkant het park binnenrijden, kwam het lumineuze idee, dan kunnen we via het westen direct naar Vancouver, en hopla, we zijn terug. De oostelijk ingang, die lag vier-vijf uur rijden verder, maar dat hadden we vooreerst niet door (de gps stond op hoogte ipv tijd of afstand).

Road Trip, USA 2010

Dus reden we (via de 90) het mistige gebergte rond Snoqualmie binnen, om via de 97 tot aan de 2 te geraken, die ons naar de oostelijke ingang zou brengen. Rond 14u zaten we in Cle Elum, nog steeds op die 90, en besloten we maar te lunchen. (We eten vaak in van die typisch Amerikaanse toestanden, en ik vergeet er telkens weer een foto van te nemen. We hebben werkelijk reeds op schitterend pittoreske locaties gegeten.)

Road Trip, USA 2010

Een dik uur later zaten we dicht bij de kruising tussen de 97 en de 2, aan de Wells Dam in Azwell, waar we een turbineschroef aantroffen.

Road Trip, USA 2010

(Aha! Daar is Henri!)

Road Trip, USA 2010

En net toen ik jolig zat mee te zingen met de jaren 70 zender op de Sirius satellietzender, schreeuwde Tessa het magische woord “koffie” uit! We zaten toen net in Twisp (hey, ik vind die namen niet uit), en lo and behold om de hoek verscheen daar Blue Star Coffee Roasters. Het was 16u15 (4u15 p.m. in Amerikaanse termen), en het café was nog 15 minuten open. Ik heb er de beste espresso van ons verblijf gedronken.

Road Trip, USA 2010

Een half uur voorbij Twisp kwamen we in Winthrop, de laatste stop voor we het National Park zouden inrijden. Het was toen echter al te laat om verder te rijden, en zo ver in de bergen is er meestal geen motel meer, dus besloten we maar in Winthrop te overnachten. We kunnen meteen unaniem besluiten dat Twisp en Winthrop de meest fantastische stadjes zijn die we al zijn tegengekomen. (We hebben een onwaarschijnlijk lekkere pizza gegeten, daarnet.)

Dag 10: Albany – Silverton – Seattle

We zitten in Seattle! Voor één dag toch. Tessa moet voor het werk immers eerst nog richting Canada, maar kijk: hedenavond hebben wij toch al wat kunnen genieten van onze thuisbasis. Seatlle was in elk geval al een beetje thuiskomen. Hier is de Public Library, en hier is Pike Place Market, en de Barnes & Noble, en daar is de cinema waar ik Iron Man gezien heb, en waar Henri –dat staat nu al vast– binnenkort samen met mij naar Iron Man 2 gaat kijken. We zijn er bijna.

Road Trip, USA 2010

Vanochtend reden we langs Silverton, ten zuidwesten van Portland, niet zo lang voor we Oregon zouden verlaten. In Silverton staat evenwel een huis van Frank Lloyd Wright, The Gordon House. En gezien Tessa en grote fan van de architect is, en Taliesin en Fallingwater gelijk iets te ver buiten onze route lagen, was de korte omweg gauw genomen.

Road Trip, USA 2010

Het huis in Silverton is toegankelijk voor het publiek, maar de geleide bezoeken startten pas om 12 uur, en een paar uur tijd om te wachten tot de middag hadden we nu ook weer niet. We mochten echter wel rond het huis lopen, dat minder groot was dan verwacht. (En jawel, de muren zijn echt zo wat rozig.) Het Gordon House stond oorspronkelijk 24 mijl verder, maar toen het stuk grond waarop het stond werd verkocht na de dood van de Gordons, en de nieuwe eigenaars geen interesse hadden in het huis, greep de Wright Foundation in, en werd het huis integraal verplaatst.

Road Trip, USA 2010

Nadien ging het richting Seattle, al hadden we eigenlijk graag eerst nog Mount St. Helens bezocht. Die omweg was ons iets te lang; we zouden het nooit voor het donker hebben gehaald, en het gebied was overigens grotendeels ontoegankelijk wegens de sneeuw. Niettemin, op de foto hierboven ziet u St. Helens, vanop een 50 mijl afstand. (Die witte top, in het midden van de foto.)

Road Trip, USA 2010

Op weg naar Seattle kwamen we overigens nog een huis tegen… rijdend op de autosnelweg. Blijkbaar gebeurt dat wel meer. Seattle maakte haar reputatie waar, want toen we de stadsgrenzen overschreden, begon het te regenen. Maar goed; nog even naar Canada dus, en dan zijn we opnieuw waar we een klein beetje thuis zijn.

Dag 9: Grants Pass – Crater Lake – Albany

Zo weinig gezien, zo veel te vertellen. Met wat me momenteel van Oregon hebben gezien, lijkt het een beetje een achtergestelde staat. De automobilisten zijn veel onvriendelijker dan in Californië, de mensen lijken wel nog steeds heel open en ontvankelijk, maar ergens klopt er iets niet. Misschien baseer ik mijn indrukken gewoon op de geringe bevolkingsdichtheid in de plaatsen waar we gepasseerd zijn, en op het feit dat er maar weinig National Parks zijn, in Oregon. Ik zit er hoogst waarschijnlijk geheel naast.

Road Trip, USA 2010

Best Western blijft één van de betere motelketens, iets duurder dan Motel 6, maar met ontbijt en met een wérkende verwarming op de kamer. Het belang van a good night’s sleep valt niet te onderschatten tijdens een road trip. Welk een comfort. Van Grants Pass vertrokken we vanochtend richting Crater Lake. We passeerden eerst nog Lost Creek Lake aan de Joseph H. Stewart State Recreation Area. Het was er vreselijk koud, maar in de zomer wemelt het er van de mensen.

Road Trip, USA 2010

Bij Crater Lake, zo hadden we ’s ochtends op de NPS site gelezen (en op de webcams gezien), lag nog volop sneeuw. Vergelijkbaar met de condities op Lassen Volcanic National Park, maar we zouden wel het meer kunnen zien.

Snow area: carry chains or use traction tires, schreeuwden de gele borden ons onderweg toe. We hebben echter geen van beiden nodig gehad om tot het Steel Visitor Center en de kraterrand te rijden. Al de andere wegen zaten echter geheel ondergesneeuwd –pas binnen een dikke maand zullen ze open zijn.

Road Trip, USA 2010

Het meer lag wel nog achter een dam van drie meter sneeuw verscholen, maar dat hield de schaarse bezoekers niet tegen. Het zicht was dan ook adembenemend. Het meer is echt zo blauw, ik heb niks bijgekleurd of gesatureerd (integendeel).

Road Trip, USA 2010

We hebben er een half uurtje rondgelopen, en dan hebben we ons in de shop annex cafe opgewarmd, terwijl Henri zijn takenblad invulde om zijn zesde badge binnen te halen. Enkel van Redwood NP heeft hij geen badge, omdat we geen tijd hadden om alles in te vullen.

De weg terug was een… avontuur. We hebben de gps uit onze auto in België meegbracht naar de USA, omdat zo’n ding hier huren vele malen duurder uitkwam dan de kaart van Noord-Amerika kopen. We hebben er al heel veel aan gehad, aan de juffrouw die ons nu ook in mijlen i.p.v. in kilometers toespreekt, maar soms slaat ze de bal serieus mis.

Vandaag stuurde ze ons, op weg van Crater Lake naar Eugene, van Crater Lake Hwy naar Sun Mountain Road. Een weg die begon zoals we er al op vele hebben gereden, tot we een bordje “end road maintenance” passeerden, waarop de weg van een geasfalteerde baan in een gestampte aardeweg overging. Een weg, die bovendien vol afgebroken dennentakken lag, waarvan ik maar hoopte dat de uiteinden niet scherp genoeg zouden zijn om ons een lekke band te bezorgen. Ze (deze gps is een vrouw) stuurde ons waarschijnlijk maar op een kort stukje van deze weg, dachten we in het begin nog, en we begonnen al grapjes te maken over mogelijke tegenliggers, zoals een tientonner met een lading boomstammen.

Road Trip, USA 2010

“Het ergste dat ons kan overkomen,” zei ik net, “behalve een lekke band natuurlijk, is dat we weer boven de sneeuwgrens komen, en dat we rechtsomkeer moeten maken.” En toen werden we geconfronteerd met bovenstaand beeld.

Road Trip, USA 2010

Rechtsomkeer dan maar (spannend moment op zo’n dun weggetje), waarop juffrouw gps heel erg haar best deed om ons toch nog terug naar boven te sturen. “Rij één komma vijf mijl en sla links af”, sprak ze. En toen we aan de door haar geselecteerde plek kwamen gilde ze: “Sla nu links af!” (Zie foto hierboven voor wat we links zagen.) We hadden gelukkig ook een wegenatlas bij, en dus lieten we haar maar wanhopig “herberekenen” tot we terug noordwaarts naar Eugene konden klimmen.

De twee Best Westerns waar ze ons, even voorbij Eugene, naartoe leidde, bleken niet (meer) te bestaan, en dus raakten we uiteindelijk verzeild in de La Quinta in Albany. Albanië ligt hier overigens niet zo ver van Jordan, Lebanon, Waterloo en Berlin, allemaal even boven Eugene en Springfield. D’oh!

Crater Lake

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Dag 8: Arcata – Redwood NP – Grants Pass

De dopeheads in Arcata hadden zich rustig gehouden (dat, of mijn slaappil heeft goed gewerkt). We zijn op ons gemak vertrokken, op zoek naar ontbijt, tot het ons –een paar mijl op de autosnelweg– plots te binnen viel: we zitten aan zee!

Road Trip, USA 2010

We hebben onmiddelijk de autostrade verlaten, on toch maar zo gauw mogelijk een stukje zee te bekijken. Verdomd, dat zag er prachtig uit. En goed, het was véél te koud om er zelfs maar aan te denken om pootje te baden, maar welk een schoonheid, welk een kracht, welk een woestenij.

Een paar tientallen mijlen verder kwamen we tercht in het Palm Cafe in Orick, voor een fantastisch Amerikaans ontbijt: French Toast en pancakes en eggs with hash browns en sloten koffie. Laat de refills maar komen!

Van daar reden we via de 101 recht Redwood National & State Parks binnen, één van de mooiste parken waar we deze reis al hebben rondgewandeld. Ergens in juni zal ik toch eens een top tien moeten samenstellen.

Road Trip, USA 2010 Road Trip, USA 2010

De sequoia’s van het gelijknamige park waren dan wel verschrikkelijk groot, deze redwoods moesten er nauwelijks voor onderdoen. En er waren er precies meer van. Overmoedig als we zijn, vatten we meteen een trail van 6,5 mijl aan, die ons toch meer dan twee uur (als het er geen drie waren) zoet heeft gehouden. Maar welk een wisselende begroeiing, wat een heerlijke groentinten, en zo’n gigantisch bos reuzenbomen. Niet alleen Henri, maar ook wijzelf leken er kleine miertjes tegenover. Bij wijlen leek het alsof we in een prehistorisch park rondliepen.

Road Trip, USA 2010

In Requa, tussen het National en het State Park in, gingen we nog even walvissen spotten, halverwege hun migratie tussen Mexico en de Noordpoolwateren. Het was niet altijd evident om ze te zien, maar ik heb er twee keer één heel groot en duidelijk uit de zee zien uitsteken, en daarna nog verscheidene keren stukken rug.

Road Trip, USA 2010

Tot slot ging het richting Grants Pass langs Hwy 199, waar we in de Smith River een aantal kerels zagen raften op verschrikkelijk mooi, azuurblauw water. Vandaag hebben we dus California verlaten, en zijn we Oregon binnengereden. Veel National Parks hebben ze hier niet, maar naar het schijnt wel een hele mooie kust.

Redwood National & State Parks

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Road Trip, USA 2010

Smith River

Road Trip, USA 2010

Dag 7: Redding – Whiskeytown – Arcata

We zijn vandaag lang in ons bed blijven liggen. Pas om acht uur zijn we opgestaan, omdat we toch zeker ons bij-de-prijs-van-de-kamer-inbegrepen ontbijtbuffet niet wilden missen. We troffen echter niet de ons gewoonlijke zon, maar een gestage regen. De enige die een regenvest had, was Henri, en de enige die geen waterdichte schoenen had (zo was gisteren in de kniehoge sneeuw gebleken), dat was ik.

Road Trip, USA 2010

Onze eerste stop na het ontbijt was een sportwinkel, om aan dat euvel te verhelpen. Op het gebouw aan de overkant stond “Apple Store, now open!” naar ons te schreeuwen, dus liepen we ook daar maar even binnen. We waren op zoek naar zo’n iPad, maar alle Apple Stores die we tot dan toe hadden gekruist, waren uitverkocht. Deze was gewoon toonbank in een Best Buy in Redding, waar we tot onze grote verbazing een gigantische onverkochte stapel (achter slot en grendel) aantroffen. Na een kort gesprek (“Hi, would you like some information about the iPad?” — “Nah thanks, we’d just like to buy one.“) stonden we tot grote verbazing van de verkoper na drie minuten terug buiten. Wie er nog één zoekt, ze liggen in Redding!

Road Trip, USA 2010

Het doel van vandaag was gewoon om tot in Eureka te geraken (het was louter de naam die ons aantrok), en de weg leidde ons langs Whiskeytown. Ook al een National Park (een National Recreational Area om precies te zijn, waar Henri zijn vijfde Junior Ranger badge binnenrijfde. In de zomer een grote trekpleister (“We get temperatures ‘round hundred.“), nu viel er niet meteen veel te beleven. Behalve het meer en de bijhorende dam eens bekijken, naar flarden van de openingsspeech (van die dam) door John F. Kennedy luisteren…

Road Trip, USA 2010

… en naar een oude mijnsite wandelen. Langs het traject vonden we twee piepkleine schuurtjes, een mijnschacht die volledig afgesloten was, en een kerkhof voor twee personen.

Road Trip, USA 2010

Onderweg naar Eureka werden we begeleid door een woelige rivier, die erg populair is bij rafters en kayakkers en andere waterratten, zo wist de meneer van de sportwinkel in Redding ons te vertellen.

Road Trip, USA 2010

Voor de rest was er vooral mist (of een laagghangende wolk, ergens op 3.000ft), wat toch voor spannend Fahrvergnügen zorgt, en regen.

Eureka hebben we in het zuiden laten liggen, want de Motel 6 die we daar op het oog hadden, was er één zonder wasmachine (en die hadden we dringend van doen). We strandden iets noordelijker, in Arcata, waar er –volgens het boekje dat we van ons eerste Motel 6 (in Beatty) hadden meegebracht– wel één was.

Helaas, ontdekten we achteraf, was vandaag zowat de slechts mogelijk dag om in Arcata te belanden. 4/20 is traditioneel de dag waarop in Arcata –een college town– Dopefest plaatsvindt. De mevrouw aan de balie was een beetje beschaamd om het toe te geven (we hebben de indruk dat de locals redelijk fed up zijn met het fenomeen), en gaf ons een kamer zo ver mogelijk van de dopeheads verwijderd. Ze hebben er zelfs Redwood Park voor afgesloten, hopelijk kunnen wij er morgen wel terecht (het was één van de redenen waarom we hierheen kwamen).

Whiskeytown

Road Trip, USA 2010

Een gigantsiche overloop aan de dam

Road Trip, USA 2010

Mist en de afgrond

Road Trip, USA 2010