“Vind je het geluid niet slechter van op je pc?”, vroeg Patricia, en daaronder vroeg ook Filip meer details over het digitaliseren van mijn muziekcollectie.
Zonder te vervallen in audiofilie (een woord met vreselijke connotaties), is het zo dat muziek, rechtstreeks afgespeeld (van)op de computer, inderdaad minder goed klinkt dan op een gemiddelde hifi installatie. Er zijn echter manieren om die muziek minstens net zo goed te laten klinken. Sommige mensen hebben daar geen boodschap aan, en vinden de klank van een mp3 of een youtube clip net zo beluisterbaar. Vergelijk het echter met een boek lezen in een mooi vormgegeven versie met scherp gedrukte letters, of van vier of vijf achtereenvolgens gefotokopieerde stencils van datzelfde boek waarop sommige letters of woorden nauwelijks ontcijferbaar zijn. Dat is grofweg de verhouding tussen een cd en een mp3 i.
Het belangrijkste in uw muziekcollectie is de bron. Hier geldt het principe “garbage in, garbage out“; wie zijn cd’s naar mp3’s converteert, mag nog een ultra high end audio installatie in huis halen, de muziek zal er niet beter door klinken (integendeel). Wie zijn cd’s naar een lossless formaat converteert (flac of ALAC ii bijvoorbeeld) behoudt integraal de kwaliteit van de oorspronkelijke cd. Het gaat nog verder terug dan de cd: de muziek moet ook opgenomen worden, en gemixed. Vooral daar is het de laatste decennia wat mis gelopen (cfr de Loudness war; bekijk de voorbeelden bij #Criticism).
Tegenwoordig, speel ik dus bijna geen cd’s meer af. De verworven cd’s worden via iTunes op de pc geïmporteerd. Op mac, onder iTunes -> Preferences -> General is er een knop Import Settings; de instellingen zijn volgt:
Error correction haalt mogelijke fouten uit de conversie (het gebeurt vaker dan u vermoedt) zodat we een perfecte kopie van de cd overhouden.
Onder Advanced zijn de instellingen aldus:
Keep iTunes Media folder organized zorgt ervoor dat de muziekbestanden in logische folders worden gestoken, genre Artist/Album/Tracknr Trackname.m4a
; Copy files to iTunes Music folder when adding to library zorgt ervoor dat al die bestanden op dezelfde plaats worden bijgehouden (in mijn geval dus op de NAS in de folder _iTunes
).
Essentieel voor een gedigitaliseerde muziekcollectie, zijn de tags. Dat lijkt minder belangrijk in het begin, als uw collectie een cd of tien of vijftig telt, maar als de collectie een paar honderd of meer dan duizend albums huist (ik heb momenteel 1282 albums gedigitaliseerd, zegt iTunes mij), is het belangrijk dat de muziek gemakkelijk kan worden teruggevonden. iTunes is een fantastische manier om uw muziek te beheren; ik gebruik het voor zo’n 60-70% van mijn afspeelplezier (de rest zijn lp’s of via Twonky op de NAS).
In iTunes wordt in 90% van de gevallen de informatie betreffende artiest, cd etc. correct ingevuld. Soms is de informatie foutief, niet grondig genoeg, of volstaat ze niet aan de wensen; de tags aanpassen kan heel gemakkelijk in iTunes.
In mijn iTunes Library heb ik mij beperkt tot vier genres: Classical (101), Jazz (809), Pop (334), en Soundtrack (20 –die laatste zou eventueel over de rest kunnen verdeeld worden). Geen folk, geen country, geen electro, geen fusion, geen bebop; ik zou mij best nog een onderverdeling blues en country kunnen voorstellen, maar ik heb zo weinig van die muziek in huis, dat ik ze nog niet gedigitaliseerd heb.
Over het afspelen van de muziek heb ik het al eerder gehad. Mijn computer speelt geen muziek af. Het ding stuurt gewoon de data door naar de hifi installatie, op een gelijkaardige manier als een cdspeler. Er zijn twee manieren: (1) de speler converteert de digitale informatie en stuurt die door naar de versterker (2) de speler leest de informatie en stuurt die digitaal door naar een DAC (digital-to-analog converter); het eerste scenario is het meest voorkomende.
Zowel in een cd speler als in een computer zit een chip die digitale (audio) informatie converteert naar een analoog signaal. De DAC die in de meeste computers zit is evenwel niet zo bijzonder; de werking ervan kan bovendien worden verstoord door de andere bezigheden van de machine. We halen het digitaal signaal dus beter onbewerkt uit de computer en converteren het extern.
Let wel: de zaken beginnen, vanaf de conversie van het signaal, steeds subjectiever te worden. Waar het verschil tussen cd kwaliteit en mp3 kwaliteit gemakkelijk objectief aan te tonen valt, is het verschil tussen de verscheidene DAC’s vaak veel subjectiever. Vanaf de conversie wordt het bronmateriaal immers bewerkt –bijvoorbeeld door upsampling en oversampling. Of u tevreden bent met het resultaat hangt af van uw eigen beoordeling; vaak wordt beweerd dat het bronsignaal zo min mogelijk moet worden bewerkt. In iTunes, onder Playback, vinken we in elk geval de meeste opties af:
Crossfade Songs is als u geen pauze wilt tussen de afgespeelde liedjes; Sound Enhancer is een soortement loudness en vervlakt de muziek; Sound Check zorgt ervoor dat alle muziek op een gelijkaardig volume wordt afgespeeld –in de praktijk is daar uiterst zelden nood aan.
Subjectiever dus. De muziek verlaat mijn computer digitaal, gaat via een externe DAC (de Cambridge Audio DACMagic –een upsampling dac) naar de versterker (PrimaLuna ProLogue Two) en vervolgens naar de luidsprekers (Epos ELS 3). De keuze van die componenten hangt af van het budget. Wie een installatie opbouwt, werkt –volgens het voormelde garbage in, garbage out principe– bij voorkeur vanaf de bron; lossless audio -> DAC -> versterker -> luidspreker. Mijn versterker is een geïntegreerde versterker; dat kan verder opgesplitst worden in een voorversterker (bronbeheer) en een eindversterker (volume). En dan begint het spel met externe voedingen, dure interconnects (kabels die de verschillende componenten uit het systeem verbinden), en meer van dat –voor mij een stap te ver, zeker wat betreft budgettaire bereidwilligheid.
(Volgende keer: flac op de NAS, en langspeelplaten.)
—