You know when you’ve been dooced,
schreef ik recent nog als reactie op: blogger ontslagen (keurig voorzien van een link). Well I didn’t. But I was. Sort of.
Misschien had u het zich reeds afgevraagd hoe ik erin slaagde zo vaak, en dan nog tijdens de werkuren, de meest verscheidene zaken te bewerkstelligen. Och, hij is misschien zelfstandig, had ik daar zelf bij kunnen bedenken.
Wat slechts heel weinigen weten, is dat ik op 14 juli (2004) bij mijn werkgever in zijn office werd binnengeroepen. This is the most difficult thing I have ever had to do,
zo sprak hij. Waarschijnlijk ten dele omdat het Engels zijn moedertaal was, maar ook omdat hij pertinent en vol trots had geweigerd een andere taal te leren. Maar ondertussen wist ik al waar ik aan toe was.
Niet dat daar enige aanleiding toe was geweest, zoals een voorafgaandelijke opeenstapeling van berispingen of een zekere mate van ontevredenheid. Maar er bestaan nu eenmaal welbepaalde zinnen die enkel in welbepaalde situaties worden uitgesproken, zoals de dokter die beweert alles te hebben gedaan wat mogelijk was, en dan weet u ook meteen dat de patiënt het niet heeft gehaald. Bij mij was de boodschap niet van een dergelijk dramatisch gehalte, maar voldoende om ook bij mij toch even het bloed uit mijn gezicht te laten wegtrekken. Over een donderslag bij heldere hemel gesproken.
Dat ze mijn werk ten zeerste hadden geapprecieerd, gedurende die drie jaar, en dat er noch persoonlijk en al zeker niet professioneel iets op mijn capaciteiten was aan te merken. Edoch ze zouden mij onverwijld en met onmiddellijke ingang van zaken moeten laten gaan, met inachtname van de wettelijke en mogelijks andere opzegtermijnen die aan mijn functie waren verbonden. De huidige baisse in de staalindustrie had hen genoopt met steeds beperktere middelen te werken –dat ging mij zeker niet onopgemerkt voorbij zijn gegaan. Om zelfs meer te zeggen, dat was ook de reden voor de drie aan de mijne voorafgaande ontslagen, alsook de reden waarom noch het contract van de deputy secretary-general, noch zijn functie, zouden worden hernieuwd. En dat noch dat contract, noch die functie snel zouden worden heringevuld. Net zo min als de mijne overigens.
En toen stond ik op straat. Met een rijkelijke opzegtermijn, een motor die nog geen week voordien tot total loss wrak was herleid, en 1 doos vol parafernalia die diezelfde namiddag nog aan mijn deur werd afgeleverd. Aan het begin van de schoolvakantie (en van de Gentse Feesten).
Reorganisatie dus. Al kreeg ik achteraf van mijn (ex-)collega’s te horen dat ik misschien wel was gedooced: Did you ever give in Bruno’s name in google? And did you know the number of results we got? Did you know the sheer number of things he was involved in?
Tsja, dat komt ervan als je als sinds 1994 op het internet actief bent. (Al was die informatie ten zeerste officieus, en heb ik daar van het management noch on noch off the record iets van vernomen.)
Maar sinds vandaag ben ik opnieuw aan het werk. Opnieuw in Brussel, al wordt de reisweg deze keer met de trein afgelegd (ik woon vlak bij het station, en nu werk ik ook vlak bij het station). Wat me overschot aan tijd zou moeten geven om de stapels ongelezen boeken, die hier overal rondslingeren, weg te werken.