Ze stond ook op mijn lijstje: de vagina van Goedele Liekens. Maar vandaag heeft Geert Stadeus zo’n pertinent wederwoord in DS gepubliceerd, dat alle schrijfsels mijnentwege (alweer) nutteloos worden.
Liekens mag dan als sexuologe het voor de emancipatie van de vagina opnemen, in haar artikel [PDF, 96Kb] verbaasde ik mij o.a. over volgende uitspraak:
Als je dat vergelijkt met de verhouding van een man ten aanzien van zijn penis: mannen praten er onderling ook over, vergelijken, bieden tegen elkaar op.
Stadeus countert gelukkig die al te eenzijdig vrouwelijke benadering in Kut staat voor lul [TXT]:
Een onderzoek wees uit dat “slechts zeven procent van de vrouwen even gemakkelijk over hun vagina praat als mannen over hun penis”. Lulkoek. Mannen praten onderling helemaal niet over hun penis. Laat staan gemakkelijk. Ik heb het even opgenomen met vrienden die veel broers hebben, en zij bevestigen mijn vermoeden dat ontbijtgesprekken thuis zelden uitdraaiden op conferences over nachtelijke zaadlozingen of het genadeloos vergelijken van ochtenderecties. Ik dacht even nog dat ik gewoon was ingedommeld toen ik de laatste keer met vrienden op stap was, maar eenvoudige navraag leerde dat wij het die keer inderdaad niet over onze respectieve geslachtsorganen hadden. Sterker nog. Van mijn beste vrienden heb ik nog nooit iets over hun penis vernomen. Zij niets over de mijne.
En:
Vrouwen zouden zich onheus behandeld moeten voelen omdat het woord ‘kut’ stilaan een scheldwoord is geworden. Iets wat we slecht vinden, noemen we kut, dus daar gaat het zelfrespect, volgens de regel van het kind en het badwater. En mannen? Die hebben leuke woordjes voor Het Hunne, zoals piemel. Niet om lullig te doen, maar dat vind ik nu een klote-opmerking. Mannen vinden piemel en plassertje geen leuke woorden.
Hilarisch.
(En nog drie items over op mijn lijst.)