smaakbepalend

Gisteren zat ik de ganse dag met de Star Wars Suites in mijn hoofd. Of toch met het thema daaruit, en ik neem maar aan dat het suites zijn. Hm.

Anyway. Got me thinking. Ik vermoed dat er drie muziekstukken zijn die mijn muzikale ‘smaak’ of interesse voor klassiek hebben beïnvloed. De Star Wars soundtrack is er daar een van.

  1. De Star Wars IV (née I) Soundtrack
    Bij uitbreiding filmmuziek in het algemeen, als is dat waarschijnlijk iets te ruim genomen. Maar behoren er ook zeker bij: Ennio Morricone, met o.a. de muziek voor Il buono, il brutto, il cattivo en zeer zeker The Mission; Also sprach Zarathustra van Strauss en An der schönen blauen Donau van een andere Strauss (via 2001: A Space Odyssey); Gershwin met An American In Paris (Wim Mertens en Michael Nyman kwamen later)
  2. Mussorgsky’s Pictures at an exhibition wat ons met handen en voeten en zeer aanschouwelijk werd uitgelegd door meester Claeys die wekelijks slechts een uur muziek werd toebedeeld in het middelbaar. (Ik heb er evenwel in geen jaren meer naar geluisterd.)
  3. Jean Broussolles Piccolo & Saxo (op een of andere manier verbind ik dat altijd met Paula Semer), en natuurlijk Prokofievs Peter en de Wolf (nu moet ik plots aan Beertje Colargol denken).

Herinnert u zich dergelijke ‘smaakbepalende’ muziekstukken?

I *heart* Händel

Mede dank zij de productie van Rinaldo, vorig seizoen in de Vlaamse Opera, ben ik meer en meer een fan van Händel geworden. Want ondertussen is Delirio – Italian Cantatas niet meer uit mijn afspeeltoestellen weg te branden. De sopraan Natalie Dessay verleent aan de interpretatie een uitzonderlijke warmte en helderheid, begeleid door Emmanuelle Haïm op klavecimbel (zie ook de excellente versie van Dido and Aeneas).

Semele

Dus heb ik mij vanochtend even op het voorhoofd gemept. Enige tijd geleden –veel te lang geleden– had ik meegedaan aan een wedstrijd om gratis te kunnen deelnemen aan de Semele-Explorerdag in de Vlaamse Opera in Gent (in het kader van het Opera Explorer programma). Niet alleen waren er workshops voorzien, maar de Semele-Explorerdag sloot af met… een voorsteling van Semele. Ik ging er zelfs een reportage voor GB van maken, compleet met foto’s etc, kortom ik had grootse plannen. Grootse plannen, maar geen duidelijke planner, want nergens had ik dit heugelijke gebeuren neergepend.

Tot het mij vanochtend inviel dat het al lang gelden was dat er nog eens een operavoorstelling had plaatsgevonden, en alles op de site van Vlaamse Opera mooi op zijn plaats viel. Twee dagen te laat. Gelukkig is het niet alsof er geen kaarten meer zijn, voor de reguliere voorstelling. In de uilenbak bijvoorbeeld is er nog wel wat vrij, maar bij een dergelijke visuele opvoering lijkt het me niet de meest aantrekkelijke optie. Al zijn er ook nog vier of vijf andere plaatsen. 66 EUR voor de goedkoopste. Dan sla ik mij liever nog even langer voor het hoofd. (Terwijl ik verder luister naar Delirio – Italian Cantatas.)

klassiek gespot

Twee items, voor ik het vergeet:

Vanavond zit (hoogst waarschijnlijk) Cecilia Bartoli bij Marc Uytterhoeven in De laatste schow. Bartoli heeft ondertussen reeds vier Grammy Awards gewonnen, en haar recente Opera Proibita kreeg meteen een ‘Diapason d’Or‘ en een ‘Choc du Monde de la Musique‘. Op 5 december gaf ze een concert in het Brusselse Palais Des Beaux-Arts, en haar verschijnen bij Uytterhoeven is een tussenstop op haar reis tussen haar optredens in London (7/12) en Parijs (11/12).

En dan is er ook Hilary Hahn, de 25-jarige violiste, die gisteren nog in datzelfde Brusselse Palais Des Beaux-Arts te horen was. Blijkbaar houdt ze reeds (een tijdje –zelf–) een weblog bij, waar de (helaas) schaarse entries rijkelijk opgeluisterd worden met foto’s. Zeer geslaagd overigens, is haar uitvoering van Elgar’s Violin Concerto.

klara en mozart

2006 luidt een nieuw Mozart-jaar in. Op 27 januari zal het immers 250 jaar geleden zijn dat de componist werd geboren. En dat dient vanzelfsprekend passend te worden gevierd.

Onze eigenste Klara zet de toon: Klaradag (21 januari) is meteen het begin van een tiendaagse marathon Mozart. Van 21 tot 31 januari wordt op Klara enkel Mozart ‘gedraaid’; de ganse Köchel catalogus wordt in die tijdspanne op de radio gebracht. Volgens Koen Uvin (producer van Klara) is Mozart gevarieerd genoeg om monotonie te kunnen vermijden.

Daar houdt het evenwel niet mee op, want in navolging van wat de BBC met Beethoven heeft gedaan, wil Klara gedurende die periode dagelijks één archiefopname als download ter beschikking stellen. Het gaat om niet-commerciële opnames, die nergens anders te verkrijgen zijn, waarmee Klara meteen het protest van de muziekindustrie (zoals bij BBC Beethoven) wil vermijden. (De VRT heeft bovendien verdere plannen om de geluidsarchieven te ontsluiten.)

Schitterend!

Mauricio Kagel in de kijker

Gisteren en vandaag krijgt u de laatste twee (Vlaamse) delen November Music 2005 in Gent. Eerder al was er een concert in de Logos Tetraeder, en in het Kunstencentrum Vooruit; gisteren werd in De Bijloke de Duits-Argentijnse componist Mauricio Kagel in de kijker geplaatst, en vanavond wordt op diezelfde locatie een ‘duel’ tussen Vlaanderen en Nederland uitgespeeld.

Voor de pauze bracht het Prometheus Ensemble A deux mains (1995), Auftakte, sechshändig (1996), en Auftakte, achthändig (2003). Drie werken, die door Kagel tijdens zijn inleiding werden beschreven als telkens uitbreidingen van het voorafgaande stuk. Van twee handen voor piano solo; naar zes handen, voor piano en twee maal slagwerk; en tenslotte (telkens hetzelfde stuk) naar acht handen: dezelfde bezetting, aangevuld met een tweede piano.

Bij Kagels muziek is er vaak een aspect van performance aanwezig, wat zich niet beperkt tot een muzikale dialoog, maar waarbij de muzikanten ook op een visuele manier met elkaar en/of met het publiek de interactie aangaan. Die interactie is subtiel grappig, en neigt vaak naar het absurde; Kagel wordt soms omschreven als het muzikale equivalent van Ionesco. De drie stukken voor de pauze waren daar een geslaagd voorbeeld van.

Kagel verzocht ons om tijdens de overgang tussen de stukken stil te blijven, en onze goedkeuring of ons misprijzen te bewaren tot na het laatste stuk. Ook de muzikanten hielden zich aan die afspraak, waarop Inge Spinette (de tweede pianiste) tijdens de laatste wissel het podium betrad met de schoenen in de hand. Bijzonder grappig allemaal.

Na de pauze volgden het Capriccio (2004) en er werd afgerond met Motetten für acht Violoncelli (2004), gebracht door het Cello Octet Conjunto Iberico. U herinnert zich het cello octet nog van twee seizoenen geleden, toen ze de schitterende Glass Reflections (muziek van Philip Glass) in De Bijloke brachten (al was de uitvoering toen iets minder geslaagd). Het cello octet was gisteren evenwel zeer op dreef, en de Motetten werden (in première) heel warm en gevarieerd gespeeld. Bijzonder geslaagd was de manier waarop de cellisten stonden opgesteld (2 mannen, 4 vrouwen, 2 mannen) en de wijze waarop in die opstelling de thema’s in verschillende combinaties werden doorgegeven.

Zeer kundig uitgevoerd allemaal, en erg onderhoudend. Vergeet u vanavond het slotstuk van November Music niet, met o. a. (nieuw) werk van Frank Nuyts. Tot dan?

November Music: Mauricio Kagel in de kijker, gezien op 17/11/2005 in De Bijloke, Gent

November Music: Vlaanderen vs. Nederland, met werk van Bruno Nelissen, Frank Nuyts, en Kim Bowman / Susan Norrie. Vanavond, 18/11/2005 in De Bijloke, Gent

(Deze entry is ook terug te vinden op gent.blogt)

Nabucco

Spektakelopera in concertante uitvoering. Vorig jaar reeds werden we verwend met de concertante uitvoering van Verdi’s Giovanna d’Arco, dit jaar was het de beurt aan Nabucco, Verdi’s derde opera.

Net zoals (later) bij Giovanna d’Arco, schreef Temistocle Solera het libretto voor Verdi, dit keer gebaseerd op het toneelstuk van Auguste Anicet-Bourgeois en Francis Cornu. Tot één zin samengevat, vertelt de opera het relaas van de ballingschap van de joden door de Babylonische overheerser Nabucodonosor (Nebukadnezar). Dat is ten andere diezelfde Nabucco, aan wie de constructie van de Hangende Tuinen van Babylon (een van de Zeven Wereldwonderen van de oudheid) worden toegedicht.

nabucco - afficheDe eerste opvoeringen van de opera vallen zeer dicht bij het hoogtepunt van de Italiaanse Risorgimento, de Italiaans-nationalistische eenheidsstrijd, die uitmondde in de eenmaking van de versnipperde Italiaanse staten (in 1870). Vooral het overbekende stuk met het ‘Slavenkoor’ kende (ook) toen een immens succes, en reeds meermalen werd geopperd de muziek tot het Italiaanse volkslied uit te roepen. Milaan, waar de opera in La Scala in première ging, was destijds onder Oostenrijkse bezetting, waardoor de romantische neerslachtigheid en het thema van Verdi’s opera al gauw aansluiting vond bij een bevolking op zoek naar een nationale identiteit.

Een concertante uitvoering brengt altijd een zeker risico met zich mee. Men bezoekt de opera immers voor een groot stuk ook omwille van het decor, en de visuele omkadering van de muzikale opvoering. Zeker bij een opera zoals Nabucco is het nadrukkelijk visuele een grote rol gaan spelen. Vorig jaar werden we echter aangenaam verrast bij de opvoering in De Bijloke (olv Silvio Varviso), waardoor ook deze keer de verwachtingen hoopvol waren.

De klank in de opera is alvast geheel verschillend van de concertzaal in De Bijloke. Weinig verbazingwekkend, zult u denken, gezien de compleet verschillende bouwstructuur. Het orkest werd voor deze concertante opvoering op de scene geplaatst, de concertbak gesloten, en de bovenkant van de scene werd akoestisch afgesloten, waardoor de muziek in de theaterzaal werd gestuwd. Zelden heb ik zo’n warme muziek gehoord bij een live opvoering. De muziek was geestdriftig, opzwepend waar nodig, echter zonder de overdrijvingen die men gewoon is van de gepopulariseerde opvoeringen van Nabucco.

Marius Brenciu (Ismaele), die u misschien kent van de Koningin Elizabeth Wedstrijd (2e prijs voor zang in 2000) liet zich door Marc Clemeur bij voorbaat verontschuldigen voor een verkoudheid, al bleek dat tijdens de opvoering behoorlijk mee te vallen. Het waren voornamelijk Bruno Caproni (Nabucco) en Paoletta Marrocu (Abigaille) die op de waardering van het publiek konden rekenen, maar de grote lieveling bleek, geheel terecht, Arutjun Kotchinian (Zaccaria) die een zeer rijk gekleurde bas neerzette. De moeite waard.

Nabucco van Giuseppe Verdi; met een libretto van Temistocle Solera. Nog op 8, 11 en 13 november in de Vlaamse Opera te Gent.

(Dit artikel vindt u ook terug op gent.blogt.)

Klara muziekprijzen

Terwijl we toch bezig zijn met de VRT: Klara komt binnenkort weer af met de vijf beste CDs van het afgelopen seizoen (juli 2004-mei 2005). Drie van de vijf laureaten worden door het Klara-team zelf gekozen, maar voor de publieksprijzen kan u zelf meestemmen.

Nog tot 31 oktober kan u kiezen voor de beste CD én voor de beste Vlaamse CD, en de vijf winnende CDs worden voorgesteld op zaterdag 19 november, tijdens de uitreiking van de Klara-Muziekprijzen in de Bijloke te Gent (slotweekend van 75 jaar Radio).

Voor de genomineerde CDs zijn er overigens kortingbonnen (PDF) beschikbaar. Mag ik u daarmee maar meteen –zonder schroom– de volgende CDs aanraden:

Dan overweeg ik zelf meteen ook nog het volgende in huis halen:

  • Cuadernos de Mexico
  • Boesset: Je meurs sans mourir
  • Berlioz: Les Troyens
  • Britten: The Turn of the Screw
  • Chopin: integrale Nocturnes
  • Kodaly,Ysaÿe,Tcherepnin, Cassado: sonates en suites voor cello solo
  • Mozart: 4 sonates voor viool en piano
  • Elgar, Williams/Hahn

verzoeting

Mag ik u, ter afsluiting van de dag, nog even deze tips meegeven?

  • Combineer brood van Bloch met de kazen van Peeters (dat doen ze ten andere zelf ook).
  • Patisserie Wittevrongel, op de Kortrijksesteenweg, is niet alleen de plaats waar u de beste frambozentaartjes (met immer luchtige slagroom) kan bekomen, vandaag heb ik er de beste misérable ever gekocht. Zonder overdrijving.
  • Ook muziek verzacht de zeden. Ik kan u nog steeds de reeksen Contemporain en Recital aanraden in de Bijloke. Het eerste concert (in die reeksen) is op 20 oktober (een avondje minder filmfestival), en sinds vandaag ben ik ook van míjn plaatsen verzekerd. Verlies overigens Semele (in de Vlaamse Opera) niet uit het oog.

Maar, ssst, u hebt het niet van mij gehoord…

valse start voor de opera

Als ik de geschreven pers (alweer) mag geloven, begint het nieuwe seizoen van de Vlaamse Opera zoals het vorige werd afgesloten: povertjes. Heel jammer, want over Salome was ik zeer te spreken. Edoch geen (Richard) Strauss voor mij dit jaar. Tenminste toch niet Ariadne auf Naxos.

Gemakshalve –en ook al wegens de tegenvaller van het niet langer beschikbare abonnement– zou ik nu de rest van het seizoen geheel aan mij kunnen laten voorbijgaan. Ware het niet dat ik niet meteen ben te vinden voor gemakshalve oplossingen, en dat er een paar voorstellingen zijn die ik eigenlijk al helemaal niet zou willen missen.

Om maar niet in dezelfde val te lopen als met het abonnement, wou ik daarom nu zaterdag kaarten halen voor Semele (Händel -omdat ik zo verschrikkelijk heb genoten van Rinaldo), Das Rheingold (Wagner –natuurlijk wil ik de ganse Ring zien) en minstens twee voor De Toverfluit (de eerste opera voor Henri –de (groot)ouders zullen voormoedelijk ook geïnteresseerd zijn).

(Rest dan nog de vraag of ik genoeg geïnteresseerd ben in een concertante uitvoeringen van Nabucco en Maria Stuarda, maar misschien is dit de ideale gelegenheid om het kiekenskot eens te testen. En dan is er nog Franz Lehárs Die Lustige Witwe (met Koen Crucke), waarbij ik vermoed dat zit scènografisch zeer behoorlijk gaan uitwerken.)

Helaas start de losse kaartenverkoop pas een maand voor de vertoning. Ik zal mijn agenda maar bovenhalen.

Il Barbiere di Siviglia

Het daagt mij dat ik nog niets heb gepost over de laatste opera van het seizoen. Hoe jammer ook om dat anders wel geslaagde seizoen met een ietwat valse noot te moeten afsluiten.

Le Barbier de Séville is oorspronkelijk een toneelstuk van Pierre Beaumarchais, geschreven in 1775. Het werd door Cesare Sterbini verwerkt voor Gioacchino Rossini’s Il Barbiere di Siviglia (ofte Almaviva ofte L’inutile precauzione) in 1816, maar kreeg eerder reeds (in 1786) een vervolg in Mozarts Le nozze di Figaro.

Almaviva houdt van Rosina, Bartholo wil met Rosina trouwen voor haar geld. Almaviva schakelt de kapper Figaro in om Rosina van Bartholo weg te kapen, en slaagt er in om met Rosina te trouwen. Totdaar het verhaal.

De muziek is helaas even gevarieerd als de plot, en het jammerlijke feit dat Ivan Törzs op het laatste moment moest inspringen voor Michel Tilkin heeft daar niet veel goeds aan gedaan. Ook vocaal waren er niet echt hoogtepunten, met uitzondering misschien van Lionel Lhote als Figaro.

Helemaal bedroevend was echter de mise-en-scène: een jammerlijk gemiste kans. In voetbaltermen zou het heten dat er verschrikkelijk veel voorzetten waren, maar dat helaas niemand erin slaagde de bal het doel binnen te krijgen. Er waren een aantal geslaagde vondsten (het popdeuntje tijdens de serenade), de onzichtbare spiegel tussen het publiek en de scène, de kostuumwissels van Rosina, en zelfs het voor de hand liggende ‘slappe handje’ van Figaro. De setting was echter een bijzonder traditionele kapperszaak, met een verwarrende dubbele binnen- en buitenfunctie.

Maar waarom (en hier komt die gemiste kans) heeft men de clichés niet verder doorgetrokken. Dit was dé kans om in ware Almodóvar-stijl kitch en cliché tot een geslaagde verpakking in de vertelling te integreren (denk bvb Tacones lejanos), en zo tot een boeiende voorstelling te verwerken.

Helaas.

Il Barbiere di Siviglia van Gioachino Rossini, gezien in de Vlaamse Opera op 9 juni 2005