Niet alleen mocht ik gisteren, wegens kapotte knie, de 20 km van Brussel aan mij laten voorbij gaan –waarvoor ik ten andere VIPsgewijs door de uiterst sympathieke Talking Heads en Nike was uitgenodigd, t-shirt en startnummer incluis– maar het zou lang duren eer ik mijn bed mocht zien. Het begon nochtans goed, want wij waren uitgenodigd op een heel plezant (plechtige) communiefeest van MJ (dank u, B en S), alwaar ook de zoon zich –ver uit ons zicht– wist te vermeien. Iets té enthousiast is hij daarbij geworden –zo zijn jongens, nietwaar– dat hij ‘ergens’ een buiteling heeft gemaakt, en daarbij met de grote teen van zijn rechtervoet –de sandalen stonden netjes bij het springkasteel– ‘ergens’ is blijven achter haken.
En gezien hij niet echt een ’trunt’ is, hebben we hem dan maar serieus genomen, toen hij met een verkreukeld gezicht en kermend van de pijn ons aan de meest rumoerige tafel van het feest kwam opzoeken. Het was toen –oeps, de tijd gaat precies snel– net iets na negen, en na een korte bepoteling zijn we wijselijk richting spoed getrokken. Niet zonder eerst Tessa haar personeelsbadge, Henri zijn UZ-kaartje, en een paar boeken thuis af te halen. Het kan druk zijn op ’t spoed, en al zeker voor de orthopedie, en al zeker op een communieweekend. We hebben dan ook een heleboel gips zien passeren, daar in de wachtzaal.
Het ging nog redelijk vlot, we mochten zelfs met twee mee (waarschijnlijk is dat standaard voor kinderdinges), er werden foto’s genomen, waarop duidelijk een breuk zichtbaar was (rechts van de cursor op de foto hierboven), en de teen werd vastgetaped aan die ernaast. Er kwam geen gips aan te pas.
Volgende week maandag mogen we terug voor controle. En ondertussen mag hij niet meer zwemmen of turnen, voor de rest van het schooljaar.
“Yes!”, bracht hij nog enthousiast uit toen we hem om middernacht in zijn bed konden stoppen.