radiojournaille

Had ik het eergisteren nog over het Radiofonisch Instituut, dan wil ik u vandaag toch niet het plastisch proza van die andere radiostem onthouden:

Misschien kan ik stiekem een foto maken tijdens de operatie, heb ik vooraf gedacht. Niet dus. Ik heb niet eens durven vragen of het mocht, een operatiekwartier is nogal intimiderend. En toen ik onder de lamp lag, besefte ik dat het hoogst ongepast zou zijn de efficientie van zo’n snijploeg te doorkruisen ter wille van de illustratie van een weblog.

Jawel, Koen Fillet ondergaat zijn meniscusoperatrie. Bewust en wel (hoewel enkel –gecertifieerde– zotten gaan voor een lokale verdoving!).

communicatie

Wat is dit nu weer? Karel De Weerdt, van de fotoredactie van de VUM, wijst er An Nelissen vriendelijk op dat ze eigenlijk niet zomaar foto’s van anderen op haar weblog mag gebruiken. Onmiddellijk wordt er geprotesteerd:

Ten eerste wil ik gerust mijn excuses aanbieden aan die arme Marc en AFP, en ik neem me voor enkel nog beelden te gebruiken van fotografen die niet als een kip op hun ei zitten. […]

Natuurlijk is het niet zo zwartwit: ik ben zelf ook fotograaf, en ik vind het niet leuk als mensen mijn beelden stelen. Computerleeks kunnen mijn beelden dan ook niet gemakkelijk downloaden.

Met een beetje slechte wil kan ik dat interpreten als is het de schuld van de fotograaf. Die moet zijn foto’s maar niet downloadbaar maken. Waarschijnlijk is dat zoiets als de appels die ik zonder te betalen meegrijp van mijn groentenboer. Hij moet ze maar niet in die bakken aan de straatkant leggen, waar eenieder ze maar voor het rapen heeft. Overigens zou die middenstander ze beter allemaal gratis uitdelen ipv als een kip op zijn ei te zitten.

Wettelijk heb ik natuurlijk geen verhaal. Toch weiger ik de voorbije posts te wissen. Ik verdien geen geld noch roem met deze blog. De foto’s staan hier zo klein dat mijn lezers ze nadien ook niet kunnen misbruiken. Bovendien is het een vorm van reclame.

Voila! Dat ik er zelf niet opgekomen ben. Als ik zijn appels eet, verdien ik er geen geld mee. En bovendien zeg ik tegen iedereen dat ze verschrikkelijk lekker zijn, en dan komt iedereen ze daar pikken. Appels van excellente kwaliteit! Komt dat zien, komt dat proeven! Gratis en voor niet dames en heren. Zolang ge er maar geen geld aan verdient.

Misschien ben ik te ijdel; zoveel lezers/kijkers heb ik niet. Daarmee bewijs ik nogmaals dat de fotografen die hier dus wel een verhaal van maken gewoon bekrompen bloedzuigers zijn. Gelukkig zitten 90 % van de mensen goed in elkaar, en stelt het probleem zich dus niet.

Wow! Wat een redenering. Wie niet have en goed afgeeft is een bekrompen bloedzuiger. Geld verdienen, dames en heren, is slecht!

*zucht*

Weet ge, op een bepaalde manier kan ik mij best vinden in Ans standpunt. Het is absoluut het einde van de wereld niet als je eens een beeld van iemand gebruikt op een persoonlijk weblog. Zolang je maar duidelijk uw bron vermeld en/of de auteur de nodige credits geeft. (Al probeer ik dat gebruik zelf te vermijden.)

Want het komt gewoon neer op respect voor andermans werk. Een goede reactie ware geweest: “tiens, eigenlijk is dat waar; in het vervolg vraag ik het gewoon.” Wat er totaal over was, is de manier waarop An de fotografen, wiens werk ze gebruikt, zomaar door het slijk haalt, enkel omdat ze erop gewezen wordt dat wat ze doet, niet correct is. Dat hebben die fotografen nergens aan verdiend.

Als Nelissen overigens een mailtje had gestuurd naar de fotograaf, dan denk ik dat er geen enkel probleem zou geweest zijn betreffende het gebruik van die foto. Met Het Project doen wij dat ook. Het budget voor wat dan ook is bij ons nul komma nul (wij verdienen geen geld met Het Project, integendeel). Maar als we om een foto verlegen zitten, en we ontdekken bijvoorbeeld een relevante foto op flickr, dan sturen we die fotograaf gewoon een mailtje. Ook al mogen we de foto gewoon overnemen volgens de zelf ingestelde creative commons licentie. Want weet ge wat? Dat hoort gewoon zo. Communiceren, noemen ze dat. En ook: beleefdheid. Daar hoeven verder geen overdreven en belachelijke copyright regels aan te pas komen.

flickr tattoos

Geen paniek, de volgende episode komt eraan. Ondertussen zijn er ook op het Grote Internet schitterende zaken te vinden over tattoos, zoals bijvoorbeeld op flickr.

Simpelweg de tag ‘tattoo‘ levert al meteen meer op dan u ooit had gewild. Maar er zijn ook gerichtere groepen, zoals Tattoos (duh!) of Tattooed girls (doe maar eens een search). Het leidt je vaak naar diverse flickr sets zoals Tattoo Nation en Full Coverage Exhibit.

Al zijn er vanzelfsprekend ook sets waarop de evolutie van iemands tattoo is te volgen, zoals Project Koi, een van mijn favorieten.

En wat dacht u van deze prachtexemplaren, zoals de rug van dit meisje waarop een Mucha werd getatoeëerd. Of de Japanse boom op Megans rug of de bloesem bij Emily.

Kijkt u maar even uw ogen uit!

gouden tips (bis)

Als “mens-die-regelmatig-persberichten-mag-lezen” (ervaringsdeskundige!) geef ik u vandaag een paar gouden tips mee.

  • Een goed persbericht begint voor ik de mail open: maak gebruik van uw subject line. Duid uw onderwerp!
  • Kom terzake. Journalisten, of mensen die persberichten behandelen, krijgen dagelijks hopen van die dingen te verwerken. Als ze eerst een halve mail moeten lezen voor ze weten waarover het gaat, kan u net zo goed geen persbericht rondzenden.
  • Stuur geen (half-)lege mail met enkel een PDF. Uw subject line zal al verdomd interessant moeten zijn alvorens een journalist uw PDF/Word Document opent om uw persbericht te lezen. Stuur op zijn minst een samenvatting mee in de mail zelf.
  • Beperk uw attachments tot een absoluut minimum. Stuur geen bestanden mee van ettelijke megabytes groot. Dat wekt alleen maar wrevel op. In het slechtste geval crasht de mailbox van de journalist in kwestie, en dan hoeft u niet meer op veel goodwill te rekenen. Wel goed is om een (directe) link mee te sturen, vanwaar meer informatie kan worden gedownload.
  • Zet uw contactgegevens duidelijk in de e-mail.
  • Antwoord op de vragen die de journalist u per kerende stelt. Niet morgen, niet straks, maar binnen een redelijke termijn.

Ik weet het: dit zijn echt wel basisregels, waarvan men verwacht dat ze gekend zijn en toegepast worden. Helaas.

gouden tips

Als “mens-die-regelmatig-vrijkaarten-mag-uitdelen” (ervaringsdeskundige!) geef ik u vandaag een paar gouden tips mee.

  • Als er bij de opgave staat: ‘gelieve “x y z” in de subject line te vermelden’, doe dat dan. Beschouw het als een intelligentietest. Mensen die de toekenning van dergelijke prijzen beheren, krijgen hopen mails binnen. Vaak staat er een filter op die subject line. Hebt u een andere subject line, dan houden uw kansen daar al meteen op.
  • Gebruik uw echte en volledige naam. “Groot Beerken” of “Lief knuffelkonijntje” maken bij mij geen schijn van kans op een vrijkaart, en “Frans Hotmail”, “Mieke”, “A.”, “X. Van de Kasseien”, of “L33t c00l” al evenmin.
  • Ga er niet van uit dat u gewonnen hebt. “Yo! Bedankt voor de vrijkaart, man!”, helpt u geen zier vooruit. Integendeel. Een vriendelijk “Hierbij mijn deelname aan x y z”, gevolgd door pakweg “Groetjes”, kan nooit geen kwaad. Zelfs een grapje wordt op prijs gesteld. Arrogantie niet.
  • Stuur geen lege e-mail als deelname. Lege e-mails verdwijnen hier automatisch in de spambak.
  • Vermeld dus toch nog maar eens uw volledige naam in de body van de e-mail. Bij voorkeur ook uw e-mail adres, dan moeten wij niet op 27 plaatsen gaan knippen en plakken.
  • Als er staat: “maak kans op 1 vrijkaart”, vraag er dan vooral geen twee. Uw kansen op zo’n vrijkaart houden ook daar op. Hebzucht is één van de zeven hoofdzonden.

Succes!

in de soep

Dju. En nu draait mijn planning toch nog in de soep. Nee, niet de planning van de week waar ik zo naar uitkeek (en grotendeels gemaakt werd in functie van Het Project), maar de planning die ik al al langer voor ogen had voor dit weblog.

Big Bang heb ik gehaald (zo wist u reeds); net zoals Oorsmeer; het CNQ heb ik gisteren ook gezien/gehoord (verslag volgt volgende week; het publiek was alvast enthousiast); de rest staat nog steeds ingepland.

Maar hier loopt het een beetje in het honderd.

Gisteren heb ik, als aanloop naar de Week van de Smaak (u leest er vandaag nog over bij Het Project), de bereiding van ons avondmaal fotografisch gedocumenteerd. Gezien ik daarna naar de Vooruit ben getrokken had ik geen tijd meer om die foto’s verder te verwerken (of het recept uit te schrijven). Hopelijk vind ik vanavond (vannacht nog ergens een gaatje).

Twee ‘series’ die ik hier onlangs heb opgestart, moeten ook nog een vervolg krijgen. Voor het ene is eigenlijk de deadline gisteren verlopen. En natuurlijk ligt u daar niet wakker van. Maar ik wel.

blog van het jaar

Het circus is neergestreken. Naar jaarlijkse gewoonte kan u opnieuw uw stem uitbrengen in de popularity contest Site van het Jaar, editie 2006. Totaal nutteloos, dit soort wedstrijden, waarbij de winnaar niet noodzakelijk de beste site is (niet noodzakelijk, al kan het wel), maar wel de meest populaire.

De usual suspects doen weer mee: Pietel, Michel, i., Oogsnoep, en zelfs dit weblog. Whatever.

Sla het allemaal maar gerust over. Dat ga ik ook doen.

(Meer zelfs, ik heb gevraagd mij uit die lijst te schrappen. Wat blijkbaar niet evident is.)

gelogged

Gisteren werd mij –in mijn hoedanigheid van Staff Representative (ad interim)– officieel bevestigd dat alle internet activiteiten van het personeel worden gelogged. Ik had zoiets al officieus horen waaien, meer bepaald dat er steekproeven waren genomen in juni, en nog ergens eind augustus/begin september, en dat er al een aantal mensen op hun vingers waren getikt. Drie mensen, zo ging het gerucht, waren uit die cijfers geschrapt (waaronder ikzelf) omdat hun professionele activiteiten intensief gebruik van internet met zich meebracht. Voor één (ander) iemand werd evenwel de toegang tot internet afgesloten (met uitzondering van e-mail –voor bedrijfsdoeleinden wel te verstaan).

Maar gisteren heb ik dus officieel gehoord dat die steekproeven werden uitgevoerd in juni, begin september, en opnieuw eind september. En daarbij werd niet enkel de hoeveelheid dataverkeer nagekeken, maar tevens de soort (websites, chat, games, etc.). Achteraf heb ik —off the record, maar van iemand die er direct bij betrokken is– te horen gekregen dat ondertussen alle gegevens worden bijgehouden in een speciaal daartoe aangekochte server. En al zijn die gegevens vanuit wettelijk standpunt waarschijnlijk niet bruikbaar (individuele gegevens mogen enkel worden opgeslagen nadat de betrokken persoon daarvan op de hoogte werd gesteld –uitzonderingen niet te na genomen), het is niet echt een aangename wetenschap (die ik –officieel– bovendien niet aan mijn collega’s mag doorvertellen).

het kot

Het ging over koterijen, vandaag op de interne mailing list van Het Project. Dat de koten tegenwoordig toch snel 250 EUR per maand kosten, en dat daarbij een 400 EUR mocht gerekend worden voor vertrier en eten. En 50-100 EUR voor een gsm. En dat er nog een laptop bijhoorde ook. En al gauw, zo beweerde men, kost zo’n kotstudent tegen de 900 EUR per maand, door elkaar gerekend.

En dan dacht ik terug aan mijn tijd in Antwerpen, academiejaar 1989-1990. In mijn kot dat kleiner was dan onze huidige badkamer, en waarvan de badkamer gemeenschappelijk was, maar ik had wel een kitchenette. De afstand tussen het bed, de deur, de kast, en de kitchenette was net geen meter. Leuk als er madammen kwamen, dat wel. En dat kostte iets van een 6.500 BEF (160 EUR) per maand. Voor al de rest –eten, uitgaan, telefooncelbellen, boeken– kreeg ik een 1.000 BEF (25 EUR) per week. (Niet dat ik daarover te klagen had.)

Internet was er nog niet, dat kreeg ik pas als ik een jaar of zo later terug in Gent stond, om er Germaanse te volgen. Honderden brieven heb ik (hand)geschreven, gedurende dat jaar in Antwerpen, dat wel. In Gent was het ARC (nu DICT) mij te ver, maar op de Blandijn was een computerlokaal, en de home achter ’t studentenresto aan de Overpoort –waar een vijftal computers stonden– was dag en nacht open, en daar heb ik menige nachten gesleten in aangenaam gezelschap.

Ach, waar is de tijd. Ik zou het zo opnieuw doen.

myfamily

Wij zitten al jaar en dag bij Mobistar. Ooit was ik begonnen bij Proximus, ergens in de mythische jaren 90, maar al gauw bleek hun service en hun aanbod voor ons niet toereikend. Voor de ‘Family’ formule sprak ons aan: één factuur voor het ganse gezin, met gedeelde beltijd, en zo goed als gratis bellen tussen ons beiden. Zeer voordelig.

Ondertussen is ook dat pakket een paar keer geëvolueerd, zodat we tot vandaag beiden konden bellen voor 55 EUR per maand, en daar kwamen we ruimschoots mee toe. Vanaf volgende week moet Tessa echter niet-inslapende wachten kloppen, waardoor ze wel telefonisch bereikbaar moet blijven, maar niet steeds ter plekke aanwezig moet zijn. Gezien we echter beiden nogal op onze privacy gesteld zijn, zagen we het niet zitten om hetzij ons huisnummer (vaste lijn), hetzij haar GSMnummer op te geven, gezien we dan –voor we er ons zelf goed en wel van bewust zijn– dag en nacht voor de dienst bereikbaar zijn, ook al is ze niet van wacht. Een GSM van de dienst zit er voor één of andere reden niet in. Al zou dat, mijns inziens, veel oplossen.

Soit, we zitten met twee redelijk verouderde GSMs (de mijne is minstens zes jaar oud), dus hadden we besloten om –deels gefinancierd door de fnacbonnen die Tessa nog van haar feest heeft overgehouden– een nieuwe GSM te kopen, en een derde nummer aan te schaffen. Dat is gratis bij die Family-formule van Mobistar. In de fnac verkochten ze ons wel een GSM, maar met een extra nummer –bovendien gekoppeld aan ons Family-pakket– konden ze ons niet helpen. (Verrassing!)

In het Mobistar Centre een beetje verder in de Veldstraat, vormde dat echter geen enkel probleem. De meneer die ons van dienst was, gaf ons niet alleen een derde chipkaart, hij raadde ons ook aan de huidige chipkaarten te vervangen: “ze zijn al redelijk oud, nietwaar meneer”. De inhoud van de oude werden op één-twee-drie op de nieuwe gekopiëerd, de derde chipkaart werd geactiveerd, en de formule werd aangepast. 30 EUR voor de eerste twee kaarten + 15 EUR (abonnement) voor de derde. Waardoor we nu 45 EUR per maand betalen (ipv 55 EUR), aan dezelfde voorwaarden.

In tegenstelling tot wat men dezer dag man verwachten, was de meneer die ons geholpen heeft, de kalmte en professionaliteit zelve. Geen frank hebben we daar betaald, zelfs geen GSM hebben we daar gekocht, maar we werden daar geholpen alsof we de meest belangrijke klant waren die ze ooit hebben gehad. De fnac kan er nog een puntje aan zuigen.

Een dikke pluim!