off-line

En daarmede zijn wij er ook eens uit. Twee daagjes London, met de bus, de kodak nikon, een veel te grote valies, en nog minder tijd om te slapen dan anders.

Edoch, tenzij ik iemands arm er kan uitdraaien om mij aldaar naar een internetgelegeheid te brengen, betekent dat ook dat er tijdens het weekend niet zal gepost worden. Een primeur, want gedurende de laatste drie jaar (give or take) heb ik elke dag minstens 1 postje gepleegd.

Niet getreurd, voor morgen heb ik alvast een oplossing –al zal u zondag dan weer wél verweesd achterblijven. Dank zij het fantastische wordpress systeem kan u morgen, zaterdag, vanaf 10:13:08 stipt, op gent.blogt de bespreking van het Bijloke concert van gisteren erop nalezen.

(Nee, vanaf morgen! Tenzij i. aan de timestamp prutst natuurlijk.)

Maandag kan u mij hier terug verwachten, hopelijk met een heleboel wilde verhalen (en dan antidateer ik wel een entry zodat het lijkt dat ik zondag tóch heb gepost).

En nu allemaal naar buiten. ’t Is lenteweer.

marktonderzoek

Maandagochtend, tijd voor een klein marktonderzoek.

de blauwe tomaat

  1. Wie herinnert zich de blauwe vruchten nog, die enige tijd geleden de abribussen er als VLD wachthokjes lieten uitzien?
  2. Wie heeft de URL die op de affiches stond genoteerd of onthouden?
  3. Wie heeft daarop de site bezocht? (www.ikhouvanblauw.be)
  4. Wie heeft de link gelegd tussen die blauwe vruchten en de huidge reclamecampagne Alléén de beste tomaten zijn blauw.? (Elvea)

vanalles vandaag

Ik ziek uit. Wij zieken uit. Het broeit al een tijdje in ons gezinnetje; vorige week had ik migraine, en zat Tessa met een serieuze bronchite, die zich eigenlijk tot vandaag nog steeds manifesteert. Met dat verschil dat ik het sinds vannacht ook serieus zitten heb. Had ik mij ten andere niet geëngageerd om vandaag naar een persvoorstelling te gaan, dan was ik mijn bed niet uitgekomen. Al ben ik ten zeerste verheugd dat ik dat wel heb gedaan. Zo’n schone dag (waar ik mij doorheen heb gesukkeld).

Er volgen dus nog een recensie van de opera gisteren (Salome van Strauss), en een verslag van de persvoorstelling (voor gent.blogt).

Ik biedt u nog de volgende observaties, voor ik mij omdraai en de slaap vervat:

  1. De Nikkor AF-S VR 24-120 f/3.5-5.6G IF-ED begint hoe langer hoe meer een noodzaak te worden. Heel zeker in het licht van verslaggeving. Mijn AF 18-35 f/3.5-4.5 is te breed voor portretten (maar goed voor de zeldzame groepsfoto); mijn AF 70-300 f/4-5.6G is te eng voor portretten dichtbij (vergeet niet, de 70 wordt 105 voor de D70 chip). Bovendien is voortdurend lenzen wisselen niet altijd mogelijk, en als het wel mogelijk is, verschrikkelijk veel gepruts.
  2. Hier (en hier; bij beide vooral de commentaren) vindt u de reden waarom ik mij niet heb opgegeven als medewerker voor struikgewas (dat ik overigens voor de rest een zeer puik weblog vind). De polemiek rond gent.blogt was voor mij al genoeg geweest. Voor de rest weet ik over mogelijke struikgewas ‘problemen’ enkel wat publiek beschikbaar is, en dat is dus niks. Vandaar lijkt het mij logisch dat ik mij er voor de rest mijlenver vanaf ga houden. Van die polemiek, bedoel ik dan; de RSS feed zit al van het eerste moment in mijn newsreader. Puike artikels, so far.
  3. Niet alleen moet ik nog die twee artikels schrijven, hierboven vermeld, maar ik heb ook nog geen tijd gehad mijn mail te beantwoorden. Bepaalde mensen hebben nog een mailtje van mij te goed; ik ben u niet vergeten!

That’s it from me for today, folks. Slaapwel.

vakantie

Vakantie. En neen, ik schik mijn computer geen 48 uur uit te zetten. Wel zie ik mijn zondag zo zoetjesaan dichtslibben.

Want: eerst speelt Peter Vermeersch op de Kouter, tegelijkertijd gaat de Blauwe Kiosk (gelukkig: tevens op de Kouter) open, en, zo verneem ik pas, treden des avonds Lady Linn & Her Magnificent Seven op in de Charlatan (en laat dat toevallig die ene act zijn die tijdens de laatste Gentse Feesten hebt gemist). En ik heb nog nooit een stap in de Charlatan gezet (of doet dat niet ter zake?).

Ondertussen zou ik ook nog mijnen kleinen ergens paaseieren moeten kunnen laten zoeken, zowel hier, als bij zijn –meerdere– grootouders, en steekt er waarschijnlijk nog ergens een paasbrunch tussen.

En hebt u ook vakantie?

slechte punten

We scoren dus slecht voor geschiedenis, zo vindt men. Het clichébeeld dat historisch besef toeneemt met de leeftijd, klopt niet. In een test naar aanleiding van de Nacht van de Geschiedenis scoren 18- tot 34-jarigen even hoog als de andere leeftijdscategorieën. Ze halen gemiddeld zes op tien.

Jammer dat men meteen de 18- tot 34-jarigen blijkbaar in één categorie onderbrengt.

De vraagstelling verliep als volgt: er werd gepolst naar de meest bewonderde en meest gehate persoon (ik weet niet hoe het met u zit, maar ik heb zo niet meteen een antwoord klaar), en daar bovenop kreeg men nog eens tien kennisvraagjes (niveau secundair onderwijs; antwoorden helemaal onderaan, in omgekeerde volgorde!):

  1. Van wie werd België onafhankelijk in 1830?
    1. Duitsland
    2. Frankrijk
    3. Nederland.
  2. Wanneer leefde Karel de Grote?
    1. Voor keizer Karel
    2. Gelijktijdig met keizer Karel
    3. Na keizer Karel
  3. In welke cultuur vindt de uitdrukking ‘Spartaanse opvoeding’ haar oorsprong?
    1. De Egyptische
    2. De Griekse
    3. De Romeinse
  4. Wat is het Davidsfonds?
    1. Een bank- en verzekeringsinstelling
    2. Een derdewereldorganisatie.
    3. Een cultuurvereniging en uitgeverij
  5. Wanneer kregen vrouwen in België stemrecht bij de parlementsverkiezingen?
    1. Ongeveer 60 jaar geleden
    2. Ongeveer 120 jaar geleden
    3. Ongeveer 180 jaar geleden
  6. Welke Griekse dichter uit de Oudheid schreef de Ilias en de Odyssee?
    1. Erasmus
    2. Homerus
    3. Papandreu
  7. De Koran is het heilig boek van?
    1. De boeddhisten
    2. De joden
    3. De moslims
  8. Van wie is de zogenaamde evolutieleer?
    1. Charles Darwin
    2. Thomas Edison
    3. Isaac Newton
  9. In 1492 ontdekte Christoffel Columbus Amerika. Daardoor kwamen er heel wat nieuwe producten naar Europa. Wat was daar niet bij?
    1. aardappelen
    2. papier
    3. tabak
  10. Rangschik de volgende kunstschilders chronologisch:
    Jan Van Eyck, Pablo Picasso, Pieter Paul Rubens

Waarbij al meteen opvalt dat de helft van de vragen direct van toepassing zijn op België. Inclusief een vraag-van-de-sponsor. En dan is de objectiviteit al meteen zoek.

Los daarvan heb ik geschiedenis altijd een verschrikkelijk fascinerend vakgebied gevonden. Tot mijn grote spijt werd (wordt ?) het vak vooral met oogkleppen aan gegeven, en lag (ligt) de nadruk vooral op het van buiten blokken van hele hopen tekst en data. Terwijl het interessante aan geschiedenis veeleer te zoeken is in de verbanden met alle andere vakgebieden, de samenhang, de invloeden, het waarom.

Hoe kunt ge het in godsnaam hebben over de schilderkunst in de 15-16eE en dat niet betrekken op de politiek en de economie en de literatuur, om nog maar te zwijgen van de invloed op de pre-raphaelites 300 jaar later.

*zucht*

(10-JVEPPRPP/9-2/8-1/7-3/6-2/5-1/4-3/3-2/2-1/1-3)

omdat het moet

Ik ben een eigenaardig mens –maar dat had u misschien al zelf ontdekt. Ik zou misschien niet zover willen gaan om te zeggen dat het mij helemaal niet interesseert of dit weblog nu gelezen wordt of niet, maar het is in elk geval niet van primair belang. Mits enige uitzondering, is mijn ‘publiek’ eigenlijk ook niet veel meer dan een (welkome!) vlek, een beetje zoals een acteur te zien krijgt door de waas van licht vanop een podium. Niet dat ik al veel op een podium heb gestaan, maar zo werd het mij reeds menige keer uitgelegd.

Wat ik alvast niet doe, is schrijven voor een welbepaald publiek. Meestal stort ik mij op een onderwerp (hifi, muziek, fotografie, zolders, inkomensverspreiding), waar ik dan geruime tijd over bericht. Sommige onderwerpen blijven terugkomen, andere zijn gedoemd om in de archieven eenzaam weg te kwijnen. Vandaar ook mijn huidige interesse in wiki’s of afgeleide systemen, om mijn muziek etc collecties een waardiger bestaan te geven.

Mijn teksten worden ook zelden of nooit geëditeerd voor ze on-line komen. Ttz ze worden wel geëditeerd, maar niet gecensureerd, met als gevolg dat sommige dingen wel eens verkeerd kunnen overkomen, of worden misverstaan.

Bovenstaande is daar waarschijnlijk ook een voorbeeld van, want eigenlijk wou ik iets schrijven over mijn lof voor de amateur (ofte ‘liefhebber’), die schrijft, tekent, fotografeert, (we)blogt, chocolade pralines maakt, in den hof werkt, loopt, voetbalt, en vult u zelf maar verder aan, niet (noodzakelijk) omdat hij anders ontploft, maar des te meer omdat hij het nu eenmaal leuk vindt. (Dit bijna geheel vanuit mijn afkeer van de zogenaamde professionelen in alle mogelijke vakgebieden, die, in zeer grote getale, u uw eigen nier als een nieuw hart kunnen verkopen. En neen, dan heb ik het hier niet specifiek over salespeople of de juffrouw die u des avonds –telefonisch– terug bij Belgacom probeert te krijgen.) De grootste vergissing die men echter, mijns inziens, kan begaan, is van zijn liefhebberij zijn beroep te maken –en geloof mij, ik kan het weten.

Eenmaal de verplichting er is, wordt alles anders. Je moét werken, moét recensies schrijven, moét websites afhebben tegen deadlines, moét een volgende huwelijksreportage maken, moét vijfhonderd kilo pralines maken voor diezelfde trouw, want anders komt er geen brood op de plank. En daarmee is de leute ervan af.

Goed, dit maar om te zeggen dat ik een backlog heb van een aantal zaken. En dat die zeker nog zullen volgen, maar dat ik niet weet wanneer.

(Richt ik mij nu tot een publiek, tot mijzelf, of tot die mensen van wie ik weet dat ze dit lezen?)

aftermath

Gentsche ribbefretterij = voor herhaling vatbaar.

Gezichten worden geplakt op weblogs, vermoedens worden bevestigd (nee, niet die). En dat het gezellig was, en voor herhaling vatbaar. En dat er slechts twee vrouwen waren (heel charmant), en dat bijna alle mannen hun toestel uit hun broekzak wisten te voorschijn te toveren. En dat Michel de grootste had.

Daar moet ge ’t voorlopig maar mee doen.

lentelentelentelente

Het kriebelt! Ik wil de motor van stal halen. Vanochtend was ik toch wel een klein beetje jaloers toen ik ze in Brussel, vanuit mijn raam op de 9e verdieping in de Albert II-laan, zag toestromen. En dit weekend is het bovendien opendeurweekend bij BMC.

Edoch:

  1. De Albertlaan (in Gent) ligt momenteel geheel en al open als een lijk bij Vesalius. Al mag dat op zich geen probleem zijn, ware het niet dat ze net het voetpad voor mijn deur hebben opgebroken, en ik door noch tussen kan.
  2. En zelfs al was dat voetpad mooi gelegd, dan nog stond onze wagen tussen mijn motor en de openbare weg. Gewoon verplaatsen helpt niet, want wegens te weinig gebruik (en de te lage temperaturen de laatste tijd), is de batterij leeg.
  3. En dan nog zou ik dit weekend niet kunnen gaan, want Tessa moet voor een seminarie naar Praag, waardoor ik alleen op Henri moet letten. (Wat dan weer geen verplichting is, maar een plezier.)

Het zal niet gemakkelijk worden, tijdens ‘het seizoen’, te kiezen tussen de motor (vrijheid) en de trein (lezen). (Tenzij de zweetgeur op het openbaar vervoer die keuze voor mij vergemakkelijkt.)