you wuss

Als het op seizoenziektes aankomt ben ik echt een klein kind. Een zere keel, een beetje hoofdpijn, wat griep of een verkoudheid, en ik kruip het liefst van al in mijn bed, de lakens ver over mijn hoofd, met een klein gaatje om nog net de tv door te kunnen zien.

De ganse week zat het er al aan te komen, en een eerste week woon-werk verkeer met de trein staat er ook min of meer garant voor. De airco; de nieuwe mensen, bacteriën, en virussen (viri ook, maar gezien mijn sexuele voorkeur, heb ik daar minder last van); a little time bomb waiting patiently to go off. Donderdag begonnen, en vandaag waarschijnlijk reeds ver over de top heen. But you know what: ’t is weekend. En als ik de ganse dag in mijn bed wil blijven liggen met een ‘zware’ verkoudheid en een keel’ontsteking’, dan doe ik dat gewoon. I’m a man after all. Als ik klaar ben met de afwas toch.

voorbij

Zo was plots de dag voorbij. En had mijn schoonvader mij –tijdens het leggen van de zoldervloer– niet verteld dat er ’s avonds opera was, had ik waarschijnlijk ook dat gemist.

Bij deze is de zolder gevloerd bevloerd. De 70m2 is voorzien van een laag OSB, en nu vragen we ons af wat er bovenop moet komen. In eerste instantie was ik van plan er nu een zwevende vloer op te plaatsen, maar we zijn plots met rubber op de proppen gekomen. Geen noppen, of harde bibliotheekvloer, maar eerder een rubber van de zachtere soort.

Ondertussen kunnen we de twee zijmuren errm ontstoffen. En aan de verlichting werken. En de electriciteit verder uitbouwen. Ik heb gemerkt dat de electriciteit in vijf draden naar boven komt: een aarding, een blauwe, een rode, en twee zwarte. Als ik het goed heb is die blauwe de N (neuter), en zijn die rode + twee zwarte de fasen. En ik heb natuurlijk een differentieelschakelaar voor een normale F(ase) + N(euter).

Iemand die weet waar ik het installatieboek van Vynckier kan vinden?

the mob

“Och die dokters, dat heult en dat zeult allemaal met de maffia,” heb ik ooit een ‘lichtelijk’ aangeschoten manspersoon horen verkondigen tegen een groepje dokters-in-spe. “Allemaal grootverdieners, zakkenvullers, en dat trekt zich van de patiënten niets aan.”

Het is tegenwoordig ‘in’ om van alles en iedereen de lonen te horen te krijgen, en dan vooral met de nodige verontwaardiging daarop te reageren. Volkomen gerechtvaardigd overigens. Het kan gewoon niet dat iemand zoals Coene een dergelijke mate geld schept, ten koste van de werknemers van het bedrijf dat hij geacht wordt met kennis te leiden.

Met de artsen is het trouwens niet zo complex als Marc Moens van BVAS (het artsensyndicaat) laat doorschijnen Het aantal artsen dat zo buitengewoon veel verdient, is erg beperkt. Het gaat vaak ook om zeer gerenommeerde mensen, en niet zomaar om doorsnee artsen.. Technische artsen verdienen nu eenmaal meer dan behandelende artsen, en dat heeft vooral te maken met kwantiteit (niet kwaliteit). Het duurt nu eenmaal minder lang om pakweg een radiografie te nemen, dan de kwaal die op de plaat tevoorschijn wordt getoverd, te behandelen. (Waarmee ik niet noodzakelijk afbreuk wil doen aan de kennis ende kunde van de radiologen.)

Het grafiekje uit DS, betreffende de omzet van de artsen (ruwweg per specialisatie) spreekt dan ook boekdelen.

Maar waar ik mij vooral zorgen om maak, is dat grote inkomen waarvolgens mijn 30+ jarige doctor geneesheer-specialist(-hematoloog)-in-opleiding zou moeten over beschikken.

multimedia 05

Bijna onvermijdelijk, deze tijd van het jaar: de plannen en intenties voor 2005. Zoals het er nu uitziet, wordt 2005 het jaar van de audio.
Eindelijk: sinds 97 beschikte ik niet meer over een deftige luisterruimte. Waarmee ik niet zozeer bedoel dat ík de muziek luid genoeg kan zetten, maar eerder dat ik ánder geluid kan buiten houden. Overigens ben ik van het principe dat een goede geluidsisolatie integraal deel uitmaakt van een goede luisterset. (De opmars van de thuisbioscoop belooft helaas weinig goeds.)

CDs
Alle CDs in de mediatheek ingeven. Om mijzelve te ‘motiveren’ heb ik mij de volgende voorwaarden opgelegd: (1) een CD die nog niet in de database zit, mag niet naar de luisterruimte op zolder (ultimately worden alle CDs boven geplaatst in een nieuwe ende zelf te maken CDkast) en (2) véél dwingender: zolang niet alle albums van eenzelfde genre in de database zijn opgenomen, mag ik van dat genre geen nieuwe CDs kopen. Genre is tamelijk ruim: jazz, klassiek, soundtrack en pop (basically alles wat niet tot de andere drie behoort).
Zo weinig mogelijk copy protected kopen.
En minder dan 18 EUR per CD. Bij voorkeur (véél) minder. Jammer genoeg blijft klassieke muziek (erg) duur. Daarom: nog selectiever kopen dan in 2004.
Boeken
(De ingave van de boeken in de database wordt meteen ingepland voor 2006.)
The Baroque Cycle volledig uit hebben.
Tegelijkertijd toch een quota van 2 à 3 boeken per maand halen.
(Wat meer Franstalige literatuur lezen. Tips zijn welkom.)
Audio (méér)
Het zwarte goud! Vinyl! Hoe zit het nu met die langspeelplaten? Klinken die –zoals wordt beweerd– echt zoveel beter dan CDs? Een klein empirisch onderzoekje lijkt me dan ook aangewezen.
(Een tuner. Maar dat is een grote maybe.)
Film & televisie
Minder TV kijken; meer de radio als bron voor ‘achtergrondgeluid’ gebruiken.
Hopelijk opnieuw net zo actief als in 2004 het Filmfestival meemaken.
Zo min mogelijk DVDs duurder dan 10 EUR kopen.
Live
Opera-abonnement: check.
Hopelijk ook nog een aantal losse concerten bijwonen (Bijloke, Vooruit, Handelsbeurs).

Totdaar. Voorlopig. Want dit alles is natuurlijk voor verbetering en uitbreiding vatbaar (Il n’ya que les imbéciles qui ne changent pas d’avis.). En hoe zit het met uw multimediale avonturen?

lichtje

Onderweg naar de Ikea in Ternat, een tijdje geleden:

– Shit, Tess, wat is dat lichtje dat daar pinkt op het dashboard? Welk icoontje staat daarbij?

Met een regelmaat van ongeveer één keer per twee seconden knipperde een lichtje rechtsonder aan de centrale console. Het handboek bracht geen soelaas.

“Ik zie er hier eentje staan met daarbij ‘onmiddellijk stoppen’, maar dat is bij dat icoontje hier.” Tessa wees ergens een centimeter of drie-vier hoger. “Maar ik zoek nog wat verder.”

– Misschien moeten we dan maar stoppen, en de motorkap eens openen.

Niet dat ik daar iets van ken, maar op dat moment maakte het ons wat rustiger. De onverlaat bleef onverstoorbaar doorgaan.

En dan…

– (<bulderlach>)

“Wat? Wat is er?! Weet je wat het is?”

– Waar is mijn GSM ergens?

“Daar, op dat bergvakje voor dat dashb… <bulderlach>”

Jawel: het glas van het dashboard weerspiegelde keurig het knipperende lichtje van de GSM. Net echt. We kwamen niet meer bij.

Tot plots het lichtje van de benzine aansprong en bleek dat we nog meer dan dertig kilometer van Ternat verwijderd waren.

erotisch

“Zo een dikke poep!” riep Henri uit.

-Wablieft?

“Jamaar nee hé, dat is erotisch bedoeld”

-…

“Euh ironisch. Ah ja, ironisch natuurlijk.”

Sinds een paar weken heeft Henri er een nieuw woordje bij. Hij liegt niet (dat heeft hij eigenlijk nooit gedaan), maar hij zegt ‘ironische’ dingen. Soms technologisch, of economisch, en gisteren ook erotisch. Maar eigenlijk dus gewoon ironisch. Truth with a twist.

hoog

Tussen twee kotsbeurten in (ik heb griep of iets gelijkaardigs), zijn we bij een vriendelijke meneer langs geweest die inbouwhaarden en houtkachels verkoopt.

Waarop hij ons vertelde dat je toch wel over een schouw van een meter of vijf-zes dient te beschikken voor je er een haard onder kon zetten. Tenzij je per se de rook terug in de woonruimte wou laten neerslaan.

Nu is die hoogte eigenlijk nergens een probleem, maar gezien de schouwen niet boven ons dak uit komen, kan dat net op zolder wél voor complicaties zorgen. En daar we net een jaar geleden ons dak hebben vernieuwd weet ik niet of ik bereid ben er meteen een gat in te laten maken om een inox buis door te laten komen (want de zolder is in het midden wel hoog genoeg).

Ik heb het telefoonnr gekregen van de mens die voor hen meestal de installaties doet, en ik moest hem maar eens bellen voor advies. Wat ik binnenkort dan ook ga doen (maar eerst (terug) slapen).

ça va chauffer

De ganse namiddag rondgereden op zoek naar een tijdelijk verwarmingstoestel voor op de zolder. Ik zeg tijdelijk, want het is de bedoeling dat er boven een houtkachel komt (zoals we er ook beneden in de living een ingebouwde hebben). Genre de Stûv 30, maar dat zal voor in de toekomst zijn, zoals ze zeggen.

Vermoedelijk heb ik op de verkeerde plaatsen gezocht, een paar électro-ménagers, twee Brico’s (die tweede omdat ik toch in de buurt was), twee Hubo’s (die tweede omdat ik dacht dat het een ander soort winkel was), de Budget Stop (of zoiets, ‘onklopbare prijzen’), en dan als laatste het Belgian Woodcenter (BWC) in Wondelgem. De Gamma (gelieve met Antwerpse tongval te beroeren), heb ik niet gevonden, al geef ik toe dat ik er niet écht naar gezocht heb.

Ondertussen heb ik in de Brico op de Gasmeterlaan het tussenstuk gevonden maarmee ik mijn Airport Express met de stereoketen beneden kan verbinden. Geen evident stuk, eigenlijk had ik een vijfpinninge DIN naar een stereo mini jack nodig, maar dat bleek niet te bestaan. Ik heb wel een die DIN gevonden met een dubbele female cinch, en daarin kon ik dus daarnet mijn male cinch, waaraan zo’n mini jack zit, wel pluggen. Dus nu ook AirTunes in de living. (Voorlopig de iPod compatible MP3s, maar hopelijk snel de Apple Lossless —note to self: kwestie van de server aan te zetten, luiaard).

De verwarming. Het is een halogeenstraler van 1800 watt geworden (aan te spreken in stappen van 450 watt). Voorzekers niet groot genoeg om het ganse volume van de zolder efficiënt te verwarmen, maar locaal is het zeker behaaglijk. Vriezen doet het er toch niet, dus na een uurtje op vol vermogen zal ik het er wel warm genoeg krijgen zeker? Tegen 7,77 eurocent per kWh?

(on)schuldig

“Goedemorgen, meneer. Ik stoor toch niet?”

Een langgerkt belsignaal had me uit mijn concentratie gehaald. Blijkbaar ging het om een gehaast, maar niettemin doortastend persoon, want voor ik goed en wel twee voeten op de trap had, weerklonk al een tweede signaal. Even lang, maar iets nijdiger, al heb ik dat laatste er waarschijnlijk gewoon zelf bij verzonnen. Geduld is een schone zaak.

“Mag ik u dan een paar vraagjes stellen?”

De ongeduldigaard van dienst bleek een geüniformeerd, maar zeer aimabel, manspersoon te zijn.

Nee, ik had vannacht niets gehoord. Had ik iets gemist?

“Ze hebben hier aan de overkant ingebroken, meneer. In de kantoren van de CD&V.”

Oh. Ik kon met moeite een glimlach onderdrukken. Veel geld zou er toch niet in de kas liggen, probeerde ik met een knipoog.

“Wij mogen gelukkig niet aan politiek doen hé meneer. Dus u heb niets verdachts gezien? Of gehoord?”

Ik vond het jammer dat ik hem niet verder kon helpen. Al vroeg ik me –in gedachten– af of hij voor gewone stervelingen ook op pad in de wijk zou worden gestuurd. Maar ja, onze slaapkamer ligt aan de andere kant van het gebouw, goed geïsoleerd van alle mogelijke straatlawaai.

“Geeft niks hoor meneer, u bent bedankt voor uw medewerking. Mag ik nog even uw naam noteren? Voor het verslag. Wonen hier nog andere mensen?”

En weg was hij. ’s Avonds kwam Tessa met een rood gezicht boven. Er was toch niets gebeurd?

In haar handen hield ze een brief, die ze net uit de brievenbus had geplukt. “Gelieve U […] aan te bieden op het in de rand vermelde politiecommissariaat inzake: [een] verhoor.”

“Nee hoor,” had de vriendelijke agent mij nog verteld. “Enkel als mevrouw nog iets zou gehoord hebben, zou ik het op prijs stellen als u mij zou contacteren. Nog een prettige dag verder, meneer.”

Ook zoveel.

experiment

Dinsdag publiceerde DM een artikeltje in Ego, onder de hoofding Het eerste kopje koffie ’s morgens, dat kan echt smaken.

Het artikel beschrijft hoe verstokte koffiedrinker, als ze 12 tot 24 uur zonder koffie moeten, last krijgen van afkickverschijnselen (of toch 50% van die mensen).

Ze krijgen volgens Griffiths met minstens een van deze vier symptomen te maken: concentratieproblemen, hoofdpijn, vermoeidheid of duizeligheid, en een slecht humeur, waaronder vlug geïrriteerd of depressief zijn. Dertien procent voelt zich na een halve of hele dag zonder koffie gewoonweg ziek. Ze krijgen volgens Griffiths met minstens een van deze vier symptomen te maken: concentratieproblemen, hoofdpijn, vermoeidheid of duizeligheid, en een slecht humeur, waaronder vlug geïrriteerd of depressief zijn. Dertien procent voelt zich na een halve of hele dag zonder koffie gewoonweg ziek. “Veel mensen hebben moeite zich te concentreren zonder koffie”, zegt Griffiths. “Sommige mensen, gelukkig een minderheid, ervaren griepachtige symptomen, zoals misselijkheid, braken, spierpijn en een slap gevoel. Sommige mensen kruipen hun bed in, overtuigd dat ze een griepje hebben. Terwijl ze gewoon geen koffie gehad hebben.”

Onbewust en geheel onvrijwillig heb ik de proef op de som kunnen/moeten nemen. Gisteren heb ik een ganse dag zonder koffie moeten doorstaan, en vanochtend voelde ik mij ongelooflijk misselijk, moe, en had een helse koppijn. Ik vermoedde een griepje –het is er het seizoen voor– maar ik herinnerde mij het artikel dat Tessa mij eerder deze week met veel genoegen onder de neus had gestoken.

Dus nadat ik Henri naar school had gebracht, heb ik mij verplicht drie espresso’s te drinken. Verplicht, want als ik mij ongemakkelijk voel, heb ik hoegenaamd geen zin in koffie. En voorwaar korte tijd later voelde ik mij onnoemelijk beter. De misselijkheid was weg, de vermoedheid verminderd, alleen de hoofdpijn bleef nog een tijdje hangen. Misschien moet ik ook maar de tips opvolgen voor wie wil afkicken zonder rothumeur.

Naaaah.

(Of anders ben ik gewoon een hypochonder.)