growing up

Loslaten is waarschijnlijk een van de moeilijkste zaken in het ouderschap. Dat we langs alle kanten in de media gebombardeerd met de meest verschrikkelijke zaken in de samenleving, maakt het er heus niet gemakkelijker op. Zaken die er overigens ‘vroeger’ waarschijnlijk ook wel waren, maar waaraan minder (grootschalige) ruchtbaarheid werd gegeven omdat we gewoon niet over de middelen beschikten om dat te kunnen.

In mijn tienerjaren was ik een beetje een wildebras. We woonden in ‘den buiten’, op ruime lappen grond, met als geburen vaker koeien in een weide of maïs in een veld dan menselijke soortgenoten. Kinderen hadden er vrij spel (ik weet niet of dat nog zo is); erg gevaarlijk spel soms.

Zo gingen we zwemmen in een van de putten die waren ontstaan door zandwinning voor de E3, en die nadien met water waren gevuld (?). Dat waren klaarblijkelijk diepe putten, waarin vanzelfsprekend absoluut niet mocht worden gezwommen, en waar dicht langs de kant nog restanten gewapend beton konden worden aangetroffen, waaruit delen verroeste ijzeren stukken staken die net onder het water lagen verborgen. Vanzelfsprekend wisten we die allemaal tot op de millimeter liggen, en is er nooit een ongeluk gebeurd.

Het was ook niet ongewoon dat onze ouders destijds niet echt wisten wat we deden, of waar we ons bevonden. Die controle was zo goed als onbestaand. Tenminste zo leek het toch, want anders dan de boodschap op tijd thuis te zijn voor het middag- of avondeten, werd ons de grootste vrijheid gegeund. (Let wel, en dit is zeer belangrijk: dat betekent niet dat onze ouders er niet mee in zaten, of daar niet mee bezig waren.)

Als ik aan die tijd terugdenk (en dat van die vijver is slechts het topje van de ijsberg –ik wil mijn moeder liever niet al té ongerust maken), dan weet ik niet of dergelijke avonturen vandaag nog mogelijk zijn. Waarschijnlijk is de sociale controle veel groter, maar is het ook steeds moeilijker om een kick te krijgen uit kleine dingen. De voorbeelden die kinderen voorgeschoteld krijgen zijn vaak reeds zo extreem, maar tegelijk schijnbaar ook zó binnen het handbereik, dat de gevaren zich onmiddellijk lijken aan te dienen ipv dat er naar toe wordt gegroeid. (En hier houd ik maar even abrupt op.)

Ik hoop dat ik sterk genoeg ben om Henri voldoende vrijheid te kunnen geven als die vraag zich aandient.

gesmeerd

Woeha! Het is nog (net) geen maand geleden dat ik naar Folembray ben geweest, en maandag is het alweer zover (Triumph circuitdag).

Vorige keer had iemand de opmerking gemaakt dat mijn ketting er toch wel heel slapjes bijhing, dus wou ik er zeker van zijn dat de Daytona er tiptop voorkwam. Ik zou het zelf wel geprobeerd hebben, maar met zo’n Single Sided Swingarm (enkelvoudige ophanging van het wiel, langs de rechterkant in dit geval) wou ik liever geen brokken maken. Olie bijgieten, ketting smeren en banden op druk brengen, lukt nog net wel, maar aan het wiel prutsen…

En terwijl ik dan toch bij de garagist was, heb ik maar meteen van de gelegenheid gebruik gemaakt om de remmen goed te laten nakijken, de olie te laten verversen, en een nieuw oliefilter te laten steken.

Content dat de motor is. Hij spint gelijk een katje (om eens met iemand anders’ uitdrukking te gaan lopen).

ego fnac

In Netnewswire kan je, zoals in Apple iTunes, Smart Lists aanmaken. Eén van die lijsten, aptly named ‘ego’, kijkt na of er in de Title, Description, of Summary volume12 voorkomt, in het geval naar dit weblog wordt verwezen in een van mijn subscribed newsfeeds.

Vandaag had ik beet: Come to Fnac. En leid ons niet in bekoring… denk ik dan. Grrmmbbll. Vaneigens dat ik (minstens half) geïnteresseerd ben om aan die wedstrijd deel te nemen (Fnac Photo Marathon). Edoch: resoluut neen. Deze week geen fnac (meer). Ik spaar mijn geld overigens voor een nieuwe lens die ik spoedig hoop nodig te hebben.

Misschien volgende week. Of het laatste weekend van juni. Al was het maar om bij te blijven met de klassieke muziek (les excuses sont faites pour s’en serivr).

van vos en haas en spellekes

Een tijdje geleden had ik een three-day-pass op het telenet spelletjesgeweld genomen, maar ik was er niet zo enthousiast over. Henri des te meer, tenminste toch over het principe van de computer(leer)spelletjes. Gisteren heb ik eindelijk de (eerste) CD-ROM van Vos en Haas gevonden, in de Brusselse errrr… fnac (echt waar, ik was louter dáárom naar de fnac getrokken, en ik had er mij bijna aan gehouden ook).

Niet alleen ben ik nu op zoek naar deel twee van Vos en Haas (misschien moet ik maar eens naar Het Computerwinkeltje trekken), maar ook naar tips over andere (educatieve) spelletjessoftware.

Bij deze één algemene oproep: heeft iemand tips voor computerdinges voor onze 5,5 jaar oude zoon? Het hoeven geen CDs (pc of mac) te zijn, websites zijn ook goed (studio100 kennen we al). Dankuwel!

straatracers

Straatracers moeten van de baan (DM) vinden Landuyt en Onkelinx, en geen zinnig mens die het daar niet mee eens kan zijn. Ze hebben op dat vlak dan ook geen onoverkomelijke taak. Maar laten we de zaken niet door elkaar halen.

In hetzelfde artikel wordt gewag gemaakt van zowel de nieuwe fenomenen van spontane straatraces en vluchtmisdrijf, als van de ‘georganiseerde’, uit de Verenigde Staten overgewaaide wedstrijden. Dit zijn echter twee geheel verschillende zaken (drie, als we dat vluchtmisdrijf afzonderlijk beschouwen).

De spontane straatraces, waarmee wordt gedoeld op de gebeurtenissen dit weekend met zware ongevallen met zowel licht- als zwaargewonden in de Oost-Vlaamse gemeenten Nukerke en Kalken, kunnen bijna onmogelijk worden vermeden. Enkel een doorgedrongen mentaliteistverandering kan hier verandering in brengen, vergezeld van een nultolerantie wat betreft de alcoholpromilles van chauffeurs. Glaasje op, laat je rijden; don’t drink and drive; un verre ça va, deux verres, bonjour les dégats, waarbij onze Franstalige vrienden duidelijk de meest liberale in dit gezelschap zijn. Ik heb die grens tussen 0 promille en 0,5 nooit begrepen. Wie rijdt, drinkt niet; wie drinkt, rijdt niet.

Maar het valt nooit absoluut tegen te houden (Als ik eraan denk, word ik misselijk getuigt één van de ‘straatracers’ over de gebeurtenissen in Nukerke in DS):

“Hij is dol op snelheid, dat is het probleem”, zegt zijn moeder. “In juli zal hij een jaar zijn rijbewijs hebben, maar hoeveel keer hebben we hem niet gewaarschuwd?” De jongen kijkt beteuterd: “Deze week las ik in de krant over twee gasten die hetzelfde doen. Ik zei nog: Ezels! En ik doe het nu zelf.” Hij schudt zijn hoofd en blijft herhalen: “Dom, dom, dom.”

De georganiseerde, ‘illegale’, straatraces, daar valt iets tegen te beginnen. Niet op korte termijn, maar met een gedegen aanpak, en een beleid dat ruimte biedt voor alternatieven. Want daar is wel degelijk nood aan: in België is er een schrijnend tekort aan legale ‘circuits’. Er zijn er slechts een handvol, waarvan Zolder waarschijnlijk het bekendste is, maar voor de rest moet de Belg het in het buitenland zoeken. De schaarste van die circuits jaagt bovendien ook de prijzen de hoogte in. Al zijn de ‘straatracers’ ook niet altijd geïnteresseerd in racen op een circuit. Vaak volstaat een lang stuk rechte baan waar men eens goed het rubber aan het asfalt kan slijten, zoals een landingsstrip van een in ongebruik geraakt vliegveld.

Kortom, nultolerantie: ja; sterke aanpak: ja. Maar bied een alternatief, sensibiliseer, en geloof vooral niet dat er een kant-en-klare oplossing bestaat.

(Nieuw is het fenomeen overigens niet, in tegenstelling tot wat men u wil laten geloven; zo is het dit jaar 50 jaar geleden dat James Dean zich met zijn Porsche heeft verongelukt.)

takelen

Sommige entries beginnen aldus: het moest er een keer van komen. Dit weekend was het bijzonder erg geweest; er is een duidelijk crescendo waarneembaar sinds de Albertlaan (langs onze kant) opnieuw werd opengesteld.

Zondag heb ik minstens vier mensen van de plaats voor onze poort moeten wegjagen. Vier keer, en dat zijn dan die keren waarin ik toevallig uit het raam aan de voorkant keek of Henri, die vruchteloos trachtte de werken vlakbij het station in de gaten te houden. Vermoedelijk zijn het er dus meer geweest.

De vijfde keer waren we te laat. Het was een Fransman, met een (zeer volumineuze) bestelwagen bovendien. Niks aan te doen.

Iets voor tien (de Star Academy Live Show was net afgelopen), wou ik nog even nakijken of de onverlaat onze poort al had vrijgegeven toen ik op straat beweging zag. Een paar huizen verder moest een buurman de politie hebben gebeld, en was ondertussen een takelwagen, geflankeerd door een agent van de gemotoriseerde politie, een wagen aan het verwijderen. Daar was mijn kans.

– Hm. Excuseer, meneer. Maar als u hier klaar bent, zou u dan ook de wagen voor ónze poort willen verwijderen alstublieft? vroeg ik heel opportunistisch aan de agent.

“Wel ik draai momenteel al overuren, maar als ú nu naar de 101 belt, dan roep ik ze tegelijkertijd ook op, en dan komt er straks iemand van mij overnemen. Binnen de tien minuten staat die ploeg hier dan.”

Die tien minuten werden er gemakkelijk veertig, maar toen dienden zich twee agenten aan, die eerst nog –zonder gevolg– het nummer probeerden te bellen dat op de zijkant van de camionette stond, daarna het hotel wat verder in de straat bezochtten, een takelwagen bestelden, en en passant nog een fietser tegenhielden omdat die zonder licht reed.

Rond half twaalf was het zover, en gaf er niet één, maar gaven er twee takelwagens present om de onverlaat weg te slepen. Twee, want de bestelwagen stond langs beide kanten geflankeerd door andere voertuigen, en zo’n bestelwagen kan je niet gauw in 1-2-3 met een autokraan de lucht in takelen. Al snel werd er voor geopteerd een pastelgroene BMW Sedan (3 of 5 serie) uit zijn wettelijk correcte verblijfplaats te tillen, en tijdelijk op een van de takelwagens te stockeren. Ondertussen stond de halve Albertlaan veilig van achter het raam de actie(s) gade te slaan.

De tweede takelwagen was achteruit de straat opgereden, positioneerde zich schuin achter de bestelwagen, waarop tussen beide een stalen kabel werd gespannen, en voor je fahrvergnugen kon zeggen, bevond het ding zich op de laadwagen.

“Ze zouden hier toch duidelijke markeringen moeten aanbrengen hé meneer,” zeiden de agenten nog unisono, voor ze hun blauwe zwaailicht aanzetten. “Enfin, u belt maar als er zo nog een is. Nog een goede nachtrust gewenst.”

the good morrow

(Ofschoon het nu bijna middag is.) Een gezonde mix van dingen.

Bij Limerick konden ze mij dit weekend niet verder helpen in mijn zoektocht naar Ed van Eedens Liefste Litteken: niet langer beschikbaar (volgende week De Slegte proberen). Maar in mijn contentement de nieuwe Zorro toch te vinden ben ik vergeten vragen naar Dood van een soldaat (Johanna Spaey), dat ook al een tijdje op mijn verlangenlijstje staat. En nu blijkt ze toch niet de Gouden Strop te hebben gewonnen zeker?

Verder over leesvoer, zou ik meteen een verzoekje willen richten tot de treinreizigers. Wanneer u uw lievelingsvod hebt uitgelezen, neemt u dat het beste terug mee. Het excuus dat u de andere treinreizigers op lectuur wilt vergasten is een povere poging tot maskering van uw luiheid en egoïsme. De trein is geen afvalbak, en al evenmin een verdeelzuil van uw gratis Metro-krant. (Eigenaardig toch dat u, in al uw altruïsme, enkel de metro of de onpopulaire bijlagen van de krant achterlaat.)

En, ten slotte, over achterlaten gesproken, betrapte ik Henri deze ochtend op zijn potje, met een pijnlijke stoelgang. “Papa, dat scherp randje van die croissant, dat ik gisteren heb opgegeten?”

– Ja jongen?

“Dat is er nu aan ’t uitkomen denk ik.”

He’s a real comedian, that kid is.

(Met dank aan John Donne voor de titel –of aan een opleiding Germaanse, die af en toe toch wat vruchten afwerpt, al hangt dat dan weer af van uw perspectief.)

the cycle

Heel even getwijfeld om, zoals Michel, mijn ervaring met de blog lifecycle neer te pennen, en uiteindelijk toch maar toegegeven…

  1. Start reading blogs: nope. Eerst mijn eigen blog. Al heette dat toen nog niet zo.
  2. You start a blog: jawel. Al ging het niet over cheese sandwhiches, maar een beperkt groepje minimalisten (voor het gemak reken ik Peter Greenaway daar ook maar bij): december.org. In het Engels, of course.
  3. You become a stats whore: hmmm, tough call. Ik heb mijn statistieken altijd bijgehouden (en laten verloren gaan), maar ik heb (nog) nooit geschreven om zoveel mogelijk bezoekers te hebben. Och! al was het best vermakelijk om te zien dat ik de leased line van Netpoint/Impakt kon plat krijgen (samen met Michels site van één of ander model), toen ik destijds een ‘fansite’ over Vanessa Paradis had.
  4. You become really personal on your site: goh, ik laat mij af en toe wel eens gaan zeker, maar evenmin zoals het daar staat denk ik.
  5. You faux ‘retire’ from blogging: guilty as charged, met december.org. Nog nooit met dit blogje.
  6. You cave back into blogging in less than 72 hours: nope.
  7. You decide to ‘get serious’ about blogging: nah.
  8. You have a pseudo flirty im/blogging/flickr flirting relationship with another blogger whom you have never met: tuurlijk, en ik zit ganse dagen achter de webcam ook. Allez, gesteld dat het waar was, zou ik het dan hier toegeven? Alhoewel, volgens mijn disclaimer… Ja dus. Euh nee. Of wacht…
  9. You decide that you must meet other bloggers: dat heb ik nooit gehad. Ik had daar wel eens aan meegedaan, maar ik kende die mensen al IRL. Gent.blogt was de eerste keer, denk ik.
  10. metablog about blogging: ongetwijfeld, zoals dit eigenste lijstje
  11. See step 5: ja (overgang van december.org naar de huidige weblog), maar alweer: zonder stap 6.
  12. you need to sanitize or reinvent your blog: niet zoals het daar staat. (You purge or hide archive entries and take more note to remove full names of your friends/crushes/accidentaldrunkenfondels from your site and links list. Your blog goes back to cheese sandwhiches.)
  13. lose your job because of blogging: twijfelgeval
  14. an anonymous livejournal blog: nee, want vroeg of laat komt dat toch uit (cfr stap 8).

albertlaan

Hm. Ik kon toch moeilijk de eer aan Huug laten *grijns* Aldus, mede onder het mom Flickr wat verder te testen, heb ik vanochtend samen met Henri (op weg naar de GB aan het Hendrikaplein) nog snel wat foto’s genomen.

Toen we gisteren de werken voorbij gingen, waren ze net een geprefabriceerd tramspoorpaar van zo’n oplegger aan het takelen. Helaas (bij verschrikkelijk hoge uitzondering) had ik mijn fototoestel niet bij me. Geen nood, want zoals u kan zien, hebben ze nog een hele weg te gaan.

plaatsgebrek

Kwestie van er geen millimeter naast te zitten:

albertlaan 20050605 (3)

We hadden toch een beetje geluk, ze hadden net beton gegoten tussen de sporen (de afwerking volgt later).

albertlaan 20050605 (2)

Voila. En ik heb de banner van het weblog nog maar eens aangepast. (’t Was weer een tijd geleden.)

meer!

Meer foto’s, meer muziek, meer boeken, meer strips, meer lawaai, meer vakantie!

Pieter[l|r] heeft gelijk: flickr is een groot feest. Ik zag het vroeger als een alternatief voor tpv, maar eigenlijk is het meer een aanvulling daarop. Enfin, ik bekijk hoe ik het juist ga aanwenden. Het zou goed zijn als je een badge zou kunnen maken van foto’s uit een photoset. Wreed praktisch is inderdaad de ‘contactsfeature, waardoor je in één oogopslag alle recente foto’s van said parties te zien krijgt. Makkelijker dan RSS (tenzij in mijn reader een feature zit die ik nog niet ontdekt heb).

Meer muziek: binnenkort start ik met wat korte CD-besprekingen of aanraders, voorzien vaan een voorbeeld-mp3, die dan maximaal of een week of zo beschikbaar blijft. Een procdure schaamteloos afgekeken van excellente muzieksites zoals daar zijn: aurgasm, Gunter likes french fries, Jazz and Conversation, Xanax Taxi, en vele andere. Think of it as december.org redux –voor de vier man die zich die site nog herinneren.

Meer boeken: op mijn nachtkastje ligt Zorro, het nieuwe epos van Isabel Allende (vanochtend gekocht in de Limerick), waarmee ik een Tessa te snel ben af geweest (tsja, had ze maar niet naar dat congres in Stockholm moeten gaan).

On an entirely different matter zijn ‘ze’ (De Lijn) dit weekend begonnen met het groots weekendoffensief om de tramsporen in onze straat te vervangen. De komende vier weekends wordt er rond de klok gewerkt, met navenante last voor de omwonenden. Niet dat ik er voorlopig ook maar iets van heb gemerkt (behalve dan dat net tijdens dit regenweekend de trams niet rijden in onze straat). Binnenkort (= volgend weekend) wat foto’s maken.

That’s it. Wat betreft de strips, ga ik straks (zodra ik mijn logon gegevens heb ontvangen) de ‘explorefeature van De Poort eens bekijken (misschien meer daarover later), en die vakantie, tsja, een mens moet kunnen dromen.

(BTW stay tuned volgende week, voor de fnac cadeaucheque.)