Dat feminisme is aan mij niet besteed. Ik bedoel maar, wie heeft er nu zin in vrouwen als brassièreverbrandende dolle mina’s die vol trots hun samengeklitte okselhaar in uw neusgaten duwen om hun mannelijkheid te bewijzen. Ik bedoel maar, dit is tweeduizend en acht, de eenentwintigste eeuw. Ik bedoel maar, vrouwen zijn toch al gelijk?
Vrouwen zijn niet gelijk. Niet gelijk aan elkaar, en al zeker niet gelijk aan mannen.
Sommige van die verschillen juich ik toe. Het begint onderhand lente te worden en er is niets leuker dan de jurkjes de kast te weten verlaten om die mooie vrouwelijke rondingen opnieuw zichtbaarder vorm te geven. Er is niets leuker dan de warmte van mijn madam als ze ’s nacht zo perfect in mijn lichaam past –of ik in het hare. Er is iets leuker dan een vrouw die haar charmes uitspeelt.
Andere verschillen zijn gewoon pijnlijk ongeloofwaardig. Een vrouw is blijkbaar nog steeds minder waard dan een man –in het legale circuit toch. Als mijn madam haar carrière ontplooit dan dat doet ze dat onder een financieel minder gunstig regime dan wanneer ik datzelfde pad zou bewandelen. Ik kan daar niet bij. Ik geloof in een moderne, ruimdenkende samenleving die onmogelijk zo kortzichtig kan zijn dat ze de helft van haar populatie op basis van het geslacht onderdrukt. Maar mijn geloof is reeds even blind en naïef gebleken als een religie.
Wijvenweek was een fantastisch initiatief. Eindelijk gonsde de blogosfeer van vrouwelijke aandacht, en dan maakte het eigenlijk niet uit of het positief of negatief was (verscheidenheid is verrijkend): het was even al vrouw wat de klok sloeg. Ik stond evenwel versteld van de mensen die aanstoot namen aan de omschrijving van het project, en voor wie wijf als denigrerend werd beschouwd. Ik heb mij verbaasd over de manier waarop sommige vrouwen zichzelf meenden te moeten verdedigen. Ik heb mij verwonderd over het sérieux waarmee sommige standpunten werden ingenomen.
Maar het meeste was ik nog verwonderd in mijzelf. Dat ik echt geloofde dat iedereen tegenwoordig toch al ruimdenkend is, en de nood aan verder feminisme zwaar wordt overschat. Dat mensen zichzelf konden zijn, en –binnen de grenzen van het redelijke (uw vrijheid eindigt waar die van een ander begint)– geen verantwoording voor hun keuzes of levensopvatting hoeven af te leggen.
Er is nog (heel) veel werk aan de winkel.
Lees meer wijvenblogs tijdens de wijvenweek.
Beste Bruno, het bovenstaande klinkt mij erg idealistisch en zelfs utopisch in de oren. Mensen doen helaas niets liever dan andere mensen in hokjes stoppen en o wee als je in een hokje gestopt wordt dat niet past binnen hun denkkader. In mijn ervaring is de modale mens helemaal niet zo ruimdenkend. Ik denk dat het trouwens een diep menselijke reflex is, dat hokjesdenken, de schrik voor het vreemde, het afwijkende. Jammer.
Coole post, Bruno.