Gisteren, op die Academische Zitting dus, een paar bekend klinkende namen gehoord, zoals Dominique Baeten, Bruno Van Vlem, en Wim Waelput. Allemaal Barbaristen, allemaal gedoctoreerd in de geneeskunde.
Tijdens de receptie met Wim een praatje geslaan. Wim en ik namen, samen met zijn broers, en de dochter van een leraar op SB, ’s avonds, en vaak ook ’s ochtends, dezelfde bus. Wim nam de bus van (of tot) de Dampoort, waar hij zijn aansluiting met de trein had. Nu ik eraan denk, stapten wij ’s ochtends vaak af aan de Dampoort om daar te wachten tot Wims trein er was.
Leuke babbel, maar aan het hoofdstuk ‘en wie ken/zie jij nog van SB‘ gekomen, blijkt plots dat er al een aantal mutual acquaintances overleden zijn. Ik was er even niet goed van. Twee leraren, Van Herreweghe, dat wist ik al (de man die mij Engels heeft geleerd); maar ook Van Herreweghen (ik weet niet of beide namen correct geschreven zijn), leraar L.O.; de vrouw van een godsdienstleraar; een medeleerling (tc); en dan is er nog fdw die vorig jaar met vrouw en kinderen ergens in of boven Zuid-Amerika verongelukt is.
En we zijn nog maar net de dertig wat voorbij.