kokerij

De staff outing begon met een ontbijt, waarop eigenlijk veel te weinig volk aanwezig was, en werd gevolgd door een korte presentatie over ons tri-annual congress, volgend jaar. Toen ook dat achter de rug was, rond half elf, werden we allemaal in een bus geduwd, die ons naar de undisclosed location zou brengen.

Ondertussen had ik al opgevangen dat de bewuste locatie zich ergens in Leuven zou bevinden. En ik had niet eens een fototoestel mee –daar ging mijn kans om eindelijk eens aan drieduizend te kunnen deelnemen. Er werd wild gespeculeerd, van klimmuur tot boswandeling, tot we de gebouwen van interbev voor ons zagen opdoemen. Beer tasting! gonsde het door de bus. Maar de euforie verdween al gauw toen we de rijzige fabriek (ook letterlijk) links lieten liggen. We hielden halt bij de Gamma –wie van Leuven is kent de bestemming onderhand waarschijnlijk al.

Aan de overkant van de Gamma ligt het Kanaal Leuven-Dijle, en in dat water ligt het binnenvaartschip Vitalis. Tot 2001 werd dat schip gebruikt voor het transport van graan, maar in 2004 kreeg het een nieuwe bestemming. Op één jaar tijd werd het verbouwd tot een kookstudio (La coquerie), waarin workshops, In-Team koken, en zelfs gewone vergaderingen kunnen plaatsvinden.

We werden er arbitrair ingedeeld in vier groepen (ook ‘management’), die elk aan een kookeiland twee gerechten mochten (moesten ?) bereiden. Kleine gerechten, maar wel telkens veertig stuks elk. Het varieerde van gamba’s (vers en dus eerst zelf te ontdoen van exoskelet) met limoen en sechuan peper; naar soep van courgettes en pijnboompitten; tortilla’s; satés in pindasaus; tot appelcrumble. De wijn vloeide rijkelijk, de sfeer zat er (dus) goed in, staff was zeer enthousiast, en management uitermate tevreden.

De zeer professionele en ongedwongen aanpak van de coquerie-crew heeft daar sterk toe bijgedragen. Een aanrader als u uit het Leuvense afkomstig bent (kalender workshops).

damn you, scoville

In een zoektocht naar endorfines heb ik gisteren iets overdreven met de zelfgekweekte pepers, vrees ik. Drie van die dingen met zaad en al naar binnengewerkt: heerlijk, daar niet van, maar in de strijd maag vs capsaïcine heeft laatstvernoemde duidelijk gewonnen. Niet alleen heeft vannacht voornoemde maag haar inhoud moeten prijsgeven, vanochtend was ik nog steeds geheel van de kaart.

U vindt mij vandaag dan ook in bed.

in ’t nieuw

Ondertussen hebben wij een nieuwe telefoon, en eindelijk ook opnieuw een microgolf-slash-grill. Geen warme-luchtoven, al volgt dat hopelijk nog wel eens met een nieuwe keuken. Ttz een keuken die naam waardig tout court.

Met de nieuwe telefoon kunnen we niet alleen zelf bellen maar ook (vooral!) gebeld worden. En wakker gebeld worden, want er zit voorwaar een wekker-functie op dat ding. (En dat was dan nog de goedkoopste die ik in de Fnac kon vinden!) Kan ik eindelijk mijn Tessa’s Palm terug gebruiken waar hij voor dient (ipv als wekker).

De microgolf-slash-grill (een speciale actie bij de Lidl enige tijd geleden) werd reeds gebruikt om

  • tassen water op te warmen voor thee en oploskoffie
  • wortels te garen (ik stoof ze toch liever)
  • vlees te ontdooien
  • steak te grillen
  • groententaart op te warmen

Vlees ontdooien doet het ding als de beste. In onze vorige microgolf –die het een jaar geleden heeft laten afweten (na het eerst bijna tien jaar te hebben uitgehouden)– zat ook zo’n functie ingebouwd, maar daar kwam het vlees altijd aan de buitenkant half gegaard en de binnenkant nog bevroren uit, terwijl bij deze alles gewoon perfect ontdooid was.

En blijkbaar kun je er ook een (verse) pizza mee maken. It slices, it dices, it makes julienne fries!

le nouveau chef

Henri mist een beetje hardship. Of in de volksmond: hij durft nog wel eens trunten. Hij is dan ook enig kind en wordt aldus, indien niet door zijn moeder ouders, toch op zijn minst door zijn grootouders zwaar vertroeteld. Om nu meteen te zeggen dat hij zelfstandigheid mist, is een beetje overdreven naar de andere kant; hij is tenslotte maar zesenhalf. Maar goed, recent waren we overeen gekomen hem toch maar wat meer zelfstandigheid bij te brengen. Gisteren had ik met hem afgesproken dat hij vanavond het eten dan maar zelf mocht maken.

Spaghetti.

Het is niet dat hij het niet kan, zo bleek. Hij had mij ondertussen genoeg geobserveerd om meteen te weten welke kasserollen hij nodig had (die voor het kookvocht, die voor de saus), en waar ze op het fornuis dienden te worden geplaatst. Hij heeft de look zelf geplet, en de ajuinen zelf geschild. Daarna heb ik voor hem het water op de kookplaat geplaatst (het leek me niet verantwoord hem dat zelf te laten doen), maar hij heeft het vuur geregeld, en de ingrediënten niet alleen versneden, maar ook zelf in de potten gedaan –inclusief de kruiden.

Het was heerlijk. De saus was perfect, en dat heb ik hem ook verteld.

“Maar papa, je mag niet zeuren”, verweet hij mij. (Waarmee hij bedoelde dat ik overdreef, terwijl dat echt niet het geval was.)

Zelf was hij precies ook tevreden met zijn kookkunsten, want ik zie hem niet alleen niet vaak zoveel eten, maar ook niet met zoveel zin. En het is, denk ik, de eerste keer dat ik hem zijn bord heb weten aflikken.

Deze zomer, zo moedigde ik hem aan, maak je niet alleen de saus zelf, maar ook de pasta. Met bloem en eieren, en de deegrol. En hoewel hij mij vertwijfeld aankeek, weet ik zeker dat hij mij ook daarin zal voorbij steken. En weet u wat? Dat stemt mij verschrikkelijk blij.