Drieëntwintig jaar

drieëntwintig

We zijn vandaag drieëntwintig jaar samen (op 23 juni dus), en het is nog altijd alsof ik ze nog maar net ontmoet heb.

Enfin, behalve dat er ondertussen een zoon is van dertien, die ons een fenomenaal ontbijt heeft geprepareerd vanochtend, en gisteren een fantastisch cadeau heeft gekocht, terwijl wij maar al wat rapper naar huis moesten, na zijn schermles.

(Ga ook eens daar kijken.)

Een Mercedes C, zwart

Mercedes C

Sinds kort staat er een wagen voor onze poort. Normaal gezien wekt zulks een beetje wrevel op, dat dan verdwijnt een uurtje of zo na een kort telefoongesprek met de politiediensten. Deze keer niet.

De nummerplaat van de wagen komt immers overeen met de nummerplaat die op onze poort werd bevestigd, want sinds vorige dinsdag hebben we er een wagen bij. (Erbij, dus we hebben er nu twee, inderdaad, waarvan er eentje in de ‘garage’ staat, zodat elke oender die zich voor de poort stelt als de Mercedes weg is, alsnog kan getakeld worden. Want ja, we moeten soms allebei weg. Daarmee lijkt het probleem van de poort toch al ten dele opgelost.)

Het is de Mercedes C van de (schoon)ouders, die zich een nieuw voertuig hebben aangeschaft, en ons het oude exemplaar hebben geschonken. We zijn er vorige week mee naar Bouillac gereden (dat scheelt weer geld voor een huurauto –we hebben er zo eigenlijk meteen het bedrag voor de verzekering uit gehaald), en dat bolde ferm goed. Veel beter dan de 200.000+ kilometers op de teller zouden laten vermoeden. Als ik ooit binnen ben, koop ik mij een nieuwe. Een E-, of een SL-klasse. Met al dat geld dat ik verdien aan mijn jazzfotografie zal dat trouwens niet lang meer duren. (Moet ik erbij zetten #ironie ? Echt?)

Het is een fantastische auto, en ik rij er super graag mee. En de afmetingen (twee keer zo lang als onze andere, denk ik), die vallen best mee. Een beetje hetzelfde als de Alfa 156 waar ik rond de eeuwwisseling mee reed. Ugh, en dat ding heeft zes versnellingen. Zes! (En het verbruik lag op 4,6 l / 100 km naar Bouillac.)

Het containerpark en andere klusjes

We hadden boven nog een ruimte vrij. Nu ja, vrij, het doet al jaren dienst als rommelkot, dat af en toe eens wordt opgekuist, en waarin tot voor een jaar (of twee) het meeste van Henri zijn speelgoed stond opgestapeld. De plannen waren om het ooit tot deftige speelkamer om te bouwen, maar recent werd het gewijzigd naar ‘een studeerkamer’, waarin Henri zonder al te veel afleiding zou kunnen werken –in zijn kamer staan o.a. een spelletjescomputer en gewone computer, en hij wil een ruimte voor studie alleen.

Zodoende heb ik eindelijk eens gebruik gemaakt van mijn containerparkkaart, die ik een jaar (of langer) geleden reeds had aangevraagd. Ik denk dat we er ondertussen al vier keer heen getrokken zijn, de hoeveelheid brol die een mens blijft bewaren, ge houdt het niet voor mogelijk.

Containerpark De Studeerkamer

De laatste keer hadden we twee kartonnen dozen vol ‘buizen’ mee, het genre weerstand dat vroeger in uw tv en radio stak, en dat achteraf vervangen werd door transistoren. Tegenwoordig vinden we die dingen enkel nog in de (veelal) upscale analoge versterkers, en die dingen kosten dan weer redelijk wat geld (die, waarvan wij er hier twee dozen hadden, waren niks meer waard, helaas). Elke ‘buis’ zat afzonderlijk in een doosje, en die moesten er allemaal uit, om uiteindelijk bij het ‘vuil glas’ te belanden (en de doosjes bij het papier). We hebben daar een tijdje gestaan, bij die glascontainer, de zoon en ik.

Mijn schoonvader was ondertussen druk in de weer om het plafond uit de kamer te verwijderen (de plijster was er na 80 jaar gedeeltelijk afgevallen), een werkje dat niet geschikt was voor Henri (astma) en evenmin voor mij (schouder). Henri heeft dan weer wel het papier van de muren gehaald –ik heb mij beperkt tot de containerparkduty en selectie van de te dumpen brol.

Het plafond

Nog wat latjes, nog wat nagels, en dan kunnen we heropbouwen. En dan kan die jongen eindelijk opnieuw deftig studeren.

Een schermtornooi in Bochum

We gingen het ver zoeken, deze keer. Gisteren was er een schermtornooi in Bochum, volgens Google Maps dik 2.30 u. ver. Wij kwamen met een veiligheidsmarge tot 3 u. rijden, wat betekende dat we ten laatste om 6 u. moesten vertrekken om daar ten allerlaatste om 9 u. te zijn. Om 5 u. opstaan dus.

Gezien we met de orkestrepetities op vrijdag pas tegen 22 u. thuis zijn, hadden we besloten dat Henri de repetities beter deze keer zou overslaan. Kwestie van toch ietwat levendig op de wedstrijdstrook te verschijnen. Toen ik vrijdagavond aanzette naar de V.E.M., bleek de rechter voorband van de auto echter lek. Gelukkig is er het openbaar vervoer (ik zag mij met mijn schouder niet meteen mijn tenorsax op de rug nemen en tot de V.E.M. fietsen), waardoor ik 45 minuten later toch ter plaatse was (wachten tot 19.08 op de bus, afstappen aan het Rectoraat/Vooruit, te voet tot de V.E.M. –nog net iets verder dan Kinepolis). Nog goed dat iemand mij naar huis heeft kunnen brengen achteraf.

Tessa regelde ondertussen de lekke band met de wegenwacht, en de schoonouders waren al op standby om hun tweede wagen af te leveren ingeval we het met zo’n dun vervangingsbandje zouden moeten doen. De wegenwachter vond echter geen lek, heeft de band opnieuw opgepompt, en ziet: we zijn heen en weer geraakt zonder verdere problemen. En op tijd.

Schermtornooi in Bochum

Een dikke tien km voor Bochum (ergens rond Essen) werd de weg plots glad. Er viel en lag overal poedersneeuw, en het zag er spekglad uit. Ik had totaal geen rekening gehouden met het weer aldaar; voor hetzelfde geld was de boel er totaal ondergesneeuwd. Gelukkig viel het nogal mee: gewoon een beetje vaart minderen volstond.

De sportzaal was mooi en goed verwarmd, en vanop de tribunes hadden we overzicht over de ganse zaal. Van de Duitse Pünktlichkeit viel evenwel niet veel te merken. Hoewel het tornooi om 9.30 u. diende te beginnen, was het eerder 10 u. eer de eerste degens –pardon: floretten– werden gekruist.

Schermtornooi in Bochum

Henri legde een schitterend parcours af, na de rangschikking in de poule kwam hij reeds op de tweede plaats, en mocht hij automatisch door naar de halve finale. Ook ploegmaat Pieter speelde voortreffelijk –ze kwamen tegen elkaar uit in de halve finale. Pieter werd uiteindelijk derde, en Henri tweede. (Ik ben gelijk een beetje trots op de zoon.)

Schermtornooi in Bochum

Eigenlijk had het allemaal tegen de middag gedaan kunnen zijn, maar er was een tekort aan scheidsrechters, waardoor het allemaal wat langer duurde. Ondertussen konden we ook nog supporteren voor de Gentse pupillen, maar uiteindelijk verschenen onze twee Belgen op het (overwinnings)schavot. Pas rond 15 u konden we naar huis vertrekken (voor de pupillen zal het nog een pak later geweest zijn).

Volgende week: Ukkel, de week erna: Gembloux.

Laat mij los

Na een dag of vier of vijf lijkt het alsof ik erin ga slagen mij aan de horden grieplijders te kunnen onttrekken. Ik heb een mix gehad van migraine en griep en een luchtweginfectie (die is er nog steeds).

Henri had zich de vakantie anders voorgesteld (ik ook, als ik eerlijk mag zijn), edoch, het is bijna voorbij –de ziekte, maar helaas ook de vakantie. Hij is zo goed als genezen, bij mij zal het nog even langer duren. (Ik heb in geen tien dagen kunnen lopen –aarrrggghhh.) Het zou mij trouwens niet verwonderen dat er een epidemie was (is), want ik ken verschrikkelijk veel mensen die er ook aan waren voor de moeite.

Schermtoernooi

Albums door Bruno Bollaert

Zondag zaten we in Dinant, niet alleen de stad met het jazzfestival, maar tevens met een een schermclub. Zaterdag en zondag vond er de 25èmes Internationaux de la Vallée Mosane plaats, waar Henri voor de eerste keer deelnam aan een schermtoernooi.

Het begon daar om 9u, we zouden er best een uur of toch minstens een half uur op voorhand zijn en Dinant ligt op een tweetal uren rijden van Gent. Dat betekende inderdaad zondag opstaan om 5 uur (Henri laten liggen tot 5.45 u).

Albums door Bruno Bollaert

Hij heeft 1 victoire op 5 gehaald in zijn poule (met 5-0), en schermde vervolgens 9-15 in het duel, en daarmee zat zijn eerste toernooi erop. We zijn nog een paar uur blijven rondhangen om zijn vrienden bij de pupillen aan het werk te zien (op de foto hierboven speelt hij scheidsrechter in een opwarmingsmatch), maar rond een uur of drie zijn we toch maar huiswaarts getrokken.

Hij heeft goed gespeeld, veel bijgeleerd (bevestigde hij) en zich vooral goed geamuseerd. Binnen twee weken is er een volgend toernooi, het Belgisch Kampioenschap voor miniemen en pupillen in Hasselt.

Daar begint het zondag al om 8.30 u dus jawel, dat wordt opnieuw vroeg opstaan. Ik heb de indruk dat er zich een patroon begint af te tekenen.

Da da da dum!

Cadeaus door Bruno Bollaert

Gisteren kreeg ik drie schone vazen met bloemen. Eerst van mijn madam (reeds goed voor twee vazen), en dan kwam mijn moeder ook nog eens langs met een ruiker. Ik ben daar verschrikkelijk blij mee, met bloemen. Ge hebt geen gedacht.

Cadeaus door Bruno Bollaert

Van Tessa en Henri kreeg ik ook nog eens het confituurboek van Karen Depoorter, de madam van Callas. Kwestie dat zij ook nog iets aan dat cadeau hebben, vermoed ik. En ik had mijzelf ook nog een cadeau gegeven (lees: mijn bestelling van amazon kwam toevallig toe): The First Four Notes: Beethoven’s Fifth and the Human Imagination van Matthew Guerrieri. Volgens Alex Ross het Music Book of the Year.

(Ik kijk elk jaar uit naar zijn eindejaarslijstje waar ik dan telkens een paar dingen min of meer blind van bestel –ik ben nog nooit bedrogen uitgekomen.)

Maar bon, ik ben dus verjaard. Alweder. Geen nood, volgens de Maya’s was het de laatste keer.

Slaapwel, Tante Maria

Zaterdag is mijn Tante Maria gestorven. Ze is altijd wat de grootmoederfiguur in mijn leven geweest –ik heb mijn grootmoeder, de moeder van mijn moeder, haar zus, nooit gekend– zonder dat daar eigenlijk zo naar verwezen werd.

Ze heeft in een boeiende tijd geleefd: ze heeft vrouwen stemrecht weten krijgen, de verstedelijking meegemaakt, de wereldtentoonstelling in Brussel, de opkomst van de auto, de ontwikkeling van de computer, de eerste man op de maan; maar ook de jaren dertig, en de tweede wereldoorlog.

Ik heb meer herinneringen dan ik hier kwijt wil, maar Tante Maria was bijvoorbeeld een constante tijdens de examens. Op werkdagen kwam ze ’s middags thuis koken voor mij, van soep tot dessert. Dat dessert was meestal iets puddingachtigs (vanillecrème met speculaas bijvoorbeeld), en daar zat altijd een smaakje bij –lees: een flinke scheut alcohol. Toen mijn moeder opmerkte dat ik wel examens had, antwoordde ze kordaat dat de alcohol al lang vervlogen was tijdens het kookproces.

Tante Maria door Bruno Bollaert

Zaterdag was ze omringd door allemaal mensen die haar heel erg graag zagen. Ik heb die dag nog wat tijd met haar kunnen doorbrengen –ik was amper terug thuis toen ze is overleden.

Slaapwel, Tante Maria. En dank u wel.