F!@%ing weer

Grmbl. Ik was weer een paar dagen out –het gebeurt meer en meer, en ik heb geen idee waarom. Het is altijd een combinatie van migraine en verkoudheid, en altijd bij grote weersveranderingen.

Woensdag kon ik nog net naar het Charles LLoyd & Maria Farantouri concert in De Bijloke, al zat ik daar met een stevig kloppende kop geprangd tussen een roedel meisjes (nog niet zo vreselijk lang van school af, schat ik) voor wie het duidelijk lastig was om de aandacht bij het concert te houden (ze konden dan wel weer hun handen niet van elkaar houden, maar bon). Meerdere mensen hebben zich aan hun storende gedrag geërgerd, maar ik was zodanig murw dat ik het meeste gewoon niet geregistreerd heb.

Donderdag heb ik het concert van het Sophie Gent Ensemble in de fantastische Miryzaal aan mij moeten laten voorbij gaan.

Vrijdag heb ik een goede lunch annex vergadering moeten missen, en heb ik ’s avonds niet eens aan de orkestrepetitie kunnen deelnemen –iets wat ik nooit ofte nimmer mis (ik heb zelfs meegespeeld in de repetitie met een stuk infuus in mijn hand).

Zaterdag heb ik een bijzonder aangenaam etentje gemist én de opera waar ik al een jaar naar uitkeek (Parsifal, waarvoor ik naast mijn schoonmoeder op een premium plaats mocht gaan zitten).

Zondag gingen we eigenlijk naar een tentoonstelling (of twee) in Brussel, maar die uitstap werd (voor mij dus) uitgesteld, en Tessa en Henri zijn dan naar de Erfgoeddag getrokken.

Verder sta ik (alweer) hopeloos achter met mijn oefeningen voor piano, heb ik wel een boek uitgelezen, en heb ik bijna een volledige ronde geprestiged in Call of Duty: Black Ops II.

Maar ik ben begonnen aan een inhaalbeweging, en vanavond kom ik zelfs voor de eerste keer opnieuw buiten (repetitie beginners-orkest). En avant!

Laat mij los

Na een dag of vier of vijf lijkt het alsof ik erin ga slagen mij aan de horden grieplijders te kunnen onttrekken. Ik heb een mix gehad van migraine en griep en een luchtweginfectie (die is er nog steeds).

Henri had zich de vakantie anders voorgesteld (ik ook, als ik eerlijk mag zijn), edoch, het is bijna voorbij –de ziekte, maar helaas ook de vakantie. Hij is zo goed als genezen, bij mij zal het nog even langer duren. (Ik heb in geen tien dagen kunnen lopen –aarrrggghhh.) Het zou mij trouwens niet verwonderen dat er een epidemie was (is), want ik ken verschrikkelijk veel mensen die er ook aan waren voor de moeite.

Snif-kuch-dinges

Bronchitis door Bruno Bollaert

Hoe lang ik nog ziek schik te zijn, vraagt mijn persoonlijke dokter T. Ze luistert met een stethoscoop via mijn rug naar mijn longen, en besluit dat ik een zware bronchitis heb.

Het is al veel beter, zeg ik nog. Ik heb vrijdag in het orkest kunnen spelen, voeg ik er vol trots aan toe. Dat ik de rest van de week met moeite uit mijn bed ben gekomen, en dat ik er gisteren ook voor het grootste deel van de dag heb in gelegen, laat ik maar even weg. Ze hoeven ook niet alles te weten, de dokters.

Vlaggen

Niet ik, maar Tessa heeft het vlaggen. Gisterenavond kwam ze naar huis, net toen ik Henri van school was gaan halen. En als Tessa van het werk naar huis komt voor het donker is, dan is ze wel degelijk goed ziek. Bij mij terugkomst (Henri speelt in Mini Musica, en ik moet pas later naar de orkestrepetitie op de V.E.M.) trof ik haar lijkbleek in bed. Eten binnen houden was geen optie (aan eten denken was al een opgave), en daar kwam dan nog eens bij dat ze van wacht is. Vandaag is ze de ganse dag thuisgebleven (en telefonisch de wacht geregeld), terwijl ik met Henri de zaterdagse tocht doorliep (trompetles, schermles, boodschappen). Damn, er is altijd zoveel (en zo’n nors) volk in het centrum op zaterdag.

Plat

Ik lig al de ganse dag van de wereld met migraine. Waardoor ik ook het concert mis waar ik al een maand of drie maar uitkeek (Lisa Ekdahl in de Botanique).