Tien jaar. En hij had zichzelf nog nooit op dergelijke manier van een helling afgerold. In mijn tijd…
Tag: USA2010
Een appel alstublieft
Toen we drie jaar geleden in Las Vegas zaten, had Tessa zich een MacBook aangeschaft. Anderhalf jaar later heb ik er koffie over gemorst, en daarmee was het exit Apple laptop. Geen probleem, we hebben thuis nog wel een laptop of twee, waarmee Tessa kan werken en ik kan surfen. Ze kwamen allebei mee naar de USA, maar algauw bleek dat ik gewoon niet langer overweg kon met die windowsdingen als het om normale workflow gaat (mee dan alleen maar surfen of Evernote of DropBox gebruiken).
Vorige vrijdag bezochten we de mall, The Houston Galleria. We waren destijds al behoorlijk onder de indruk van de Fashion Show Mall in Las Vegas, maar dit was toch eventjes iets anders. The Galleria, vanuit downtown of het hotel een dik half uur ver met taxi, is groot. En dat is een eufemisme zoals u er maar zelden één hebt gehoord. Het winkelcentrum is het grootste in Texas, en het zevende grootste in de USA. Iets meer dan 210.000 m2, goed voor 375 winkels en waanzinnig veel parkeerplaatsen. Op het lower level bevindt zich een ijsschaatsbaan van 24 op 55 meter. Wij spotten er (op de shopping mall directory) onmiddellijk een Lego Store (Henri), een Urban Outfitters (Tessa) en een Apple Store (ikke).
Op Tessa’s aandringen (heus!) gingen we de Apple Store binnen. Voor hem een laptop, leek ze te beamen naar één van de verkopers, en voor ik het wist had ik een kleine witte doos in mijn handen met daarin een 13″ MacBook. Die ik meteen daar mocht laten, gezien Citibank VISA besloot om onze betaling te declinen. Niet dat de limiet overschreden was (niet met de f-cking onbereikbare limiet die wij op onze kaart hebben en waarvan ik een hartinfarct zou krijgen als ik ze ooit benader), niet dat we slechte betalers zijn (ik betaal vaak voor ik de afrekening krijg, zeker als het om grotere bedragen gaat), maar omdat –zo verteld men mij dinsdag aan de telefoon– de USA opgelijst staan als een fraudegevoelig land. Vrijdag was er vanzelfsprekend niemad bereikbaar bij Citibank; het was 16u in Houston (23u in België), en Citibank is enkel bereikbaar tot 20u, en dan nog enkel op werkdagen (dus ook niet op paasmaandag). Er ís een speciaal nummer waarlangs ge uw kaarten kunt laten blokkeren en dat is wél 24/24 bereikbaar, maar daar kunnen ze dan ook weer niets anders dan dat: uw kaart blokkeren. Dát had ik niet nodig. Uiteindelijk hebben we Citibank gewoon verschalkt. In de Apple Store hebben we het bedrag (onevenredig) laten splitsen, en hebben we een deel met mijn kaart en een deel met Tessa’s kaart betaald. Toen ik dinsdag belde kreeg ik geen excuses (wel een uitleg), en noteerden ze in hun systeem dat we nog een tijd hier in de USA zitten. Nee, ze konden niet garanderen dat het geen problemen ging opleveren bij verdere betalingen (zoals voor onze huurauto).
The Galleria is dus groot. Zo groot, dat zelfs ik erin verdwaalde. Erin geraken is overigens eenvoudiger, dan het ding te verlaten. Op een bepaald moment stonden we buiten, maar blijbaar geheel aan de andere kant als die waarlangs we waren binnen gekomen. Ik kan u verzekeren dat het ver stappen was, om buiten de omtrek van het gebouw af te stappen tot aan de juiste kant om daar terug een taxi te vinden. Onderweg kwamen we geen levende ziel tegen (laat staan een taxi).
“I.p.v. The Galleria zouden ze het beter The Gigantia genoemd hebben”, merkte een vermoeide Henri nog op, puffend onder de hitte en het gewicht van zijn Legodoos.
713-52-DOGGY
Een hondencrèche. Midtown Doggy, Daycare & Spa. Met dog training, doggy taxi (to pick up your doggy from your home), en executive condos… niet echt goedkoop.
Op weg naar Fiesta Mart voor meer stopverf, rond een uur of zes (pm) stonden er heel wat wagens van baasjes die hun hondje na een dag hard werk kwamen ophalen. Toen ik er een klein half uur later opnieuw passeerde, was het opnieuw desolaat. Ik zeg het u, Houston is een fantastische plaats om mensloze gebouwen te fotograferen (en ik ben g*dverdomme mijn analoog fototoestel toch niet vergeten zeker).
Brood of…
…stopverf. Dat is al drie keer het unanieme verdict geweest na het verorberen van een boterham gemaakt met Amerikaans brood. “Stopverf, the sequel“, riep Henri eergisteren uit aan tafel. Of de dag daarvoor, met dat tijdsverschil ben ik van niets meer zeker. Plots heb ik niet meer de neiging om zo hard supermarktbrood te roepen als ik iets dergelijks van Delhaize mee naar huis breng. Het brood hier riekt zelfs naar stopverf.
Op Montrose, een goed kwartier stappen hier vandaan, is er een artisan bakery genaamd Kraftsmen, maar het enige artisanale aan hun producten, is de prijs die ze ervoor durven vragen. En de attitude die ze hebben wanneer ze iets verkopen. 8 USD voor een sandwich ter grootte van de helft van een kwart baguette, in brood waarvan ze de korst zijn vergeten af te bakken.
Vanmiddag hebben Henri en ik gelunched in Bodegas Taco Shop, waar ik gelukkig een geheel vegetarische burrito kon krijgen. Het was redelijk vroeg, dus de versheid van de vulling viel nog goed mee. Downtown zijn er voornamelijk fastfoodachtige toestanden, grootkeukens voorzien op de werkende bevolking, die alleen voor de lunch bereid is zich aan de buitenlucht bloot te stellen. Waar we zondag gelunchd hebben was het goed (Brasserie Max & Julie); hier in het restaurant van het hotel overigens ook. Maar de prijzen voor die etablissementen liggen ver boven mijn zelftoegewezen dagbudget voor voeding.
Vers fruit en verse groenten hebben we al gevonden (Kroger en Fiesta Mart), maar het zag er telkens allemaal zo belabberd en overrijp uit, dat we toch maar naar de voorverpakte verszakken hebben gegrepen. Die een heel erg synthetisch luchtje afgaven bij opening. Appelsienen zijn droog, hoewel ons wordt voorgehouden dat Houston/Texas het gebied is voor citrusfruit.
De keuze lijkt zich hier te beperken tussen industrieel goedkoop en weinig smakelijk, en duur en lekker. Dat we maar gauw opnieuw in Seattle zitten.
Christ has risen!
Er was mogelijkheid tot een paasbrunch, hier in het hotel. 70 USD per volwassene, 20 USD voor een kind, goed voor 160 USD + 20-24 USD tip + taxes. Ik heb vriendelijk bedankt, en we zijn dan elders gaan middagmalen, nog steeds voor (veel) te veel geld (117 USD all in), maar bon het is maar één keer Pasen. Per jaar. En het was lekker.
’s Ochtends gingen we eerst nog wandelen in Hermann Park, waar plots een pak meer volk was, klaar om te picknicken en te barbecueën en eieren te rapen die her en der in het park waren verstopt. Henri (ttz Tessa) vond er drie, waarvan er twee een stuk van één cent en een spreuk bevatten, en een derde een snoep.
Op een heuvel, waar een open maar overdekt podium met tribune ingebed lag, troepten een pak mensen samen. Hey, een concert, laat ons even kijken.
Een kerkdienst, jawel. Ze zijn nogal religieus, hier in Houston. Toen Henri en ik te voet langs Main Street richting downtown slenterden, konden we geen block afwandelen zonder dat er een kerk op gebouwd stond (zelfs één van de vrijmetselaars).
Mensen die graag foto’s maken van gebouwen zonder mensen erbij, die komen hier heel erg aan hun trekken.
Texas, postapocalyps
Everything is bigger in Texas. Het is een zinnetje dat tijdens mijn kindertijd in mijn geheugen werd gegrift, en één van de clichés die eindelijk lijkt te zijn bewaarheid. De afstanden zijn gigantisch. Het gebouw waar Tessa zich diende aan te meldem, ligt aan de overkant van het park waaraan ons hotel grenst, te rekenen een goede 3-4 km. Downtown is vlakbij, het lijkt wel alsof we de torens kunnen aanraken, amper 5-6 km verderop. Op dag 1 hebben we bijna alles te voet gedaan, Henri en ik. We hebben Tessa begeleid tot aan haar gebouw. Toen werden we nog afgezet door de shuttle van het hotel, die de gasten overal gratis naartoe voert, zolang het binnen een five mile radius ligt. Om terug te keren hebben we ze maar te bellen, en ze komen u opnieuw ophalen. Zelf heb ik er verder nog geen gebruik van gemaakt, maar Henri en Tessa gingen gisteren op die manier grocery shoppen.
Van Tessa’s gebouw gingen wij (Henri en ik dus) terug naar het hotel, eerste door het hospital district, nadien door het Hermann Park. Ons hotel ligt in het museum district. Die districts, dat is typisch voor Houston –het zou mij zelfs niet verbazen, bij uitbreiding voor alle steden in Texas. Alles is hier geclustered: alle musea bevinden zich op één plaats, alle ziekenhuizen, alle restaurants, alle winkels, alles, alles, alles. Het zijn kleine steden binnen het grootse Houston –die ziekenhuisstad, dat moet ge gezien hebben om het te geloven.
Van ons hotel, zo dachten wij (nog steeds: Henri en ikzelf dus), lopen we nog even door tot downtown. We volgen Main Street, een kwartier, een half uur, maar pas na een uur stappen, komen we bij het begin van iets wat op downtown lijkt. Al die tijd, van bij het gebouw in Tessa’s ziekenhuisstad, door het park, langs het hotel, tot in downtown, goed twee uur stappen, komen we bijna niemand tegen. Hier zijn gewoon amper mensen op straat. Het lijkt een postapocalyptische film. Iemand heeft hier een bom laten vallen, die op één of andere manier de mensen heeft uitgeroeid, en de gebouwen heeft laten staan. Het genre was heel populair in de late jaren 80.
Iedereen verplaatst zich hier met de wagen –of als het echt niet anders kan, met het openbaar vervoer. Er is een tram van downtown tot ergens in de buurt waar Tessa moet zijn, en die rijdt hier vlak langs het hotel. Een ticket kost 1,25$. We weten dat, omdat we er toch maar voor geopteerd hebben om met die tram van downtown terug naar het hotel te keren.
Aangekomen
Geen enkel probleem met BA.
Op Zaventem werd ik er –vanzelfsprekend– wel al meteen uitgelicht en uitgebreid betast. “Dat? Dat is een mondstuk, mevrouw”, antwoordde ik nadat ik eerst de metaaldetector had doen afgaan omdat ik mijn uurwerk nog aan had, en vervolgens mijn handbagage vijf keer heen-en-weer door de bestralingsmachine werd gestuurd. In Heathrow werd iedereen fysiek bepoteld, en in Houston werden we begroet door een vriendelijke CBPer met een koppel fantastische tatoeages op zijn onderarmen.
Nog nooit een steward gehad met zo’n fantastisch gevoel voor humor. “If you are travelling with young childeren and find some of the in flight entertainment not entirely suitable for them,” schalde hij uit het omroepsysteem, “just let me know and I will block those channels from their seats, effectivley spoiling the rest of the flight for them.” En toen het fasten seatbelts sign wegens turbulentie wat te lang aanbleef: “cabin crew, you can now move around and get on with your jobs; the rest of will have to remain sitting still!”. En toen we de groene visa waiver kaarten moesten invullen, waarschuwde hij ons dat we dat vooral heel nauwgezet moesten doen “or the genteel customs officers will request that you fill it out anew and send you back to the end of the queue with a smack on the back of your head.”
Ons hotel ziet er schitterend uit. We zijn echter al van kamer veranderd, nadat bleek dat een suite goedkoper –en vooral ook groter– was dan de kamer die we hadden gereserveerd.
Tot binnenkort
Ziezo, wij zijn ermee weg. Ik weet nog niet hoe wat wanneer wat betreft internet aldaar, maar ik heb mij laten vertellen dat ze dat in de VS ook hebben. Zolang u hier straks maar niets leest vanuit de luchthaven (Zaventem of Heathrow), anders is die staking van BA toch nog niet voorbij.
Och, en wat betreft de mensen die menen ons huis in onze afwezigheid te moeten ‘bezoeken’: u heeft pech, mijn moeder is u voor en heeft er haar intrek reeds in genomen. Wij kijken (o.a.) uit naar de heerlijke groenten die ze voor ons gaat telen.