Het waterprobleem werd nu al een tijdje geleden opgelost. Desondanks, en niettegenstaande een zonnige zomer, dienden we ons nog steeds in het donker te douchen. De verzekeringsagent (dag Maarten) had ons immers aangeraden eerst de boel een beetje te laten opdrogen en pas dan, indien nodig, een schadeclaim voor de electriciteit in te dienen.
Ondertussen waren we wel reeds een dikke week verder, maar nog steeds begaf de zekering het wanneer we het licht in de badkamer probeerden aan te steken. Ik wist echter wel waar het probleem lag, maar was al die tijd te lui geweest om het te verhelpen. Tot gisterenavond.
“Werkt dat licht nu nog altijd niet?” probeerde Tessa. “Misschien moeten we toch maar iemand laten komen.”
Geen ontsnappen meer aan. Voor de show probeerde ik de schakelaar maar eens, wat onmiddellijk resulteerde in een black-out op het badkamerverdiep. Maar het gaf mij de nodige motivatie om naar beneden te gaan –om de zekering opnieuw te activeren– en dan kon ik meteen een schroevendraaier meebrengen.
Want het probleem, ziet u, zat niet zozeer in muur, vloer of plafond die niet wilden drogen. Nee, het probleem zat hem veeleer in de glazen lampekap van de plafondverlichting, die met één, door mij destijds vakkundig ingedraaide, schroef was vastgevezen. Op een moeilijk bereikbare plaats. Als die lamp kapot is, duurt het meestal weken eer ik ze vervang –vandaar dat ik er een spaarlamp heb ingevezen.
Om die kap te lossen, klim ik via het bad op de wasbak, waarlangs ik, mits enige moeite, die ene vijs net kan bereiken, en daarbij ook nog net kan verhinderen dat de lampekap bij het loskomen op de stenen badkamervloer in scherven breekt. Een trapladder ware eenvoudiger geweest, maar zo zit een mens niet (altijd) ineen. Het mag ook niet té gemakkelijk zijn.
Gisteren kon ik de lampekap maar met moeite houden. De enige manier om ze te redden was om met kap en al van de wasbak te springen (ai mijn voetzolen), zorgvuldig de badkuip en de schroevendraaier die uit mijn handen was gevallen, missend.
Niet verwonderlijk eigenlijk, want ze was, zoals ik reeds meer dan een week vermoedde, tot de rand gevuld met water.