“Er gaat niemand van de neven en nichten komen, dus ge moet u absoluut niet verplicht voelen om te komen. Maar ik wil het u gewoon zeggen, dat ge achteraf niet afkomt van, ge hebt mij daar niks van gezegd”. Zo klonk het toch twee of drie weken geleden.
Vanochtend om 10u30, ik zat in mijn bad, gaat eerst mijn GSM, dan de huistelefoon die ergens ik weet niet waar ligt, dan Tessa’s GSM, die (gelukkig ?) opgenomen wordt. Dat Tante Rita (vreselijk toffe tante, zal zeker nog op deze pagina’s terug komen) niet tevreden is, want dat Sofie (haar dochter) afkomt, hoewel die ook gevraagd heeft wie er kwam, waarop Tante Rita antwoordde dat ik kwam, en dat dat moest volstaan, en dat ik nu niet afkwam, en dat dat wel heel spijtig was.
*zucht*
Ondertussen was ik aan mijn lasagne begonnen, en om mijn eerste verhaallijn kort en bondig te houden (yeah, right), we zijn toch maar niet afgekomen. Al heb ik er veel spijt van, maar het kon gewoon niet meer.
Lasagne. Klink gemakkelijk, maar ik denk niet dat ik al ooit zoveel pannen heb vuil gemaakt voor 1 gerecht. Eerst de pasta maken (niet te moeilijk, de helft semola, de helft gewone bloem), die moet dan een uur rusten. Ondertussen de een soort pesto gemaakt (met spinazie ipv basilicum), saus gemaakt (ajuin, wortel, tomaat, paprika, broccoli), gehakt gebakken (improvisatie met twee lamsburgers), water opgezet, het deeg uitgerold, bechamel saus gemaakt, deeg voorgekookt, alles geschikt, en nu staat het in de oven.
De eerste keer dat ik echt verse lasagne maak. Van deeg tot maag. Of zoiets.
En ondertussen staat alles in de oven, wast Tessa af, en luisteren Henri en ik naar Cocteaus La Belle et la Bête op opera gezet door Philip Glass. Normaal vertel ik hem het verhaaltje, maar gemakkelijker, deze namiddag mag hij naar Belle en het Beest kijken.
*Piep-piep-piep.*
Sorry, ik wil best nog wel wat blijven plakken, maar het eten is klaar. Tot binnenkort.